25
G1722
In
G1565
dienzelfden
G2540
tijd
G611 G5679
antwoordde
G2424
Jezus
G2036 G5627
en zeide
G1843 G5731
: Ik dank
G4671
U
G3962
, Vader
G2962
! Heere
G3772
des hemels
G2532
en
G1093
der aarde
G3754
! dat
G5023
Gij deze dingen
G575
voor
G4680
de wijzen
G2532
en
G4908
verstandigen
G613 G5656
verborgen hebt
G2532
, en
G846
hebt dezelve
G3516
den kinderkens
G601 G5656
geopenbaard.
Matthew 11:25 Cross References - DSV_Strongs
Genesis 14:19
Genesis 14:22
Deuteronomy 10:14-15
1 Samuel 2:18
1 Samuel 3:4-21
4
H3068
Dat de HEERE
H413
,
H8050
Samuel
H7121 H8799
riep
H559 H8799
; en hij zeide
H2009
: Zie, [hier] ben ik.
5
H7323 H8799
En hij liep
H413
tot
H5941
Eli
H559 H8799
en zeide
H2009
: Zie
H3588
, [hier] ben ik, want
H7121 H8804
gij hebt mij geroepen
H559 H8799
. Doch hij zeide
H3808
: Ik heb niet
H7121 H8804
geroepen
H7725 H8798
, keer weder
H7901 H8798
, leide u neder
H3212 H8799
. En hij ging heen
H7901 H8799
en legde zich neder.
6
H7121 H8800 H5750
Toen riep
H3068
de HEERE
H8050
Samuel
H3254 H8686
wederom
H8050
; en Samuel
H6965 H8799
stond op
H3212 H8799
; en ging
H413
tot
H5941
Eli
H559 H8799
, en zeide
H2009
: Zie
H3588
, [hier] ben ik, want
H7121 H8804
gij hebt mij geroepen
H559 H8799
. Hij dan zeide
H3808
: Ik heb u niet
H7121 H8804
geroepen
H1121
, mijn zoon
H7725 H8798
; keer weder
H7901 H8798
, leg u neder.
7
H8050
Doch Samuel
H3045 H8804
kende
H3068
den HEERE
H2962
nog niet
H1697
; en het woord
H3068
des HEEREN
H413
was aan
H2962
hem nog niet
H1540 H8735
geopenbaard.
8
H7121 H8800
Toen riep
H3068
de HEERE
H8050
Samuel
H3254 H8686
wederom
H7992
, ten derden maal
H6965 H8799
; en hij stond op
H3212 H8799
, en ging
H413
tot
H5941
Eli
H559 H8799
, en zeide
H2009
: Zie
H3588
, [hier] ben ik, want
H7121 H8804
gij hebt mij geroepen
H995 H8799
. Toen verstond
H5941
Eli
H3588
, dat
H3068
de HEERE
H5288
den jongeling
H7121 H8802
riep.
9
H559 H8799
Daarom zeide
H5941
Eli
H413
tot
H8050
Samuel
H3212 H8798
: Ga heen
H7901 H8798
, leg u neder
H1961 H8804
, en het zal geschieden
H518
, zo
H413
Hij u
H7121 H8799
roept
H559 H8804
, zo zult gij zeggen
H1696 H8761
: Spreek
H3068
, HEERE
H3588
, want
H5650
Uw knecht
H8085 H8802
hoort
H3212 H8799
. Toen ging
H8050
Samuel
H7901 H8799
heen en leide zich
H4725
aan zijn plaats.
10
H935 H8799
Toen kwam
H3068
de HEERE
H3320 H8691
, en stelde Zich
H7121 H8799
daar, en riep
H6471
gelijk de andere
H6471
malen
H8050
: Samuel
H8050
, Samuel
H8050
! En Samuel
H559 H8799
zeide
H1696 H8761
: Spreek
H3588
, want
H5650
Uw knecht
H8085 H8802
hoort.
11
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H8050
Samuel
H2009
: Zie
H595
, Ik
H6213 H8802
doe
H1697
een ding
H3478
in Israel
H834
, dat
H3605
al
H8085 H8802
wie het horen zal
H8147
, [dien] zullen zijn beide
H241
oren
H6750 H8799
klinken.
