19
H3068
Want als de HEERE
H430
God
H4480
uit
H127
de aarde
H3605
al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H3605
, en al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3335 H8799
gemaakt had
H935 H8686
, zo bracht Hij
H413
die tot
H120
Adam
H7200 H8800
, om te zien
H4100
, hoe
H7121 H8799
hij ze noemen zou
H834
; en zo als
H120
Adam
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H7121 H8799
noemen zoude
H1931
, dat
H8034
[zou] haar naam [zijn].
Bible verses about "god creating the world" | DSV_Strongs
Genesis 2:19
Genesis 1:1
Genesis 1:1-11:32
2
H776
De aarde
H1961 H8804
nu was
H8414
woest
H922
en ledig
H2822
, en duisternis
H5921 H6440
[was] op
H8415
den afgrond
H7307
; en de Geest
H430
Gods
H7363 H8764
zweefde
H5921 H6440
op
H4325
de wateren.
3
H430
En God
H559 H8799
zeide
H1961 H8799
: Daar zij
H216
licht
H1961 H8799
! en daar werd
H216
licht.
4
H430
En God
H7200 H8799
zag
H853
het
H216
licht
H3588
, dat
H2896
het goed
H430
[was]; en God
H914 H8686
maakte scheiding
H996
tussen
H216
het licht
H996
en tussen
H2822
de duisternis.
5
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H216
het licht
H3117
dag
H2822
, en de duisternis
H7121 H8804
noemde Hij
H3915
nacht
H1961 H0
. Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H259
, de eerste
H3117
dag.
6
H430
En God
H559 H8799
zeide
H1961 H8799
: Daar zij
H7549
een uitspansel
H8432
in het midden
H4325
der wateren
H1961 H8799
; en dat make
H914 H8688
scheiding
H996
tussen
H4325
wateren
H4325
en wateren!
7
H430
En God
H6213 H8799
maakte
H7549
dat uitspansel
H914 H8686
, en maakte scheiding
H996
tussen
H4325
de wateren
H834
, die
H8478
onder
H7549
het uitspansel
H996
[zijn], en tussen
H4325
de wateren
H834
, die
H5921
boven
H7549
het uitspansel
H1961 H8799
[zijn]. En het was
H3651
alzo.
8
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H7549
het uitspansel
H8064
hemel
H1961 H0
. Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H8145
, de tweede
H3117
dag.
9
H430
En God
H559 H8799
zeide
H4325
: Dat de wateren
H8478
van onder
H8064
den hemel
H413
in
H259
een
H4725
plaats
H6960 H8735
vergaderd worden
H3004
, en dat het droge
H7200 H8735
gezien worde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
10
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H3004
het droge
H776
aarde
H4723
, en de vergadering
H4325
der wateren
H7121 H8804
noemde Hij
H3220
zeeen
H430
; en God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
11
H430
En God
H559 H8799
zeide
H776
: Dat de aarde
H1876 H8686
uitschiete
H1877
grasscheutjes
H6212
, kruid
H2233 H2232 H8688
zaadzaaiende
H6529
, vruchtbaar
H6086
geboomte
H6213 H8802
, dragende
H6529
vrucht
H4327
naar zijn aard
H834
, welks
H2233
zaad
H5921
daarin zij op
H776
de aarde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
12
H776
En de aarde
H3318 H8686
bracht voort
H1877
grasscheutjes
H6212
, kruid
H2233 H2232 H8688
zaadzaaiende
H4327
naar zijn aard
H6529 H6213 H8802
, en vruchtdragend
H6086
geboomte
H2233
, welks
H4327
zaad daarin was, naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
13
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H7992
, de derde
H3117
dag.
14
H430
En God
H559 H8799
zeide
H3974
: Dat er lichten
H1961 H8799
zijn
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H914 H8687
, om scheiding te maken
H996
tussen
H3117
den dag
H996
en tussen
H3915
den nacht
H1961 H8799
; en dat zij zijn
H226
tot tekenen
H4150
en tot gezette tijden
H3117
, en tot dagen
H8141
en jaren!
15
H1961 H8799
En dat zij zijn
H3974
tot lichten
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H215 H8687
, om licht te geven
H5921
op
H776
de aarde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
16
H430
God
H6213 H8799
dan maakte
H8147
die twee
H1419
grote
H3974
lichten
H1419
; dat grote
H3974
licht
H4475
tot heerschappij
H3117
des daags
H6996
, en dat kleine
H3974
licht
H4475
tot heerschappij
H3915
des nachts
H3556
; ook de sterren.
17
H430
En God
H5414 H8799
stelde
H853
ze
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H215 H8687
, om licht te geven
H5921
op
H776
de aarde.
18
H4910 H8800
En om te heersen
H3117
op den dag
H3915
, en in den nacht
H914 H8687
, en om scheiding te maken
H996
tussen
H216
het licht
H996
en tussen
H2822
de duisternis
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
19
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H7243
, de vierde
H3117
dag.
20
H430
En God
H559 H8799
zeide
H4325
: Dat de wateren
H8317 H8799
overvloediglijk voortbrengen
H8318
een gewemel
H2416
van levende
H5315
zielen
H5775
; en het gevogelte
H5774 H8787
vliege
H5921
boven
H776
de aarde
H5921 H6440
, in
H7549
het uitspansel
H8064
des hemels!
21
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H1419
de grote
H8577
walvissen
H3605
, en alle
H2416
levende
H7430 H8802
wremelende
H5315
ziel
H834
, welke
H4325
de wateren
H8317 H8804
overvloediglijk voortbrachten
H4327
, naar haar aard
H3605
; en alle
H3671
gevleugeld
H5775
gevogelte
H4327
naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
22
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H853
ze
H559 H8800
, zeggende
H6509 H8798
: Zijt vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H4325
de wateren
H3220
in de zeeen
H5775
; en het gevogelte
H7235 H8799
vermenigvuldige
H776
op de aarde!
23
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H2549
, de vijfde
H3117
dag.
24
H430
En God
H559 H8799
zeide
H776
: De aarde
H3318 H0
brenge
H2416
levende
H5315
zielen
H3318 H8686
voort
H4327
, naar haar aard
H929
, vee
H7431
, en kruipend
H2416
, en wild gedierte
H776
der aarde
H4327
, naar zijn aard
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
25
H430
En God
H6213 H8799
maakte
H2416
het wild gedierte
H776
der aarde
H4327
naar zijn aard
H929
, en het vee
H4327
naar zijn aard
H3605
, en al
H7431
het kruipend gedierte
H127
des aardbodems
H4327
naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
26
H430
En God
H559 H8799
zeide
H6213 H0
: Laat Ons
H120
mensen
H6213 H8799
maken
H6754
, naar Ons beeld
H1823
, naar Onze gelijkenis
H7287 H8799
; en dat zij heerschappij hebben
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H929
, en over het vee
H3605
, en over de gehele
H776
aarde
H3605
, en over al
H7431
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt.
27
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H120
den mens
H6754
naar Zijn beeld
H6754
; naar het beeld
H430
van God
H1254 H8804
schiep Hij
H853
hem
H2145
; man
H5347
en vrouw
H1254 H8804
schiep Hij
H853
ze.
28
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H853
hen
H430
, en God
H559 H8799
zeide
H6509 H8798
tot hen: Weest vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H776
de aarde
H3533 H8798
, en onderwerpt haar
H7287 H8798
, en hebt heerschappij
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en over al
H2416
het gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt!
29
H430
En God
H559 H8799
zeide
H2009
: Ziet
H3605
, Ik heb ulieden al
H2233 H2232 H8802
het zaadzaaiende
H6212
kruid
H5414 H8804
gegeven
H834
, dat
H5921 H6440
op
H3605
de ganse
H776
aarde
H853
[is], en
H3605
alle
H6086
geboomte
H834
, in hetwelk
H2233 H2232 H8802
zaadzaaiende
H6086 H6529
boomvrucht
H1961 H8799
is; het zij
H402
u tot spijze!
30
H3605
Maar aan al
H2416
het gedierte
H776
der aarde
H3605
, en aan al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en aan al
H7430 H8802
het kruipende gedierte
H5921
op
H776
de aarde
H834
, waarin
H2416
een levende
H5315
ziel
H3605
[is], [heb] [Ik] al
H3418
het groene
H6212
kruid
H402
tot spijze
H1961 H8799
[gegeven]. En het was
H3651
alzo.
Genesis 2:1-11:32
2
H430
Als nu God
H7637
op den zevenden
H3117
dag
H3615 H8762
volbracht had
H4399
Zijn werk
H834
, dat
H6213 H8804
Hij gemaakt had
H7673 H8799
, heeft Hij gerust
H7637
op den zevenden
H3117
dag
H3605
van al
H4399
Zijn werk
H834
, dat
H6213 H8804
Hij gemaakt had.
3
H430
En God
H7637
heeft den zevenden
H3117
dag
H1288 H8762
gezegend
H853
, en dien
H6942 H8762
geheiligd
H3588
; omdat
H7673 H8804
Hij op denzelven gerust heeft
H3605
van al
H4399
Zijn werk
H834
, hetwelk
H430
God
H1254 H8804
geschapen had
H6213 H8800
, om te volmaken.
4
H428
Dit
H8435
[zijn] de geboorten
H8064
des hemels
H776
en der aarde
H1254 H8736
, als zij geschapen werden
H3117
; ten dage
H3068
als de HEERE
H430
God
H776
de aarde
H8064
en den hemel
H6213 H8800
maakte.
5
H3605
En allen
H7880
struik
H7704
des velds
H2962
, eer
H776
hij in de aarde
H1961 H8799
was
H3605
, en al
H6212
het kruid
H7704
des velds
H2962
, eer
H6779 H8799
het uitsproot
H3588
; want
H3068
de HEERE
H430
God
H3808
had niet
H4305 H8689
doen regenen
H5921
op
H776
de aarde
H369
, en er was geen
H120
mens
H853
[geweest], om den
H127
aardbodem
H5647 H8800
te bouwen.
6
H108
Maar een damp
H5927 H8799
was opgegaan
H4480
uit
H776
de aarde
H8248 H8689
, en bevochtigde
H3605
den gansen
H6440 H127
aardbodem.
7
H3068
En de HEERE
H430
God
H120
had den mens
H3335 H8799
geformeerd
H6083
uit het stof
H4480
der
H127
aarde
H639
, en in zijn neusgaten
H5301 H8799
geblazen
H5397
den adem
H2416
des levens
H1961 H8799
; alzo werd
H120
de mens
H2416
tot een levende
H5315
ziel.
8
H3068
Ook had de HEERE
H430
God
H1588
een hof
H5193 H8799
geplant
H5731
in Eden
H6924
, tegen het oosten
H7760 H8799
, en Hij stelde
H8033
aldaar
H120
den mens
H834
, dien
H3335 H8804
Hij geformeerd had.
9
H3068
En de HEERE
H430
God
H3605
had alle
H6086
geboomte
H4480
uit
H127
het aardrijk
H6779 H8686
doen spruiten
H2530 H8737
, begeerlijk
H4758
voor het gezicht
H2896
, en goed
H3978
tot spijze
H6086
; en den boom
H2416
des levens
H8432
in het midden
H1588
van den hof
H6086
, en de boom
H1847
der kennis
H2896
des goeds
H7451
en des kwaads.
10
H5104
En een rivier
H3318 H8802
was voortgaande
H4480
uit
H5731
Eden
H1588
, om dezen hof
H8248 H8687
te bewateren
H4480
; en werd van
H8033
daar
H6504 H8735
verdeeld
H1961 H8804
, en werd
H702
tot vier
H7218
hoofden.
11
H8034
De naam
H259
der eerste
H6376
[rivier] [is] Pison
H1931
; deze
H3605
[is] [het], die het ganse
H776
land
H2341
van Havila
H5437 H8802
omloopt
H834 H8033
, waar
H2091
het goud [is].
12
H2091
En het goud
H1931
van dit
H776
land
H2896
[is] goed
H8033
; daar
H916
[is] [ook] bedolah
H68
, en de steen
H7718
sardonix.
