Bible verses about "god creating the world" | DSV_Strongs

Genesis 2:19

  19 H3068 Want als de HEERE H430 God H4480 uit H127 de aarde H3605 al H2416 het gedierte H7704 des velds H3605 , en al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3335 H8799 gemaakt had H935 H8686 , zo bracht Hij H413 die tot H120 Adam H7200 H8800 , om te zien H4100 , hoe H7121 H8799 hij ze noemen zou H834 ; en zo als H120 Adam H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H7121 H8799 noemen zoude H1931 , dat H8034 [zou] haar naam [zijn].

Genesis 1:1

  1 H7225 In den beginne H1254 H8804 schiep H430 God H853 den H8064 hemel H853 en de H776 aarde.

Genesis 1:1-11:32

  1 H7225 In den beginne H1254 H8804 schiep H430 God H853 den H8064 hemel H853 en de H776 aarde.
  2 H776 De aarde H1961 H8804 nu was H8414 woest H922 en ledig H2822 , en duisternis H5921 H6440 [was] op H8415 den afgrond H7307 ; en de Geest H430 Gods H7363 H8764 zweefde H5921 H6440 op H4325 de wateren.
  3 H430 En God H559 H8799 zeide H1961 H8799 : Daar zij H216 licht H1961 H8799 ! en daar werd H216 licht.
  4 H430 En God H7200 H8799 zag H853 het H216 licht H3588 , dat H2896 het goed H430 [was]; en God H914 H8686 maakte scheiding H996 tussen H216 het licht H996 en tussen H2822 de duisternis.
  5 H430 En God H7121 H8799 noemde H216 het licht H3117 dag H2822 , en de duisternis H7121 H8804 noemde Hij H3915 nacht H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H259 , de eerste H3117 dag.
  6 H430 En God H559 H8799 zeide H1961 H8799 : Daar zij H7549 een uitspansel H8432 in het midden H4325 der wateren H1961 H8799 ; en dat make H914 H8688 scheiding H996 tussen H4325 wateren H4325 en wateren!
  7 H430 En God H6213 H8799 maakte H7549 dat uitspansel H914 H8686 , en maakte scheiding H996 tussen H4325 de wateren H834 , die H8478 onder H7549 het uitspansel H996 [zijn], en tussen H4325 de wateren H834 , die H5921 boven H7549 het uitspansel H1961 H8799 [zijn]. En het was H3651 alzo.
  8 H430 En God H7121 H8799 noemde H7549 het uitspansel H8064 hemel H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H8145 , de tweede H3117 dag.
  9 H430 En God H559 H8799 zeide H4325 : Dat de wateren H8478 van onder H8064 den hemel H413 in H259 een H4725 plaats H6960 H8735 vergaderd worden H3004 , en dat het droge H7200 H8735 gezien worde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  10 H430 En God H7121 H8799 noemde H3004 het droge H776 aarde H4723 , en de vergadering H4325 der wateren H7121 H8804 noemde Hij H3220 zeeen H430 ; en God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  11 H430 En God H559 H8799 zeide H776 : Dat de aarde H1876 H8686 uitschiete H1877 grasscheutjes H6212 , kruid H2233 H2232 H8688 zaadzaaiende H6529 , vruchtbaar H6086 geboomte H6213 H8802 , dragende H6529 vrucht H4327 naar zijn aard H834 , welks H2233 zaad H5921 daarin zij op H776 de aarde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  12 H776 En de aarde H3318 H8686 bracht voort H1877 grasscheutjes H6212 , kruid H2233 H2232 H8688 zaadzaaiende H4327 naar zijn aard H6529 H6213 H8802 , en vruchtdragend H6086 geboomte H2233 , welks H4327 zaad daarin was, naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  13 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H7992 , de derde H3117 dag.
  14 H430 En God H559 H8799 zeide H3974 : Dat er lichten H1961 H8799 zijn H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H914 H8687 , om scheiding te maken H996 tussen H3117 den dag H996 en tussen H3915 den nacht H1961 H8799 ; en dat zij zijn H226 tot tekenen H4150 en tot gezette tijden H3117 , en tot dagen H8141 en jaren!
  15 H1961 H8799 En dat zij zijn H3974 tot lichten H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H215 H8687 , om licht te geven H5921 op H776 de aarde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  16 H430 God H6213 H8799 dan maakte H8147 die twee H1419 grote H3974 lichten H1419 ; dat grote H3974 licht H4475 tot heerschappij H3117 des daags H6996 , en dat kleine H3974 licht H4475 tot heerschappij H3915 des nachts H3556 ; ook de sterren.
  17 H430 En God H5414 H8799 stelde H853 ze H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H215 H8687 , om licht te geven H5921 op H776 de aarde.
  18 H4910 H8800 En om te heersen H3117 op den dag H3915 , en in den nacht H914 H8687 , en om scheiding te maken H996 tussen H216 het licht H996 en tussen H2822 de duisternis H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  19 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H7243 , de vierde H3117 dag.
  20 H430 En God H559 H8799 zeide H4325 : Dat de wateren H8317 H8799 overvloediglijk voortbrengen H8318 een gewemel H2416 van levende H5315 zielen H5775 ; en het gevogelte H5774 H8787 vliege H5921 boven H776 de aarde H5921 H6440 , in H7549 het uitspansel H8064 des hemels!
  21 H430 En God H1254 H8799 schiep H1419 de grote H8577 walvissen H3605 , en alle H2416 levende H7430 H8802 wremelende H5315 ziel H834 , welke H4325 de wateren H8317 H8804 overvloediglijk voortbrachten H4327 , naar haar aard H3605 ; en alle H3671 gevleugeld H5775 gevogelte H4327 naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  22 H430 En God H1288 H8762 zegende H853 ze H559 H8800 , zeggende H6509 H8798 : Zijt vruchtbaar H7235 H8798 , en vermenigvuldigt H4390 H8798 , en vervult H4325 de wateren H3220 in de zeeen H5775 ; en het gevogelte H7235 H8799 vermenigvuldige H776 op de aarde!
  23 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H2549 , de vijfde H3117 dag.
  24 H430 En God H559 H8799 zeide H776 : De aarde H3318 H0 brenge H2416 levende H5315 zielen H3318 H8686 voort H4327 , naar haar aard H929 , vee H7431 , en kruipend H2416 , en wild gedierte H776 der aarde H4327 , naar zijn aard H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  25 H430 En God H6213 H8799 maakte H2416 het wild gedierte H776 der aarde H4327 naar zijn aard H929 , en het vee H4327 naar zijn aard H3605 , en al H7431 het kruipend gedierte H127 des aardbodems H4327 naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  26 H430 En God H559 H8799 zeide H6213 H0 : Laat Ons H120 mensen H6213 H8799 maken H6754 , naar Ons beeld H1823 , naar Onze gelijkenis H7287 H8799 ; en dat zij heerschappij hebben H1710 over de vissen H3220 der zee H5775 , en over het gevogelte H8064 des hemels H929 , en over het vee H3605 , en over de gehele H776 aarde H3605 , en over al H7431 het kruipend gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt.
  27 H430 En God H1254 H8799 schiep H120 den mens H6754 naar Zijn beeld H6754 ; naar het beeld H430 van God H1254 H8804 schiep Hij H853 hem H2145 ; man H5347 en vrouw H1254 H8804 schiep Hij H853 ze.
  28 H430 En God H1288 H8762 zegende H853 hen H430 , en God H559 H8799 zeide H6509 H8798 tot hen: Weest vruchtbaar H7235 H8798 , en vermenigvuldigt H4390 H8798 , en vervult H776 de aarde H3533 H8798 , en onderwerpt haar H7287 H8798 , en hebt heerschappij H1710 over de vissen H3220 der zee H5775 , en over het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en over al H2416 het gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt!
  29 H430 En God H559 H8799 zeide H2009 : Ziet H3605 , Ik heb ulieden al H2233 H2232 H8802 het zaadzaaiende H6212 kruid H5414 H8804 gegeven H834 , dat H5921 H6440 op H3605 de ganse H776 aarde H853 [is], en H3605 alle H6086 geboomte H834 , in hetwelk H2233 H2232 H8802 zaadzaaiende H6086 H6529 boomvrucht H1961 H8799 is; het zij H402 u tot spijze!
  30 H3605 Maar aan al H2416 het gedierte H776 der aarde H3605 , en aan al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en aan al H7430 H8802 het kruipende gedierte H5921 op H776 de aarde H834 , waarin H2416 een levende H5315 ziel H3605 [is], [heb] [Ik] al H3418 het groene H6212 kruid H402 tot spijze H1961 H8799 [gegeven]. En het was H3651 alzo.
  31 H430 En God H7200 H8799 zag H3605 al H834 wat H6213 H8804 Hij gemaakt had H2009 , en ziet H3966 , [het] [was] zeer H2896 goed H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H8345 , de zesde H3117 dag.

