Ruth 2:7 Cross References - DSV_Strongs

  7 H559 H8799 En zij heeft gezegd H4994 : Laat mij toch H3950 H8762 oplezen H6016 en [aren] bij de garven H622 H8804 verzamelen H310 , achter H7114 H8802 de maaiers H935 H8799 ; zo is zij gekomen H5975 H8799 en heeft gestaan H4480 H227 van H1242 des morgens H5704 af tot H6258 nu H2088 toe; nu H1004 is haar te huis H3427 H8800 blijven H4592 weinig.

Proverbs 13:4

  4 H5315 De ziel H6102 des luiaards H183 H8693 is begerig H5315 , doch er is niets; maar de ziel H2742 der vlijtigen H1878 H8792 zal vet gemaakt worden.

Proverbs 15:33

  33 H3374 De vreze H3068 des HEEREN H4148 is de tucht H2451 der wijsheid H6038 ; en de nederigheid H6440 [gaat] voor H3519 de eer.

Proverbs 18:23

  23 H7326 H8802 De arme H1696 H8762 spreekt H8469 smekingen H6223 ; maar de rijke H6030 H8799 antwoordt H5794 harde dingen.

Proverbs 22:29

  29 H376 Hebt gij een man H2372 H8804 gezien H4106 , die vaardig H4399 in zijn werk H6440 is? Hij zal voor het aangezicht H4428 der koningen H3320 H8691 gesteld worden H6440 ; voor het aangezicht H2823 der ongeachte H3320 H8691 lieden zal hij niet gesteld worden.

Ecclesiastes 9:10

  10 H3027 Alles, wat uw hand H4672 H8799 vindt H6213 H8800 om te doen H6213 H8798 , doe H3581 [dat] met uw macht H4639 ; want er is geen werk H2808 , noch verzinning H1847 , noch wetenschap H2451 , noch wijsheid H7585 in het graf H1980 H8802 , daar gij heengaat.

Matthew 5:3

  3 G3107 Zalig G4434 [zijn] de armen G4151 van geest G3754 ; want G846 hunner G2076 G5748 is G932 het Koninkrijk G3772 der hemelen.

Romans 12:11

  11 G3361 Zijt niet G3636 traag G4710 in het benaarstigen G2204 G5723 . Zijt vurig G4151 van geest G1398 G5723 . Dient G2962 den Heere.

Galatians 6:9

  9 G1161 Doch G1573 G laat ons G2570 , goed G4160 G5723 doende G3361 , niet G1573 G5725 vertragen G1063 ; want G2398 te zijner G2540 tijd G2325 G5692 zullen wij maaien G3361 , zo wij niet G1590 G5746 verslappen.

Ephesians 5:21

  21 G240 Elkander G5293 G5746 onderdanig zijnde G1722 in G5401 de vreze G2316 Gods.

1 Peter 5:5-6

  5 G3668 Desgelijks G3501 gij jongen G4245 , zijt den ouden G5293 G5649 onderdanig G1161 ; en G3956 zijt allen G240 elkander G5293 G5746 onderdanig G5012 ; zijt met de ootmoedigheid G1463 G5663 bekleed G3754 ; want G2316 God G498 G5731 wederstaat G5244 de hovaardigen G1161 , maar G5011 den nederigen G1325 G5719 geeft Hij G5485 genade.
  6 G5013 G5682 Vernedert u G3767 dan G5259 onder G2900 de krachtige G5495 hand G2316 Gods G2443 , opdat G5209 Hij u G5312 G5661 verhoge G1722 te G2540 Zijner tijd.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.