13
H8034
En de naam
H8145
der tweede
H5104
rivier
H1521
[is] Gihon
H1931
; deze
H3605
[is] [het], die het ganse
H776
land
H3568
Cusch
H5437 H8802
omloopt.
14
H8034
En de naam
H7992
der derde
H5104
rivier
H2313
[is] Hiddekel
H1931
; deze
H1980 H8802
is gaande naar
H6926
het oosten
H804
van Assur
H7243
. En de vierde
H5104
rivier
H1931
[is]
H6578
Frath.
15
H3947 H8799
Zo nam
H3068
de HEERE
H430
God
H120
den mens
H3240 H8686
, en zette hem
H1588
in den hof
H5731
van Eden
H5647 H8800
, om dien te bouwen
H8104 H8800
, en dien te bewaren.
16
H3068
En de HEERE
H430
God
H6680 H8762
gebood
H5921
den
H120
mens
H559 H8800
, zeggende
H4480
: Van
H3605
allen
H6086
boom
H1588
dezes hofs
H398 H8800
zult gij vrijelijk
H398 H8799
eten;
17
H4480
Maar van
H6086
den boom
H1847
der kennis
H2896
des goeds
H7451
en des kwaads
H3808
, daarvan zult gij niet
H398 H8799
eten
H3588
; want
H3117
ten dage
H4480
, als gij daarvan
H398 H8800
eet
H4191 H8800
, zult gij den dood
H4191 H8799
sterven.
18
H3068
Ook had de HEERE
H430
God
H559 H8799
gesproken
H3808
: Het is niet
H2896
goed
H120
, dat de mens
H909
alleen
H1961 H8800
zij
H5828
; Ik zal hem een hulpe
H6213 H8799
maken
H5048
, [die] als tegen hem over [zij].
19
H3068
Want als de HEERE
H430
God
H4480
uit
H127
de aarde
H3605
al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H3605
, en al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3335 H8799
gemaakt had
H935 H8686
, zo bracht Hij
H413
die tot
H120
Adam
H7200 H8800
, om te zien
H4100
, hoe
H7121 H8799
hij ze noemen zou
H834
; en zo als
H120
Adam
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H7121 H8799
noemen zoude
H1931
, dat
H8034
[zou] haar naam [zijn].
20
H120
Zo had Adam
H7121 H8799
genoemd
H8034
de namen
H3605
van al
H929
het vee
H5775
, en van het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en van al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H120
; maar voor den mens
H4672 H8804
vond hij
H3808
geen
H5828
hulpe
H5048
, [die] als tegen hem over [ware].
21
H5307 H0
Toen deed
H3068
de HEERE
H430
God
H8639
een diepen slaap
H5921
op
H121
Adam
H5307 H8686
vallen
H3462 H8799
, en hij sliep
H3947 H8799
; en Hij nam
H259
een
H4480
van
H6763
zijn ribben
H5462 H8799
, en sloot
H8478
derzelver plaats
H1320
toe [met] vlees.
22
H3068
En de HEERE
H430
God
H1129 H8799
bouwde
H6763
de ribbe
H834
, die
H4480
Hij van
H120
Adam
H3947 H8804
genomen had
H802
, tot een vrouw
H935 H8686
, en Hij bracht
H413
haar tot
H120
Adam.
23
H559 H8799
Toen zeide
H120
Adam
H2063
: Deze
H6471
[is] ditmaal
H6106
been
H4480
van
H6106
mijn benen
H1320
, en vlees
H4480
van
H1320
mijn vlees
H2063
! Men zal haar
H802
Manninne
H7121 H8735
heten
H3588
, omdat
H2063
zij
H4480
uit
H376
den man
H3947 H8795
genomen is.
Genesis 3:1-11:32
1
H5175
De slang
H1961 H8804
nu was
H6175
listiger
H4480
dan
H3605
al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H834
, hetwelk
H3068
de HEERE
H430
God
H6213 H8804
gemaakt had
H559 H8799
; en zij zeide
H413
tot
H802
de vrouw
H637
: Is het ook
H3588
, dat
H430
God
H559 H8804
gezegd heeft
H3808
: Gijlieden zult niet
H398 H8799
eten
H4480
van
H3605
allen
H6086
boom
H1588
dezes hofs?
2
H802
En de vrouw
H559 H8799
zeide
H413
tot
H5175
de slang
H4480
: Van
H6529
de vrucht
H6086
der bomen
H1588
dezes hofs
H398 H8799
zullen wij eten;
3
H4480
Maar van
H6529
de vrucht
H6086
des booms
H834
, die
H8432
in het midden
H1588
des hofs
H430
[is], heeft God
H559 H8804
gezegd
H4480
: Gij zult van
H3808
die niet
H398 H8799
eten
H3808
, noch
H5060 H8799
die aanroeren
H6435
, opdat gij niet
H4191 H8799
sterft.
4
H559 H8799
Toen zeide
H5175
de slang
H413
tot
H802
de vrouw
H4191 H8800
: Gijlieden zult den dood
H3808
niet
H4191 H8799
sterven;
5
H3588
Maar
H430
God
H3045 H8802
weet
H3588
, dat
H3117
, ten dage
H4480
als gij daarvan
H398 H8800
eet
H5869
, zo zullen uw ogen
H6491 H8738
geopend worden
H430
, en gij zult als God
H1961 H8804
wezen
H3045 H8802
, kennende
H2896
het goed
H7451
en het kwaad.
6
H802
En de vrouw
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H6086
die boom
H2896
goed
H3978
[was] tot spijze
H3588
, en dat
H1931
hij
H8378
een lust
H5869
[was] voor de ogen
H6086
, ja, een boom
H2530 H8737
, die begeerlijk was
H7919 H8687
om verstandig te maken
H3947 H8799
; en zij nam
H4480
van
H6529
zijn vrucht
H398 H8799
en at
H5414 H8799
; en zij gaf
H1571
ook
H376
haar man
H5973
met
H398 H8799
haar, en hij at.
7
H8147
Toen werden hun beider
H5869
ogen
H6491 H8735
geopend
H1992
, en zij
H3045 H8799
werden gewaar
H3588
, dat
H1992
zij
H5903
naakt
H8609 H0
[waren]; en zij hechtten
H8384 H5929
vijgeboombladeren
H8609 H8799
samen
H6213 H8799
, en maakten
H2290
zich schorten.
8
H8085 H8799
En zij hoorden
H6963
de stem
H3068
van den HEERE
H430
God
H1980 H8693
, wandelende
H1588
in den hof
H7307
, aan den wind
H3117
des daags
H2244 H8691
. Toen verborg zich
H120
Adam
H802
en zijn vrouw
H4480
voor
H6440
het aangezicht
H3068
van den HEERE
H430
God
H8432
, in het midden
H6086
van het geboomte
H1588
des hofs.
9
H3068
En de HEERE
H430
God
H7121 H8799 H413
riep
H120
Adam
H559 H8799
, en zeide
H335
tot hem: Waar [zijt] gij?
10
H559 H8799
En hij zeide
H8085 H8804
: Ik hoorde
H6963
Uw stem
H1588
in den hof
H3372 H8799
, en ik vreesde
H3588
; want
H595
ik
H5903
[ben] naakt
H2244 H8735
; daarom verborg ik mij.
11
H559 H8799
En Hij zeide
H4310
: Wie
H5046 H8689
heeft u te kennen gegeven
H3588
, dat
H859
gij
H5903
naakt
H398 H0
[zijt]? Hebt gij
H4480
van
H6086
dien boom
H398 H8804
gegeten
H834
, van welken
H6680 H8765
Ik u gebood
H4480
, dat gij daarvan
H1115
niet
H398 H8800
eten zoudt?
12
H559 H8799
Toen zeide
H120
Adam
H802
: De vrouw
H834
, die
H5978
Gij bij mij
H5414 H8804
gegeven hebt
H1931
, die
H4480
heeft mij van
H6086
dien boom
H5414 H8804
gegeven
H398 H8799
, en ik heb gegeten.
13
H3068
En de HEERE
H430
God
H559 H8799
zeide
H802
tot de vrouw
H4100
: Wat
H2063
[is] dit
H6213 H8804
, [dat] gij gedaan hebt
H802
? En de vrouw
H559 H8799
zeide
H5175
: De slang
H5377 H8689
heeft mij bedrogen
H398 H8799
, en ik heb gegeten.
14
H559 H8799
Toen zeide
H3068
de HEERE
H430
God
H5175
tot die slang
H3588
: Dewijl
H859
gij
H2063
dit
H6213 H8804
gedaan hebt
H859
, zo zijt gij
H779 H8803
vervloekt
H4480
boven
H3605
al
H929
het vee
H4480
, en boven
H3605
al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H5921
! Op
H1512
uw buik
H3212 H8799
zult gij gaan
H6083
, en stof
H398 H8799
zult gij eten
H3605
, al
H3117
de dagen
H2416
uws levens.
15
H342
En Ik zal vijandschap
H7896 H8799
zetten
H996
tussen
H996
u en tussen
H802
deze vrouw
H996
, en tussen
H2233
uw zaad
H996
en tussen
H2233
haar zaad
H1931
; datzelve
H7218
zal u den kop
H7779 H8799
vermorzelen
H859
, en gij
H6119
zult het de verzenen
H7779 H8799
vermorzelen.
16
H413
Tot
H802
de vrouw
H559 H8804
zeide Hij
H7235 H8687
: Ik zal zeer
H7235 H8686
vermenigvuldigen
H6093
uw smart
H2032
, namelijk uwer dracht
H6089
; met smart
H1121
zult gij kinderen
H3205 H8799
baren
H413
; en tot
H376
uw man
H8669
[zal] uw begeerte
H1931
[zijn], en hij
H4910 H8799
zal over u heerschappij hebben.
17
H121
En tot Adam
H559 H8804
zeide Hij
H3588
: Dewijl
H8085 H8804
gij geluisterd hebt
H6963
naar de stem
H802
uwer vrouw
H4480
, en van
H6086
dien boom
H398 H8799
gegeten
H834
, waarvan
H6680 H8765
Ik u gebood
H559 H8800
, zeggende
H4480
: Gij zult daarvan
H3808
niet
H398 H8799
eten
H127
; zo zij het aardrijk
H5668
om uwentwil
H779 H8803
vervloekt
H6093
; en met smart
H398 H8799
zult gij daarvan eten
H3605
al
H3117
de dagen
H2416
uws levens.
18
H6975
Ook zal het u doornen
H1863
en distelen
H6779 H8686
voortbrengen
H6212
, en gij zult het kruid
H7704
des velds
H398 H8804
eten.
19
H2188
In het zweet
H639
uws aanschijns
H3899
zult gij brood
H398 H8799
eten
H5704
, totdat
H413
gij tot
H127
de aarde
H7725 H8800
wederkeert
H3588
, dewijl
H4480
gij daaruit
H3947 H8795
genomen zijt
H3588
; want
H859
gij
H6083
[zijt] stof
H413
, en gij zult tot
H6083
stof
H7725 H8799
wederkeren.
20
H7121 H8799
Voorts noemde
H120
Adam
H8034
den naam
H802
zijner vrouw
H2332
Heva
H3588
, omdat
H1931
zij
H517
een moeder
H3605
aller
H2416
levenden
H1961 H8804
is.
21
H3068
En de HEERE
H430
God
H6213 H8799
maakte
H120
voor Adam
H802
en zijn vrouw
H3801
rokken
H5785
van vellen
H3847 H8686
, en toog ze hun aan.
22
H559 H8799
Toen zeide
H3068
de HEERE
H430
God
H2005
: Ziet
H120
, de mens
H1961 H8804
is geworden
H4480
als Onzer
H259
een
H3045 H8800
, kennende
H2896
het goed
H7451
en het kwaad
H6258
! Nu dan
H6435 H0
, dat
H3027
hij zijn hand
H6435
niet
H7971 H8799
uitsteke
H3947 H8804
, en neme
H1571
ook
H4480
van
H6086
den boom
H2416
des levens
H398 H8804
, en ete
H2425 H8804
, en leve
H5769
in eeuwigheid.
23
H7971 H8762
Zo verzond hem
H3068
de HEERE
H430
God
H4480
uit
H1588
den hof
H5731
van Eden
H127
, om den aardbodem
H5647 H8800
te bouwen
H834 H4480 H8033
, waaruit
H3947 H8795
hij genomen was.