12
H1931
Te dienzelven
H3117
dage
H6965 H8686
zal Ik verwekken
H413
over
H5941
Eli
H3605
alles
H834
, wat
H413
Ik tegen
H1004
zijn huis
H1696 H8765
gesproken heb
H2490 H8687
; Ik zal het beginnen
H3615 H8763
en voleinden.
13
H5046 H8689
Want Ik heb hem te kennen gegeven
H3588
, dat
H589
Ik
H1004
zijn huis
H8199 H8802
rechten
H5704
zal tot in
H5769
eeuwigheid
H5771
, om der ongerechtigheids
H834
wil, die
H3045 H8804
hij geweten heeft
H3588
; want
H1121
[als] zijn zonen
H7043 H8764
zich hebben vervloekt gemaakt
H3808
, zo heeft hij hen niet
H3543 H8765
eens zuur aangezien.
14
H3651
Daarom
H1004
dan heb Ik het huis
H5941
van Eli
H7650 H8738
gezworen
H518
: Zo
H5771
de ongerechtigheid
H1004
van het huis
H5941
van Eli
H5704
tot in
H5769
eeuwigheid
H3722 H8691
zal verzoend worden
H2077
door slachtoffer
H4503
of door spijsoffer!
15
H8050
Samuel
H7901 H8799
nu lag
H5704
tot aan
H1242
den morgen
H6605 H0
; toen deed hij
H1817
de deuren
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H6605 H8799
open
H8050
; doch Samuel
H3372 H8804
vreesde
H4759
dit gezicht
H413
aan
H5941
Eli
H4480
te
H5046 H8687
kennen te geven.
16
H7121 H8799
Toen riep
H5941
Eli
H8050
Samuel
H559 H8799
, en zeide
H1121
: Mijn zoon
H8050
Samuel
H559 H8799
! Hij dan zeide
H2009
: Zie, [hier] ben ik.
17
H559 H8799
En hij zeide
H4100
: Wat
H1697
is het woord
H834
, dat
H413
Hij tot
H1696 H8765
u gesproken heeft
H3582 H8762
? Verberg
H4994
het toch
H408
niet
H4480
voor
H430
mij; God
H6213 H8799
doe
H3541
u zo
H3541
, en zo
H3254 H8686
doe Hij daartoe
H518
, indien
H1697
gij een woord
H4480
voor
H3582 H8762
mij verbergt
H4480
van
H3605
al
H1697
de woorden
H834
, die
H413
Hij tot
H1696 H8765
u gesproken heeft!
18
H5046 H0
Toen gaf
H8050
hem Samuel
H5046 H8686
te kennen
H3605
al
H1697
die woorden
H3582 H8765
, en verborg
H4480
[ze] voor
H3808
hem niet
H559 H8799
. En hij zeide
H1931
: Hij
H3068
is de HEERE
H6213 H8799
; Hij doe
H2896
, wat goed
H5869
is in Zijn ogen!
19
H8050
Samuel
H1431 H8799
nu werd groot
H3068
; en de HEERE
H1961 H8804
was
H5973
met
H3808
hem, en liet niet
H4480
een van
H3605
al
H1697
Zijn woorden
H776
op de aarde
H5307 H8689
vallen.
2 Kings 19:15
15
H2396
En Hizkia
H6419 H8691
bad
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H559 H8799
, en zeide
H3068
: O HEERE
H430
, God
H3478
Israels
H3742
, Die tussen de cherubim
H3427 H8802
woont
H859
! Gij
H1931
zelf
H909
, Gij alleen
H430
zijt de God
H4467
van alle koninkrijken
H776
der aarde
H859
, Gij
H8064
hebt den hemel
H776
en de aarde
H6213 H8804
gemaakt.
1 Chronicles 29:13
Psalms 8:2
Isaiah 5:21
Isaiah 29:10-14
10
H3068
Want de HEERE
H5258 H8804
heeft over ulieden uitgegoten
H7307
een geest
H8639
des diepen slaaps
H5869
, en Hij heeft uw ogen
H6105 H8762
toegesloten
H5030
; de profeten
H7218
, en uw hoofden
H2374
, [en] de zieners
H3680 H8765
heeft Hij verblind.