Genesis 2:1-11:32

  1 H3615 H8792 Alzo zijn volbracht H8064 de hemel H776 en de aarde H3605 , en al H6635 hun heir.
  2 H430 Als nu God H7637 op den zevenden H3117 dag H3615 H8762 volbracht had H4399 Zijn werk H834 , dat H6213 H8804 Hij gemaakt had H7673 H8799 , heeft Hij gerust H7637 op den zevenden H3117 dag H3605 van al H4399 Zijn werk H834 , dat H6213 H8804 Hij gemaakt had.
  3 H430 En God H7637 heeft den zevenden H3117 dag H1288 H8762 gezegend H853 , en dien H6942 H8762 geheiligd H3588 ; omdat H7673 H8804 Hij op denzelven gerust heeft H3605 van al H4399 Zijn werk H834 , hetwelk H430 God H1254 H8804 geschapen had H6213 H8800 , om te volmaken.
  4 H428 Dit H8435 [zijn] de geboorten H8064 des hemels H776 en der aarde H1254 H8736 , als zij geschapen werden H3117 ; ten dage H3068 als de HEERE H430 God H776 de aarde H8064 en den hemel H6213 H8800 maakte.
  5 H3605 En allen H7880 struik H7704 des velds H2962 , eer H776 hij in de aarde H1961 H8799 was H3605 , en al H6212 het kruid H7704 des velds H2962 , eer H6779 H8799 het uitsproot H3588 ; want H3068 de HEERE H430 God H3808 had niet H4305 H8689 doen regenen H5921 op H776 de aarde H369 , en er was geen H120 mens H853 [geweest], om den H127 aardbodem H5647 H8800 te bouwen.
  6 H108 Maar een damp H5927 H8799 was opgegaan H4480 uit H776 de aarde H8248 H8689 , en bevochtigde H3605 den gansen H6440 H127 aardbodem.
  7 H3068 En de HEERE H430 God H120 had den mens H3335 H8799 geformeerd H6083 uit het stof H4480 der H127 aarde H639 , en in zijn neusgaten H5301 H8799 geblazen H5397 den adem H2416 des levens H1961 H8799 ; alzo werd H120 de mens H2416 tot een levende H5315 ziel.
  8 H3068 Ook had de HEERE H430 God H1588 een hof H5193 H8799 geplant H5731 in Eden H6924 , tegen het oosten H7760 H8799 , en Hij stelde H8033 aldaar H120 den mens H834 , dien H3335 H8804 Hij geformeerd had.
  9 H3068 En de HEERE H430 God H3605 had alle H6086 geboomte H4480 uit H127 het aardrijk H6779 H8686 doen spruiten H2530 H8737 , begeerlijk H4758 voor het gezicht H2896 , en goed H3978 tot spijze H6086 ; en den boom H2416 des levens H8432 in het midden H1588 van den hof H6086 , en de boom H1847 der kennis H2896 des goeds H7451 en des kwaads.
  10 H5104 En een rivier H3318 H8802 was voortgaande H4480 uit H5731 Eden H1588 , om dezen hof H8248 H8687 te bewateren H4480 ; en werd van H8033 daar H6504 H8735 verdeeld H1961 H8804 , en werd H702 tot vier H7218 hoofden.
  11 H8034 De naam H259 der eerste H6376 [rivier] [is] Pison H1931 ; deze H3605 [is] [het], die het ganse H776 land H2341 van Havila H5437 H8802 omloopt H834 H8033 , waar H2091 het goud [is].
  12 H2091 En het goud H1931 van dit H776 land H2896 [is] goed H8033 ; daar H916 [is] [ook] bedolah H68 , en de steen H7718 sardonix.
  13 H8034 En de naam H8145 der tweede H5104 rivier H1521 [is] Gihon H1931 ; deze H3605 [is] [het], die het ganse H776 land H3568 Cusch H5437 H8802 omloopt.
  14 H8034 En de naam H7992 der derde H5104 rivier H2313 [is] Hiddekel H1931 ; deze H1980 H8802 is gaande naar H6926 het oosten H804 van Assur H7243 . En de vierde H5104 rivier H1931 [is] H6578 Frath.
  15 H3947 H8799 Zo nam H3068 de HEERE H430 God H120 den mens H3240 H8686 , en zette hem H1588 in den hof H5731 van Eden H5647 H8800 , om dien te bouwen H8104 H8800 , en dien te bewaren.
  16 H3068 En de HEERE H430 God H6680 H8762 gebood H5921 den H120 mens H559 H8800 , zeggende H4480 : Van H3605 allen H6086 boom H1588 dezes hofs H398 H8800 zult gij vrijelijk H398 H8799 eten;
  17 H4480 Maar van H6086 den boom H1847 der kennis H2896 des goeds H7451 en des kwaads H3808 , daarvan zult gij niet H398 H8799 eten H3588 ; want H3117 ten dage H4480 , als gij daarvan H398 H8800 eet H4191 H8800 , zult gij den dood H4191 H8799 sterven.
  18 H3068 Ook had de HEERE H430 God H559 H8799 gesproken H3808 : Het is niet H2896 goed H120 , dat de mens H909 alleen H1961 H8800 zij H5828 ; Ik zal hem een hulpe H6213 H8799 maken H5048 , [die] als tegen hem over [zij].
  19 H3068 Want als de HEERE H430 God H4480 uit H127 de aarde H3605 al H2416 het gedierte H7704 des velds H3605 , en al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3335 H8799 gemaakt had H935 H8686 , zo bracht Hij H413 die tot H120 Adam H7200 H8800 , om te zien H4100 , hoe H7121 H8799 hij ze noemen zou H834 ; en zo als H120 Adam H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H7121 H8799 noemen zoude H1931 , dat H8034 [zou] haar naam [zijn].
  20 H120 Zo had Adam H7121 H8799 genoemd H8034 de namen H3605 van al H929 het vee H5775 , en van het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en van al H2416 het gedierte H7704 des velds H120 ; maar voor den mens H4672 H8804 vond hij H3808 geen H5828 hulpe H5048 , [die] als tegen hem over [ware].
  21 H5307 H0 Toen deed H3068 de HEERE H430 God H8639 een diepen slaap H5921 op H121 Adam H5307 H8686 vallen H3462 H8799 , en hij sliep H3947 H8799 ; en Hij nam H259 een H4480 van H6763 zijn ribben H5462 H8799 , en sloot H8478 derzelver plaats H1320 toe [met] vlees.
  22 H3068 En de HEERE H430 God H1129 H8799 bouwde H6763 de ribbe H834 , die H4480 Hij van H120 Adam H3947 H8804 genomen had H802 , tot een vrouw H935 H8686 , en Hij bracht H413 haar tot H120 Adam.
  23 H559 H8799 Toen zeide H120 Adam H2063 : Deze H6471 [is] ditmaal H6106 been H4480 van H6106 mijn benen H1320 , en vlees H4480 van H1320 mijn vlees H2063 ! Men zal haar H802 Manninne H7121 H8735 heten H3588 , omdat H2063 zij H4480 uit H376 den man H3947 H8795 genomen is.
  24 H3651 H5921 Daarom H376 zal de man H1 zijn vader H517 en zijn moeder H5800 H8799 verlaten H802 , en zijn vrouw H1692 H8804 aankleven H259 ; en zij zullen tot een H1320 vlees H1961 H8799 zijn.
  25 H1961 H8799 En zij waren H8147 beiden H6174 naakt H120 , Adam H802 en zijn vrouw H954 H8709 ; en zij schaamden zich H3808 niet.

Genesis 3:1-11:32

  1 H5175 De slang H1961 H8804 nu was H6175 listiger H4480 dan H3605 al H2416 het gedierte H7704 des velds H834 , hetwelk H3068 de HEERE H430 God H6213 H8804 gemaakt had H559 H8799 ; en zij zeide H413 tot H802 de vrouw H637 : Is het ook H3588 , dat H430 God H559 H8804 gezegd heeft H3808 : Gijlieden zult niet H398 H8799 eten H4480 van H3605 allen H6086 boom H1588 dezes hofs?
  2 H802 En de vrouw H559 H8799 zeide H413 tot H5175 de slang H4480 : Van H6529 de vrucht H6086 der bomen H1588 dezes hofs H398 H8799 zullen wij eten;
  3 H4480 Maar van H6529 de vrucht H6086 des booms H834 , die H8432 in het midden H1588 des hofs H430 [is], heeft God H559 H8804 gezegd H4480 : Gij zult van H3808 die niet H398 H8799 eten H3808 , noch H5060 H8799 die aanroeren H6435 , opdat gij niet H4191 H8799 sterft.
  4 H559 H8799 Toen zeide H5175 de slang H413 tot H802 de vrouw H4191 H8800 : Gijlieden zult den dood H3808 niet H4191 H8799 sterven;
  5 H3588 Maar H430 God H3045 H8802 weet H3588 , dat H3117 , ten dage H4480 als gij daarvan H398 H8800 eet H5869 , zo zullen uw ogen H6491 H8738 geopend worden H430 , en gij zult als God H1961 H8804 wezen H3045 H8802 , kennende H2896 het goed H7451 en het kwaad.
  6 H802 En de vrouw H7200 H8799 zag H3588 , dat H6086 die boom H2896 goed H3978 [was] tot spijze H3588 , en dat H1931 hij H8378 een lust H5869 [was] voor de ogen H6086 , ja, een boom H2530 H8737 , die begeerlijk was H7919 H8687 om verstandig te maken H3947 H8799 ; en zij nam H4480 van H6529 zijn vrucht H398 H8799 en at H5414 H8799 ; en zij gaf H1571 ook H376 haar man H5973 met H398 H8799 haar, en hij at.
  7 H8147 Toen werden hun beider H5869 ogen H6491 H8735 geopend H1992 , en zij H3045 H8799 werden gewaar H3588 , dat H1992 zij H5903 naakt H8609 H0 [waren]; en zij hechtten H8384 H5929 vijgeboombladeren H8609 H8799 samen H6213 H8799 , en maakten H2290 zich schorten.
  8 H8085 H8799 En zij hoorden H6963 de stem H3068 van den HEERE H430 God H1980 H8693 , wandelende H1588 in den hof H7307 , aan den wind H3117 des daags H2244 H8691 . Toen verborg zich H120 Adam H802 en zijn vrouw H4480 voor H6440 het aangezicht H3068 van den HEERE H430 God H8432 , in het midden H6086 van het geboomte H1588 des hofs.
  9 H3068 En de HEERE H430 God H7121 H8799 H413 riep H120 Adam H559 H8799 , en zeide H335 tot hem: Waar [zijt] gij?
  10 H559 H8799 En hij zeide H8085 H8804 : Ik hoorde H6963 Uw stem H1588 in den hof H3372 H8799 , en ik vreesde H3588 ; want H595 ik H5903 [ben] naakt H2244 H8735 ; daarom verborg ik mij.
  11 H559 H8799 En Hij zeide H4310 : Wie H5046 H8689 heeft u te kennen gegeven H3588 , dat H859 gij H5903 naakt H398 H0 [zijt]? Hebt gij H4480 van H6086 dien boom H398 H8804 gegeten H834 , van welken H6680 H8765 Ik u gebood H4480 , dat gij daarvan H1115 niet H398 H8800 eten zoudt?
  12 H559 H8799 Toen zeide H120 Adam H802 : De vrouw H834 , die H5978 Gij bij mij H5414 H8804 gegeven hebt H1931 , die H4480 heeft mij van H6086 dien boom H5414 H8804 gegeven H398 H8799 , en ik heb gegeten.
  13 H3068 En de HEERE H430 God H559 H8799 zeide H802 tot de vrouw H4100 : Wat H2063 [is] dit H6213 H8804 , [dat] gij gedaan hebt H802 ? En de vrouw H559 H8799 zeide H5175 : De slang H5377 H8689 heeft mij bedrogen H398 H8799 , en ik heb gegeten.
  14 H559 H8799 Toen zeide H3068 de HEERE H430 God H5175 tot die slang H3588 : Dewijl H859 gij H2063 dit H6213 H8804 gedaan hebt H859 , zo zijt gij H779 H8803 vervloekt H4480 boven H3605 al H929 het vee H4480 , en boven H3605 al H2416 het gedierte H7704 des velds H5921 ! Op H1512 uw buik H3212 H8799 zult gij gaan H6083 , en stof H398 H8799 zult gij eten H3605 , al H3117 de dagen H2416 uws levens.
  15 H342 En Ik zal vijandschap H7896 H8799 zetten H996 tussen H996 u en tussen H802 deze vrouw H996 , en tussen H2233 uw zaad H996 en tussen H2233 haar zaad H1931 ; datzelve H7218 zal u den kop H7779 H8799 vermorzelen H859 , en gij H6119 zult het de verzenen H7779 H8799 vermorzelen.
  16 H413 Tot H802 de vrouw H559 H8804 zeide Hij H7235 H8687 : Ik zal zeer H7235 H8686 vermenigvuldigen H6093 uw smart H2032 , namelijk uwer dracht H6089 ; met smart H1121 zult gij kinderen H3205 H8799 baren H413 ; en tot H376 uw man H8669 [zal] uw begeerte H1931 [zijn], en hij H4910 H8799 zal over u heerschappij hebben.
  17 H121 En tot Adam H559 H8804 zeide Hij H3588 : Dewijl H8085 H8804 gij geluisterd hebt H6963 naar de stem H802 uwer vrouw H4480 , en van H6086 dien boom H398 H8799 gegeten H834 , waarvan H6680 H8765 Ik u gebood H559 H8800 , zeggende H4480 : Gij zult daarvan H3808 niet H398 H8799 eten H127 ; zo zij het aardrijk H5668 om uwentwil H779 H8803 vervloekt H6093 ; en met smart H398 H8799 zult gij daarvan eten H3605 al H3117 de dagen H2416 uws levens.
  18 H6975 Ook zal het u doornen H1863 en distelen H6779 H8686 voortbrengen H6212 , en gij zult het kruid H7704 des velds H398 H8804 eten.
  19 H2188 In het zweet H639 uws aanschijns H3899 zult gij brood H398 H8799 eten H5704 , totdat H413 gij tot H127 de aarde H7725 H8800 wederkeert H3588 , dewijl H4480 gij daaruit H3947 H8795 genomen zijt H3588 ; want H859 gij H6083 [zijt] stof H413 , en gij zult tot H6083 stof H7725 H8799 wederkeren.
  20 H7121 H8799 Voorts noemde H120 Adam H8034 den naam H802 zijner vrouw H2332 Heva H3588 , omdat H1931 zij H517 een moeder H3605 aller H2416 levenden H1961 H8804 is.
  21 H3068 En de HEERE H430 God H6213 H8799 maakte H120 voor Adam H802 en zijn vrouw H3801 rokken H5785 van vellen H3847 H8686 , en toog ze hun aan.
  22 H559 H8799 Toen zeide H3068 de HEERE H430 God H2005 : Ziet H120 , de mens H1961 H8804 is geworden H4480 als Onzer H259 een H3045 H8800 , kennende H2896 het goed H7451 en het kwaad H6258 ! Nu dan H6435 H0 , dat H3027 hij zijn hand H6435 niet H7971 H8799 uitsteke H3947 H8804 , en neme H1571 ook H4480 van H6086 den boom H2416 des levens H398 H8804 , en ete H2425 H8804 , en leve H5769 in eeuwigheid.
  23 H7971 H8762 Zo verzond hem H3068 de HEERE H430 God H4480 uit H1588 den hof H5731 van Eden H127 , om den aardbodem H5647 H8800 te bouwen H834 H4480 H8033 , waaruit H3947 H8795 hij genomen was.
  24 H1644 H0 En Hij dreef H120 den mens H1644 H8762 uit H7931 H8686 ; en stelde H3742 cherubim H4480 tegen H6924 het oosten H1588 des hofs H5731 van Eden H3858 , en een vlammig lemmer H2719 eens zwaards H2015 H8693 , dat zich omkeerde H8104 H8800 , om te bewaren H1870 den weg H6086 van den boom H2416 des levens.