24
H1644 H0
En Hij dreef
H120
den mens
H1644 H8762
uit
H7931 H8686
; en stelde
H3742
cherubim
H4480
tegen
H6924
het oosten
H1588
des hofs
H5731
van Eden
H3858
, en een vlammig lemmer
H2719
eens zwaards
H2015 H8693
, dat zich omkeerde
H8104 H8800
, om te bewaren
H1870
den weg
H6086
van den boom
H2416
des levens.
Genesis 4:1-11:32
1
H120
En Adam
H3045 H8804
bekende
H2332
Heva
H802
, zijn huisvrouw
H2029 H8799
, en zij werd zwanger
H3205 H8799
, en baarde
H853
,
H7014
Kain
H559 H8799
, en zeide
H376
: Ik heb een man
H854
van
H3068
den HEERE
H7069 H8804
verkregen!
2
H3254 H8686
En zij voer voort
H3205 H8800
te baren
H853
zijn
H251
broeder
H1893
Habel
H1893
; en Habel
H1961 H8799
werd
H7462 H8802 H6629
een schaapherder
H7014
, en Kain
H1961 H8804
werd
H5647 H8802 H127
een landbouwer.
3
H1961 H8799
En het geschiedde
H7093
ten einde
H3117
[van] [enige] dagen
H7014
, dat Kain
H4480
van
H6529
de vrucht
H127
des lands
H3068
den HEERE
H4503
offer
H935 H8686
bracht.
4
H1893
En Habel
H935 H8689
bracht
H1571 H1931
ook
H4480
van
H1062
de eerstgeborenen
H6629
zijner schapen
H4480
, en van
H2459
hun vet
H3068
. En de HEERE
H8159 H0 H413
zag
H1893
Habel
H413
en
H4503
zijn offer
H8159 H8799
aan;
5
H413
Maar
H7014
Kain
H413
en
H4503
zijn offer
H8159 H0
zag Hij
H3808
niet
H8159 H8804
aan
H2734 H8799
. Toen ontstak
H7014
Kain
H3966
zeer
H6440
, en zijn aangezicht
H5307 H8799
verviel.
6
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H7014
Kain
H4100
: Waarom
H2734 H8804
zijt gij ontstoken
H4100
, en waarom
H6440
is uw aangezicht
H5307 H8804
vervallen?
7
H3808
[Is] [er] niet
H518
, indien
H3190 H8686
gij weldoet
H7613
, verhoging
H518
? en zo
H3808
gij niet
H3190 H8686
weldoet
H2403
, de zonde
H7257 H8802
ligt
H6607
aan de deur
H8669
. Zijn begeerte
H413
is toch tot
H859
u, en gij
H4910 H8799
zult over hem heersen.
8
H7014
En Kain
H559 H8799
sprak
H413
met
H251
zijn broeder
H1893
Habel
H1961 H8799
; en het geschiedde
H7704
, als zij in het veld
H1961 H8800
waren
H7014
, dat Kain
H413
tegen
H251
zijn broeder
H1893
Habel
H6965 H8799
opstond
H2026 H8799
, en sloeg hem dood.
9
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H7014
Kain
H335
: Waar
H1893
[is] Habel
H251
, uw broeder
H559 H8799
? En hij zeide
H3045 H8804
: Ik weet
H3808
[het] niet
H595
; [ben] ik
H251
mijns broeders
H8104 H8802
hoeder?
10
H559 H8799
En Hij zeide
H4100
: Wat
H6213 H8804
hebt gij gedaan
H6963
? [daar] [is] een stem
H1818
des bloeds
H251
van uw broeder
H413
, dat tot
H6817 H8802
Mij roept
H4480
van
H127
den aardbodem.
11
H6258
En nu
H859
zijt gij
H779 H8803
vervloekt
H4480
van
H127
den aardbodem
H834
, die
H6310
zijn mond
H6475 H8804
heeft opengedaan
H251
, om uws broeders
H1818
bloed
H4480
van
H3027
uw hand
H3947 H8800
te ontvangen.
12
H3588
Als
H127
gij den aardbodem
H5647 H8799
bouwen zult
H3581
, hij zal u zijn vermogen
H3808
niet
H3254 H8686
meer
H5414 H8800
geven
H5128 H8801
; gij zult zwervende
H5110 H8802
en dolende
H1961 H8799
zijn
H776
op aarde.
13
H7014
En Kain
H559 H8799
zeide
H413
tot
H3068
den HEERE
H5771
: Mijn misdaad
H1419
[is] groter
H4480
, dan dat
H5375 H8800
zij vergeven worde.
14
H2005
Zie
H853
, Gij hebt mij
H3117
heden
H1644 H8765
verdreven
H4480 H5921
van
H6440 H127
den aardbodem
H4480
, en ik zal voor
H6440
Uw aangezicht
H5641 H8735
verborgen zijn
H5128 H8801
; en ik zal zwervende
H5110 H8802
en dolende
H1961 H8799
zijn
H776
op de aarde
H1961 H8804
, en het zal geschieden
H3605
, dat al
H4672 H8802
wie mij vindt
H2026 H8799
, mij zal doodslaan.
15
H3068
Doch de HEERE
H559 H8799
zeide
H3651
tot hem: Daarom
H3605
, al
H7014
wie Kain
H2026 H8802
doodslaat
H7659
, zal zevenvoudig
H5358 H8714
gewroken worden
H3068
! En de HEERE
H7760 H8799
stelde
H226
een teken
H7014
aan Kain
H853
; opdat hem
H1115
niet
H5221 H8687
versloeg
H3605
al
H4672 H8802
wie hem vond.
16
H7014
En Kain
H3318 H8799
ging uit
H4480
van
H6440
het aangezicht
H3068
des HEEREN
H3427 H8799
; en hij woonde
H776
in het land
H5113
Nod
H6926
, ten oosten
H5731
van Eden.
17
H7014
En Kain
H3045 H8799
bekende
H802
zijn huisvrouw
H2029 H8799
, en zij werd bevrucht
H3205 H8799
en baarde
H2585
Henoch
H1961 H8799 H1129 H8802
; en hij bouwde
H5892
een stad
H7121 H8799
, en noemde
H8034
den naam
H5892
dier stad
H8034
naar den naam
H1121
zijns zoons
H2585
, Henoch.
18
H2585
En aan Henoch
H5897
werd Hirad
H3205 H8735
geboren
H5897
; en Hirad
H3205 H8804
gewon
H4232
Mechujael
H4232
; en Mechujael
H3205 H8804
gewon
H4967
Methusael
H4967
; en Methusael
H3205 H8804
gewon
H3929
Lamech.
19
H3929
En Lamech
H3947 H8799
nam zich
H8147
twee
H802
vrouwen
H8034
; de naam
H259
van de eerste
H5711
was Ada
H8034
, en de naam
H8145
van de andere
H6741
Zilla.
20
H5711
En Ada
H3205 H8799
baarde
H2989
Jabal
H1931
; deze
H1961 H8804
is geweest
H1
een vader
H168
dergenen, die tenten
H3427 H8802
bewoonden
H4735
, en vee [hadden].
21
H8034
En de naam
H251
zijns broeders
H3106
was Jubal
H1931
; deze
H1961 H8804
was
H1
de vader
H3605
van allen
H3658
, die harpen
H5748
en orgelen
H8610 H8802
handelen.
22
H6741
En Zilla
H3205 H8804
baarde
H1571 H1931
ook
H853
,
H8423
Tubal-kain
H3913 H8803
, een leermeester
H3605
van allen
H2794
werker
H5178
in koper
H1270
en ijzer
H269
; en de zuster
H8423
van Tubal-kain
H5279
[was] Naema.
23
H3929
En Lamech
H559 H8799
zeide
H802
tot zijn vrouwen
H5711
Ada
H6741
en Zilla
H8085 H8798
: Hoort
H6963
mijn stem
H802
, gij vrouwen
H3929
van Lamech
H238 H8685
! neemt ter ore
H565
mijn rede
H3588
! Voorwaar
H2026 H0
, ik sloeg
H376
wel een man
H2026 H8804
dood
H6482
, om mijn wonde
H3206
, en een jongeling
H2250
, om mijn buile!
24
H3588
Want
H7014
Kain
H7659
zal zevenvoudig
H5358 H8714
gewroken worden
H3929
, maar Lamech
H7657
zeventigmaal
H7651
zevenmaal.
25
H120
En Adam
H3045 H8799
bekende
H5750
wederom
H853
zijn
H802
huisvrouw
H3205 H8799
, en zij baarde
H1121
een zoon
H7121 H8799
, en zij noemde
H8034
zijn naam
H8352
Seth
H3588
; want
H430
God
H312
heeft mij, [sprak] [zij], een ander
H2233
zaad
H7896 H8804
gezet
H8478
voor
H1893
Habel
H3588
; want
H7014
Kain
H2026 H8804
heeft hem doodgeslagen.
Genesis 5:1-11:32
1
H2088
Dit
H5612
[is] het boek
H121
van Adams
H8435
geslacht
H3117
. Ten dage
H430
als God
H120
den mens
H1254 H8800
schiep
H6213 H8804
, maakte Hij
H853
hem
H1823
naar de gelijkenis
H430
Gods.
2
H2145
Man
H5347
en vrouw
H1254 H8804
schiep Hij
H1288 H8762
hen, en zegende
H853
ze
H7121 H8799
, en noemde
H8034
hun naam
H120
Mens
H3117
, ten dage
H1254 H8736
als zij geschapen werden.
3
H121
En Adam
H2421 H8799
leefde
H3967
honderd
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en gewon
H1823
[een] [zoon] naar zijn gelijkenis
H6754
, naar zijn evenbeeld
H7121 H8799
, en noemde
H8034
zijn naam
H8352
Seth.
4
H121
En Adams
H3117
dagen
H310
, nadat
H8352
hij Seth
H3205 H8687
gewonnen had
H1961 H8799
, zijn geweest
H8083 H3967
achthonderd
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
5
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H121
van Adam
H834
, die
H2425 H8804
hij leefde
H8672 H3967
, negenhonderd
H8141
jaren
H7970
, en dertig
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
6
H8352
En Seth
H2421 H8799
leefde
H3967 H8141
honderd
H2568
en vijf
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H583
Enos.
7
H8352
En Seth
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H583
hij Enos
H3205 H8687
gewonnen had
H8083 H3967 H8141
, achthonderd
H7651
en zeven
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
8
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H8352
van Seth
H8672 H3967 H8141
negenhonderd
H6240 H8147
en twaalf
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
9
H583
En Enos
H2421 H8799
leefde
H8673
negentig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H7018
Kenan.
10
H583
En Enos
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H7018
hij Kenan
H3205 H8687
gewonnen had
H8083 H3967 H8141
, achthonderd
H6240 H2568
en vijftien
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
11
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H583
van Enos
H8672 H3967 H8141
negenhonderd
H2568
en vijf
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
12
H7018
En Kenan
H2421 H8799
leefde
H7657
zeventig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H4111
Mahalal-el.
13
H7018
En Kenan
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H853
hij
H4111
Mahalal-el
H3205 H8687
gewonnen had
H8083 H3967 H8141
, achthonderd
H705
en veertig
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
14
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H7018
van Kenan
H8672 H3967 H8141
negenhonderd
H6235
en tien
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
15
H4111
En Mahalal-el
H2421 H8799
leefde
H2568 H8141
vijf
H8346
en zestig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H3382
Jered.
16
H4111
En Mahalal-el
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H853
hij
H3382
Jered
H3205 H8687
gewonnen had
H8083 H3967 H8141
, achthonderd
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
17
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H4111
van Mahalal-el
H8083 H3967 H8141
achthonderd
H2568
vijf
H8673
en negentig
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
18
H3382
En Jered
H2421 H8799
leefde
H3967
honderd
H8147 H8141
twee
H8346
en zestig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H2585
Henoch.
