1
H7126 H8799
Toen naderden
H1323
de dochteren
H6765
van Zelafead
H1121
, den zoon
H2660
van Hefer
H1121
, den zoon
H1568
van Gilead
H1121
, den zoon
H4353
van Machir
H1121
, den zoon
H4519
van Manasse
H4940
, onder de geslachten
H4519
van Manasse
H1121
, den zoon
H3130
van Jozef
H8034
(en dit zijn de namen
H1323
zijner dochteren
H4244
: Machla
H5270
, Noa
H2295
, en Hogla
H4435
, en Milka
H8656
, en Tirza);
2
H5975 H8799
En zij stonden
H6440
voor het aangezicht
H4872
van Mozes
H6440
, en voor het aangezicht
H499
van Eleazar
H3548
, den priester
H6440
, en voor het aangezicht
H5387
van de oversten
H5712
, en van de ganse vergadering
H6607
, aan de deur
H168
van de tent
H4150
der samenkomst
H559 H8800
, zeggende:
3
H1
Onze vader
H4191 H8804
is gestorven
H4057
in de woestijn
H8432
, en hij is niet geweest in het midden
H5712
der vergadering
H3068
dergenen, die zich tegen den HEERE
H3259 H8737
vergaderd hebben
H5712
in de vergadering
H7141
van Korach
H2399
; maar hij is in zijn zonde
H4191 H8804
gestorven
H1121
, en had geen zonen.
4
H8034
Waarom zou de naam
H1
onzes vaders
H8432
uit het midden
H4940
van zijn geslacht
H1639 H8735
weggenomen worden
H1121
, omdat hij geen zoon
H5414 H8798
heeft? Geef
H272
ons een bezitting
H8432
in het midden
H251
der broederen
H1
van onzen vader.
5
H4872
En Mozes
H7126 H8686
bracht
H4941
haar rechtzaak
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN.
7
H1323
De dochteren
H6765
van Zelafead
H1696 H8802
spreken
H3651
recht
H5414 H8800
; gij zult haar ganselijk
H5414 H8799
geven
H272
de bezitting
H5159
ener erfenis
H8432
, in het midden
H251
van de broederen
H1
haars vaders
H5159
; en gij zult de erfenis
H1
haars vaders
H5674 H8689
op haar doen komen.
8
H1121
En tot de kinderen
H3478
Israels
H1696 H8762
zult gij spreken
H559 H8800
, zeggende
H376
: Wanneer iemand
H4191 H8799
sterft
H1121
, en geen zoon
H5159
heeft, zo zult gij zijn erfenis
H1323
op zijn dochter
H5674 H8689
doen komen.
9
H1323
En indien hij geen dochter
H5159
heeft, zo zult gij zijn erfenis
H251
aan zijn broederen
H5414 H8804
geven.
10
H251
Indien hij nu geen broederen
H5159
heeft, zo zult gij zijn erfenis
H251
aan de broederen
H1
zijns vaders
H5414 H8804
geven.
11
H1
Indien ook zijn vader
H251
geen broeders
H5159
heeft, zo zult gij zijn erfenis
H5414 H8804
geven
H7607
aan zijn naastbestaande
H7138
, die hem de naaste
H4940
van zijn geslacht
H3423 H8804
is, dat hij het erfelijk bezitte
H1121
. Dit zal den kinderen
H3478
Israels
H2708
tot een inzetting
H4941
des rechts
H3068
zijn, gelijk als de HEERE
H4872
Mozes
H6680 H8765
geboden heeft.
12
H559 H8799
Daarna zeide
H3068
de HEERE
H4872
tot Mozes
H5927 H8798
: Klim
H2022
op dezen berg
H5682
Abarim
H7200 H8798
, en zie
H776
dat land
H1121
, hetwelk Ik den kinderen
H3478
Israels
H5414 H8804
gegeven heb.
13
H7200 H8804
Wanneer gij dat gezien zult hebben
H5971
, dan zult gij tot uw volken
H622 H8738
verzameld worden
H251
, gij ook, gelijk als uw broeder
H175
Aaron
H622 H8738
verzameld geworden is;
14
H6310
Naardien gijlieden Mijn mond
H4784 H8804
wederspannig zijt geweest
H4057
in de woestijn
H6790
Zin
H4808
, in de twisting
H5712
der vergadering
H4325
, om Mij aan de wateren
H5869
voor hun ogen
H6942 H8687
te heiligen
H4325
. Dat zijn de wateren
H4809
van Meriba
H6946
, van Kades
H4057
, in de woestijn
H6790
Zin.
16
H3068
Dat de HEERE
H430
, de God
H7307
der geesten
H1320
van alle vlees
H376
, een man
H6485 H8799
stelle
H5712
over deze vergadering.
17
H6440
Die voor hun aangezicht
H3318 H8799
uitga
H6440
, en die voor hun aangezicht
H935 H8799
inga
H3318 H8686
, en die hen uitleide
H935 H8686
, en die hen inleide
H5712
; opdat de vergadering
H3068
des HEEREN
H6629
niet zij als schapen
H7462 H8802
, die geen herder hebben.
18
H559 H8799
Toen zeide
H3068
de HEERE
H4872
tot Mozes
H3947 H8798
: Neem
H3091
tot u Jozua
H1121
, den zoon
H5126
van Nun
H376
, een man
H7307
, in wien de Geest
H5564 H8804
is; en leg
H3027
uw hand op hem;
19
H5975 H8689
En stel
H6440
hem voor het aangezicht
H499
van Eleazar
H3548
, den priester
H6440
, en voor het aangezicht
H5712
der ganse vergadering
H6680 H8765
; en geef hem bevel
H5869
voor hun ogen;
20
H5414 H8804
En leg
H1935
op hem van uw heerlijkheid
H8085 H8799
, opdat zij horen
H5712
, [te] [weten] de ganse vergadering
H1121
der kinderen
H3478
Israels.
21
H6440
En hij zal voor het aangezicht
H499
van Eleazar
H3548
, den priester
H5975 H8799
, staan
H7592 H8804
, die voor hem raad vragen zal
H4941
, naar de wijze
H224
van Urim
H6440
, voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H6310
; naar zijn mond
H3318 H8799
zullen zij uitgaan
H6310
, en naar zijn mond
H935 H8799
zullen zij ingaan
H1121
, hij, en al de kinderen
H3478
Israels
H5712
met hem, en de ganse vergadering.