Genesis 4:1-11:32

  1 H120 En Adam H3045 H8804 bekende H2332 Heva H802 , zijn huisvrouw H2029 H8799 , en zij werd zwanger H3205 H8799 , en baarde H853 , H7014 Kain H559 H8799 , en zeide H376 : Ik heb een man H854 van H3068 den HEERE H7069 H8804 verkregen!
  2 H3254 H8686 En zij voer voort H3205 H8800 te baren H853 zijn H251 broeder H1893 Habel H1893 ; en Habel H1961 H8799 werd H7462 H8802 H6629 een schaapherder H7014 , en Kain H1961 H8804 werd H5647 H8802 H127 een landbouwer.
  3 H1961 H8799 En het geschiedde H7093 ten einde H3117 [van] [enige] dagen H7014 , dat Kain H4480 van H6529 de vrucht H127 des lands H3068 den HEERE H4503 offer H935 H8686 bracht.
  4 H1893 En Habel H935 H8689 bracht H1571 H1931 ook H4480 van H1062 de eerstgeborenen H6629 zijner schapen H4480 , en van H2459 hun vet H3068 . En de HEERE H8159 H0 H413 zag H1893 Habel H413 en H4503 zijn offer H8159 H8799 aan;
  5 H413 Maar H7014 Kain H413 en H4503 zijn offer H8159 H0 zag Hij H3808 niet H8159 H8804 aan H2734 H8799 . Toen ontstak H7014 Kain H3966 zeer H6440 , en zijn aangezicht H5307 H8799 verviel.
  6 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H413 tot H7014 Kain H4100 : Waarom H2734 H8804 zijt gij ontstoken H4100 , en waarom H6440 is uw aangezicht H5307 H8804 vervallen?
  7 H3808 [Is] [er] niet H518 , indien H3190 H8686 gij weldoet H7613 , verhoging H518 ? en zo H3808 gij niet H3190 H8686 weldoet H2403 , de zonde H7257 H8802 ligt H6607 aan de deur H8669 . Zijn begeerte H413 is toch tot H859 u, en gij H4910 H8799 zult over hem heersen.
  8 H7014 En Kain H559 H8799 sprak H413 met H251 zijn broeder H1893 Habel H1961 H8799 ; en het geschiedde H7704 , als zij in het veld H1961 H8800 waren H7014 , dat Kain H413 tegen H251 zijn broeder H1893 Habel H6965 H8799 opstond H2026 H8799 , en sloeg hem dood.
  9 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H413 tot H7014 Kain H335 : Waar H1893 [is] Habel H251 , uw broeder H559 H8799 ? En hij zeide H3045 H8804 : Ik weet H3808 [het] niet H595 ; [ben] ik H251 mijns broeders H8104 H8802 hoeder?
  10 H559 H8799 En Hij zeide H4100 : Wat H6213 H8804 hebt gij gedaan H6963 ? [daar] [is] een stem H1818 des bloeds H251 van uw broeder H413 , dat tot H6817 H8802 Mij roept H4480 van H127 den aardbodem.
  11 H6258 En nu H859 zijt gij H779 H8803 vervloekt H4480 van H127 den aardbodem H834 , die H6310 zijn mond H6475 H8804 heeft opengedaan H251 , om uws broeders H1818 bloed H4480 van H3027 uw hand H3947 H8800 te ontvangen.
  12 H3588 Als H127 gij den aardbodem H5647 H8799 bouwen zult H3581 , hij zal u zijn vermogen H3808 niet H3254 H8686 meer H5414 H8800 geven H5128 H8801 ; gij zult zwervende H5110 H8802 en dolende H1961 H8799 zijn H776 op aarde.
  13 H7014 En Kain H559 H8799 zeide H413 tot H3068 den HEERE H5771 : Mijn misdaad H1419 [is] groter H4480 , dan dat H5375 H8800 zij vergeven worde.
  14 H2005 Zie H853 , Gij hebt mij H3117 heden H1644 H8765 verdreven H4480 H5921 van H6440 H127 den aardbodem H4480 , en ik zal voor H6440 Uw aangezicht H5641 H8735 verborgen zijn H5128 H8801 ; en ik zal zwervende H5110 H8802 en dolende H1961 H8799 zijn H776 op de aarde H1961 H8804 , en het zal geschieden H3605 , dat al H4672 H8802 wie mij vindt H2026 H8799 , mij zal doodslaan.
  15 H3068 Doch de HEERE H559 H8799 zeide H3651 tot hem: Daarom H3605 , al H7014 wie Kain H2026 H8802 doodslaat H7659 , zal zevenvoudig H5358 H8714 gewroken worden H3068 ! En de HEERE H7760 H8799 stelde H226 een teken H7014 aan Kain H853 ; opdat hem H1115 niet H5221 H8687 versloeg H3605 al H4672 H8802 wie hem vond.
  16 H7014 En Kain H3318 H8799 ging uit H4480 van H6440 het aangezicht H3068 des HEEREN H3427 H8799 ; en hij woonde H776 in het land H5113 Nod H6926 , ten oosten H5731 van Eden.
  17 H7014 En Kain H3045 H8799 bekende H802 zijn huisvrouw H2029 H8799 , en zij werd bevrucht H3205 H8799 en baarde H2585 Henoch H1961 H8799 H1129 H8802 ; en hij bouwde H5892 een stad H7121 H8799 , en noemde H8034 den naam H5892 dier stad H8034 naar den naam H1121 zijns zoons H2585 , Henoch.
  18 H2585 En aan Henoch H5897 werd Hirad H3205 H8735 geboren H5897 ; en Hirad H3205 H8804 gewon H4232 Mechujael H4232 ; en Mechujael H3205 H8804 gewon H4967 Methusael H4967 ; en Methusael H3205 H8804 gewon H3929 Lamech.
  19 H3929 En Lamech H3947 H8799 nam zich H8147 twee H802 vrouwen H8034 ; de naam H259 van de eerste H5711 was Ada H8034 , en de naam H8145 van de andere H6741 Zilla.
  20 H5711 En Ada H3205 H8799 baarde H2989 Jabal H1931 ; deze H1961 H8804 is geweest H1 een vader H168 dergenen, die tenten H3427 H8802 bewoonden H4735 , en vee [hadden].
  21 H8034 En de naam H251 zijns broeders H3106 was Jubal H1931 ; deze H1961 H8804 was H1 de vader H3605 van allen H3658 , die harpen H5748 en orgelen H8610 H8802 handelen.
  22 H6741 En Zilla H3205 H8804 baarde H1571 H1931 ook H853 , H8423 Tubal-kain H3913 H8803 , een leermeester H3605 van allen H2794 werker H5178 in koper H1270 en ijzer H269 ; en de zuster H8423 van Tubal-kain H5279 [was] Naema.
  23 H3929 En Lamech H559 H8799 zeide H802 tot zijn vrouwen H5711 Ada H6741 en Zilla H8085 H8798 : Hoort H6963 mijn stem H802 , gij vrouwen H3929 van Lamech H238 H8685 ! neemt ter ore H565 mijn rede H3588 ! Voorwaar H2026 H0 , ik sloeg H376 wel een man H2026 H8804 dood H6482 , om mijn wonde H3206 , en een jongeling H2250 , om mijn buile!
  24 H3588 Want H7014 Kain H7659 zal zevenvoudig H5358 H8714 gewroken worden H3929 , maar Lamech H7657 zeventigmaal H7651 zevenmaal.
  25 H120 En Adam H3045 H8799 bekende H5750 wederom H853 zijn H802 huisvrouw H3205 H8799 , en zij baarde H1121 een zoon H7121 H8799 , en zij noemde H8034 zijn naam H8352 Seth H3588 ; want H430 God H312 heeft mij, [sprak] [zij], een ander H2233 zaad H7896 H8804 gezet H8478 voor H1893 Habel H3588 ; want H7014 Kain H2026 H8804 heeft hem doodgeslagen.
  26 H1571 H1931 En denzelven H8352 Seth H1931 werd ook H1121 een zoon H3205 H8795 geboren H7121 H8799 , en hij noemde H8034 zijn naam H583 Enos H227 . Toen H2490 H8717 begon men H8034 den Naam H3068 des HEEREN H7121 H8800 aan te roepen.

Genesis 5:1-11:32

  1 H2088 Dit H5612 [is] het boek H121 van Adams H8435 geslacht H3117 . Ten dage H430 als God H120 den mens H1254 H8800 schiep H6213 H8804 , maakte Hij H853 hem H1823 naar de gelijkenis H430 Gods.
  2 H2145 Man H5347 en vrouw H1254 H8804 schiep Hij H1288 H8762 hen, en zegende H853 ze H7121 H8799 , en noemde H8034 hun naam H120 Mens H3117 , ten dage H1254 H8736 als zij geschapen werden.
  3 H121 En Adam H2421 H8799 leefde H3967 honderd H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en gewon H1823 [een] [zoon] naar zijn gelijkenis H6754 , naar zijn evenbeeld H7121 H8799 , en noemde H8034 zijn naam H8352 Seth.
  4 H121 En Adams H3117 dagen H310 , nadat H8352 hij Seth H3205 H8687 gewonnen had H1961 H8799 , zijn geweest H8083 H3967 achthonderd H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  5 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H121 van Adam H834 , die H2425 H8804 hij leefde H8672 H3967 , negenhonderd H8141 jaren H7970 , en dertig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  6 H8352 En Seth H2421 H8799 leefde H3967 H8141 honderd H2568 en vijf H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H583 Enos.
  7 H8352 En Seth H2421 H8799 leefde H310 , nadat H583 hij Enos H3205 H8687 gewonnen had H8083 H3967 H8141 , achthonderd H7651 en zeven H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  8 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H8352 van Seth H8672 H3967 H8141 negenhonderd H6240 H8147 en twaalf H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  9 H583 En Enos H2421 H8799 leefde H8673 negentig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H7018 Kenan.
  10 H583 En Enos H2421 H8799 leefde H310 , nadat H7018 hij Kenan H3205 H8687 gewonnen had H8083 H3967 H8141 , achthonderd H6240 H2568 en vijftien H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  11 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H583 van Enos H8672 H3967 H8141 negenhonderd H2568 en vijf H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  12 H7018 En Kenan H2421 H8799 leefde H7657 zeventig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H4111 Mahalal-el.
  13 H7018 En Kenan H2421 H8799 leefde H310 , nadat H853 hij H4111 Mahalal-el H3205 H8687 gewonnen had H8083 H3967 H8141 , achthonderd H705 en veertig H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  14 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H7018 van Kenan H8672 H3967 H8141 negenhonderd H6235 en tien H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  15 H4111 En Mahalal-el H2421 H8799 leefde H2568 H8141 vijf H8346 en zestig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H3382 Jered.
  16 H4111 En Mahalal-el H2421 H8799 leefde H310 , nadat H853 hij H3382 Jered H3205 H8687 gewonnen had H8083 H3967 H8141 , achthonderd H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  17 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H4111 van Mahalal-el H8083 H3967 H8141 achthonderd H2568 vijf H8673 en negentig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  18 H3382 En Jered H2421 H8799 leefde H3967 honderd H8147 H8141 twee H8346 en zestig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H2585 Henoch.
  19 H3382 En Jered H2421 H8799 leefde H310 , nadat H2585 hij Henoch H3205 H8687 gewonnen had H8083 H3967 , achthonderd H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  20 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H3382 van Jered H8672 H3967 H8141 negenhonderd H8147 twee H8346 en zestig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  21 H2585 En Henoch H2421 H8799 leefde H2568 vijf H8346 en zestig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H4968 Methusalach.
  22 H2585 En Henoch H1980 H8691 wandelde H854 met H430 God H310 , nadat H4968 hij Methusalach H3205 H8687 gewonnen had H7969 H3967 , driehonderd H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  23 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H2585 van Henoch H7969 H3967 H8141 driehonderd H2568 vijf H8346 en zestig H8141 jaren.
  24 H2585 Henoch H1980 H8691 dan wandelde H854 met H430 God H369 ; en hij [was] niet H3588 [meer]; want H430 God H853 nam hem H3947 H8804 weg.
  25 H4968 En Methusalach H2421 H8799 leefde H3967 H8141 honderd H7651 zeven H8084 en tachtig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H3929 Lamech.
  26 H4968 En Methusalach H2421 H8799 leefde H310 , nadat H853 hij H3929 Lamech H3205 H8687 gewonnen had H7651 H3967 H8141 , zevenhonderd H8147 twee H8084 en tachtig H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  27 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H4968 van Methusalach H8672 H3967 H8141 negenhonderd H8672 negen H8346 en zestig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  28 H3929 En Lamech H2421 H8799 leefde H3967 H8141 honderd H8147 twee H8084 en tachtig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H1121 een zoon.
  29 H7121 H8799 En hij noemde H8034 zijn naam H5146 Noach H559 H8800 , zeggende H2088 : Deze H5162 H8762 zal ons troosten H4480 over H4639 ons werk H4480 , en over H6093 de smart H3027 onzer handen H4480 , vanwege H127 het aardrijk H834 , dat H3068 de HEERE H779 H8765 vervloekt heeft!
  30 H3929 En Lamech H2421 H8799 leefde H310 , nadat H5146 hij Noach H3205 H8687 gewonnen had H2568 H3967 H8141 , vijfhonderd H2568 vijf H8673 en negentig H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  31 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H3929 van Lamech H7651 H3967 H8141 zevenhonderd H7651 zeven H7657 en zeventig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.
  32 H5146 En Noach H1961 H8799 was H2568 H3967 vijfhonderd H8141 jaren H1121 oud H5146 ; en Noach H3205 H8686 gewon H8035 Sem H2526 , Cham H3315 en Jafeth.