19
H3382
En Jered
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H2585
hij Henoch
H3205 H8687
gewonnen had
H8083 H3967
, achthonderd
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
20
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H3382
van Jered
H8672 H3967 H8141
negenhonderd
H8147
twee
H8346
en zestig
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
21
H2585
En Henoch
H2421 H8799
leefde
H2568
vijf
H8346
en zestig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H4968
Methusalach.
22
H2585
En Henoch
H1980 H8691
wandelde
H854
met
H430
God
H310
, nadat
H4968
hij Methusalach
H3205 H8687
gewonnen had
H7969 H3967
, driehonderd
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
23
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H2585
van Henoch
H7969 H3967 H8141
driehonderd
H2568
vijf
H8346
en zestig
H8141
jaren.
24
H2585
Henoch
H1980 H8691
dan wandelde
H854
met
H430
God
H369
; en hij [was] niet
H3588
[meer]; want
H430
God
H853
nam hem
H3947 H8804
weg.
25
H4968
En Methusalach
H2421 H8799
leefde
H3967 H8141
honderd
H7651
zeven
H8084
en tachtig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H3929
Lamech.
26
H4968
En Methusalach
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H853
hij
H3929
Lamech
H3205 H8687
gewonnen had
H7651 H3967 H8141
, zevenhonderd
H8147
twee
H8084
en tachtig
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
27
H1961 H8799
Zo waren
H3605
al
H3117
de dagen
H4968
van Methusalach
H8672 H3967 H8141
negenhonderd
H8672
negen
H8346
en zestig
H8141
jaren
H4191 H8799
; en hij stierf.
28
H3929
En Lamech
H2421 H8799
leefde
H3967 H8141
honderd
H8147
twee
H8084
en tachtig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H1121
een zoon.
29
H7121 H8799
En hij noemde
H8034
zijn naam
H5146
Noach
H559 H8800
, zeggende
H2088
: Deze
H5162 H8762
zal ons troosten
H4480
over
H4639
ons werk
H4480
, en over
H6093
de smart
H3027
onzer handen
H4480
, vanwege
H127
het aardrijk
H834
, dat
H3068
de HEERE
H779 H8765
vervloekt heeft!
30
H3929
En Lamech
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H5146
hij Noach
H3205 H8687
gewonnen had
H2568 H3967 H8141
, vijfhonderd
H2568
vijf
H8673
en negentig
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
Genesis 6:1-11:32
1
H1961 H8799
En het geschiedde
H3588
, als
H120
de mensen
H5921 H6440
op
H127
den aardbodem
H2490 H8689
begonnen
H7231 H8800
te vermenigvuldigen
H1323
, en hun dochters
H3205 H8795
geboren werden,
2
H430
Dat Gods
H1121
zonen
H1323
de dochteren
H120
der mensen
H7200 H8799
aanzagen
H3588
, dat
H2007
zij
H2896
schoon
H3947 H8799
waren, en zij namen
H802
zich vrouwen
H4480
uit
H3605
allen
H834
, die
H977 H8804
zij verkozen hadden.
3
H559 H8799
Toen zeide
H3068
de HEERE
H7307
: Mijn Geest
H3808
zal niet
H5769
in eeuwigheid
H1777 H8799
twisten
H120
met den mens
H1931
, dewijl hij
H1571
ook
H1320
vlees
H7683 H8800
is
H3117
; doch zijn dagen
H1961 H8799
zullen zijn
H3967
honderd
H6242
en twintig
H8141
jaren.
4
H1992
In die
H3117
dagen
H1961 H8804
waren
H5303
er reuzen
H776
op de aarde
H1571
, en ook
H3651 H310
daarna
H834
, als
H430
Gods
H1121
zonen
H413
tot
H1323
de dochteren
H120
der mensen
H935 H8799
ingegaan waren
H1992
, en zich
H3205 H8804
[kinderen] gewonnen hadden
H1992
; deze
H1368
zijn de geweldigen
H834
, die
H4480
van
H5769
ouds
H582
geweest zijn, mannen
H8034
van name.
5
H3068
En de HEERE
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H7451
de boosheid
H120
des mensen
H7227
menigvuldig
H776
[was] op de aarde
H3605
, en al
H3336
het gedichtsel
H4284
der gedachten
H3820
zijns harten
H3605
te allen
H3117
dage
H7535
alleenlijk
H7451
boos was.
6
H5162 H8735
Toen berouwde het
H3068
den HEERE
H3588
, dat
H120
Hij den mens
H776
op de aarde
H6213 H8804
gemaakt had
H6087 H8691
, en het smartte
H413
Hem aan
H3820
Zijn hart.
7
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H120
: Ik zal den mens
H834
, dien
H1254 H8804
Ik geschapen heb
H4229 H8799
, verdelgen
H4480 H5921 H6440
van
H127
den aardbodem
H4480
, van
H120
den mens
H5704
tot
H929
het vee
H5704
, tot
H7431
het kruipend gedierte
H5704
, en tot
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3588
toe; want
H5162 H8738
het berouwt Mij
H3588
, dat
H6213 H8804
Ik hen gemaakt heb.
9
H429
Dit
H8435
[zijn] de geboorten
H5146
van Noach
H5146
. Noach
H1961 H8804
was
H6662
een rechtvaardig
H8549
, oprecht
H376
man
H1755
in zijn geslachten
H5146
. Noach
H1980 H8694
wandelde
H854
met
H430
God.
10
H5146
En Noach
H3205 H8686
gewon
H7969
drie
H1121
zonen
H8035
: Sem
H2526
, Cham
H3315
en Jafeth.
11
H776
Maar de aarde
H7843 H8735
was verdorven
H430
voor Gods
H6440
aangezicht
H776
; en de aarde
H4390 H8735
was vervuld
H2555
met wrevel.
12
H7200 H8799
Toen zag
H430
God
H776
de aarde
H2009
, en ziet
H7843 H8738
, zij was verdorven
H3588
; want
H3605
al
H1320
het vlees
H1870
had zijn weg
H7843 H8689
verdorven
H5921
op
H776
de aarde.
13
H559 H8799
Daarom zeide
H430
God
H5146
tot Noach
H7093
: Het einde
H3605
van alle
H1320
vlees
H6440
is voor Mijn aangezicht
H935 H8804
gekomen
H3588
; want
H776
de aarde
H4480 H6440
is door hen
H4390 H8804
vervuld
H2555
met wrevel
H2009
; en zie
H854
, Ik zal hen met
H776
de aarde
H7843 H8688
verderven.
14
H6213 H8798
Maak
H8392
u een ark
H1613 H6086
van goferhout
H7064
; met kameren
H8392
zult gij deze ark
H6213 H8799
maken
H3722 H8804
; en gij zult die bepekken
H4480
van
H1004
binnen
H4480
en van
H2351
buiten
H3724
met pek.
15
H2088
En aldus
H834
[is] [het], dat
H853
gij haar
H6213 H8799
maken zult
H7969 H3967
: driehonderd
H520
ellen
H753
zij de lengte
H8392
der ark
H2572
, vijftig
H520
ellen
H7341
haar breedte
H7970
, en dertig
H520
ellen
H6967
haar hoogte.
16
H6672
Gij zult een venster
H8392
aan de ark
H6213 H8799
maken
H3615 H8762
, en zult haar volmaken
H413
tot
H520
een elle
H4480
van
H4605
boven
H6607
; en de deur
H8392
der ark
H6654
zult gij in haar zijde
H7760 H8799
zetten
H8482
; gij zult ze met onderste
H8145
, tweede
H7992
en derde
H6213 H8799
[verdiepingen] maken.
17
H589
Want Ik
H2009
, zie
H589
, Ik
H935 H8688
breng
H853
een
H3999 H4325
watervloed
H5921
over
H776
de aarde
H3605
, om alle
H1320
vlees
H834
, waarin
H7307
een geest
H2416
des levens
H4480
[is], van
H8478
onder
H8064
den hemel
H7843 H8763
te verderven
H3605
; al
H834
wat
H776
op de aarde
H1478 H8799
[is], zal den geest geven.
18
H854
Maar met
H1285
u zal Ik Mijn verbond
H6965 H8689
oprichten
H413
; en gij zult in
H8392
de ark
H935 H8804
gaan
H859
, gij
H1121
, en uw zonen
H802
, en uw huisvrouw
H802
, en de vrouwen
H1121
uwer zonen
H854
met u.
19
H4480
En gij zult van
H3605
al
H2416
wat leeft
H4480
, van
H3605
alle
H1320
vlees
H8147
, twee
H4480
van
H3605
elk
H935 H0
, doen
H413
in
H8392
de ark
H935 H8686
komen
H854
, om met
H2421 H8687
u in het leven te behouden
H2145
: mannetje
H5347
en wijfje
H1961 H8799
zullen zij zijn;
20
H4480
Van
H5775
het gevogelte
H4327
naar zijn aard
H4480
, en van
H929
het vee
H4327
naar zijn aard
H4480
, van
H3605
al
H7431
het kruipend gedierte
H127
des aardbodems
H4327
naar zijn aard
H8147
, twee
H4480
van
H3605
elk
H413
zullen tot
H935 H8799
u komen
H2421 H8687
, om [die] in het leven te behouden.
Genesis 7:1-11:32
1
H559 H8799
Daarna zeide
H3068
de HEERE
H5146
tot Noach
H935 H8798
: Ga
H859
gij
H3605
, en uw ganse
H1004
huis
H413
in
H8392
de ark
H3588
; want
H853
u
H7200 H8804
heb Ik gezien
H6662
rechtvaardig
H6440
voor Mijn aangezicht
H2088
in dit
H1755
geslacht.
2
H4480
Van
H3605
alle
H2889
rein
H929
vee
H3947 H8799
zult gij tot u nemen
H7651
zeven
H7651
[en] zeven
H376
, het mannetje
H802
en zijn wijfje
H4480
; maar van
H929
het vee
H834
, dat
H3808
niet
H2889 H1931
rein
H1931
is
H8147
, twee
H376
, het mannetje
H802
en zijn wijfje.
3
H1571
Ook
H4480
van
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H7651
zeven
H7651
[en] zeven
H2145
, het mannetje
H5347
en het wijfje
H2233
, om zaad
H2421 H8763
levend te houden
H5921 H6440
op
H3605
de ganse
H776
aarde.
4
H3588
Want
H5750
over nog
H7651
zeven
H3117
dagen
H595
zal Ik
H4305 H8688
doen regenen
H5921
op
H776
de aarde
H705
veertig
H3117
dagen
H705
, en veertig
H3915
nachten
H4480 H5921 H6440
; en Ik zal van
H127
den aardbodem
H4229 H8804
verdelgen
H3605
al
H3351
wat bestaat
H834
, dat
H6213 H8804
Ik gemaakt heb.
6
H5146
Noach
H8337 H3967
nu was zeshonderd
H8141
jaren
H1121
oud
H3999
, als de vloed
H4325
der wateren
H5921
op
H776
de aarde
H1961 H8804
was.
7
H935 H8799
Zo ging
H5146
Noach
H1121
, en zijn zonen
H802
, en zijn huisvrouw
H802
, en de vrouwen
H1121
zijner zonen
H854
met
H413
hem in
H8392
de ark
H4480 H6440
, vanwege
H4325
de wateren
H3999
des vloeds.
8
H4480
Van
H2889
het reine
H929
vee
H4480
, en van
H929
het vee
H834
, dat
H3808
niet
H2889
rein
H4480
[was], en van
H5775
het gevogelte
H3605
, en al
H834
wat
H5921
op
H127
den aardbodem
H7430 H8802
kruipt,
9
H935 H8804
Kwamen
H8147
er twee
H8147
[en] twee
H413
tot
H5146
Noach
H413
in
H8392
de ark
H2145
, het mannetje
H5347
en het wijfje
H834
, gelijk
H430
als God
H5146
Noach
H6680 H8765
geboden had.
10
H1961 H8799
En het geschiedde
H7651
na die zeven
H3117
dagen
H4325
, dat de wateren
H3999
des vloeds
H5921
op
H776
de aarde
H1961 H8804
waren.
