Jeremiah 42

DSV_Strongs(i)
  1 H5066 H8799 Toen traden toe H8269 alle oversten H2428 der heiren H3110 , Johanan H1121 , de zoon H7143 van Kareah H3153 , en Jezanja H1121 , de zoon H1955 van Hosaja H5971 , en al het volk H6996 , van den kleinste H1419 tot den grootste toe;
  2 H559 H8799 En zij zeiden H5030 tot den profeet H3414 Jeremia H8467 : Laat toch onze smeking H6440 voor uw aangezicht H5307 H8799 nedervallen H6419 H8690 , en bid H3068 voor ons tot den HEERE H430 , uw God H7611 , voor dit ganse overblijfsel H4592 ; want wij zijn weinigen H7235 H8687 van velen H7604 H8738 overgelaten H5869 , gelijk als uw ogen H7200 H8802 ons zien;
  3 H3068 Dat ons de HEERE H430 , uw God H5046 H8686 , bekend make H1870 den weg H3212 H8799 , dien wij zullen ingaan H1697 , en de zaak H6213 H8799 , die wij zullen doen.
  4 H5030 En de profeet H3414 Jeremia H559 H8799 zeide H8085 H8804 tot hen: Ik heb het gehoord H3068 ; ziet, ik zal tot den HEERE H430 , uw God H6419 H8693 , bidden H1697 naar uw woorden H1697 ; en het zal geschieden, het ganse woord H3068 , dat de HEERE H6030 H8799 u zal antwoorden H5046 H8686 , zal ik u bekend maken H1697 , ik zal u niet een woord H4513 H8799 onthouden.
  5 H559 H8804 Toen zeiden zij H3414 tot Jeremia H3068 : De HEERE H571 zij tussen ons tot een waarachtig H539 H8737 en gewis H5707 Getuige H1697 : indien wij niet naar alle woord H3068 , [met] hetwelk u de HEERE H430 , uw God H7971 H8799 , tot ons zal zenden H6213 H8799 , alzo zullen doen!
  6 H2896 Hetzij dan goed H7451 of kwaad H6963 , wij zullen der stem H3068 des HEEREN H430 , onzes Gods H580 , tot Welken wij H7971 H8802 u zenden H8085 H8799 , gehoorzaam zijn H3190 H8799 ; opdat het ons welga H6963 , wanneer wij der stem H3068 des HEEREN H430 , onzes Gods H8085 H8799 , zullen gehoorzaam zijn.
  7 H7093 En het gebeurde ten einde H6235 van tien H3117 dagen H3068 , dat des HEEREN H1697 woord H3414 tot Jeremia geschiedde.
  8 H7121 H8799 Toen riep hij H3110 Johanan H1121 , den zoon H7143 van Kareah H8269 , en alle oversten H2428 der heiren H5971 , die met hem waren, en al het volk H6996 , van den kleinste H1419 af tot den grootste toe;
  9 H559 H8799 En hij zeide H559 H8804 tot hen: Zo zegt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H7971 H8804 , tot Welken gij mij gezonden hebt H8467 , om uw smeking H6440 voor Zijn aangezicht H5307 H8687 neder te werpen:
  10 H776 Indien gijlieden in dit land H7725 H8800 zult blijven H3427 H8799 wonen H1129 H8804 , zo zal Ik u bouwen H2040 H8799 en niet afbreken H5193 H8804 , en u planten H5428 H8799 en niet uitrukken H5162 H8738 ; want Ik heb berouw H7451 over het kwaad H6213 H8804 , dat Ik u aangedaan heb.
  11 H3372 H8799 Vreest H6440 niet voor het aangezicht H4428 des konings H894 van Babel H6440 , voor wiens aangezicht H3373 gij vreest H3372 H8799 ; vreest H5002 H8803 niet voor hem, spreekt H3068 de HEERE H3467 H8687 ; want Ik zal met u zijn, om u te behouden H3027 en u van zijn hand H5337 H8687 te redden.
  12 H7356 En Ik zal ulieden barmhartigheid H5414 H8799 geven H7355 H8765 , dat hij zich uwer erbarme H7725 H0 , en u weder H127 in uw land H7725 H8689 brenge.
