Daniel 4:30-32

DSV_Strongs(i)
  30 H6032 H8750 Sprak H4430 de koning H560 H8750 , en zeide H1932 H1668 : Is dit H3809 niet H7229 het grote H895 Babel H576 , dat ik H1124 H8754 gebouwd heb H1005 tot een huis H4437 des koninkrijks H8632 , door de sterkte H2632 mijner macht H3367 , en ter ere H1923 mijner heerlijkheid!
  31 H4406 Dit woord H5751 nog H4430 zijnde in des konings H6433 mond H5308 H8754 , viel H7032 er een stem H4481 uit H8065 den hemel H4430 : U, o koning H5020 Nebukadnezar H560 H8750 ! wordt gezegd H4437 : Het koninkrijk H4481 is van H5709 H8754 u gegaan.
  32 H4481 En men zal u van H606 de mensen H2957 H8751 verstoten H4070 , en uw woning H5974 zal bij H2423 de beesten H1251 des velds H6211 zijn; men zal u gras H2939 H8748 te smaken geven H8450 , als den ossen H7655 , en er zullen zeven H5732 tijden H5922 over H2499 u voorbijgaan H5705 , totdat H3046 H8748 gij bekent H5943 , dat de Allerhoogste H4437 over de koninkrijken H606 der mensen H7990 heerschappij heeft H5415 H8748 , en dat Hij ze geeft H4479 , aan wien H6634 H8748 Hij wil.