Psalms 118

DSV_Strongs(i)
  1 H3034 H8685 Looft H3068 den HEERE H2896 , want Hij is goed H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  2 H3478 Dat Israel H559 H8799 nu zegge H2617 , dat Zijn goedertierenheid H5769 in der eeuwigheid is.
  3 H1004 Het huis H175 van Aaron H559 H8799 zegge H2617 nu, dat Zijn goedertierenheid H5769 in der eeuwigheid is.
  4 H3068 Dat degenen, die den HEERE H3373 vrezen H559 H8799 , nu zeggen H2617 , dat Zijn goedertierenheid H5769 in der eeuwigheid is.
  5 H4712 Uit de benauwdheid H3050 heb ik den HEERE H7121 H8804 aangeroepen H3050 ; de HEERE H6030 H8804 heeft mij verhoord H4800 , [stellende] [mij] in de ruimte.
  6 H3068 De HEERE H3372 H8799 is bij mij, ik zal niet vrezen H120 ; wat zal mij een mens H6213 H8799 doen?
  7 H3068 De HEERE H5826 H8802 is bij mij onder degenen, die mij helpen H7200 H8799 ; daarom zal ik [mijn] [lust] zien H8130 H8802 aan degenen, die mij haten.
  8 H2896 Het is beter H3068 tot den HEERE H2620 H8800 toevlucht te nemen H120 , dan op den mens H982 H8800 te vertrouwen.
  9 H2896 Het is beter H3068 tot den HEERE H2620 H8800 toevlucht te nemen H5081 , dan op prinsen H982 H8800 te vertrouwen.
  10 H1471 Alle heidenen H5437 H8804 hadden mij omringd H8034 ; het is in den Naam H3068 des HEEREN H4135 H8686 , dat ik ze verhouwen heb.
  11 H5437 H8804 Zij hadden mij omringd H5437 H8804 , ja, zij hadden mij omringd H8034 ; het is in den Naam H3068 des HEEREN H4135 H8686 , dat ik ze verhouwen heb.
  12 H5437 H8804 Zij hadden mij omringd H1682 als bijen H1846 H8795 ; zij zijn uitgeblust H784 H6975 als een doornenvuur H8034 ; het is in den Naam H3068 des HEEREN H4135 H8686 , dat ik ze verhouwen heb.
  13 H1760 H8800 Gij hadt mij zeer hard H1760 H8804 gestoten H5307 H8800 , tot vallens toe H3068 , maar de HEERE H5826 H8804 heeft mij geholpen.
  14 H3050 De HEERE H5797 is mijn Sterkte H2176 en Psalm H3444 , want Hij is mij tot heil geweest.
  15 H168 In de tenten H6662 der rechtvaardigen H6963 is een stem H7440 des gejuichs H3444 en des heils H3225 ; de rechterhand H3068 des HEEREN H6213 H8802 doet H2428 krachtige daden.
  16 H3225 De rechterhand H3068 des HEEREN H7426 H8802 is verhoogd H3225 ; de rechterhand H3068 des HEEREN H6213 H8802 doet H2428 krachtige daden.
  17 H4191 H8799 Ik zal niet sterven H2421 H8799 , maar leven H4639 ; en ik zal de werken H3050 des HEEREN H5608 H8762 vertellen.
  18 H3050 De HEERE H3256 H8763 heeft mij wel hard H3256 H8765 gekastijd H4194 ; maar Hij heeft mij ter dood H5414 H8804 niet overgegeven.
  19 H8179 Doet mij de poorten H6664 der gerechtigheid H6605 H8798 open H935 H8799 , ik zal daardoor ingaan H3050 , ik zal den HEERE H3034 H8686 loven.
  20 H8179 Dit is de poort H3068 des HEEREN H6662 , door dewelke de rechtvaardigen H935 H8799 zullen ingaan.
  21 H3034 H8686 Ik zal U loven H6030 H8804 , omdat Gij mij verhoord hebt H3444 , en mij tot heil geweest zijt.
  22 H68 De steen H1129 H8802 , [dien] de bouwlieden H3988 H8804 verworpen hadden H7218 , is tot een hoofd H6438 des hoeks geworden.
  23 H3068 Dit is van den HEERE H6381 H8738 geschied, [en] het is wonderlijk H5869 in onze ogen.
  24 H3117 Dit is de dag H3068 , [dien] de HEERE H6213 H8804 gemaakt heeft H1523 H8799 ; laat ons op denzelven ons verheugen H8055 H8799 , en verblijd zijn.
  25 H577 Och H3068 HEERE H3467 H8685 ! geef nu heil H577 ; och H3068 HEERE H6743 H8685 ! geef nu voorspoed.
  26 H1288 H8803 Gezegend H935 H8802 zij hij, die daar komt H8034 in den Naam H3068 des HEEREN H1288 H8765 ! Wij zegenen H1004 ulieden uit het huis H3068 des HEEREN.
  27 H3068 De HEERE H410 is God H215 H8686 , Die ons licht gegeven heeft H631 H8798 . Bindt H2282 het feest H5688 [offer] met touwen H7161 tot aan de hoornen H4196 van het altaar.
  28 H410 Gij zijt mijn God H3034 H8686 , daarom zal ik U loven H430 ; o mijn God H7311 H8787 ! ik zal U verhogen.
  29 H3034 H8685 Loof H3068 den HEERE H2896 , want Hij is goed H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.