Genesis 6:1-11:32

  1 H1961 H8799 En het geschiedde H3588 , als H120 de mensen H5921 H6440 op H127 den aardbodem H2490 H8689 begonnen H7231 H8800 te vermenigvuldigen H1323 , en hun dochters H3205 H8795 geboren werden,
  2 H430 Dat Gods H1121 zonen H1323 de dochteren H120 der mensen H7200 H8799 aanzagen H3588 , dat H2007 zij H2896 schoon H3947 H8799 waren, en zij namen H802 zich vrouwen H4480 uit H3605 allen H834 , die H977 H8804 zij verkozen hadden.
  3 H559 H8799 Toen zeide H3068 de HEERE H7307 : Mijn Geest H3808 zal niet H5769 in eeuwigheid H1777 H8799 twisten H120 met den mens H1931 , dewijl hij H1571 ook H1320 vlees H7683 H8800 is H3117 ; doch zijn dagen H1961 H8799 zullen zijn H3967 honderd H6242 en twintig H8141 jaren.
  4 H1992 In die H3117 dagen H1961 H8804 waren H5303 er reuzen H776 op de aarde H1571 , en ook H3651 H310 daarna H834 , als H430 Gods H1121 zonen H413 tot H1323 de dochteren H120 der mensen H935 H8799 ingegaan waren H1992 , en zich H3205 H8804 [kinderen] gewonnen hadden H1992 ; deze H1368 zijn de geweldigen H834 , die H4480 van H5769 ouds H582 geweest zijn, mannen H8034 van name.
  5 H3068 En de HEERE H7200 H8799 zag H3588 , dat H7451 de boosheid H120 des mensen H7227 menigvuldig H776 [was] op de aarde H3605 , en al H3336 het gedichtsel H4284 der gedachten H3820 zijns harten H3605 te allen H3117 dage H7535 alleenlijk H7451 boos was.
  6 H5162 H8735 Toen berouwde het H3068 den HEERE H3588 , dat H120 Hij den mens H776 op de aarde H6213 H8804 gemaakt had H6087 H8691 , en het smartte H413 Hem aan H3820 Zijn hart.
  7 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H120 : Ik zal den mens H834 , dien H1254 H8804 Ik geschapen heb H4229 H8799 , verdelgen H4480 H5921 H6440 van H127 den aardbodem H4480 , van H120 den mens H5704 tot H929 het vee H5704 , tot H7431 het kruipend gedierte H5704 , en tot H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3588 toe; want H5162 H8738 het berouwt Mij H3588 , dat H6213 H8804 Ik hen gemaakt heb.
  8 H5146 Maar Noach H4672 H8804 vond H2580 genade H5869 in de ogen H3068 des HEEREN.
  9 H429 Dit H8435 [zijn] de geboorten H5146 van Noach H5146 . Noach H1961 H8804 was H6662 een rechtvaardig H8549 , oprecht H376 man H1755 in zijn geslachten H5146 . Noach H1980 H8694 wandelde H854 met H430 God.
  10 H5146 En Noach H3205 H8686 gewon H7969 drie H1121 zonen H8035 : Sem H2526 , Cham H3315 en Jafeth.
  11 H776 Maar de aarde H7843 H8735 was verdorven H430 voor Gods H6440 aangezicht H776 ; en de aarde H4390 H8735 was vervuld H2555 met wrevel.
  12 H7200 H8799 Toen zag H430 God H776 de aarde H2009 , en ziet H7843 H8738 , zij was verdorven H3588 ; want H3605 al H1320 het vlees H1870 had zijn weg H7843 H8689 verdorven H5921 op H776 de aarde.
  13 H559 H8799 Daarom zeide H430 God H5146 tot Noach H7093 : Het einde H3605 van alle H1320 vlees H6440 is voor Mijn aangezicht H935 H8804 gekomen H3588 ; want H776 de aarde H4480 H6440 is door hen H4390 H8804 vervuld H2555 met wrevel H2009 ; en zie H854 , Ik zal hen met H776 de aarde H7843 H8688 verderven.
  14 H6213 H8798 Maak H8392 u een ark H1613 H6086 van goferhout H7064 ; met kameren H8392 zult gij deze ark H6213 H8799 maken H3722 H8804 ; en gij zult die bepekken H4480 van H1004 binnen H4480 en van H2351 buiten H3724 met pek.
  15 H2088 En aldus H834 [is] [het], dat H853 gij haar H6213 H8799 maken zult H7969 H3967 : driehonderd H520 ellen H753 zij de lengte H8392 der ark H2572 , vijftig H520 ellen H7341 haar breedte H7970 , en dertig H520 ellen H6967 haar hoogte.
  16 H6672 Gij zult een venster H8392 aan de ark H6213 H8799 maken H3615 H8762 , en zult haar volmaken H413 tot H520 een elle H4480 van H4605 boven H6607 ; en de deur H8392 der ark H6654 zult gij in haar zijde H7760 H8799 zetten H8482 ; gij zult ze met onderste H8145 , tweede H7992 en derde H6213 H8799 [verdiepingen] maken.
  17 H589 Want Ik H2009 , zie H589 , Ik H935 H8688 breng H853 een H3999 H4325 watervloed H5921 over H776 de aarde H3605 , om alle H1320 vlees H834 , waarin H7307 een geest H2416 des levens H4480 [is], van H8478 onder H8064 den hemel H7843 H8763 te verderven H3605 ; al H834 wat H776 op de aarde H1478 H8799 [is], zal den geest geven.
  18 H854 Maar met H1285 u zal Ik Mijn verbond H6965 H8689 oprichten H413 ; en gij zult in H8392 de ark H935 H8804 gaan H859 , gij H1121 , en uw zonen H802 , en uw huisvrouw H802 , en de vrouwen H1121 uwer zonen H854 met u.
  19 H4480 En gij zult van H3605 al H2416 wat leeft H4480 , van H3605 alle H1320 vlees H8147 , twee H4480 van H3605 elk H935 H0 , doen H413 in H8392 de ark H935 H8686 komen H854 , om met H2421 H8687 u in het leven te behouden H2145 : mannetje H5347 en wijfje H1961 H8799 zullen zij zijn;
  20 H4480 Van H5775 het gevogelte H4327 naar zijn aard H4480 , en van H929 het vee H4327 naar zijn aard H4480 , van H3605 al H7431 het kruipend gedierte H127 des aardbodems H4327 naar zijn aard H8147 , twee H4480 van H3605 elk H413 zullen tot H935 H8799 u komen H2421 H8687 , om [die] in het leven te behouden.
  21 H859 En gij H3947 H8798 , neem H4480 voor u van H3605 alle H3978 spijze H834 , die H398 H8735 gegeten wordt H622 H8804 , en verzamel H413 ze tot H402 u, opdat zij u en hun tot spijze H1961 H8799 zij.
  22 H5146 En Noach H6213 H8799 deed H3506 het; naar al H834 wat H430 God H853 hem H6680 H8765 geboden had H3651 , zo H6213 H8804 deed hij.

Genesis 7:1-11:32

  1 H559 H8799 Daarna zeide H3068 de HEERE H5146 tot Noach H935 H8798 : Ga H859 gij H3605 , en uw ganse H1004 huis H413 in H8392 de ark H3588 ; want H853 u H7200 H8804 heb Ik gezien H6662 rechtvaardig H6440 voor Mijn aangezicht H2088 in dit H1755 geslacht.
  2 H4480 Van H3605 alle H2889 rein H929 vee H3947 H8799 zult gij tot u nemen H7651 zeven H7651 [en] zeven H376 , het mannetje H802 en zijn wijfje H4480 ; maar van H929 het vee H834 , dat H3808 niet H2889 H1931 rein H1931 is H8147 , twee H376 , het mannetje H802 en zijn wijfje.
  3 H1571 Ook H4480 van H5775 het gevogelte H8064 des hemels H7651 zeven H7651 [en] zeven H2145 , het mannetje H5347 en het wijfje H2233 , om zaad H2421 H8763 levend te houden H5921 H6440 op H3605 de ganse H776 aarde.
  4 H3588 Want H5750 over nog H7651 zeven H3117 dagen H595 zal Ik H4305 H8688 doen regenen H5921 op H776 de aarde H705 veertig H3117 dagen H705 , en veertig H3915 nachten H4480 H5921 H6440 ; en Ik zal van H127 den aardbodem H4229 H8804 verdelgen H3605 al H3351 wat bestaat H834 , dat H6213 H8804 Ik gemaakt heb.
  5 H5146 En Noach H6213 H8799 deed H3605 , naar al H3068 wat de HEERE H6680 H8765 hem geboden had.
  6 H5146 Noach H8337 H3967 nu was zeshonderd H8141 jaren H1121 oud H3999 , als de vloed H4325 der wateren H5921 op H776 de aarde H1961 H8804 was.
  7 H935 H8799 Zo ging H5146 Noach H1121 , en zijn zonen H802 , en zijn huisvrouw H802 , en de vrouwen H1121 zijner zonen H854 met H413 hem in H8392 de ark H4480 H6440 , vanwege H4325 de wateren H3999 des vloeds.
  8 H4480 Van H2889 het reine H929 vee H4480 , en van H929 het vee H834 , dat H3808 niet H2889 rein H4480 [was], en van H5775 het gevogelte H3605 , en al H834 wat H5921 op H127 den aardbodem H7430 H8802 kruipt,
  9 H935 H8804 Kwamen H8147 er twee H8147 [en] twee H413 tot H5146 Noach H413 in H8392 de ark H2145 , het mannetje H5347 en het wijfje H834 , gelijk H430 als God H5146 Noach H6680 H8765 geboden had.
  10 H1961 H8799 En het geschiedde H7651 na die zeven H3117 dagen H4325 , dat de wateren H3999 des vloeds H5921 op H776 de aarde H1961 H8804 waren.
  11 H8141 In H8337 H3967 het zeshonderdste H8141 jaar H2416 des levens H5146 van Noach H8145 , in de tweede H2320 maand H7651 H6240 , op den zeventienden H3117 dag H2320 der maand H2088 , op dezen zelfden H3117 dag H3605 zijn alle H4599 fonteinen H7227 des groten H8415 afgronds H1234 H8738 opengebroken H699 , en de sluizen H8064 des hemels H6605 H8738 geopend.
  12 H1653 En een plasregen H1961 H8799 was H5921 op H776 de aarde H705 veertig H3117 dagen H705 en veertig H3915 nachten.
  13 H6106 H2088 Even op dienzelfden H3117 dag H935 H8804 ging H5146 Noach H8035 , en Sem H2526 , en Cham H3315 , en Jafeth H5146 , Noachs H1121 zonen H5146 , desgelijks ook Noachs H802 huisvrouw H7969 , en de drie H802 vrouwen H1121 zijner zonen H854 met H413 hem in H8392 de ark;
  14 H1992 Zij H3605 , en al H2416 het gedierte H4327 naar zijn aard H3605 , en al H929 het vee H4327 naar zijn aard H3605 , en al H7431 het kruipend gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt H4327 , naar zijn aard H3605 , en al H5775 het gevogelte H4327 naar zijn aard H3605 , alle H6833 vogeltjes H3605 van allerlei H3671 vleugel.
  15 H4480 En van H3605 alle H1320 vlees H834 , waarin H7307 een geest H2416 des levens H935 H8799 [was], kwamen H8147 er twee H8147 [en] twee H413 tot H5146 Noach H413 in H8392 de ark.
  16 H935 H8802 En die er kwamen H935 H8804 , die kwamen H2145 mannetje H5347 en wijfje H4480 , van H3605 alle H1320 vlees H834 , gelijk als H853 hem H430 God H6680 H8765 bevolen had H3068 . En de HEERE H5462 H0 sloot H1157 achter H5462 H8799 hem toe.
  17 H3999 En die vloed H1961 H8799 was H705 veertig H3117 dagen H5921 op H776 de aarde H4325 , en de wateren H7235 H8799 vermeerderden H5375 H0 , en hieven H8392 de ark H5375 H8799 op H7311 H8799 , zodat zij oprees H4480 H5921 boven H776 de aarde.
  18 H4325 En de wateren H1396 H8799 namen de overhand H7235 H8799 , en vermeerderden H3966 zeer H5921 op H776 de aarde H8392 ; en de ark H3212 H8799 ging H5921 H6440 op H4325 de wateren.
  19 H4325 En de wateren H1396 H0 namen H3966 gans H3966 zeer H1396 H8804 de overhand H5921 op H776 de aarde H3605 , zodat alle H1364 hoge H2022 bergen H834 , die H8478 onder H3605 den gansen H8064 hemel H3680 H8792 [zijn], bedekt werden.
  20 H6240 H2568 Vijftien H520 ellen H4605 omhoog H1396 H0 namen H4325 de wateren H1396 H8804 de overhand H2022 , en de bergen H3680 H8792 werden bedekt.
  21 H3605 En alle H1320 vlees H5921 , dat zich op H776 de aarde H7430 H8802 roerde H1478 H8799 , gaf den geest H5775 , van het gevogelte H929 , en van het vee H2416 , en van het wild gedierte H3605 , en van al H8318 het kruipend gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H8317 H8802 kroop H3605 , en alle H120 mens.
  22 H3605 Al H834 wat H5397 een adem H7307 des geestes H2416 des levens H639 in zijn neusgaten H4480 [had], van H3605 alles H2724 wat op het droge H4191 H8804 was, is gestorven.
  23 H4229 H8735 Alzo werd verdelgd H3605 al H3351 wat bestond H834 , dat H5921 H6440 op H127 den aardbodem H4480 [was], van H120 den mens H5704 aan tot H929 het vee H5704 , tot H7431 het kruipend gedierte H5704 , en tot H5775 het gevogelte H8064 des hemels H4229 H8735 , en zij werden verdelgd H4480 van H776 de aarde H5146 ; doch Noach H389 alleen H7604 H8735 bleef over H834 , en wat H854 met hem H8392 in de ark [was].
  24 H4325 En de wateren H1396 H8799 hadden de overhand H5921 boven H776 de aarde H3967 , honderd H2572 en vijftig H3117 dagen.