11
H8141
In
H8337 H3967
het zeshonderdste
H8141
jaar
H2416
des levens
H5146
van Noach
H8145
, in de tweede
H2320
maand
H7651 H6240
, op den zeventienden
H3117
dag
H2320
der maand
H2088
, op dezen zelfden
H3117
dag
H3605
zijn alle
H4599
fonteinen
H7227
des groten
H8415
afgronds
H1234 H8738
opengebroken
H699
, en de sluizen
H8064
des hemels
H6605 H8738
geopend.
12
H1653
En een plasregen
H1961 H8799
was
H5921
op
H776
de aarde
H705
veertig
H3117
dagen
H705
en veertig
H3915
nachten.
13
H6106 H2088
Even op dienzelfden
H3117
dag
H935 H8804
ging
H5146
Noach
H8035
, en Sem
H2526
, en Cham
H3315
, en Jafeth
H5146
, Noachs
H1121
zonen
H5146
, desgelijks ook Noachs
H802
huisvrouw
H7969
, en de drie
H802
vrouwen
H1121
zijner zonen
H854
met
H413
hem in
H8392
de ark;
14
H1992
Zij
H3605
, en al
H2416
het gedierte
H4327
naar zijn aard
H3605
, en al
H929
het vee
H4327
naar zijn aard
H3605
, en al
H7431
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt
H4327
, naar zijn aard
H3605
, en al
H5775
het gevogelte
H4327
naar zijn aard
H3605
, alle
H6833
vogeltjes
H3605
van allerlei
H3671
vleugel.
15
H4480
En van
H3605
alle
H1320
vlees
H834
, waarin
H7307
een geest
H2416
des levens
H935 H8799
[was], kwamen
H8147
er twee
H8147
[en] twee
H413
tot
H5146
Noach
H413
in
H8392
de ark.
16
H935 H8802
En die er kwamen
H935 H8804
, die kwamen
H2145
mannetje
H5347
en wijfje
H4480
, van
H3605
alle
H1320
vlees
H834
, gelijk als
H853
hem
H430
God
H6680 H8765
bevolen had
H3068
. En de HEERE
H5462 H0
sloot
H1157
achter
H5462 H8799
hem toe.
17
H3999
En die vloed
H1961 H8799
was
H705
veertig
H3117
dagen
H5921
op
H776
de aarde
H4325
, en de wateren
H7235 H8799
vermeerderden
H5375 H0
, en hieven
H8392
de ark
H5375 H8799
op
H7311 H8799
, zodat zij oprees
H4480 H5921
boven
H776
de aarde.
18
H4325
En de wateren
H1396 H8799
namen de overhand
H7235 H8799
, en vermeerderden
H3966
zeer
H5921
op
H776
de aarde
H8392
; en de ark
H3212 H8799
ging
H5921 H6440
op
H4325
de wateren.
19
H4325
En de wateren
H1396 H0
namen
H3966
gans
H3966
zeer
H1396 H8804
de overhand
H5921
op
H776
de aarde
H3605
, zodat alle
H1364
hoge
H2022
bergen
H834
, die
H8478
onder
H3605
den gansen
H8064
hemel
H3680 H8792
[zijn], bedekt werden.
20
H6240 H2568
Vijftien
H520
ellen
H4605
omhoog
H1396 H0
namen
H4325
de wateren
H1396 H8804
de overhand
H2022
, en de bergen
H3680 H8792
werden bedekt.
21
H3605
En alle
H1320
vlees
H5921
, dat zich op
H776
de aarde
H7430 H8802
roerde
H1478 H8799
, gaf den geest
H5775
, van het gevogelte
H929
, en van het vee
H2416
, en van het wild gedierte
H3605
, en van al
H8318
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H8317 H8802
kroop
H3605
, en alle
H120
mens.
22
H3605
Al
H834
wat
H5397
een adem
H7307
des geestes
H2416
des levens
H639
in zijn neusgaten
H4480
[had], van
H3605
alles
H2724
wat op het droge
H4191 H8804
was, is gestorven.
23
H4229 H8735
Alzo werd verdelgd
H3605
al
H3351
wat bestond
H834
, dat
H5921 H6440
op
H127
den aardbodem
H4480
[was], van
H120
den mens
H5704
aan tot
H929
het vee
H5704
, tot
H7431
het kruipend gedierte
H5704
, en tot
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H4229 H8735
, en zij werden verdelgd
H4480
van
H776
de aarde
H5146
; doch Noach
H389
alleen
H7604 H8735
bleef over
H834
, en wat
H854
met hem
H8392
in de ark [was].
Genesis 8:1-11:32
1
H430
En God
H2142 H8799
gedacht
H5146
aan Noach
H3605
, en aan al
H2416
het gedierte
H3605
, en aan al
H929
het vee
H834
, dat
H854
met
H8392
hem in de ark
H430
[was]; en God
H5674 H0
deed
H7307
een wind
H5921
over
H776
de aarde
H5674 H8686
doorgaan
H4325
, en de wateren
H7918 H8799
werden stil.
2
H4599
Ook werden de fonteinen
H8415
des afgronds
H699
, en de sluizen
H8064
des hemels
H5534 H8735
gesloten
H1653
, en de plasregen
H4480
van
H8064
den hemel
H3607 H8735
werd opgehouden.
3
H7725 H0
Daartoe keerden
H4325
de wateren
H7725 H8799
weder
H4480
van
H5921
boven
H776
de aarde
H7725 H8800
, heen en weder
H1980 H8800
vloeiende
H4325
, en de wateren
H2637 H8799
namen af
H4480
ten
H7097
einde
H3967
van honderd
H2572
en vijftig
H3117
dagen.
4
H8392
En de ark
H5117 H8799
rustte
H7637
in de zevende
H2320
maand
H6240 H7651
, op den zeventienden
H3117
dag
H2320
der maand
H5921
, op
H2022
de bergen
H780
van Ararat.
5
H4325
En de wateren
H1961 H8804
waren
H1980 H8800
gaande
H2637 H8800
, en afnemende
H5704
tot
H6224
de tiende
H2320
maand
H6224
; in de tiende
H259
[maand], op den eersten
H2320
der maand
H7218
, werden de toppen
H2022
der bergen
H7200 H8738
gezien.
6
H1961 H8799
En het geschiedde
H4480
, ten
H7093
einde
H705
van veertig
H3117
dagen
H5146
, dat Noach
H2474
het venster
H8392
der ark
H834
, die
H6213 H8804
hij gemaakt had
H6605 H8799
, opendeed.
7
H7971 H0
En hij liet
H6158
een raaf
H7971 H8762
uit
H3318 H8800
, die dikwijls heen
H7725 H8800
en weder
H3318 H8799
ging
H5704
, totdat
H4325
de wateren
H4480
van
H5921
boven
H776
de aarde
H3001 H8800
verdroogd waren.
8
H7971 H0
Daarna liet hij
H3123
een duif
H4480
van
H854
zich
H7971 H8762
uit
H7200 H8800
, om te zien
H4325
, of de wateren
H7043 H8804
gelicht waren
H4480
van
H5921
boven
H6440 H127
den aardbodem.
9
H3123
Maar de duif
H4672 H8804
vond
H3808
geen
H4494
rust
H3709
voor het hol
H7272
van haar voet
H7725 H8799
; zo keerde zij weder
H413
tot
H413
hem in
H8392
de ark
H3588
; want
H4325
de wateren
H5921 H6440
[waren] op
H3605
de ganse
H776
aarde
H7971 H0
; en hij stak
H3027
zijn hand
H7971 H8799
uit
H3947 H8799
, en nam
H935 H8686
haar, en bracht
H853
haar
H413
tot
H413
zich in
H8392
de ark.
10
H2342 H8799
En hij verbeidde
H5750
nog
H7651
zeven
H312
andere
H3117
dagen
H7971 H8763
; toen liet hij
H3123
de duif
H3254 H8686
wederom
H4480
uit
H8392
de ark.
11
H3123
En de duif
H935 H8799
kwam
H413
tot
H6256 H6153
hem tegen den avondtijd
H2009
; en ziet
H2965
, een afgebroken
H2132 H5929
olijfblad
H6310
[was] in haar bek
H3045 H8799
; zo merkte
H5146
Noach
H3588
, dat
H4325
de wateren
H4480
van
H5921
boven
H776
de aarde
H7043 H8804
gelicht waren.
12
H3176 H8735
Toen vertoefde hij
H5750
nog
H7651
zeven
H312
andere
H3117
dagen
H7971 H0
; en hij liet
H3123
de duif
H7971 H8762
uit
H7725 H0 H3254 H0
; maar zij keerde
H3808
niet
H5750
meer
H7725 H8800 H3254 H8804
weder
H413
tot hem.
13
H1961 H8799
En het geschiedde
H8337 H3967
in het zeshonderd
H259
en eerste
H8141
jaar
H7223
, in de eerste
H259
[maand], op den eersten
H2320
derzelver maand
H4325
, dat de wateren
H2717 H8804
droogden
H4480
van
H5921
boven
H776
de aarde
H5493 H0
; toen deed
H5146
Noach
H4372
het deksel
H8392
der ark
H5493 H8686
af
H7200 H8799
, en zag toe
H2009
, en ziet
H6440 H127
, de aardbodem
H2717 H8804
was gedroogd.
14
H8145
En in de tweede
H2320
maand
H7651
, op den zeven
H6242
en twintigsten
H3117
dag
H2320
der maand
H776
, was de aarde
H3001 H8804
opgedroogd.
16
H3318 H8798
Ga
H4480
uit
H8392
de ark
H859
, gij
H802
, en uw huisvrouw
H1121
, en uw zonen
H802
, en de vrouwen
H1121
uwer zonen
H854
met u.
17
H3605
Al
H2416
het gedierte
H834
, dat
H854
met u
H4480
[is], van
H3605
alle
H1320
vlees
H5775
, aan gevogelte
H929
, en aan vee
H3605
, en aan al
H7431
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt
H3318 H0
, doe
H854
met
H3318 H8685
u uitgaan
H8317 H8804
; en dat zij overvloediglijk voorttelen
H776
op de aarde
H6509 H8804
, en vruchtbaar zijn
H7235 H8804
, en vermenigvuldigen
H5921
op
H776
de aarde.
18
H3318 H0
Toen ging
H5146
Noach
H3318 H8799
uit
H1121
, en zijn zonen
H802
, en zijn huisvrouw
H802
, en de vrouwen
H1121
zijner zonen
H854
met hem.
19
H3605
Al
H2416
het gedierte
H3605
, al
H7431
het kruipende
H3605
, en al
H5775
het gevogelte
H3605
, al
H5921
wat zich op
H776
de aarde
H7430 H8802
roert
H4940
, naar hun geslachten
H3318 H8804
, gingen
H4480
uit
H8392
de ark.
20
H5146
En Noach
H1129 H8799
bouwde
H3068
den HEERE
H4196
een altaar
H3947 H8799
; en hij nam
H4480
van
H3605
al
H2889
het reine
H929
vee
H4480
, en van
H3605
al
H2889
het rein
H5775
gevogelte
H5927 H8686
, en offerde
H5930
brandofferen
H4196
op dat altaar.
21
H3068
En de HEERE
H7306 H8686
rook
H5207
dien liefelijken
H853
,
H7381
reuk
H3068
, en de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
in
H3820
Zijn hart
H3254 H8686
: Ik zal voortaan
H127
den aardbodem
H3808
niet
H5750
meer
H7043 H8763
vervloeken
H5668 H0
om
H120
des mensen
H5668
wil
H3588
; want
H3336
het gedichtsel
H120
van 's mensen
H3820
hart
H7451
is boos
H4480
van
H5271
zijn jeugd
H3254 H8686
aan; en Ik zal voortaan
H3808
niet
H5750
meer
H3605
al
H2416
het levende
H5221 H8687
slaan
H834
, gelijk als
H6213 H8804
Ik gedaan heb.
Genesis 9:1-11:32
1
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H5146
Noach
H853
en zijn
H1121
zonen
H559 H8799
, en Hij zeide
H1992
tot hen
H6509 H8798
: Zijt vruchtbaar
H7235 H8798
en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H776
de aarde!
2
H4172
En uw vrees
H2844
, en uw verschrikking
H1961 H8799
zij
H5921
over
H3605
al
H2416
het gedierte
H776
der aarde
H5921
, en over
H3605
al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
; in al
H834
wat
H127
zich op den aardbodem
H7430 H8799
roert
H3605
, en in alle
H1709
vissen
H3220
der zee
H3027
; zij zijn in uw hand
H5414 H8738
overgegeven.
