DSV_Strongs(i)
1
H310
Na
H428
deze
H1697
geschiedenissen
H571
en derzelver bevestiging
H935 H8804
, kwam
H5576
Sanherib
H4428
, de koning
H804
van Assyrie
H935 H8799
, en toog
H3063
in Juda
H2583 H8799
, en legerde zich
H5921
tegen
H1219 H8803
de vaste
H5892
steden
H559 H8799
, en dacht
H413
ze tot
H1234 H8800
zich af te scheuren.
2
H3169
Jehizkia
H7200 H8799
nu ziende
H3588
, dat
H5576
Sanherib
H935 H8804
kwam
H6440
, en zijn aangezicht
H4421
was tot den krijg
H5921
tegen
H3389
Jeruzalem;
3
H3289 H8735
Zo hield hij raad
H5973
met
H8269
zijn vorsten
H1368
en zijn helden
H4325 H5869
, om de fonteinwateren
H5640 H8800
te stoppen
H834
, die
H4480 H2351
buiten
H5892
de stad
H5826 H8799
waren; en zij hielpen hem.
4
H7227
Want veel
H5971
volks
H6908 H8735
werd vergaderd
H3605
, dat al
H4599
de fonteinen
H5640 H8799
stopte
H5158
, mitsgaders de beek
H8432
, die door het midden
H776
des lands
H7857 H8802
henenvloeide
H559 H8800
, zeggende
H4100
: Waarom
H4428
zouden de koningen
H804
van Assyrie
H935 H8799
komen
H7227
, en veel
H4325
waters
H4672 H8804
vinden?
5
H2388 H8691
Zo versterkte hij zich
H1129 H8799
, en bouwde
H3605
den gehelen
H2346
muur
H6555 H8803
op, die gebroken was
H5927 H8686
, dien hij optrok
H5921
tot aan
H4026
de torens
H312
, met een anderen
H2346
muur
H2351
daarbuiten
H2388 H8762
, en hij versterkte
H4407
Millo
H5892
[in] de stad
H1732
Davids
H6213 H8799
; en hij maakte
H7973
geweer
H4043
en schilden
H7230
in menigte.
6
H5414 H8799
En hij stelde
H8269 H4421
krijgsoversten
H5921
over
H5971
het volk
H6908 H8799
, en hij vergaderde
H413
hen tot
H413
zich in
H7339
de straat
H8179 H5892
der stadspoort
H1696 H8762
, en sprak
H5921
naar
H3824
hun hart
H559 H8800
, zeggende:
7
H2388 H8798
Zijt sterk
H553 H8798
, en hebt een goeden moed
H3372 H8799
, vreest
H408
niet
H2865 H8735
, en ontzet u
H408
niet
H4480
, voor
H6440
het aangezicht
H4428
des konings
H804
van Assyrie
H4480
, noch voor
H6440
het aangezicht
H3605
der ganse
H1995
menigte
H834
, die
H5973
met
H3588
hem is; want
H5973
met
H7227
ons is er meer
H4480
, dan
H5973
met hem.
8
H5973
Met
H1320
hem is een vleselijke
H2220
arm
H5973
, maar met
H3068
ons is de HEERE
H430
, onze God
H5826 H8800
, om ons te helpen
H4421
, en om onze krijgen
H3898 H8736
te krijgen
H5971
. En het volk
H5564 H8735
steunde
H5921
op
H1697
de woorden
H3169
van Jehizkia
H4428
, den koning
H3063
van Juda.
9
H310
Na
H2088
dezen
H7971 H8804
zond
H5576
Sanherib
H4428
, de koning
H804
van Assyrie
H5650
, zijn knechten
H3389
naar Jeruzalem
H1931
, (doch hij zelf
H5921
was voor
H3923
Lachis
H3605
, en al
H4475
zijn heerschappij
H5973
met
H5921
hem) tot
H3169
Jehizkia
H4428
, den koning
H3063
van Juda
H5921
, en tot
H3605
het ganse
H3063
Juda
H834
, dat
H3389
te Jeruzalem
H559 H8800
was, zeggende:
10
H559 [H8804]
Zo zegt
H5576
Sanherib,
H4428
de koning
H804
van Assyrië:
H982 [H8802]
Waarom vertrouwt gij,
H3389
dat gij te Jeruzalem
H3427 [H8802]
blijft
H4692
in de vesting?
11
H5496 H0
Ruit
H853
u
H3169
Jehizkia
H3808
niet
H5496 H8688
op
H853
, dat hij u
H5414 H8800
overgeve
H7458
, om door honger
H6772
en door dorst
H4191 H8800
te sterven
H559 H8800
, zeggende
H3068
: De HEERE
H430
, onze God
H4480
, zal ons uit
H3709
de hand
H4428
des konings
H804
van Assyrie
H5337 H8686
redden?