Genesis 8:1-11:32

  1 H430 En God H2142 H8799 gedacht H5146 aan Noach H3605 , en aan al H2416 het gedierte H3605 , en aan al H929 het vee H834 , dat H854 met H8392 hem in de ark H430 [was]; en God H5674 H0 deed H7307 een wind H5921 over H776 de aarde H5674 H8686 doorgaan H4325 , en de wateren H7918 H8799 werden stil.
  2 H4599 Ook werden de fonteinen H8415 des afgronds H699 , en de sluizen H8064 des hemels H5534 H8735 gesloten H1653 , en de plasregen H4480 van H8064 den hemel H3607 H8735 werd opgehouden.
  3 H7725 H0 Daartoe keerden H4325 de wateren H7725 H8799 weder H4480 van H5921 boven H776 de aarde H7725 H8800 , heen en weder H1980 H8800 vloeiende H4325 , en de wateren H2637 H8799 namen af H4480 ten H7097 einde H3967 van honderd H2572 en vijftig H3117 dagen.
  4 H8392 En de ark H5117 H8799 rustte H7637 in de zevende H2320 maand H6240 H7651 , op den zeventienden H3117 dag H2320 der maand H5921 , op H2022 de bergen H780 van Ararat.
  5 H4325 En de wateren H1961 H8804 waren H1980 H8800 gaande H2637 H8800 , en afnemende H5704 tot H6224 de tiende H2320 maand H6224 ; in de tiende H259 [maand], op den eersten H2320 der maand H7218 , werden de toppen H2022 der bergen H7200 H8738 gezien.
  6 H1961 H8799 En het geschiedde H4480 , ten H7093 einde H705 van veertig H3117 dagen H5146 , dat Noach H2474 het venster H8392 der ark H834 , die H6213 H8804 hij gemaakt had H6605 H8799 , opendeed.
  7 H7971 H0 En hij liet H6158 een raaf H7971 H8762 uit H3318 H8800 , die dikwijls heen H7725 H8800 en weder H3318 H8799 ging H5704 , totdat H4325 de wateren H4480 van H5921 boven H776 de aarde H3001 H8800 verdroogd waren.
  8 H7971 H0 Daarna liet hij H3123 een duif H4480 van H854 zich H7971 H8762 uit H7200 H8800 , om te zien H4325 , of de wateren H7043 H8804 gelicht waren H4480 van H5921 boven H6440 H127 den aardbodem.
  9 H3123 Maar de duif H4672 H8804 vond H3808 geen H4494 rust H3709 voor het hol H7272 van haar voet H7725 H8799 ; zo keerde zij weder H413 tot H413 hem in H8392 de ark H3588 ; want H4325 de wateren H5921 H6440 [waren] op H3605 de ganse H776 aarde H7971 H0 ; en hij stak H3027 zijn hand H7971 H8799 uit H3947 H8799 , en nam H935 H8686 haar, en bracht H853 haar H413 tot H413 zich in H8392 de ark.
  10 H2342 H8799 En hij verbeidde H5750 nog H7651 zeven H312 andere H3117 dagen H7971 H8763 ; toen liet hij H3123 de duif H3254 H8686 wederom H4480 uit H8392 de ark.
  11 H3123 En de duif H935 H8799 kwam H413 tot H6256 H6153 hem tegen den avondtijd H2009 ; en ziet H2965 , een afgebroken H2132 H5929 olijfblad H6310 [was] in haar bek H3045 H8799 ; zo merkte H5146 Noach H3588 , dat H4325 de wateren H4480 van H5921 boven H776 de aarde H7043 H8804 gelicht waren.
  12 H3176 H8735 Toen vertoefde hij H5750 nog H7651 zeven H312 andere H3117 dagen H7971 H0 ; en hij liet H3123 de duif H7971 H8762 uit H7725 H0 H3254 H0 ; maar zij keerde H3808 niet H5750 meer H7725 H8800 H3254 H8804 weder H413 tot hem.
  13 H1961 H8799 En het geschiedde H8337 H3967 in het zeshonderd H259 en eerste H8141 jaar H7223 , in de eerste H259 [maand], op den eersten H2320 derzelver maand H4325 , dat de wateren H2717 H8804 droogden H4480 van H5921 boven H776 de aarde H5493 H0 ; toen deed H5146 Noach H4372 het deksel H8392 der ark H5493 H8686 af H7200 H8799 , en zag toe H2009 , en ziet H6440 H127 , de aardbodem H2717 H8804 was gedroogd.
  14 H8145 En in de tweede H2320 maand H7651 , op den zeven H6242 en twintigsten H3117 dag H2320 der maand H776 , was de aarde H3001 H8804 opgedroogd.
  15 H1696 H8762 Toen sprak H430 God H413 tot H5146 Noach H559 H8800 , zeggende:
  16 H3318 H8798 Ga H4480 uit H8392 de ark H859 , gij H802 , en uw huisvrouw H1121 , en uw zonen H802 , en de vrouwen H1121 uwer zonen H854 met u.
  17 H3605 Al H2416 het gedierte H834 , dat H854 met u H4480 [is], van H3605 alle H1320 vlees H5775 , aan gevogelte H929 , en aan vee H3605 , en aan al H7431 het kruipend gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt H3318 H0 , doe H854 met H3318 H8685 u uitgaan H8317 H8804 ; en dat zij overvloediglijk voorttelen H776 op de aarde H6509 H8804 , en vruchtbaar zijn H7235 H8804 , en vermenigvuldigen H5921 op H776 de aarde.
  18 H3318 H0 Toen ging H5146 Noach H3318 H8799 uit H1121 , en zijn zonen H802 , en zijn huisvrouw H802 , en de vrouwen H1121 zijner zonen H854 met hem.
  19 H3605 Al H2416 het gedierte H3605 , al H7431 het kruipende H3605 , en al H5775 het gevogelte H3605 , al H5921 wat zich op H776 de aarde H7430 H8802 roert H4940 , naar hun geslachten H3318 H8804 , gingen H4480 uit H8392 de ark.
  20 H5146 En Noach H1129 H8799 bouwde H3068 den HEERE H4196 een altaar H3947 H8799 ; en hij nam H4480 van H3605 al H2889 het reine H929 vee H4480 , en van H3605 al H2889 het rein H5775 gevogelte H5927 H8686 , en offerde H5930 brandofferen H4196 op dat altaar.
  21 H3068 En de HEERE H7306 H8686 rook H5207 dien liefelijken H853 , H7381 reuk H3068 , en de HEERE H559 H8799 zeide H413 in H3820 Zijn hart H3254 H8686 : Ik zal voortaan H127 den aardbodem H3808 niet H5750 meer H7043 H8763 vervloeken H5668 H0 om H120 des mensen H5668 wil H3588 ; want H3336 het gedichtsel H120 van 's mensen H3820 hart H7451 is boos H4480 van H5271 zijn jeugd H3254 H8686 aan; en Ik zal voortaan H3808 niet H5750 meer H3605 al H2416 het levende H5221 H8687 slaan H834 , gelijk als H6213 H8804 Ik gedaan heb.
  22 H5750 Voortaan H3605 al H3117 de dagen H776 der aarde H2233 zullen zaaiing H7105 en oogst H7120 , en koude H2527 en hitte H7019 , en zomer H2779 en winter H3117 , en dag H3915 en nacht H3808 , niet H7673 H8799 ophouden.