3
H3605
Al
H7431
wat zich roert
H834
, dat
H2416
levend
H1931
is
H1961 H8799
, zij
H859
u
H402
tot spijze
H859
; Ik heb het u
H3605
al
H5414 H8804
gegeven
H3418
, gelijk het groene
H6212
kruid.
4
H389
Doch
H1320
het vlees
H5315
met zijn ziel
H1818
, [dat] [is] zijn bloed
H3808
, zult gij niet
H398 H8799
eten.
5
H389
En voorwaar
H1818
, Ik zal uw bloed
H5315
, [het] [bloed] uwer zielen
H1875 H8799
eisen
H4480
; van
H3027
de hand
H3605
van alle
H2416
gedierte
H1875 H8799
zal Ik het eisen
H4480
; ook van
H3027
de hand
H120
des mensen
H4480
, van
H3027
de hand
H376
eens iegelijken
H251
zijns broeders
H5315
zal Ik de ziel
H120
des mensen
H1875 H8799
eisen.
6
H120
Wie des mensen
H1818
bloed
H8210 H8802
vergiet
H1818
, zijn bloed
H120
zal door den mens
H8210 H8735
vergoten worden
H3588
; want
H430
God
H120
heeft den mens
H6754
naar Zijn beeld
H6213 H8804
gemaakt.
7
H859
Maar gijlieden
H6509 H8798
, weest vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H8317 H8798
; teelt overvloediglijk voort
H776
op de aarde
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt op dezelve.
8
H559 H8799
Voorts zeide
H430
God
H413
tot
H5146
Noach
H413
, en tot
H1121
zijn zonen
H854
met
H559 H8800
hem, zeggende:
9
H589
Maar Ik
H2009
, ziet
H6965 H8688
, Ik richt
H1285
Mijn verbond
H854
op met
H859
u
H854
, en met
H2233
uw zaad
H310
na u;
10
H854
En met
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H834
, die
H854
met
H859
u
H5775
[is], van het gevogelte
H929
, van het vee
H3605
, en van alle
H2416
gedierte
H776
der aarde
H854
met
H859
u
H4480
; van
H3605
allen
H8392
, die uit de ark
H3318 H8802
gegaan zijn
H3605
, tot al
H2416
het gedierte
H776
der aarde toe.
11
H6965 H0
En Ik richt
H1285
Mijn verbond
H6965 H8689
op
H854
met
H859
u
H3808
, dat niet
H5750
meer
H3605
alle
H1320
vlees
H4480
door
H4325
de wateren
H3999
des vloeds
H3772 H8735
zal worden uitgeroeid
H3808
; en dat er geen
H3999
vloed
H5750
meer
H1961 H8799
zal zijn
H776
, om de aarde
H7843 H8763
te verderven.
12
H430
En God
H559 H8799
zeide
H2063
: Dit
H226
[is] het teken
H1285
des verbonds
H834
, dat
H589
Ik
H5414 H8802
geef
H996
tussen
H996
Mij en tussen
H996
ulieden, en tussen
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H834
, die
H854
met
H859
u
H5769
[is], tot eeuwige
H1755
geslachten.
13
H7198
Mijn boog
H5414 H8804
heb Ik gegeven
H6051
in de wolken
H1961 H8804
; die zal zijn
H226
tot een teken
H1285
des verbonds
H996
tussen
H996
Mij en tussen
H776
de aarde.
14
H1961 H8804
En het zal geschieden
H6051
, als Ik wolken
H5921
over
H776
de aarde
H6049 H8763
brenge
H7198
, dat deze boog
H7200 H8738
zal gezien worden
H6051
in de wolken;
15
H2142 H8804
Dan zal Ik gedenken
H1285
Mijn verbond
H834
, hetwelk
H996
is tussen
H996
Mij en tussen
H996
u, en tussen
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H3605
van alle
H1320
vlees
H4325
; en de wateren
H3808
zullen niet
H5750
meer
H1961 H8799
wezen
H3999
tot een vloed
H3605
, om alle
H1320
vlees
H7843 H8763
te verderven.
16
H7198
Als deze boog
H6051
in de wolken
H1961 H8799
zal zijn
H7200 H8804
, zo zal Ik hem aanzien
H2142 H8800
, om te gedenken
H5769
aan het eeuwig
H1285
verbond
H996
tussen
H430
God
H996
en tussen
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H3605
, van alle
H1320
vlees
H834
, dat
H5921
op
H776
de aarde is.
17
H559 H8799
Zo zeide
H430
dan God
H413
tot
H5146
Noach
H2063
: Dit
H226
[is] het teken
H1285
des verbonds
H834
, dat
H6965 H8689
Ik opgericht heb
H996
tussen
H996
Mij en tussen
H3605
alle
H1320
vlees
H834
, dat
H5921
op
H776
de aarde [is].
18
H1121
En de zonen
H5146
van Noach
H4480
, die uit
H8392
de ark
H3318 H8802
gingen
H1961 H8804
, waren
H8035
Sem
H2526
, en Cham
H3315
, en Jafeth
H2526
; en Cham
H1931
is
H1
de vader
H3667
van Kanaan.
19
H428
Deze
H7969
drie
H1121
[waren] de zonen
H5146
van Noach
H4480
; en van
H428
dezen
H3605
is de ganse
H776
aarde
H5310 H8804
overspreid.
20
H5146
En Noach
H2490 H8686
begon
H376 H127
een akkerman
H5193 H8799
[te] [zijn], en hij plantte
H3754
een wijngaard.
21
H8354 H8799
En hij dronk
H4480
van
H3196
dien wijn
H7937 H8799
, en werd dronken
H1540 H8691
; en hij ontblootte zich
H8432
in het midden
H168
zijner tent.
22
H2526
En Cham
H3667
, Kanaans
H1
vader
H7200 H8799
, zag
H1
zijns vaders
H6172
naaktheid
H5046 H0
, en hij gaf
H8147
het zijn beiden
H251
broederen
H2351
daar buiten
H5046 H8686
te kennen.
23
H3947 H8799
Toen namen
H8035
Sem
H3315
en Jafeth
H8071
een kleed
H7760 H8799
, en zij leiden
H5921
het op
H8147
hun beider
H7926
schouderen
H3212 H8799
, en gingen
H322
achterwaarts
H3680 H8762
, en bedekten
H6172
de naaktheid
H1
huns vaders
H6440
; en hun aangezichten
H322
waren achterwaarts
H6172
[gekeerd], zodat zij de naaktheid
H1
huns vaders
H3808
niet
H7200 H8804
zagen.
24
H5146
En Noach
H3364 H8799
ontwaakte
H3196
van zijn wijn
H3045 H8799
; en hij merkte
H834
wat
H6996
zijn kleinste
H1121
zoon
H6213 H8804
hem gedaan had.
25
H559 H8799
En hij zeide
H779 H8803
: Vervloekt zij
H3667
Kanaan
H5650
; een knecht
H5650
der knechten
H1961 H8799
zij hij
H251
zijn broederen!
26
H559 H8799
Voorts zeide hij
H1288 H8803
: Gezegend zij
H3068
de HEERE
H430
, de God
H8035
van Sem
H3667
; en Kanaan
H1961 H8799
zij
H5650
hem een knecht!
27
H430
God
H6601 H0
breide
H3315
Jafeth
H6601 H8686
uit
H7931 H8799
, en hij wone
H8035
in Sems
H168
tenten
H3667
! en Kanaan
H1961 H8799
zij
H5650
hem een knecht!
Genesis 10:1-11:32
1
H429
Dit
H8435
nu [zijn] de geboorten
H5146
van Noachs
H1121
zonen
H8035
: Sem
H2526
, Cham
H3315
, en Jafeth
H3205 H0
; en hun werden
H1121
zonen
H3205 H8735
geboren
H310
na
H3999
den vloed.
2
H1121
De zonen
H3315
van Jafeth
H1586
[zijn]: Gomer
H4031
, en Magog
H4074
, en Madai
H3120
, en Javan
H8422
, en Tubal
H4902
, en Mesech
H8494
, en Thiras.
4
H1121
En de zonen
H3120
van Javan
H473
[zijn]: Elisa
H8659
, en Tarsis
H3794
; de Chittieten
H1721
en Dodanieten.
5
H4480
Van
H429
dezen
H6504 H8738
zijn verdeeld
H339
de eilanden
H1471
der volken
H776
in hun landschappen
H376
, elk
H3956
naar zijn spraak
H4940
, naar hun huisgezinnen
H1471
, onder hun volken.
6
H1121
En de zonen
H2526
van Cham
H3568
[zijn]: Cusch
H4714
en Mitsraim
H6316
, en Put
H3667
, en Kanaan.
7
H1121
En de zonen
H3568
van Cusch
H5434
[zijn]: Seba
H2341
en Havila
H5454
, en Sabta
H7484
, en Raema
H5455
, en Sabtecha
H1121
. En de zonen
H7484
van Raema
H7614
zijn: Scheba
H1719
en Dedan.
8
H3568
En Cusch
H3205 H8804
gewon
H5248
Nimrod
H1931
; deze
H2490 H8689
begon
H1368
geweldig
H1961 H8800
te zijn
H776
op de aarde.
9
H1931
Hij
H1961 H8804
was
H1368
een geweldig
H6718
jager
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H5921 H3651
; daarom
H559 H8735
wordt gezegd
H5248
: Gelijk Nimrod
H1368
, een geweldig
H6718
jager
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN.
10
H7225
En het beginsel
H4467
zijns rijks
H1961 H8799
was
H894
Babel
H751
, en Erech
H390
, en Accad
H3641
, en Calne
H776
in het land
H8152
Sinear.
11
H4480
Uit
H776
ditzelve land
H804
is Assur
H3318 H8804
uitgegaan
H1129 H8799
, en heeft gebouwd
H5210
Nineve
H7344
, en Rehoboth
H5892
, Ir
H3625
, en Kalach.
12
H7449
En Resen
H996
, tussen
H5210
Nineve
H996
en tussen
H3625
Kalach
H1931
; deze
H1419
is die grote
H5892
stad.
13
H4714
En Mitsraim
H3205 H8804
gewon
H3866
de Ludieten
H6047
, en de Anamieten
H3853
, en de Lehabieten
H5320
, en de Naftuchieten,
14
H6625
En de Pathrusieten
H3695
, en de Casluchieten
H4480
, van
H834 H8033
waar
H6430
de Filistijnen
H3318 H8804
uitgekomen zijn
H3732
, en de Caftorieten.
18
H721
En den Arvadiet
H6786
, en den Tsemariet
H2577
, en den Hamathiet
H310
; en daarna
H4940
zijn de huisgezinnen
H3669
der Kanaanieten
H6327 H8738
verspreid.
19
H1366
En de landpale
H3669
der Kanaanieten
H1961 H8799
was
H6721
van Sidon
H935 H8800
, daar gij gaat
H1642
naar Gerar
H5704
tot
H5804
Gaza
H935 H8800
toe; daar gij gaat
H5467
naar Sodom
H6017
en Gomorra
H126
, en Adama
H6636
, en Zoboim
H5704
, tot
H3962
Lasa toe.
20
H429
Deze
H1121
[zijn] zonen
H2526
van Cham
H4940
, naar hun huisgezinnen
H3956
, naar hun spraken
H776
, in hun landschappen
H1471
, in hun volken.
21
H8035
Voorts zijn Sem
H3205 H8795
[zonen] geboren
H1931
; dezelve
H1571
[is] ook
H1
de vader
H3605
aller
H1121
zonen
H5677
van Heber
H251
, broeder
H3315
van Jafeth
H1419
, den grootste.
22
H8035
Sems
H1121
zonen
H5867
[waren] Elam
H804
, en Assur
H775
, en Arfachsad
H3865
, en Lud
H758
, en Aram.
25
H5677
En Heber
H8147
werden twee
H1121
zonen
H3205 H8795
geboren
H259
; des enen
H8034
naam
H6389
was Peleg
H3588
; want
H3117
in zijn dagen
H776
is de aarde
H6385 H8738
verdeeld
H251
; en zijns broeders
H8034
naam
H3355
was Joktan.