12
H3808
Heeft niet
H1931
dezelfde
H3169
Jehizkia
H1116
Zijn hoogten
H4196
en Zijn altaren
H5493 H8689
weggenomen
H3063
, en tot Juda
H3389
en tot Jeruzalem
H559 H8799
gesproken
H559 H8800
, zeggende
H6440
: Voor
H259
het enige
H4196
altaar
H7812 H8691
zult gij u nederbuigen
H5921
, en daarop
H6999 H8686
roken?
13
H3045 H8799
Weet gij
H3808
niet
H4100
, wat
H589
ik
H6213 H8804
gedaan heb
H1
, en mijn vaderen
H3605
aan alle
H5971
volken
H776
der landen
H430
? Hebben de goden
H1471
van de natien
H776
dier landen
H776
hun land
H3201 H8800
enigszins
H3201 H8804
kunnen
H5337 H8687
redden
H4480
uit
H3027
mijn hand?
14
H4310
Wie
H3605
is er onder alle
H430
goden
H428
derzelver
H1471
natien
H834
, dewelke
H1
mijn vaders
H2763 H8689
verbannen hebben
H834
, die
H5971
zijn volk
H3201 H8804
heeft kunnen
H5337 H8687
redden
H4480
uit
H3027
mijn hand
H3588
, dat
H430
uw God
H853
u
H4480
uit
H3027
mijn hand
H3201 H8799
zou kunnen
H5337 H8687
redden?
15
H6258
Nu dan
H2396
, dat Jehizkia
H853
ulieden
H408
niet
H5377 H8686
bedriege
H853
, en dat hij u
H2063
op zulk een wijze
H408
niet
H5496 H8686
opruie
H539 H8686
, en gelooft
H408
hem niet
H3588
; want
H3808 H3605
geen
H433
god
H3605
van enige
H1471
natie
H4467
en koninkrijk
H5971
heeft zijn volk
H4480
uit
H3027
mijn hand
H1
en mijner vaderen
H3027
hand
H3201 H8799
kunnen
H5337 H8687
redden
H637 H3588
; hoeveel
H3808
te min
H430
zal uw God
H853
u
H4480
uit
H3027
mijn hand
H5337 H8686
kunnen redden?
16
H1696 H8765
Daartoe spraken
H5650
zijn knechten
H5750
nog meer
H5921
tegen
H430
God
H3068
, den HEERE
H5921
, en tegen
H5650
Zijn knecht
H3169
Jehizkia.
17
H3789 H8804
Ook schreef hij
H5612
brieven
H3068
, om den HEERE
H430
den God
H3478
Israels
H2778 H8763
, te honen
H5921
en om tegen
H559 H8800
Hem te spreken
H559 H8800
, zeggende
H430
: Gelijk de goden
H1471
van de natien
H776
der landen
H834
, die
H5971
hun volk
H3027
uit mijn hand
H3808
niet
H5337 H8689
gered hebben
H3651
, alzo
H430
zal de God
H3169
van Jehizkia
H5971
Zijn volk
H4480
uit
H3027
mijn hand
H3808
niet
H5337 H8686
redden.
18
H7121 H8799
En zij riepen
H1419
met luider
H6963
stem
H3066
, in het Joods
H5921
, tegen
H5971
het volk
H3389
van Jeruzalem
H834
, dat
H5921
op
H2346
den muur
H3372 H8763
was, om die bevreesd te maken
H926 H8763
en die te beroeren
H4616
, opdat
H5892
zij de stad
H3920 H8799
mochten innemen.
19
H1696 H8762
En zij spraken
H413
van
H430
den God
H3389
van Jeruzalem
H5921
, als van
H430
de goden
H5971
der volkeren
H776
der aarde
H4639
, een werk
H3027 H120
van mensenhanden.
20
H4428
Maar de koning
H3169
Jehizkia
H5030
en de profeet
H3470
Jesaja
H1121
, de zoon
H531
van Amoz
H6419 H8691
, baden
H5921 H2063
daartegen
H2199 H8799
, en zij riepen
H8064
naar den hemel.
21
H3068
En de HEERE
H7971 H8799
zond
H4397
een engel
H3605
, die alle
H2428
strijdbare
H1368
helden
H5057
, en vorsten
H8269
, en oversten
H4264
in het leger
H4428
des konings
H804
van Assyrie
H3582 H8686
verdelgde
H1322
. Zo is hij met schaamte
H6440
des aangezichts
H776
in zijn land
H7725 H8799
wedergekeerd
H1004
; en als hij in het huis
H430
zijns gods
H935 H8799
ingegaan was
H5307 H8689
, zo velden
H8033
hem daar
H2719
met het zwaard
H4578
, die uit zijn lijf
H3329
voortgekomen waren.
22
H3467 H8686
Alzo verloste
H3068
de HEERE
H3169
Jehizkia
H3427 H8802
en de inwoners
H3389
van Jeruzalem
H4480
, uit
H3027
de hand
H5576
van Sanherib
H4428
, den koning
H804
van Assyrie
H4480
, en uit
H3027
de hand
H3605
van allen
H5095 H8762
; en Hij geleidde
H5439
hen rondom
H4480
heen.