Genesis 9:1-11:32

  1 H430 En God H1288 H8762 zegende H5146 Noach H853 en zijn H1121 zonen H559 H8799 , en Hij zeide H1992 tot hen H6509 H8798 : Zijt vruchtbaar H7235 H8798 en vermenigvuldigt H4390 H8798 , en vervult H776 de aarde!
  2 H4172 En uw vrees H2844 , en uw verschrikking H1961 H8799 zij H5921 over H3605 al H2416 het gedierte H776 der aarde H5921 , en over H3605 al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3605 ; in al H834 wat H127 zich op den aardbodem H7430 H8799 roert H3605 , en in alle H1709 vissen H3220 der zee H3027 ; zij zijn in uw hand H5414 H8738 overgegeven.
  3 H3605 Al H7431 wat zich roert H834 , dat H2416 levend H1931 is H1961 H8799 , zij H859 u H402 tot spijze H859 ; Ik heb het u H3605 al H5414 H8804 gegeven H3418 , gelijk het groene H6212 kruid.
  4 H389 Doch H1320 het vlees H5315 met zijn ziel H1818 , [dat] [is] zijn bloed H3808 , zult gij niet H398 H8799 eten.
  5 H389 En voorwaar H1818 , Ik zal uw bloed H5315 , [het] [bloed] uwer zielen H1875 H8799 eisen H4480 ; van H3027 de hand H3605 van alle H2416 gedierte H1875 H8799 zal Ik het eisen H4480 ; ook van H3027 de hand H120 des mensen H4480 , van H3027 de hand H376 eens iegelijken H251 zijns broeders H5315 zal Ik de ziel H120 des mensen H1875 H8799 eisen.
  6 H120 Wie des mensen H1818 bloed H8210 H8802 vergiet H1818 , zijn bloed H120 zal door den mens H8210 H8735 vergoten worden H3588 ; want H430 God H120 heeft den mens H6754 naar Zijn beeld H6213 H8804 gemaakt.
  7 H859 Maar gijlieden H6509 H8798 , weest vruchtbaar H7235 H8798 , en vermenigvuldigt H8317 H8798 ; teelt overvloediglijk voort H776 op de aarde H7235 H8798 , en vermenigvuldigt op dezelve.
  8 H559 H8799 Voorts zeide H430 God H413 tot H5146 Noach H413 , en tot H1121 zijn zonen H854 met H559 H8800 hem, zeggende:
  9 H589 Maar Ik H2009 , ziet H6965 H8688 , Ik richt H1285 Mijn verbond H854 op met H859 u H854 , en met H2233 uw zaad H310 na u;
  10 H854 En met H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H834 , die H854 met H859 u H5775 [is], van het gevogelte H929 , van het vee H3605 , en van alle H2416 gedierte H776 der aarde H854 met H859 u H4480 ; van H3605 allen H8392 , die uit de ark H3318 H8802 gegaan zijn H3605 , tot al H2416 het gedierte H776 der aarde toe.
  11 H6965 H0 En Ik richt H1285 Mijn verbond H6965 H8689 op H854 met H859 u H3808 , dat niet H5750 meer H3605 alle H1320 vlees H4480 door H4325 de wateren H3999 des vloeds H3772 H8735 zal worden uitgeroeid H3808 ; en dat er geen H3999 vloed H5750 meer H1961 H8799 zal zijn H776 , om de aarde H7843 H8763 te verderven.
  12 H430 En God H559 H8799 zeide H2063 : Dit H226 [is] het teken H1285 des verbonds H834 , dat H589 Ik H5414 H8802 geef H996 tussen H996 Mij en tussen H996 ulieden, en tussen H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H834 , die H854 met H859 u H5769 [is], tot eeuwige H1755 geslachten.
  13 H7198 Mijn boog H5414 H8804 heb Ik gegeven H6051 in de wolken H1961 H8804 ; die zal zijn H226 tot een teken H1285 des verbonds H996 tussen H996 Mij en tussen H776 de aarde.
  14 H1961 H8804 En het zal geschieden H6051 , als Ik wolken H5921 over H776 de aarde H6049 H8763 brenge H7198 , dat deze boog H7200 H8738 zal gezien worden H6051 in de wolken;
  15 H2142 H8804 Dan zal Ik gedenken H1285 Mijn verbond H834 , hetwelk H996 is tussen H996 Mij en tussen H996 u, en tussen H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H3605 van alle H1320 vlees H4325 ; en de wateren H3808 zullen niet H5750 meer H1961 H8799 wezen H3999 tot een vloed H3605 , om alle H1320 vlees H7843 H8763 te verderven.
  16 H7198 Als deze boog H6051 in de wolken H1961 H8799 zal zijn H7200 H8804 , zo zal Ik hem aanzien H2142 H8800 , om te gedenken H5769 aan het eeuwig H1285 verbond H996 tussen H430 God H996 en tussen H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H3605 , van alle H1320 vlees H834 , dat H5921 op H776 de aarde is.
  17 H559 H8799 Zo zeide H430 dan God H413 tot H5146 Noach H2063 : Dit H226 [is] het teken H1285 des verbonds H834 , dat H6965 H8689 Ik opgericht heb H996 tussen H996 Mij en tussen H3605 alle H1320 vlees H834 , dat H5921 op H776 de aarde [is].
  18 H1121 En de zonen H5146 van Noach H4480 , die uit H8392 de ark H3318 H8802 gingen H1961 H8804 , waren H8035 Sem H2526 , en Cham H3315 , en Jafeth H2526 ; en Cham H1931 is H1 de vader H3667 van Kanaan.
  19 H428 Deze H7969 drie H1121 [waren] de zonen H5146 van Noach H4480 ; en van H428 dezen H3605 is de ganse H776 aarde H5310 H8804 overspreid.
  20 H5146 En Noach H2490 H8686 begon H376 H127 een akkerman H5193 H8799 [te] [zijn], en hij plantte H3754 een wijngaard.
  21 H8354 H8799 En hij dronk H4480 van H3196 dien wijn H7937 H8799 , en werd dronken H1540 H8691 ; en hij ontblootte zich H8432 in het midden H168 zijner tent.
  22 H2526 En Cham H3667 , Kanaans H1 vader H7200 H8799 , zag H1 zijns vaders H6172 naaktheid H5046 H0 , en hij gaf H8147 het zijn beiden H251 broederen H2351 daar buiten H5046 H8686 te kennen.
  23 H3947 H8799 Toen namen H8035 Sem H3315 en Jafeth H8071 een kleed H7760 H8799 , en zij leiden H5921 het op H8147 hun beider H7926 schouderen H3212 H8799 , en gingen H322 achterwaarts H3680 H8762 , en bedekten H6172 de naaktheid H1 huns vaders H6440 ; en hun aangezichten H322 waren achterwaarts H6172 [gekeerd], zodat zij de naaktheid H1 huns vaders H3808 niet H7200 H8804 zagen.
  24 H5146 En Noach H3364 H8799 ontwaakte H3196 van zijn wijn H3045 H8799 ; en hij merkte H834 wat H6996 zijn kleinste H1121 zoon H6213 H8804 hem gedaan had.
  25 H559 H8799 En hij zeide H779 H8803 : Vervloekt zij H3667 Kanaan H5650 ; een knecht H5650 der knechten H1961 H8799 zij hij H251 zijn broederen!
  26 H559 H8799 Voorts zeide hij H1288 H8803 : Gezegend zij H3068 de HEERE H430 , de God H8035 van Sem H3667 ; en Kanaan H1961 H8799 zij H5650 hem een knecht!
  27 H430 God H6601 H0 breide H3315 Jafeth H6601 H8686 uit H7931 H8799 , en hij wone H8035 in Sems H168 tenten H3667 ! en Kanaan H1961 H8799 zij H5650 hem een knecht!
  28 H5146 En Noach H2421 H8799 leefde H310 na H3999 den vloed H7969 H3967 H8141 driehonderd H2572 en vijftig H8141 jaren.
  29 H1961 H8799 Zo waren H3605 al H3117 de dagen H5146 van Noach H8672 H3967 H8141 negenhonderd H2572 en vijftig H8141 jaren H4191 H8799 ; en hij stierf.

Genesis 10:1-11:32

  1 H429 Dit H8435 nu [zijn] de geboorten H5146 van Noachs H1121 zonen H8035 : Sem H2526 , Cham H3315 , en Jafeth H3205 H0 ; en hun werden H1121 zonen H3205 H8735 geboren H310 na H3999 den vloed.
  2 H1121 De zonen H3315 van Jafeth H1586 [zijn]: Gomer H4031 , en Magog H4074 , en Madai H3120 , en Javan H8422 , en Tubal H4902 , en Mesech H8494 , en Thiras.
  3 H1121 En de zonen H1586 van Gomer H813 [zijn]: Askenaz H7384 , en Rifath H8425 , en Togarma.
  4 H1121 En de zonen H3120 van Javan H473 [zijn]: Elisa H8659 , en Tarsis H3794 ; de Chittieten H1721 en Dodanieten.
  5 H4480 Van H429 dezen H6504 H8738 zijn verdeeld H339 de eilanden H1471 der volken H776 in hun landschappen H376 , elk H3956 naar zijn spraak H4940 , naar hun huisgezinnen H1471 , onder hun volken.
  6 H1121 En de zonen H2526 van Cham H3568 [zijn]: Cusch H4714 en Mitsraim H6316 , en Put H3667 , en Kanaan.
  7 H1121 En de zonen H3568 van Cusch H5434 [zijn]: Seba H2341 en Havila H5454 , en Sabta H7484 , en Raema H5455 , en Sabtecha H1121 . En de zonen H7484 van Raema H7614 zijn: Scheba H1719 en Dedan.
  8 H3568 En Cusch H3205 H8804 gewon H5248 Nimrod H1931 ; deze H2490 H8689 begon H1368 geweldig H1961 H8800 te zijn H776 op de aarde.
  9 H1931 Hij H1961 H8804 was H1368 een geweldig H6718 jager H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN H5921 H3651 ; daarom H559 H8735 wordt gezegd H5248 : Gelijk Nimrod H1368 , een geweldig H6718 jager H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN.
  10 H7225 En het beginsel H4467 zijns rijks H1961 H8799 was H894 Babel H751 , en Erech H390 , en Accad H3641 , en Calne H776 in het land H8152 Sinear.
  11 H4480 Uit H776 ditzelve land H804 is Assur H3318 H8804 uitgegaan H1129 H8799 , en heeft gebouwd H5210 Nineve H7344 , en Rehoboth H5892 , Ir H3625 , en Kalach.
  12 H7449 En Resen H996 , tussen H5210 Nineve H996 en tussen H3625 Kalach H1931 ; deze H1419 is die grote H5892 stad.
  13 H4714 En Mitsraim H3205 H8804 gewon H3866 de Ludieten H6047 , en de Anamieten H3853 , en de Lehabieten H5320 , en de Naftuchieten,
  14 H6625 En de Pathrusieten H3695 , en de Casluchieten H4480 , van H834 H8033 waar H6430 de Filistijnen H3318 H8804 uitgekomen zijn H3732 , en de Caftorieten.
  15 H3667 En Kanaan H3205 H8804 gewon H6721 Sidon H1060 , zijn eerstgeborene H2845 , en Heth,
  16 H2983 En den Jebusiet H567 , en den Amoriet H1622 , en den Girgasiet,
  17 H2340 En den Hivviet H6208 , en den Arkiet H5513 , en den Siniet,
  18 H721 En den Arvadiet H6786 , en den Tsemariet H2577 , en den Hamathiet H310 ; en daarna H4940 zijn de huisgezinnen H3669 der Kanaanieten H6327 H8738 verspreid.
  19 H1366 En de landpale H3669 der Kanaanieten H1961 H8799 was H6721 van Sidon H935 H8800 , daar gij gaat H1642 naar Gerar H5704 tot H5804 Gaza H935 H8800 toe; daar gij gaat H5467 naar Sodom H6017 en Gomorra H126 , en Adama H6636 , en Zoboim H5704 , tot H3962 Lasa toe.
  20 H429 Deze H1121 [zijn] zonen H2526 van Cham H4940 , naar hun huisgezinnen H3956 , naar hun spraken H776 , in hun landschappen H1471 , in hun volken.
  21 H8035 Voorts zijn Sem H3205 H8795 [zonen] geboren H1931 ; dezelve H1571 [is] ook H1 de vader H3605 aller H1121 zonen H5677 van Heber H251 , broeder H3315 van Jafeth H1419 , den grootste.
  22 H8035 Sems H1121 zonen H5867 [waren] Elam H804 , en Assur H775 , en Arfachsad H3865 , en Lud H758 , en Aram.
  23 H758 En Arams H1121 zonen H5780 [waren] Uz H2343 , en Hul H1666 , en Gether H4851 , en Maz.
  24 H775 En Arfachsad H3205 H8804 gewon H7974 Selah H7974 , en Selah H3205 H8804 gewon H5677 Heber.
  25 H5677 En Heber H8147 werden twee H1121 zonen H3205 H8795 geboren H259 ; des enen H8034 naam H6389 was Peleg H3588 ; want H3117 in zijn dagen H776 is de aarde H6385 H8738 verdeeld H251 ; en zijns broeders H8034 naam H3355 was Joktan.
  26 H3355 En Joktan H3205 H8804 gewon H486 Almodad H8026 , en Selef H2700 , en Hatsarmaveth H3392 , en Jarach,
  27 H1913 En Hadoram H187 , en Usal H1853 , en Dikla,
  28 H5745 En Obal H39 , en Abimael H7614 , en Scheba,
  29 H211 En Ofir H2341 , en Havila H3103 , en Jobab H428 ; deze H3605 allen H1121 waren zonen H3355 van Joktan.
  30 H4186 En hun woning H1961 H8799 was H4480 van H4852 Mescha H935 H8800 af, daar gij gaat H5611 naar Sefar H2022 , het gebergte H6924 van het oosten.
  31 H428 Deze H1121 [zijn] zonen H8035 van Sem H4940 , naar hun huisgezinnen H3956 , naar hun spraken H776 , in hun landschappen H1471 , naar hun volken.
  32 H428 Deze H4940 [zijn] de huisgezinnen H1121 der zonen H5146 van Noach H8435 , naar hun geboorten H1471 , in hun volken H4480 ; en van H428 dezen H1471 zijn de volken H776 op de aarde H6504 H8738 verdeeld H310 na H3999 den vloed.