11
H2380
Daarom is ulieden alle gezicht
H1697
geworden als de woorden
H2856 H8803
van een verzegeld
H5612
boek
H5414 H8799
, hetwelk men geeft
H3045 H8802 H5612
aan een, die lezen kan
H559 H8800
, zeggende
H7121 H8798
: Lees
H559 H8804
toch dit; en hij zegt
H3201 H8799
: Ik kan
H2856 H8803
niet, want het is verzegeld.
12
H5414 H8738
Of men geeft
H5612
het boek
H3045 H8804 H5612
aan een, die niet lezen kan
H559 H8800
, zeggende
H7121 H8798
: Lees
H559 H8804
toch dit; en hij zegt
H3045 H8804 H5612
: Ik kan niet lezen.
13
H136
Want de Heere
H559 H8799
heeft gezegd
H3282
: Daarom dat
H5971
dit volk
H5066 H8738
[tot] [Mij] nadert
H6310
met zijn mond
H8193
, en zij Mij met hun lippen
H3513 H8765
eren
H3820
, doch hun hart
H7368 H8765
verre van Mij doen
H3374
; en hun vreze
H4687 H582
, [waarmede] [zij] Mij [vrezen], mensengeboden
H3925 H8794
zijn, die hun geleerd zijn;
Isaiah 29:18-19
Isaiah 66:1
Jeremiah 1:5-8
5
H2962
Eer
H990
Ik u in [moeders] buik
H3335 H8799
formeerde
H3045 H8804
, heb Ik u gekend
H7358
, en eer gij uit de baarmoeder
H3318 H8799
voortkwaamt
H6942 H8689
, heb Ik u geheiligd
H1471
; Ik heb u den volken
H5030
tot een profeet
H5414 H8804
gesteld.
6
H559 H8799
Toen zeide ik
H162
: Ach
H136
, Heere
H3069
HEERE
H3045 H8804
! zie, ik kan
H1696 H8763
niet spreken
H5288
, want ik ben jong.
Daniel 2:23
23
H576
Ik
H3029 H8683
dank
H7624 H8743
en ik loof
H426
U, o God
H2
mijner vaderen
H2452
! omdat Gij mij wijsheid
H1370
en kracht
H3052 H8754
gegeven hebt
H3705
, en mij nu
H3046 H8684
bekend gemaakt hebt
H4481
, wat wij van
H1156 H8754
U verzocht hebben
H4430
, want Gij hebt ons des konings
H4406
zaak
H3046 H8684
bekend gemaakt.
Daniel 4:35
35
H3606
En al
H1753 H8748
de inwoners
H772
der aarde
H3809
zijn als niets
H2804 H8752
geacht
H5648 H8751
, en Hij doet
H6634 H8749
naar Zijn wil
H2429
met het heir
H8065
des hemels
H1753 H8748
en de inwoners
H772
der aarde
H383
, en er is
H3809
niemand
H3028
, die Zijn hand
H4223 H8741
afslaan
H560 H8748
, of tot Hem zeggen
H4101
kan: Wat
H5648 H8754
doet Gij?
Matthew 13:11-16
11
G611 G5679
En Hij, antwoordende
G2036 G5627
, zeide
G846
tot hen
G3754
: Omdat
G5213
het u
G1325 G5769
gegeven is
G3466
, de verborgenheden
G932
van het Koninkrijk
G3772
der hemelen
G1097 G5629
te weten
G1161
, maar
G1565
dien
G3756
is het niet
G1325 G5769
gegeven.
12
G1063
Want
G3748
wie
G2192 G5719
heeft
G846
, dien
G1325 G5701
zal gegeven worden
G2532
, en
G4052 G5701
hij zal overvloediglijk hebben
G1161
; maar
G3748
wie
G3756
niet
G2192 G5719
heeft
G575
, van
G846
dien
G142 G5701
zal genomen worden
G2532
, ook
G2192 G5719
dat hij heeft.
