53 Tsade. Zij hebben mijn leven in een kuil uitgeroeid, en zij hebben een steen op mij geworpen.
Lamentations 3:53 Cross References - DSV
Jeremiah 37:16
16 Als Jeremia in de plaats des kuils, en in de kotjes gekomen was, en Jeremia aldaar veel dagen gezeten had;
Jeremiah 37:20
20 Nu dan, hoor toch, o mijn heer koning! laat toch mijn smeking voor uw aangezicht nedervallen, en breng mij niet weder in het huis van Jonathan, den schrijver, opdat ik aldaar niet sterve.
Jeremiah 38:6
6 Toen namen zij Jeremia en wierpen hem in den kuil van Malchia, den zoon van Hammelech, die in het voorhof der bewaring was, en zij lieten Jeremia af met zelen; in den kuil nu was geen water, maar slijk; en Jeremia zonk in het slijk.
Jeremiah 38:9
9 Mijn heer koning! deze mannen hebben kwalijk gehandeld in alles, wat zij gedaan hebben aan den profeet Jeremia, dien zij in den kuil geworpen hebben; daar hij toch in zijn plaats zou gestorven zijn vanwege den honger, dewijl geen brood meer in de stad is.
Daniel 6:17
17 Toen beval de koning, en zij brachten Daniël voor, en wierpen hem in den kuil der leeuwen; en de koning antwoordde en zeide tot Daniël: Uw God, Dien gij geduriglijk eert, Die verlosse u!
Matthew 27:60
60 En leide dat in zijn nieuw graf, hetwelk hij in een steenrots uitgehouwen had; en een groten steen tegen de deur des grafs gewenteld hebbende, ging hij weg.
Matthew 27:66
66 En zij heengaande, verzekerden het graf met de wacht, den steen verzegeld hebbende.