Genesis 11:1-32

  1 H3605 En de ganse H776 aarde H1961 H8799 was H259 van enerlei H8193 spraak H259 en enerlei H1697 woorden.
  2 H1961 H8799 Maar het geschiedde H4480 , als zij tegen H6924 het oosten H5265 H8800 togen H1237 , dat zij een laagte H4672 H8799 vonden H776 in het land H8152 Sinear H3427 H8799 ; en zij woonden H8033 aldaar.
  3 H559 H8799 En zij zeiden H376 een ieder H413 tot H7453 zijn naaste H3051 H8798 : Kom aan H3843 , laat ons tichelen H3835 H8799 strijken H8316 , en wel H8313 H8799 doorbranden H3843 ! En de tichel H1961 H8799 was H1992 hun H68 voor steen H2564 , en het lijm H1961 H8804 was H2563 hun voor leem.
  4 H559 H8799 En zij zeiden H3051 H8798 : Kom aan H1129 H0 , laat ons H5892 voor ons een stad H1129 H8799 bouwen H4026 , en een toren H7218 , welks opperste H8064 in den hemel H8034 [zij], en laat ons een naam H6213 H8799 voor ons maken H6435 , opdat wij niet misschien H5921 H6440 over H3605 de ganse H776 aarde H6327 H8799 verstrooid worden!
  5 H3381 H0 Toen kwam H3068 de HEERE H3381 H8799 neder H7200 H8800 , om te bezien H5892 de stad H4026 en den toren H834 , die H1121 de kinderen H120 der mensen H1129 H8804 bouwden.
  6 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H2005 : Ziet H259 , zij [zijn] enerlei H5971 volk H3605 , en [hebben] allen H259 enerlei H8193 spraak H2088 ; en dit H2490 H8687 [is] [het], dat zij beginnen H6213 H8800 te maken H6258 ; maar nu H4480 H1992 , zoude hun H3808 niet H1219 H8735 afgesneden worden H3605 al H834 wat H2161 H8799 zij bedacht hebben H6213 H8800 te maken?
  7 H3051 H8798 Kom aan H3381 H8799 , laat Ons nedervaren H8193 , en laat Ons hun spraak H8033 aldaar H1101 H8799 verwarren H834 , opdat H376 iegelijk H8193 de spraak H7453 zijns naasten H3808 niet H8085 H8799 hore.
  8 H6327 H8686 Alzo verstrooide H853 H1992 hen H3068 de HEERE H4480 van H8033 daar H5921 H6440 over H3605 de ganse H776 aarde H2308 H8799 ; en zij hielden op H5892 de stad H1129 H8800 te bouwen.
  9 H5921 H3651 Daarom H7121 H8804 noemde men H8034 haar naam H894 Babel H3588 ; want H8033 aldaar H1101 H8804 verwarde H3068 de HEERE H8193 de spraak H3605 der ganse H776 aarde H4480 , en van H8033 daar H6327 H8689 verstrooide H3068 hen de HEERE H5921 H6440 over H776 de ganse aarde.
  10 H428 Deze H8435 [zijn] de geboorten H8035 van Sem H8035 : Sem H3967 was honderd H8141 jaren H1121 oud H3205 H8686 , en gewon H853 , H775 Arfachsad H8141 , twee jaren H310 na H3999 den vloed.
  11 H8035 En Sem H2421 H8799 leefde H310 , nadat H775 hij Arfachsad H3205 H8687 gewonnen had H2568 H3967 , vijfhonderd H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  12 H775 En Arfachsad H2425 H8804 leefde H2568 vijf H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H7974 Selah.
  13 H775 En Arfachsad H2421 H8799 leefde H310 , nadat H7974 hij, Selah H3205 H8687 gewonnen had H702 H3967 H8141 , vierhonderd H7969 en drie H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  14 H7974 En Selah H2425 H8804 leefde H7970 dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H5677 Heber.
  15 H7974 En Selah H2421 H8799 leefde H310 , nadat H5677 hij Heber H3205 H8687 gewonnen had H702 H3967 H8141 , vierhonderd H7969 en drie H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  16 H5677 En Heber H2421 H8799 leefde H702 vier H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en gewon H6389 Peleg.
  17 H5677 En Heber H2421 H8799 leefde H310 , nadat H6389 hij Peleg H3205 H8687 gewonnen had H702 H3967 H8141 , vierhonderd H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  18 H6389 En Peleg H2421 H8799 leefde H7970 dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H7466 Rehu.
  19 H6389 En Peleg H2421 H8799 leefde H310 , nadat H7466 hij Rehu H3205 H8687 gewonnen had H3967 H8141 , tweehonderd H8672 en negen H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  20 H7466 En Rehu H2421 H8799 leefde H8147 twee H7970 en dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en hij gewon H8286 Serug.
  21 H7466 En Rehu H2421 H8799 leefde H310 , nadat H8286 hij Serug H3205 H8687 gewonnen had H3967 H8141 , tweehonderd H7651 en zeven H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  22 H8286 En Serug H2421 H8799 leefde H7970 dertig H8141 jaren H3205 H8686 , en gewon H5152 Nahor.
  23 H8286 En Serug H2421 H8799 leefde H310 , nadat H5152 hij Nahor H3205 H8687 gewonnen had H3967 , tweehonderd H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  24 H5152 En Nahor H2421 H8799 leefde H8672 negen H6242 en twintig H8141 jaren H3205 H8686 , en gewon H8646 Terah.
  25 H5152 En Nahor H2421 H8799 leefde H310 , nadat H8646 hij Terah H3205 H8687 gewonnen had H3967 H8141 , honderd H6240 H8672 en negentien H8141 jaren H3205 H8686 ; en hij gewon H1121 zonen H1323 en dochteren.
  26 H8646 En Terah H2421 H8799 leefde H7657 zeventig H8141 jaren H3205 H8686 , en gewon H87 Abram H5152 , Nahor H2039 en Haran.
  27 H428 En deze H8435 [zijn] de geboorten H8646 van Terah H8646 : Terah H3205 H8689 gewon H87 Abram H5152 , Nahor H2039 en Haran H2039 ; en Haran H3205 H8689 gewon H3876 Lot.
  28 H2039 En Haran H4191 H8799 stierf H5921 voor H6440 het aangezicht H1 zijns vaders H8646 Terah H776 , in het land H4138 zijner geboorte H218 , in Ur H3778 der Chaldeen.
  29 H87 En Abram H5152 en Nahor H3947 H8799 namen zich H802 vrouwen H8034 ; de naam H87 van Abrams H802 huisvrouw H8297 was Sarai H8034 , en de naam H5152 van Nahors H802 huisvrouw H4435 was Milka H1323 , een dochter H2039 van Haran H1 , vader H4435 van Milka H1 , en vader H3252 van Jiska.
  30 H8297 En Sarai H1961 H8799 was H6135 onvruchtbaar H369 ; zij had geen H2056 kind.
  31 H8646 En Terah H3947 H8799 nam H87 Abram H1121 , zijn zoon H3876 , en Lot H2039 , Harans H1121 zoon H1121 , zijns zoons H1121 zoon H8297 , en Sarai H3618 , zijn schoondochter H802 , de huisvrouw H1121 van zijn zoon H87 Abram H3318 H8799 , en zij togen H854 met H1992 hen H218 uit Ur H3778 der Chaldeen H3212 H8800 , om te gaan H776 naar het land H3667 Kanaan H935 H8799 ; en zij kwamen H5704 tot H2771 Haran H3427 H8799 , en woonden aldaar.
  32 H3117 En de dagen H8646 van Terah H1961 H8799 waren H3967 H8141 tweehonderd H2568 en vijf H8141 jaren H8646 , en Terah H4191 H8799 stierf H2771 te Haran.

Jeremiah 4:23

  23 H7200 H8804 Ik zag H776 het land H8414 aan, en ziet, het was woest H922 en ledig H8064 ; ook naar den hemel H216 , en zijn licht was er niet.

John 1:3

  3 G3956 Alle dingen G1223 zijn door G846 Hetzelve G1096 G5633 gemaakt G2532 , en G5565 zonder G846 Hetzelve G3761 is geen G1520 ding G1096 G5633 gemaakt G1096 G5754 , dat gemaakt is.

Genesis 2:1-25

  1 H3615 H8792 Alzo zijn volbracht H8064 de hemel H776 en de aarde H3605 , en al H6635 hun heir.
  2 H430 Als nu God H7637 op den zevenden H3117 dag H3615 H8762 volbracht had H4399 Zijn werk H834 , dat H6213 H8804 Hij gemaakt had H7673 H8799 , heeft Hij gerust H7637 op den zevenden H3117 dag H3605 van al H4399 Zijn werk H834 , dat H6213 H8804 Hij gemaakt had.
  3 H430 En God H7637 heeft den zevenden H3117 dag H1288 H8762 gezegend H853 , en dien H6942 H8762 geheiligd H3588 ; omdat H7673 H8804 Hij op denzelven gerust heeft H3605 van al H4399 Zijn werk H834 , hetwelk H430 God H1254 H8804 geschapen had H6213 H8800 , om te volmaken.
  4 H428 Dit H8435 [zijn] de geboorten H8064 des hemels H776 en der aarde H1254 H8736 , als zij geschapen werden H3117 ; ten dage H3068 als de HEERE H430 God H776 de aarde H8064 en den hemel H6213 H8800 maakte.
  5 H3605 En allen H7880 struik H7704 des velds H2962 , eer H776 hij in de aarde H1961 H8799 was H3605 , en al H6212 het kruid H7704 des velds H2962 , eer H6779 H8799 het uitsproot H3588 ; want H3068 de HEERE H430 God H3808 had niet H4305 H8689 doen regenen H5921 op H776 de aarde H369 , en er was geen H120 mens H853 [geweest], om den H127 aardbodem H5647 H8800 te bouwen.
  6 H108 Maar een damp H5927 H8799 was opgegaan H4480 uit H776 de aarde H8248 H8689 , en bevochtigde H3605 den gansen H6440 H127 aardbodem.
  7 H3068 En de HEERE H430 God H120 had den mens H3335 H8799 geformeerd H6083 uit het stof H4480 der H127 aarde H639 , en in zijn neusgaten H5301 H8799 geblazen H5397 den adem H2416 des levens H1961 H8799 ; alzo werd H120 de mens H2416 tot een levende H5315 ziel.
  8 H3068 Ook had de HEERE H430 God H1588 een hof H5193 H8799 geplant H5731 in Eden H6924 , tegen het oosten H7760 H8799 , en Hij stelde H8033 aldaar H120 den mens H834 , dien H3335 H8804 Hij geformeerd had.
  9 H3068 En de HEERE H430 God H3605 had alle H6086 geboomte H4480 uit H127 het aardrijk H6779 H8686 doen spruiten H2530 H8737 , begeerlijk H4758 voor het gezicht H2896 , en goed H3978 tot spijze H6086 ; en den boom H2416 des levens H8432 in het midden H1588 van den hof H6086 , en de boom H1847 der kennis H2896 des goeds H7451 en des kwaads.
  10 H5104 En een rivier H3318 H8802 was voortgaande H4480 uit H5731 Eden H1588 , om dezen hof H8248 H8687 te bewateren H4480 ; en werd van H8033 daar H6504 H8735 verdeeld H1961 H8804 , en werd H702 tot vier H7218 hoofden.
  11 H8034 De naam H259 der eerste H6376 [rivier] [is] Pison H1931 ; deze H3605 [is] [het], die het ganse H776 land H2341 van Havila H5437 H8802 omloopt H834 H8033 , waar H2091 het goud [is].
  12 H2091 En het goud H1931 van dit H776 land H2896 [is] goed H8033 ; daar H916 [is] [ook] bedolah H68 , en de steen H7718 sardonix.
  13 H8034 En de naam H8145 der tweede H5104 rivier H1521 [is] Gihon H1931 ; deze H3605 [is] [het], die het ganse H776 land H3568 Cusch H5437 H8802 omloopt.
  14 H8034 En de naam H7992 der derde H5104 rivier H2313 [is] Hiddekel H1931 ; deze H1980 H8802 is gaande naar H6926 het oosten H804 van Assur H7243 . En de vierde H5104 rivier H1931 [is] H6578 Frath.
  15 H3947 H8799 Zo nam H3068 de HEERE H430 God H120 den mens H3240 H8686 , en zette hem H1588 in den hof H5731 van Eden H5647 H8800 , om dien te bouwen H8104 H8800 , en dien te bewaren.
  16 H3068 En de HEERE H430 God H6680 H8762 gebood H5921 den H120 mens H559 H8800 , zeggende H4480 : Van H3605 allen H6086 boom H1588 dezes hofs H398 H8800 zult gij vrijelijk H398 H8799 eten;
  17 H4480 Maar van H6086 den boom H1847 der kennis H2896 des goeds H7451 en des kwaads H3808 , daarvan zult gij niet H398 H8799 eten H3588 ; want H3117 ten dage H4480 , als gij daarvan H398 H8800 eet H4191 H8800 , zult gij den dood H4191 H8799 sterven.
  18 H3068 Ook had de HEERE H430 God H559 H8799 gesproken H3808 : Het is niet H2896 goed H120 , dat de mens H909 alleen H1961 H8800 zij H5828 ; Ik zal hem een hulpe H6213 H8799 maken H5048 , [die] als tegen hem over [zij].
  19 H3068 Want als de HEERE H430 God H4480 uit H127 de aarde H3605 al H2416 het gedierte H7704 des velds H3605 , en al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3335 H8799 gemaakt had H935 H8686 , zo bracht Hij H413 die tot H120 Adam H7200 H8800 , om te zien H4100 , hoe H7121 H8799 hij ze noemen zou H834 ; en zo als H120 Adam H3605 alle H2416 levende H5315 ziel H7121 H8799 noemen zoude H1931 , dat H8034 [zou] haar naam [zijn].
  20 H120 Zo had Adam H7121 H8799 genoemd H8034 de namen H3605 van al H929 het vee H5775 , en van het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en van al H2416 het gedierte H7704 des velds H120 ; maar voor den mens H4672 H8804 vond hij H3808 geen H5828 hulpe H5048 , [die] als tegen hem over [ware].
  21 H5307 H0 Toen deed H3068 de HEERE H430 God H8639 een diepen slaap H5921 op H121 Adam H5307 H8686 vallen H3462 H8799 , en hij sliep H3947 H8799 ; en Hij nam H259 een H4480 van H6763 zijn ribben H5462 H8799 , en sloot H8478 derzelver plaats H1320 toe [met] vlees.
  22 H3068 En de HEERE H430 God H1129 H8799 bouwde H6763 de ribbe H834 , die H4480 Hij van H120 Adam H3947 H8804 genomen had H802 , tot een vrouw H935 H8686 , en Hij bracht H413 haar tot H120 Adam.
  23 H559 H8799 Toen zeide H120 Adam H2063 : Deze H6471 [is] ditmaal H6106 been H4480 van H6106 mijn benen H1320 , en vlees H4480 van H1320 mijn vlees H2063 ! Men zal haar H802 Manninne H7121 H8735 heten H3588 , omdat H2063 zij H4480 uit H376 den man H3947 H8795 genomen is.
  24 H3651 H5921 Daarom H376 zal de man H1 zijn vader H517 en zijn moeder H5800 H8799 verlaten H802 , en zijn vrouw H1692 H8804 aankleven H259 ; en zij zullen tot een H1320 vlees H1961 H8799 zijn.
  25 H1961 H8799 En zij waren H8147 beiden H6174 naakt H120 , Adam H802 en zijn vrouw H954 H8709 ; en zij schaamden zich H3808 niet.