26
H3355
En Joktan
H3205 H8804
gewon
H486
Almodad
H8026
, en Selef
H2700
, en Hatsarmaveth
H3392
, en Jarach,
29
H211
En Ofir
H2341
, en Havila
H3103
, en Jobab
H428
; deze
H3605
allen
H1121
waren zonen
H3355
van Joktan.
30
H4186
En hun woning
H1961 H8799
was
H4480
van
H4852
Mescha
H935 H8800
af, daar gij gaat
H5611
naar Sefar
H2022
, het gebergte
H6924
van het oosten.
Genesis 11:1-32
1
H3605
En de ganse
H776
aarde
H1961 H8799
was
H259
van enerlei
H8193
spraak
H259
en enerlei
H1697
woorden.
2
H1961 H8799
Maar het geschiedde
H4480
, als zij tegen
H6924
het oosten
H5265 H8800
togen
H1237
, dat zij een laagte
H4672 H8799
vonden
H776
in het land
H8152
Sinear
H3427 H8799
; en zij woonden
H8033
aldaar.
3
H559 H8799
En zij zeiden
H376
een ieder
H413
tot
H7453
zijn naaste
H3051 H8798
: Kom aan
H3843
, laat ons tichelen
H3835 H8799
strijken
H8316
, en wel
H8313 H8799
doorbranden
H3843
! En de tichel
H1961 H8799
was
H1992
hun
H68
voor steen
H2564
, en het lijm
H1961 H8804
was
H2563
hun voor leem.
4
H559 H8799
En zij zeiden
H3051 H8798
: Kom aan
H1129 H0
, laat ons
H5892
voor ons een stad
H1129 H8799
bouwen
H4026
, en een toren
H7218
, welks opperste
H8064
in den hemel
H8034
[zij], en laat ons een naam
H6213 H8799
voor ons maken
H6435
, opdat wij niet misschien
H5921 H6440
over
H3605
de ganse
H776
aarde
H6327 H8799
verstrooid worden!
5
H3381 H0
Toen kwam
H3068
de HEERE
H3381 H8799
neder
H7200 H8800
, om te bezien
H5892
de stad
H4026
en den toren
H834
, die
H1121
de kinderen
H120
der mensen
H1129 H8804
bouwden.
6
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H2005
: Ziet
H259
, zij [zijn] enerlei
H5971
volk
H3605
, en [hebben] allen
H259
enerlei
H8193
spraak
H2088
; en dit
H2490 H8687
[is] [het], dat zij beginnen
H6213 H8800
te maken
H6258
; maar nu
H4480 H1992
, zoude hun
H3808
niet
H1219 H8735
afgesneden worden
H3605
al
H834
wat
H2161 H8799
zij bedacht hebben
H6213 H8800
te maken?
7
H3051 H8798
Kom aan
H3381 H8799
, laat Ons nedervaren
H8193
, en laat Ons hun spraak
H8033
aldaar
H1101 H8799
verwarren
H834
, opdat
H376
iegelijk
H8193
de spraak
H7453
zijns naasten
H3808
niet
H8085 H8799
hore.
8
H6327 H8686
Alzo verstrooide
H853 H1992
hen
H3068
de HEERE
H4480
van
H8033
daar
H5921 H6440
over
H3605
de ganse
H776
aarde
H2308 H8799
; en zij hielden op
H5892
de stad
H1129 H8800
te bouwen.
9
H5921 H3651
Daarom
H7121 H8804
noemde men
H8034
haar naam
H894
Babel
H3588
; want
H8033
aldaar
H1101 H8804
verwarde
H3068
de HEERE
H8193
de spraak
H3605
der ganse
H776
aarde
H4480
, en van
H8033
daar
H6327 H8689
verstrooide
H3068
hen de HEERE
H5921 H6440
over
H776
de ganse aarde.
10
H428
Deze
H8435
[zijn] de geboorten
H8035
van Sem
H8035
: Sem
H3967
was honderd
H8141
jaren
H1121
oud
H3205 H8686
, en gewon
H853
,
H775
Arfachsad
H8141
, twee jaren
H310
na
H3999
den vloed.
11
H8035
En Sem
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H775
hij Arfachsad
H3205 H8687
gewonnen had
H2568 H3967
, vijfhonderd
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
12
H775
En Arfachsad
H2425 H8804
leefde
H2568
vijf
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H7974
Selah.
13
H775
En Arfachsad
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H7974
hij, Selah
H3205 H8687
gewonnen had
H702 H3967 H8141
, vierhonderd
H7969
en drie
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
14
H7974
En Selah
H2425 H8804
leefde
H7970
dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H5677
Heber.
15
H7974
En Selah
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H5677
hij Heber
H3205 H8687
gewonnen had
H702 H3967 H8141
, vierhonderd
H7969
en drie
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
16
H5677
En Heber
H2421 H8799
leefde
H702
vier
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en gewon
H6389
Peleg.
17
H5677
En Heber
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H6389
hij Peleg
H3205 H8687
gewonnen had
H702 H3967 H8141
, vierhonderd
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
18
H6389
En Peleg
H2421 H8799
leefde
H7970
dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H7466
Rehu.
19
H6389
En Peleg
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H7466
hij Rehu
H3205 H8687
gewonnen had
H3967 H8141
, tweehonderd
H8672
en negen
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
20
H7466
En Rehu
H2421 H8799
leefde
H8147
twee
H7970
en dertig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en hij gewon
H8286
Serug.
21
H7466
En Rehu
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H8286
hij Serug
H3205 H8687
gewonnen had
H3967 H8141
, tweehonderd
H7651
en zeven
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
23
H8286
En Serug
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H5152
hij Nahor
H3205 H8687
gewonnen had
H3967
, tweehonderd
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
24
H5152
En Nahor
H2421 H8799
leefde
H8672
negen
H6242
en twintig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en gewon
H8646
Terah.
25
H5152
En Nahor
H2421 H8799
leefde
H310
, nadat
H8646
hij Terah
H3205 H8687
gewonnen had
H3967 H8141
, honderd
H6240 H8672
en negentien
H8141
jaren
H3205 H8686
; en hij gewon
H1121
zonen
H1323
en dochteren.
26
H8646
En Terah
H2421 H8799
leefde
H7657
zeventig
H8141
jaren
H3205 H8686
, en gewon
H87
Abram
H5152
, Nahor
H2039
en Haran.
27
H428
En deze
H8435
[zijn] de geboorten
H8646
van Terah
H8646
: Terah
H3205 H8689
gewon
H87
Abram
H5152
, Nahor
H2039
en Haran
H2039
; en Haran
H3205 H8689
gewon
H3876
Lot.
28
H2039
En Haran
H4191 H8799
stierf
H5921
voor
H6440
het aangezicht
H1
zijns vaders
H8646
Terah
H776
, in het land
H4138
zijner geboorte
H218
, in Ur
H3778
der Chaldeen.
29
H87
En Abram
H5152
en Nahor
H3947 H8799
namen zich
H802
vrouwen
H8034
; de naam
H87
van Abrams
H802
huisvrouw
H8297
was Sarai
H8034
, en de naam
H5152
van Nahors
H802
huisvrouw
H4435
was Milka
H1323
, een dochter
H2039
van Haran
H1
, vader
H4435
van Milka
H1
, en vader
H3252
van Jiska.
31
H8646
En Terah
H3947 H8799
nam
H87
Abram
H1121
, zijn zoon
H3876
, en Lot
H2039
, Harans
H1121
zoon
H1121
, zijns zoons
H1121
zoon
H8297
, en Sarai
H3618
, zijn schoondochter
H802
, de huisvrouw
H1121
van zijn zoon
H87
Abram
H3318 H8799
, en zij togen
H854
met
H1992
hen
H218
uit Ur
H3778
der Chaldeen
H3212 H8800
, om te gaan
H776
naar het land
H3667
Kanaan
H935 H8799
; en zij kwamen
H5704
tot
H2771
Haran
H3427 H8799
, en woonden aldaar.
Jeremiah 4:23
John 1:3
Genesis 2:1-25
2
H430
Als nu God
H7637
op den zevenden
H3117
dag
H3615 H8762
volbracht had
H4399
Zijn werk
H834
, dat
H6213 H8804
Hij gemaakt had
H7673 H8799
, heeft Hij gerust
H7637
op den zevenden
H3117
dag
H3605
van al
H4399
Zijn werk
H834
, dat
H6213 H8804
Hij gemaakt had.
3
H430
En God
H7637
heeft den zevenden
H3117
dag
H1288 H8762
gezegend
H853
, en dien
H6942 H8762
geheiligd
H3588
; omdat
H7673 H8804
Hij op denzelven gerust heeft
H3605
van al
H4399
Zijn werk
H834
, hetwelk
H430
God
H1254 H8804
geschapen had
H6213 H8800
, om te volmaken.
4
H428
Dit
H8435
[zijn] de geboorten
H8064
des hemels
H776
en der aarde
H1254 H8736
, als zij geschapen werden
H3117
; ten dage
H3068
als de HEERE
H430
God
H776
de aarde
H8064
en den hemel
H6213 H8800
maakte.
5
H3605
En allen
H7880
struik
H7704
des velds
H2962
, eer
H776
hij in de aarde
H1961 H8799
was
H3605
, en al
H6212
het kruid
H7704
des velds
H2962
, eer
H6779 H8799
het uitsproot
H3588
; want
H3068
de HEERE
H430
God
H3808
had niet
H4305 H8689
doen regenen
H5921
op
H776
de aarde
H369
, en er was geen
H120
mens
H853
[geweest], om den
H127
aardbodem
H5647 H8800
te bouwen.
6
H108
Maar een damp
H5927 H8799
was opgegaan
H4480
uit
H776
de aarde
H8248 H8689
, en bevochtigde
H3605
den gansen
H6440 H127
aardbodem.
7
H3068
En de HEERE
H430
God
H120
had den mens
H3335 H8799
geformeerd
H6083
uit het stof
H4480
der
H127
aarde
H639
, en in zijn neusgaten
H5301 H8799
geblazen
H5397
den adem
H2416
des levens
H1961 H8799
; alzo werd
H120
de mens
H2416
tot een levende
H5315
ziel.
8
H3068
Ook had de HEERE
H430
God
H1588
een hof
H5193 H8799
geplant
H5731
in Eden
H6924
, tegen het oosten
H7760 H8799
, en Hij stelde
H8033
aldaar
H120
den mens
H834
, dien
H3335 H8804
Hij geformeerd had.
9
H3068
En de HEERE
H430
God
H3605
had alle
H6086
geboomte
H4480
uit
H127
het aardrijk
H6779 H8686
doen spruiten
H2530 H8737
, begeerlijk
H4758
voor het gezicht
H2896
, en goed
H3978
tot spijze
H6086
; en den boom
H2416
des levens
H8432
in het midden
H1588
van den hof
H6086
, en de boom
H1847
der kennis
H2896
des goeds
H7451
en des kwaads.
10
H5104
En een rivier
H3318 H8802
was voortgaande
H4480
uit
H5731
Eden
H1588
, om dezen hof
H8248 H8687
te bewateren
H4480
; en werd van
H8033
daar
H6504 H8735
verdeeld
H1961 H8804
, en werd
H702
tot vier
H7218
hoofden.
11
H8034
De naam
H259
der eerste
H6376
[rivier] [is] Pison
H1931
; deze
H3605
[is] [het], die het ganse
H776
land
H2341
van Havila
H5437 H8802
omloopt
H834 H8033
, waar
H2091
het goud [is].
12
H2091
En het goud
H1931
van dit
H776
land
H2896
[is] goed
H8033
; daar
H916
[is] [ook] bedolah
H68
, en de steen
H7718
sardonix.
13
H8034
En de naam
H8145
der tweede
H5104
rivier
H1521
[is] Gihon
H1931
; deze
H3605
[is] [het], die het ganse
H776
land
H3568
Cusch
H5437 H8802
omloopt.