13
G1223 G5124
Daarom
G2980 G5719
spreek Ik
G846
tot hen
G1722
door
G3850
gelijkenissen
G3754
, omdat
G991 G5723
zij ziende
G3756
niet
G991 G5719
zien
G2532
, en
G191 G5723
horende
G3756
niet
G191 G5719
horen
G3761
, noch ook
G4920 G5719
verstaan.
14
G2532
En
G1909
in
G846
hen
G4394
wordt de profetie
G2268
van Jesaja
G378 G5743
vervuld
G3588
, die
G3004 G5723
zegt
G189
: Met het gehoor
G191 G5692
zult gij horen
G2532
, en
G3364
geenszins
G4920 G5655
verstaan
G2532
; en
G991 G5723
ziende
G991 G5692
zult gij zien
G2532
, en
G3364
geenszins
G1492 G5632
bemerken.
15
G1063
Want
G2588
het hart
G5127
dezes
G2992
volks
G3975 G5681
is dik geworden
G2532
, en
G3775
zij hebben met de oren
G917
zwaarlijk
G191 G5656
gehoord
G2532
, en
G846
hun
G3788
ogen
G2576 G5656
hebben zij toegedaan
G3379
; opdat zij niet te eniger tijd
G3788
met de ogen
G1492 G5632
zouden zien
G2532
, en
G3775
met de oren
G191 G5661
horen
G2532
, en
G2588
met het hart
G4920 G5632
verstaan
G2532
, en
G1994 G5661
zich bekeren
G2532
, en
G846
Ik hen
G2390 G5667
geneze.
Matthew 16:17
17
G2532
En
G2424
Jezus
G611 G5679
, antwoordende
G2036 G5627
, zeide
G846
tot hem
G3107
: Zalig
G1488 G5748
zijt gij
G4613
, Simon
G920
, Bar-jona
G3754
! want
G4561
vlees
G2532
en
G129
bloed
G4671
heeft u
G3756
[dat] niet
G601 G5656
geopenbaard
G235
, maar
G3450
Mijn
G3962
Vader
G3588
, Die
G1722
in
G3772
de hemelen is.
Matthew 18:3-4
Matthew 21:16
16
G2532
En
G2036 G5627
zeiden
G846
tot Hem
G191 G5719
: Hoort Gij
G5101
[wel], wat
G3778
dezen
G3004 G5719
zeggen
G1161
? En
G2424
Jezus
G3004 G5719
zeide
G846
tot hen
G3483
: Ja
G3763
; hebt gij nooit
G314 G5627
gelezen
G3754
:
G1537
Uit
G4750
den mond
G3516
der jonge kinderen
G2532
en
G2337 G5723
der zuigelingen
G136
hebt Gij [U] lof
G2675 G5668
toebereid?
Mark 4:10-12
10
G1161
En
G3753
als
G2651
Hij nu alleen
G1096 G5633
was
G2065 G5656
, vraagden
G846
Hem
G4012
degenen, die omtrent
G4862
Hem [waren], met
G1427
de twaalven
G3850
, naar de gelijkenis.
11
G2532
En
G3004 G5707
Hij zeide
G846
tot hen
G1325 G
: Het is
G5213
u
G1325 G5769
gegeven
G1097 G5629
te verstaan
G3466
de verborgenheid
G932
van het Koninkrijk
G2316
Gods
G1161
; maar
G1565
dengenen
G1854
, die buiten
G1096 G5736
zijn, geschieden
G3956
al deze dingen
G1722
door
G3850
gelijkenissen;
12
G2443
Opdat
G991 G5723
zij ziende
G991 G5725
zien
G2532
, en
G3361
niet
G1492 G5632
bemerken
G2532
, en
G191 G5723
horende
G191 G5725
horen
G2532
, en
G3361
niet
G4920 G5725
verstaan
G3379 G
; opdat
G1994 G
zij zich
G3379
niet te eniger tijd
G1994 G5661
, bekeren
G2532
en
G846
hun
G265
de zonden
G863 G5686
vergeven worden.