Colossians 1:16

  16 G3754 Want G1722 door G846 Hem G3956 zijn alle dingen G2936 G5681 geschapen G1722 , die in G3772 de hemelen G2532 en G1909 die op G1093 de aarde G3707 zijn, die zienlijk G2532 en G517 die onzienlijk G1535 zijn, hetzij G2362 tronen G1535 , hetzij G2963 heerschappijen G1535 , hetzij G746 overheden G1535 , hetzij G1849 machten G3956 ; alle dingen G1223 zijn door G846 Hem G2532 en G1519 tot G846 Hem G2936 G5769 geschapen;

Isaiah 45:12

  12 H776 Ik heb de aarde H6213 H8804 gemaakt H120 , en Ik heb den mens H1254 H8804 daarop geschapen H3027 ; Ik ben het! Mijn handen H8064 hebben de hemelen H5186 H8804 uitgebreid H6635 , en Ik heb al hun heir H6680 H8765 bevel gegeven.

Hebrews 11:3

  3 G4102 Door het geloof G3539 G5719 verstaan wij G165 , dat de wereld G4487 door het woord G2316 Gods G2675 G5771 is toebereid G1519 , alzo G3588 dat de dingen, die G991 G5746 men ziet G3361 , niet G1096 G5755 geworden zijn G1537 uit G5316 G5730 dingen, die gezien worden.

Genesis 1:1-31

  1 H7225 In den beginne H1254 H8804 schiep H430 God H853 den H8064 hemel H853 en de H776 aarde.
  2 H776 De aarde H1961 H8804 nu was H8414 woest H922 en ledig H2822 , en duisternis H5921 H6440 [was] op H8415 den afgrond H7307 ; en de Geest H430 Gods H7363 H8764 zweefde H5921 H6440 op H4325 de wateren.
  3 H430 En God H559 H8799 zeide H1961 H8799 : Daar zij H216 licht H1961 H8799 ! en daar werd H216 licht.
  4 H430 En God H7200 H8799 zag H853 het H216 licht H3588 , dat H2896 het goed H430 [was]; en God H914 H8686 maakte scheiding H996 tussen H216 het licht H996 en tussen H2822 de duisternis.
  5 H430 En God H7121 H8799 noemde H216 het licht H3117 dag H2822 , en de duisternis H7121 H8804 noemde Hij H3915 nacht H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H259 , de eerste H3117 dag.
  6 H430 En God H559 H8799 zeide H1961 H8799 : Daar zij H7549 een uitspansel H8432 in het midden H4325 der wateren H1961 H8799 ; en dat make H914 H8688 scheiding H996 tussen H4325 wateren H4325 en wateren!
  7 H430 En God H6213 H8799 maakte H7549 dat uitspansel H914 H8686 , en maakte scheiding H996 tussen H4325 de wateren H834 , die H8478 onder H7549 het uitspansel H996 [zijn], en tussen H4325 de wateren H834 , die H5921 boven H7549 het uitspansel H1961 H8799 [zijn]. En het was H3651 alzo.
  8 H430 En God H7121 H8799 noemde H7549 het uitspansel H8064 hemel H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H8145 , de tweede H3117 dag.
  9 H430 En God H559 H8799 zeide H4325 : Dat de wateren H8478 van onder H8064 den hemel H413 in H259 een H4725 plaats H6960 H8735 vergaderd worden H3004 , en dat het droge H7200 H8735 gezien worde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  10 H430 En God H7121 H8799 noemde H3004 het droge H776 aarde H4723 , en de vergadering H4325 der wateren H7121 H8804 noemde Hij H3220 zeeen H430 ; en God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  11 H430 En God H559 H8799 zeide H776 : Dat de aarde H1876 H8686 uitschiete H1877 grasscheutjes H6212 , kruid H2233 H2232 H8688 zaadzaaiende H6529 , vruchtbaar H6086 geboomte H6213 H8802 , dragende H6529 vrucht H4327 naar zijn aard H834 , welks H2233 zaad H5921 daarin zij op H776 de aarde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  12 H776 En de aarde H3318 H8686 bracht voort H1877 grasscheutjes H6212 , kruid H2233 H2232 H8688 zaadzaaiende H4327 naar zijn aard H6529 H6213 H8802 , en vruchtdragend H6086 geboomte H2233 , welks H4327 zaad daarin was, naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  13 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H7992 , de derde H3117 dag.
  14 H430 En God H559 H8799 zeide H3974 : Dat er lichten H1961 H8799 zijn H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H914 H8687 , om scheiding te maken H996 tussen H3117 den dag H996 en tussen H3915 den nacht H1961 H8799 ; en dat zij zijn H226 tot tekenen H4150 en tot gezette tijden H3117 , en tot dagen H8141 en jaren!
  15 H1961 H8799 En dat zij zijn H3974 tot lichten H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H215 H8687 , om licht te geven H5921 op H776 de aarde H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  16 H430 God H6213 H8799 dan maakte H8147 die twee H1419 grote H3974 lichten H1419 ; dat grote H3974 licht H4475 tot heerschappij H3117 des daags H6996 , en dat kleine H3974 licht H4475 tot heerschappij H3915 des nachts H3556 ; ook de sterren.
  17 H430 En God H5414 H8799 stelde H853 ze H7549 in het uitspansel H8064 des hemels H215 H8687 , om licht te geven H5921 op H776 de aarde.
  18 H4910 H8800 En om te heersen H3117 op den dag H3915 , en in den nacht H914 H8687 , en om scheiding te maken H996 tussen H216 het licht H996 en tussen H2822 de duisternis H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  19 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H7243 , de vierde H3117 dag.
  20 H430 En God H559 H8799 zeide H4325 : Dat de wateren H8317 H8799 overvloediglijk voortbrengen H8318 een gewemel H2416 van levende H5315 zielen H5775 ; en het gevogelte H5774 H8787 vliege H5921 boven H776 de aarde H5921 H6440 , in H7549 het uitspansel H8064 des hemels!
  21 H430 En God H1254 H8799 schiep H1419 de grote H8577 walvissen H3605 , en alle H2416 levende H7430 H8802 wremelende H5315 ziel H834 , welke H4325 de wateren H8317 H8804 overvloediglijk voortbrachten H4327 , naar haar aard H3605 ; en alle H3671 gevleugeld H5775 gevogelte H4327 naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  22 H430 En God H1288 H8762 zegende H853 ze H559 H8800 , zeggende H6509 H8798 : Zijt vruchtbaar H7235 H8798 , en vermenigvuldigt H4390 H8798 , en vervult H4325 de wateren H3220 in de zeeen H5775 ; en het gevogelte H7235 H8799 vermenigvuldige H776 op de aarde!
  23 H1961 H0 Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H2549 , de vijfde H3117 dag.
  24 H430 En God H559 H8799 zeide H776 : De aarde H3318 H0 brenge H2416 levende H5315 zielen H3318 H8686 voort H4327 , naar haar aard H929 , vee H7431 , en kruipend H2416 , en wild gedierte H776 der aarde H4327 , naar zijn aard H1961 H8799 ! En het was H3651 alzo.
  25 H430 En God H6213 H8799 maakte H2416 het wild gedierte H776 der aarde H4327 naar zijn aard H929 , en het vee H4327 naar zijn aard H3605 , en al H7431 het kruipend gedierte H127 des aardbodems H4327 naar zijn aard H430 . En God H7200 H8799 zag H3588 , dat H2896 het goed [was].
  26 H430 En God H559 H8799 zeide H6213 H0 : Laat Ons H120 mensen H6213 H8799 maken H6754 , naar Ons beeld H1823 , naar Onze gelijkenis H7287 H8799 ; en dat zij heerschappij hebben H1710 over de vissen H3220 der zee H5775 , en over het gevogelte H8064 des hemels H929 , en over het vee H3605 , en over de gehele H776 aarde H3605 , en over al H7431 het kruipend gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt.
  27 H430 En God H1254 H8799 schiep H120 den mens H6754 naar Zijn beeld H6754 ; naar het beeld H430 van God H1254 H8804 schiep Hij H853 hem H2145 ; man H5347 en vrouw H1254 H8804 schiep Hij H853 ze.
  28 H430 En God H1288 H8762 zegende H853 hen H430 , en God H559 H8799 zeide H6509 H8798 tot hen: Weest vruchtbaar H7235 H8798 , en vermenigvuldigt H4390 H8798 , en vervult H776 de aarde H3533 H8798 , en onderwerpt haar H7287 H8798 , en hebt heerschappij H1710 over de vissen H3220 der zee H5775 , en over het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en over al H2416 het gedierte H5921 , dat op H776 de aarde H7430 H8802 kruipt!
  29 H430 En God H559 H8799 zeide H2009 : Ziet H3605 , Ik heb ulieden al H2233 H2232 H8802 het zaadzaaiende H6212 kruid H5414 H8804 gegeven H834 , dat H5921 H6440 op H3605 de ganse H776 aarde H853 [is], en H3605 alle H6086 geboomte H834 , in hetwelk H2233 H2232 H8802 zaadzaaiende H6086 H6529 boomvrucht H1961 H8799 is; het zij H402 u tot spijze!
  30 H3605 Maar aan al H2416 het gedierte H776 der aarde H3605 , en aan al H5775 het gevogelte H8064 des hemels H3605 , en aan al H7430 H8802 het kruipende gedierte H5921 op H776 de aarde H834 , waarin H2416 een levende H5315 ziel H3605 [is], [heb] [Ik] al H3418 het groene H6212 kruid H402 tot spijze H1961 H8799 [gegeven]. En het was H3651 alzo.
  31 H430 En God H7200 H8799 zag H3605 al H834 wat H6213 H8804 Hij gemaakt had H2009 , en ziet H3966 , [het] [was] zeer H2896 goed H1961 H0 . Toen was H6153 het avond H1961 H8799 geweest H1961 H0 , en het was H1242 morgen H1961 H8799 geweest H8345 , de zesde H3117 dag.

Topical data is from OpenBible.info, retrieved November 11, 2013, and licensed under a Creative Commons Attribution License.