23
H7227
En velen
H935 H8688
brachten
H4503
geschenken
H3068
tot den HEERE
H3389
te Jeruzalem
H4030
, en kostelijkheden
H3169
tot Jehizkia
H4428
, den koning
H3063
van Juda
H4480 H310 H3651
, zodat hij daarna
H5869
voor de ogen
H3605
van alle
H1471
heidenen
H5375 H8735
verheven werd.
24
H1992
In die
H3117
dagen
H2470 H0
werd
H3169
Jehizkia
H2470 H8804
krank
H5704
tot
H4191 H8800
stervens
H6419 H8691
toe, en hij bad
H413
tot
H3068
den HEERE
H559 H8799
, Die sprak
H5414 H8804
tot hem, en Hij gaf
H4159
hem een wonderteken.
25
H3169
Maar Jehizkia
H7725 H0
deed
H3808
gene
H7725 H8689
vergelding
H1576
, naar de weldaad
H5921
aan
H3588
hem geschied, dewijl
H3820
zijn hart
H1361 H8804
verheven werd
H1961 H8799
; daarom werd
H5921
over
H5921
hem, en over
H3063
Juda
H3389
en Jeruzalem
H7110
, een grote toornigheid.
26
H3169
Doch Jehizkia
H3665 H8735
verootmoedigde zich
H1363
om de verheffing
H3820
zijns harten
H1931
, hij
H3427 H8802
en de inwoners
H3389
van Jeruzalem
H7110
, zodat de grote toornigheid
H3068
des HEEREN
H5921
over
H3808
hen niet
H935 H8804
kwam
H3117
in de dagen
H3169
van Jehizkia.
27
H3169
Jehizkia
H1961 H8799
nu had
H3966
zeer
H7235 H8687
veel
H6239
rijkdom
H3519
en eer
H6213 H8804
; en hij maakte
H214
zich schatkameren
H3701
voor zilver
H2091
en voor goud
H3368
, en voor kostelijk
H68
gesteente
H1314
, en voor specerijen
H4043
, en voor schilden
H3605
, en voor alle
H2532
begeerlijk
H3627
gereedschap;
28
H4543
Ook schathuizen
H8393
voor de inkomsten
H1715
van koren
H8492
, en most
H3323
, en olie
H723
; en stallen
H3605 H929
voor allerlei
H929
beesten
H220
, en kooien
H5739
voor de kudden.
29
H5892
Daartoe had hij zich steden
H6213 H8804
gemaakt
H4735
, mitsgaders bezitting
H6629
van schapen
H1241
en runderen
H7230
in menigte
H3588
; want
H430
God
H5414 H8804
gaf
H3966
hem zeer
H7227
grote
H7399
have.
30
H1931 H3169
Doch Jehizkia
H5640 H8804
stopte
H5945 H4161
ook den opperuitgang
H4325
der wateren
H1521
van Gihon
H3474 H8762
, en leidde ze recht
H4295
af beneden
H4628
naar het westen
H5892
der stad
H1732
Davids
H3169
; want Jehizkia
H6743 H8686
had voorspoed
H3605
in al
H4639
zijn werk.
31
H3651
Maar het is alzo
H3887 H8688
, als de gezanten
H8269
der vorsten
H894
van Babel
H5921
, die tot
H7971 H8764
hem gezonden hadden
H1875 H8800
, om te vragen
H4159
naar dat wonderteken
H834
, dat
H776
in het land
H1961 H8804
geschied was
H5800 H8804
, [bij] [hem] [waren], verliet
H430
hem God
H5254 H8763
, om hem te verzoeken
H3045 H8800
, om te weten
H3605
al
H3824
[wat] in zijn hart was.
32
H3499
Het overige
H1697
nu der geschiedenissen
H3169
van Jehizkia
H2617
, en zijn goeddadigheden
H2009
, ziet
H3789 H8803
, die zijn geschreven
H2377
in het gezicht
H5030
van den profeet
H3470
Jesaja
H1121
, den zoon
H531
van Amoz
H5921
, [en] in
H5612
het boek
H4428
der koningen
H3063
van Juda
H3478
en Israel.
33
H3169
En Jehizkia
H7901 H8799
ontsliep
H5973
met
H1
zijn vaderen
H6912 H8799
, en zij begroeven
H4608
hem in het hoogste
H6913
van de graven
H1121
der zonen
H1732
van David
H6213 H0
; daartoe deden
H3695
gans
H3063
Juda
H3427 H8802
en de inwoners
H3389
van Jeruzalem
H3519
hem eer
H6213 H8804
aan
H4194
in zijn dood
H1121
; en zijn zoon
H4519
Manasse
H4427 H8799
werd koning
H8478
in zijn plaats.