Mark 10:14-16
14
G1161
Maar
G2424
Jezus
G1492 G5631
, [dat] ziende
G23 G5656
, nam het zeer kwalijk
G2532
, en
G2036 G5627
zeide
G846
tot hen
G863 G5628
: Laat
G3813
de kinderkens
G4314
tot
G3165
Mij
G2064 G5738
komen
G2532
, en
G2967 G5720
verhindert
G846
ze
G3361
niet
G1063
; want
G5108
derzulken
G2076 G5748
is
G932
het Koninkrijk
G2316
Gods.
Luke 10:21-24
21
G1722
Te
G846
dier
G5610
ure
G21 G5662
verheugde Zich
G2424
Jezus
G4151
in den geest
G2532
, en
G2036 G5627
zeide
G1843 G5731
: Ik dank
G4671
U
G3962
, Vader
G2962
! Heere
G3772
des hemels
G2532
en
G1093
der aarde
G3754
; dat
G5023
Gij deze dingen
G575
voor
G4680
de wijzen
G2532
en
G4908
verstandigen
G613 G5656
verborgen hebt
G2532
, en
G846
hebt dezelve
G3516
den kinderkens
G601 G5656
geopenbaard
G3483
; ja
G3962
, Vader
G3754
, want
G3779
alzo
G1096 G5633
is geweest
G2107
het welbehagen
G1715
voor
G4675
U.
22
G3956
Alle dingen
G3427
zijn Mij
G5259
van
G3450
Mijn
G3962
Vader
G3860 G5681
overgegeven
G2532
; en
G3762
niemand
G1097 G5719
weet
G5101
, wie
G5207
de Zoon
G2076 G5748
is
G1508
, dan
G3962
de Vader
G2532
; en
G5101
wie
G3962
de Vader
G2076 G5748
is
G1508
, dan
G5207
de Zoon
G2532
, en
G3739 G1437
dien
G5207
het de Zoon
G1014 G5741
zal willen
G601 G5658
openbaren.
23
G2532
En
G4762 G5651
Zich kerende
G4314
naar
G3101
de discipelen
G2036 G5627
, zeide Hij
G2398 G2596
[tot] [hen] alleen
G3107
: Zalig
G3788
zijn de ogen
G3588
, die
G991 G5723
zien
G3739
, hetgeen
G5210
gij
G991 G5719
ziet.
24
G1063
Want
G3004 G5719
Ik zeg
G5213
u
G3754
, dat
G4183
vele
G4396
profeten
G2532
en
G935
koningen
G2309 G5656
hebben begeerd
G1492 G5629
te zien
G3739
, hetgeen
G5210
gij
G991 G5719
ziet
G2532
, en
G3756
hebben het niet
G1492 G5627
gezien
G2532
; en
G191 G5658
te horen
G3739
, hetgeen
G191 G5719
gij hoort
G2532
, en
G3756
hebben het niet
G191 G5656
gehoord.
Luke 22:42
John 7:48-49
John 9:39-41
39
G2532
En
G2424
Jezus
G2036 G5627
zeide
G1473
: Ik
G1519
ben tot
G2917
een oordeel
G1519
in
G5126
deze
G2889
wereld
G2064 G5627
gekomen
G2443
, opdat
G3361
degenen, die niet
G991 G5723
zien
G991 G5725
, zien mogen
G2532
, en
G991 G5723
die zien
G5185
, blind
G1096 G5638
worden.
John 11:41
41
G142 G
Zij namen
G3767
dan
G3037
den steen
G142 G5656
weg
G3757
, waar
G2348 G5761
de gestorvene
G2258 G5713 G2749 G5740
lag
G1161
. En
G2424
Jezus
G142 G5656
hief
G3788
de ogen
G507
opwaarts
G2532
, en
G2036 G5627
zeide
G3962
: Vader
G2168 G5719
, Ik dank
G4671
U
G3754
, dat
G3450
Gij Mij
G191 G5656
gehoord hebt.
John 12:38-40
38
G2443
Opdat
G3056
het woord
G2268
van Jesaja
G4396
, den profeet
G4137 G5686
, vervuld werd
G3739
, dat
G2036 G5627
hij gesproken heeft
G2962
: Heere
G5101
, wie
G2257
heeft onze
G189
prediking
G4100 G5656
geloofd
G2532
, en
G5101
wien
G1023
is de arm
G2962
des Heeren
G601 G5681
geopenbaard?