14
H8034
En de naam
H7992
der derde
H5104
rivier
H2313
[is] Hiddekel
H1931
; deze
H1980 H8802
is gaande naar
H6926
het oosten
H804
van Assur
H7243
. En de vierde
H5104
rivier
H1931
[is]
H6578
Frath.
15
H3947 H8799
Zo nam
H3068
de HEERE
H430
God
H120
den mens
H3240 H8686
, en zette hem
H1588
in den hof
H5731
van Eden
H5647 H8800
, om dien te bouwen
H8104 H8800
, en dien te bewaren.
16
H3068
En de HEERE
H430
God
H6680 H8762
gebood
H5921
den
H120
mens
H559 H8800
, zeggende
H4480
: Van
H3605
allen
H6086
boom
H1588
dezes hofs
H398 H8800
zult gij vrijelijk
H398 H8799
eten;
17
H4480
Maar van
H6086
den boom
H1847
der kennis
H2896
des goeds
H7451
en des kwaads
H3808
, daarvan zult gij niet
H398 H8799
eten
H3588
; want
H3117
ten dage
H4480
, als gij daarvan
H398 H8800
eet
H4191 H8800
, zult gij den dood
H4191 H8799
sterven.
18
H3068
Ook had de HEERE
H430
God
H559 H8799
gesproken
H3808
: Het is niet
H2896
goed
H120
, dat de mens
H909
alleen
H1961 H8800
zij
H5828
; Ik zal hem een hulpe
H6213 H8799
maken
H5048
, [die] als tegen hem over [zij].
19
H3068
Want als de HEERE
H430
God
H4480
uit
H127
de aarde
H3605
al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H3605
, en al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3335 H8799
gemaakt had
H935 H8686
, zo bracht Hij
H413
die tot
H120
Adam
H7200 H8800
, om te zien
H4100
, hoe
H7121 H8799
hij ze noemen zou
H834
; en zo als
H120
Adam
H3605
alle
H2416
levende
H5315
ziel
H7121 H8799
noemen zoude
H1931
, dat
H8034
[zou] haar naam [zijn].
20
H120
Zo had Adam
H7121 H8799
genoemd
H8034
de namen
H3605
van al
H929
het vee
H5775
, en van het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en van al
H2416
het gedierte
H7704
des velds
H120
; maar voor den mens
H4672 H8804
vond hij
H3808
geen
H5828
hulpe
H5048
, [die] als tegen hem over [ware].
21
H5307 H0
Toen deed
H3068
de HEERE
H430
God
H8639
een diepen slaap
H5921
op
H121
Adam
H5307 H8686
vallen
H3462 H8799
, en hij sliep
H3947 H8799
; en Hij nam
H259
een
H4480
van
H6763
zijn ribben
H5462 H8799
, en sloot
H8478
derzelver plaats
H1320
toe [met] vlees.
22
H3068
En de HEERE
H430
God
H1129 H8799
bouwde
H6763
de ribbe
H834
, die
H4480
Hij van
H120
Adam
H3947 H8804
genomen had
H802
, tot een vrouw
H935 H8686
, en Hij bracht
H413
haar tot
H120
Adam.
23
H559 H8799
Toen zeide
H120
Adam
H2063
: Deze
H6471
[is] ditmaal
H6106
been
H4480
van
H6106
mijn benen
H1320
, en vlees
H4480
van
H1320
mijn vlees
H2063
! Men zal haar
H802
Manninne
H7121 H8735
heten
H3588
, omdat
H2063
zij
H4480
uit
H376
den man
H3947 H8795
genomen is.
Colossians 1:16
16
G3754
Want
G1722
door
G846
Hem
G3956
zijn alle dingen
G2936 G5681
geschapen
G1722
, die in
G3772
de hemelen
G2532
en
G1909
die op
G1093
de aarde
G3707
zijn, die zienlijk
G2532
en
G517
die onzienlijk
G1535
zijn, hetzij
G2362
tronen
G1535
, hetzij
G2963
heerschappijen
G1535
, hetzij
G746
overheden
G1535
, hetzij
G1849
machten
G3956
; alle dingen
G1223
zijn door
G846
Hem
G2532
en
G1519
tot
G846
Hem
G2936 G5769
geschapen;
Isaiah 45:12
Hebrews 11:3
Genesis 1:1-31
2
H776
De aarde
H1961 H8804
nu was
H8414
woest
H922
en ledig
H2822
, en duisternis
H5921 H6440
[was] op
H8415
den afgrond
H7307
; en de Geest
H430
Gods
H7363 H8764
zweefde
H5921 H6440
op
H4325
de wateren.
3
H430
En God
H559 H8799
zeide
H1961 H8799
: Daar zij
H216
licht
H1961 H8799
! en daar werd
H216
licht.
4
H430
En God
H7200 H8799
zag
H853
het
H216
licht
H3588
, dat
H2896
het goed
H430
[was]; en God
H914 H8686
maakte scheiding
H996
tussen
H216
het licht
H996
en tussen
H2822
de duisternis.
5
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H216
het licht
H3117
dag
H2822
, en de duisternis
H7121 H8804
noemde Hij
H3915
nacht
H1961 H0
. Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H259
, de eerste
H3117
dag.
6
H430
En God
H559 H8799
zeide
H1961 H8799
: Daar zij
H7549
een uitspansel
H8432
in het midden
H4325
der wateren
H1961 H8799
; en dat make
H914 H8688
scheiding
H996
tussen
H4325
wateren
H4325
en wateren!
7
H430
En God
H6213 H8799
maakte
H7549
dat uitspansel
H914 H8686
, en maakte scheiding
H996
tussen
H4325
de wateren
H834
, die
H8478
onder
H7549
het uitspansel
H996
[zijn], en tussen
H4325
de wateren
H834
, die
H5921
boven
H7549
het uitspansel
H1961 H8799
[zijn]. En het was
H3651
alzo.
8
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H7549
het uitspansel
H8064
hemel
H1961 H0
. Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H8145
, de tweede
H3117
dag.
9
H430
En God
H559 H8799
zeide
H4325
: Dat de wateren
H8478
van onder
H8064
den hemel
H413
in
H259
een
H4725
plaats
H6960 H8735
vergaderd worden
H3004
, en dat het droge
H7200 H8735
gezien worde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
10
H430
En God
H7121 H8799
noemde
H3004
het droge
H776
aarde
H4723
, en de vergadering
H4325
der wateren
H7121 H8804
noemde Hij
H3220
zeeen
H430
; en God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
11
H430
En God
H559 H8799
zeide
H776
: Dat de aarde
H1876 H8686
uitschiete
H1877
grasscheutjes
H6212
, kruid
H2233 H2232 H8688
zaadzaaiende
H6529
, vruchtbaar
H6086
geboomte
H6213 H8802
, dragende
H6529
vrucht
H4327
naar zijn aard
H834
, welks
H2233
zaad
H5921
daarin zij op
H776
de aarde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
12
H776
En de aarde
H3318 H8686
bracht voort
H1877
grasscheutjes
H6212
, kruid
H2233 H2232 H8688
zaadzaaiende
H4327
naar zijn aard
H6529 H6213 H8802
, en vruchtdragend
H6086
geboomte
H2233
, welks
H4327
zaad daarin was, naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
13
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H7992
, de derde
H3117
dag.
14
H430
En God
H559 H8799
zeide
H3974
: Dat er lichten
H1961 H8799
zijn
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H914 H8687
, om scheiding te maken
H996
tussen
H3117
den dag
H996
en tussen
H3915
den nacht
H1961 H8799
; en dat zij zijn
H226
tot tekenen
H4150
en tot gezette tijden
H3117
, en tot dagen
H8141
en jaren!
15
H1961 H8799
En dat zij zijn
H3974
tot lichten
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H215 H8687
, om licht te geven
H5921
op
H776
de aarde
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
16
H430
God
H6213 H8799
dan maakte
H8147
die twee
H1419
grote
H3974
lichten
H1419
; dat grote
H3974
licht
H4475
tot heerschappij
H3117
des daags
H6996
, en dat kleine
H3974
licht
H4475
tot heerschappij
H3915
des nachts
H3556
; ook de sterren.
17
H430
En God
H5414 H8799
stelde
H853
ze
H7549
in het uitspansel
H8064
des hemels
H215 H8687
, om licht te geven
H5921
op
H776
de aarde.
18
H4910 H8800
En om te heersen
H3117
op den dag
H3915
, en in den nacht
H914 H8687
, en om scheiding te maken
H996
tussen
H216
het licht
H996
en tussen
H2822
de duisternis
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
19
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H7243
, de vierde
H3117
dag.
20
H430
En God
H559 H8799
zeide
H4325
: Dat de wateren
H8317 H8799
overvloediglijk voortbrengen
H8318
een gewemel
H2416
van levende
H5315
zielen
H5775
; en het gevogelte
H5774 H8787
vliege
H5921
boven
H776
de aarde
H5921 H6440
, in
H7549
het uitspansel
H8064
des hemels!
21
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H1419
de grote
H8577
walvissen
H3605
, en alle
H2416
levende
H7430 H8802
wremelende
H5315
ziel
H834
, welke
H4325
de wateren
H8317 H8804
overvloediglijk voortbrachten
H4327
, naar haar aard
H3605
; en alle
H3671
gevleugeld
H5775
gevogelte
H4327
naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
22
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H853
ze
H559 H8800
, zeggende
H6509 H8798
: Zijt vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H4325
de wateren
H3220
in de zeeen
H5775
; en het gevogelte
H7235 H8799
vermenigvuldige
H776
op de aarde!
23
H1961 H0
Toen was
H6153
het avond
H1961 H8799
geweest
H1961 H0
, en het was
H1242
morgen
H1961 H8799
geweest
H2549
, de vijfde
H3117
dag.
24
H430
En God
H559 H8799
zeide
H776
: De aarde
H3318 H0
brenge
H2416
levende
H5315
zielen
H3318 H8686
voort
H4327
, naar haar aard
H929
, vee
H7431
, en kruipend
H2416
, en wild gedierte
H776
der aarde
H4327
, naar zijn aard
H1961 H8799
! En het was
H3651
alzo.
25
H430
En God
H6213 H8799
maakte
H2416
het wild gedierte
H776
der aarde
H4327
naar zijn aard
H929
, en het vee
H4327
naar zijn aard
H3605
, en al
H7431
het kruipend gedierte
H127
des aardbodems
H4327
naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
26
H430
En God
H559 H8799
zeide
H6213 H0
: Laat Ons
H120
mensen
H6213 H8799
maken
H6754
, naar Ons beeld
H1823
, naar Onze gelijkenis
H7287 H8799
; en dat zij heerschappij hebben
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H929
, en over het vee
H3605
, en over de gehele
H776
aarde
H3605
, en over al
H7431
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt.
27
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H120
den mens
H6754
naar Zijn beeld
H6754
; naar het beeld
H430
van God
H1254 H8804
schiep Hij
H853
hem
H2145
; man
H5347
en vrouw
H1254 H8804
schiep Hij
H853
ze.
28
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H853
hen
H430
, en God
H559 H8799
zeide
H6509 H8798
tot hen: Weest vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H776
de aarde
H3533 H8798
, en onderwerpt haar
H7287 H8798
, en hebt heerschappij
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en over al
H2416
het gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt!
29
H430
En God
H559 H8799
zeide
H2009
: Ziet
H3605
, Ik heb ulieden al
H2233 H2232 H8802
het zaadzaaiende
H6212
kruid
H5414 H8804
gegeven
H834
, dat
H5921 H6440
op
H3605
de ganse
H776
aarde
H853
[is], en
H3605
alle
H6086
geboomte
H834
, in hetwelk
H2233 H2232 H8802
zaadzaaiende
H6086 H6529
boomvrucht
H1961 H8799
is; het zij
H402
u tot spijze!
30
H3605
Maar aan al
H2416
het gedierte
H776
der aarde
H3605
, en aan al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en aan al
H7430 H8802
het kruipende gedierte
H5921
op
H776
de aarde
H834
, waarin
H2416
een levende
H5315
ziel
H3605
[is], [heb] [Ik] al
H3418
het groene
H6212
kruid
H402
tot spijze
H1961 H8799
[gegeven]. En het was
H3651
alzo.