Genesis 27:39-40

DSV_Strongs(i)
  39 H6030 H8799 Toen antwoordde H1 zijn vader H3327 Izak H559 H8799 en zeide H413 tot H2009 hem: Zie H4924 , de vettigheden H776 der aarde H4186 zullen uw woningen H1961 H8799 zijn H4480 , en van H2919 den dauw H8064 des hemels H4480 van H5920 boven af [zult] [gij] [gezegend] [zijn].
  40 H5921 En op H2719 uw zwaard H2421 H8799 zult gij leven H251 , en zult uw broeder H5647 H8799 dienen H1961 H8804 ; doch het zal geschieden H834 , als H7300 H8686 gij heersen zult H5923 , dan zult gij zijn juk H4480 H5921 van H6677 uw hals H6561 H8804 afrukken.