39
G5124 G1223
Daarom
G1410 G5711
konden zij
G3756
niet
G4100 G5721
geloven
G3754
, dewijl
G2268
Jesaja
G3825
wederom
G2036 G5627
gezegd heeft:
40
G846
Hij heeft hun
G3788
ogen
G5186 G5758
verblind
G2532
, en
G846
hun
G2588
hart
G4456 G5758
verhard
G2443
; opdat
G3788
zij met de ogen
G3361
niet
G1492 G5632
zien
G2532
, en
G2588
met het hart
G3539 G5661
[niet] verstaan
G2532
, en
G1994 G5652
zij bekeerd worden
G2532
, en
G846
Ik hen
G2390 G5667
geneze.
Acts 17:24
Romans 11:8-10
8
G2531
(Gelijk
G1125 G5769
geschreven is
G2316
: God
G846
heeft hun
G1325 G5656
gegeven
G4151
een geest
G2659
des diepen slaaps
G3788
; ogen
G3361
om niet
G991 G5721
te zien
G2532
, en
G3775
oren
G3361
om niet
G191 G5721
te horen
G2193
) tot
G4594
op den huidigen
G2250
dag.
1 Corinthians 1:18-29
18
G1063
Want
G3056
het woord
G4716
des kruises
G2076 G5748
is
G3303
wel
G622 G5730
dengenen, die verloren gaan
G3472
, dwaasheid
G1161
; maar
G2254
ons
G4982 G5746
, die behouden worden
G2076 G5748
, is het
G1411
een kracht
G2316
Gods;
19
G1063
Want
G1125 G5769
er is geschreven
G4678
: Ik zal de wijsheid
G4680
der wijzen
G622 G5692
doen vergaan
G2532
, en
G4907
het verstand
G4908
der verstandigen
G114 G5692
zal Ik te niet maken.
20
G4226
Waar
G4680
is de wijze
G4226
? Waar
G1122
is de schriftgeleerde
G4226
? Waar
G4804
is de onderzoeker
G5127
dezer
G165
eeuw
G2316
? Heeft God
G4678
de wijsheid
G5127
dezer
G2889
wereld
G3780
niet
G3471 G5656
dwaas gemaakt?
21
G1063
Want
G1894
nademaal
G1722
, in
G4678
de wijsheid
G2316
Gods
G2889
, de wereld
G2316
God
G3756
niet
G1097 G5627
heeft gekend
G1223
door
G4678
de wijsheid
G2316
, zo heeft het Gode
G2106 G5656
behaagd
G1223
, door
G3472
de dwaasheid
G2782
der prediking
G4982 G5658
, zalig te maken
G4100 G5723
, die geloven;
22
G2532 G1894
Overmits
G2453
de Joden
G4592
een teken
G154 G5719
begeren
G2532
, en
G1672
de Grieken
G4678
wijsheid
G2212 G5719
zoeken;
23
G1161
Doch
G2249
wij
G2784 G5719
prediken
G5547
Christus
G4717 G5772
, den Gekruisigde
G2453
, den Joden
G3303
wel
G4625
een ergernis
G1161
, en
G1672
den Grieken
G3472
een dwaasheid;
24
G1161
Maar
G846
hun
G3588
, die
G2822
geroepen zijn
G5037
, beiden
G2453
Joden
G2532
en
G1672
Grieken
G5547
, [prediken] [wij] Christus
G1411
, de kracht
G2316
Gods
G2532
, en
G4678
de wijsheid
G2316
Gods.
25
G3754
Want
G3474
het dwaze
G2316
Gods
G2076 G5748
is
G4680
wijzer dan
G444
de mensen
G2532
; en
G772
het zwakke
G2316
Gods
G2076 G5748
is
G2478
sterker dan
G444
de mensen.
26
G1063
Want
G991 G5719
gij ziet
G5216
uw
G2821
roeping
G80
, broeders
G3754
, dat
G3756
[gij] niet
G4183
vele
G4680
wijzen
G2596
[zijt] naar
G4561
het vlees
G3756
, niet
G4183
vele
G1415
machtigen
G3756
, niet
G4183
vele
G2104
edelen.