  13 H559 H8802 Maar zo gijlieden zult zeggen H776 : Wij zullen in dit land H3427 H8799 niet blijven H6963 ; opdat gij der stem H3068 des HEEREN H430 , uws Gods H8085 H8800 , niet gehoorzaam zijt,
  14 H559 H8800 Zeggende H935 H8799 : Neen, maar wij zullen gaan H776 H4714 in Egypteland H4421 , alwaar wij geen krijg H7200 H8799 zullen zien H6963 , noch het geluid H7782 der bazuin H8085 H8799 horen H3899 , noch naar brood H7456 H8799 hongeren H3427 H8799 , en daar zullen wij blijven;
  15 H8085 H8798 Nu dan, daarom hoort H3068 des HEEREN H1697 woord H7611 , gij overblijfsel H3063 van Juda H559 H8804 ! Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H7760 H8800 : Indien gij ganselijk H6440 uw aangezichten H7760 H8799 zult stellen H4714 om in Egypte H935 H8800 te gaan H935 H8804 , en zult henen ingaan H1481 H8800 , om aldaar als vreemdelingen te verkeren;
  16 H2719 Zo zal het geschieden, dat het zwaard H3373 , waar gij voor vreest H776 H4714 , u aldaar in Egypteland H5381 H8686 zal achterhalen H7458 ; en de honger H1672 H8802 , waar gij voor zorgt H4714 , zal u aldaar [in] Egypte H310 achter H1692 H8799 aankleven H4191 H8799 , en gij zult aldaar sterven.
  17 H582 Zo zullen al de mannen H6440 zijn, die hun aangezichten H7760 H8804 stellen H4714 , om in Egypte H935 H8800 te gaan H1481 H8800 , om aldaar als vreemdelingen te verkeren H4191 H8799 ; zij zullen sterven H2719 door het zwaard H7458 , door den honger H1698 en door de pestilentie H8300 ; en zij zullen niemand hebben, die overblijve H6412 of ontkome H6440 van H7451 het kwaad H935 H8688 , dat Ik over hen zal brengen.
  18 H559 H8804 Want zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H639 : Gelijk als Mijn toorn H2534 , en Mijn grimmigheid H5413 H8738 is uitgestort H3427 H8802 over de inwoners H3389 van Jeruzalem H2534 , alzo zal Mijn grimmigheid H5413 H8799 over ulieden uitgestort worden H4714 , als gij in Egypte H935 H8800 zult gekomen zijn H423 ; en gij zult wezen tot een vervloeking H8047 , en tot een ontzetting H7045 , en tot een vloek H2781 , en tot smaadheid H4725 , en zult deze plaats H7200 H8799 niet meer zien.
  19 H3068 De HEERE H1696 H8765 heeft tegen ulieden gesproken H7611 , gij overblijfsel H3063 van Juda H935 H8799 ! Gaat H4714 niet in Egypte H3045 H8799 ; weet H3045 H8800 zekerlijk H3117 , dat ik heden H5749 H8689 tegen u betuigd heb.
  20 H5315 Gewisselijk, gij hebt uw zielen H8582 H8689 verleid H3068 ; want gij hebt mij tot den HEERE H430 , uw God H7971 H8804 , gezonden H559 H8800 , zeggende H6419 H8690 : Bid H3068 voor ons tot den HEERE H430 , onzen God H3068 , en naar alles, wat de HEERE H430 , onze God H559 H8799 , zal zeggen H5046 H8685 , alzo maak het ons bekend H6213 H8804 , en wij zullen het doen.
  21 H3117 Nu heb ik het u heden H5046 H8686 bekend gemaakt H8085 H8804 ; maar gij hebt niet gehoord H6963 naar de stem H3068 des HEEREN H430 , uws Gods H7971 H8804 , noch naar al hetgeen, [met] hetwelk Hij mij tot u gezonden heeft.
  22 H3045 H8799 Zo weet H3045 H8800 nu zekerlijk H2719 , dat gij door het zwaard H7458 , door den honger H1698 en door de pestilentie H4191 H8799 sterven zult H4725 , ter plaatse H2654 H8804 , waar het u gelust heeft H935 H8800 henen te gaan H1481 H8800 , om aldaar als vreemdelingen te verkeren.