27
G235
Maar
G3474
het dwaze
G2889
der wereld
G2316
heeft God
G1586 G5668
uitverkoren
G2443
, opdat
G4680
Hij de wijzen
G2617 G5725
beschamen zou
G2532
; en
G772
het zwakke
G2889
der wereld
G2316
heeft God
G1586 G5668
uitverkoren
G2443
, opdat
G2478
Hij het sterke
G2617 G5725
zou beschamen;
1 Corinthians 2:6-8
6
G1161
En
G2980 G5719
wij spreken
G4678
wijsheid
G1722
onder
G5046
de volmaakten
G1161
; doch
G4678
een wijsheid
G3756
, niet
G5127
dezer
G165
wereld
G3761
, noch
G758
der oversten
G5127
dezer
G165
wereld
G2673 G5746
, die te niet worden;
1 Corinthians 3:18-20
18
G3367
Niemand
G1818 G5720
bedriege
G1438
zichzelven
G1536
. Zo iemand
G1722
onder
G5213
u
G1380 G5719
dunkt
G4680
, dat hij wijs
G1511 G5750
is
G1722
in
G5129
deze
G165
wereld
G1096 G5634
, die worde
G3474
dwaas
G2443
, opdat
G4680
hij wijs
G1096 G5638
moge worden.
2 Corinthians 3:14
14
G235
Maar
G846
hun
G3540
zinnen
G4456 G5681
zijn verhard geworden
G1063
; want
G891
tot op
G4594
[den] [dag] van heden
G3306 G5719
blijft
G846
hetzelfde
G2571
deksel
G1909
in
G320
het lezen
G3820
des Ouden
G1242
Testaments
G3361
, zonder
G343 G5746
ontdekt te worden
G3748
, hetwelk
G1722
door
G5547
Christus
G2673 G5743
te niet gedaan wordt.
2 Corinthians 4:3-6
3
G1161
Doch
G1499
indien
G2532
ook
G2257
ons
G2098
Evangelie
G2572 G5772
bedekt
G2076 G5748
is
G2076 G5748
, zo is het
G2572 G5772
bedekt
G1722
in
G622 G5730
degenen, die verloren gaan;
4
G1722
In
G3739
dewelke
G2316
de god
G5127
dezer
G165
eeuw
G3540
de zinnen
G5186 G5656
verblind heeft
G571
, [namelijk] der ongelovigen
G1519
, opdat
G846
hen
G3361
niet
G826 G5658
bestrale
G5462
de verlichting
G2098
van het Evangelie
G1391
der heerlijkheid
G5547
van Christus
G3739
, Die
G1504
het Beeld
G2316
Gods
G2076 G5748
is.
5
G1063
Want
G2784 G5719
wij prediken
G3756
niet
G1438
onszelven
G235
, maar
G5547
Christus
G2424
Jezus
G2962
, den Heere
G1161
; en
G1438
onszelven
G5216
, [dat] [wij] uw
G1401
dienaars
G1223
[zijn] om
G2424
Jezus' wil.
6
G3754
Want
G2316
God
G3588
, Die
G2036 G5631
gezegd heeft
G5457
, dat het licht
G1537
uit
G4655
de duisternis
G2989 G5658
zou schijnen
G1722
, is Degene, Die in
G2257
onze
G2588
harten
G2989 G5656
geschenen heeft
G4314
, om
G5462
[te] [geven] verlichting
G1108
der kennis
G1391
der heerlijkheid
G2316
Gods
G1722
in
G4383
het aangezicht
G2424
van Jezus
G5547
Christus.
2 Thessalonians 2:13-14
13
G1161
Maar
G2249
wij
G3784 G5719
zijn schuldig
G3842
altijd
G2316
God
G2168 G5721
te danken
G4012
over
G5216
u
G80
, broeders
G5259
, die van
G2962
den Heere
G25 G5772
bemind zijt
G3754
, dat
G5209
u
G2316
God
G575
van
G746
den beginne
G138 G5639
verkoren heeft
G1519
tot
G4991
zaligheid
G1722
, in
G38
heiligmaking
G4151
des Geestes
G2532
, en
G4102
geloof
G225
der waarheid;