Ezekiel 33:4-11

DSV_Strongs(i)
  4 H6963 En een, die het geluid H7782 der bazuin H8085 H8804 hoort H8085 H8802 , [wel] hoort H2094 H8737 , maar zich niet laat waarschuwen H2719 ; en het zwaard H935 H8799 komt H3947 H8799 , en neemt hem weg H1818 , diens bloed H7218 is op zijn hoofd.
  5 H8085 H8804 Hij hoorde H6963 het geluid H7782 der bazuin H2094 H8737 , maar liet zich niet waarschuwen H1818 , zijn bloed H2094 H8737 is op hem; maar hij, die zich laat waarschuwen H4422 H8765 , behoudt H5315 zijn ziel.
  6 H6822 H8802 Wanneer daarentegen de wachter H2719 het zwaard H7200 H8799 ziet H935 H8802 komen H8628 H8804 , en blaast H7782 niet met de bazuin H5971 , zodat het volk H2094 H8737 niet is gewaarschuwd H2719 ; en het zwaard H935 H8799 komt H3947 H0 , en neemt H5315 een ziel H3947 H8799 uit hen weg H5771 ; die is [wel] in zijn ongerechtigheid H3947 H8738 weggenomen H1818 , maar zijn bloed H3027 zal Ik van des hand H6822 H8802 des wachters H1875 H8799 eisen.
  7 H1121 H120 Gij nu, o mensenkind H6822 H8802 ! Ik heb u tot een wachter H5414 H8804 gesteld H1004 over het huis H3478 Israels H1697 ; zo zult gij het woord H6310 uit Mijn mond H8085 H8804 horen H2094 H8689 , en hen van Mijnentwege waarschuwen.
  8 H7563 Als Ik tot den goddeloze H559 H8800 zeg H7563 : O goddeloze H4191 H8800 , gij zult den dood H4191 H8799 sterven H1696 H8765 ! en gij spreekt H7563 niet, om den goddeloze H1870 van zijn weg H2094 H8687 af te manen H7563 ; die goddeloze H5771 zal in zijn ongerechtigheid H4191 H8799 sterven H1818 , maar zijn bloed H3027 zal Ik van uw hand H1245 H8762 eisen.
  9 H7563 Maar als gij den goddeloze H1870 van zijn weg H2094 H8689 afmaant H7725 H8800 , dat hij zich van dien bekere H1870 , en hij zich van zijn weg H7725 H8804 niet bekeert H5771 , zo zal hij in zijn ongerechtigheid H4191 H8799 sterven H5315 ; maar gij hebt uw ziel H5337 H8689 bevrijd.
  10 H1121 H120 Daarom, gij mensenkind H559 H8798 ! zeg H1004 tot het huis H3478 Israels H559 H8804 : Gijlieden spreekt H559 H8800 aldus, zeggende H6588 : Dewijl onze overtredingen H2403 en onze zonden H4743 H8737 op ons zijn, en wij in dezelve versmachten H2421 H8799 , hoe zouden wij dan leven?
  11 H559 H8798 Zeg H2416 tot hen: [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H2654 H8799 , zo Ik lust heb H4194 in den dood H7563 des goddelozen H7563 ! maar daarin [heb] [Ik] [lust], dat de goddeloze H7725 H8800 zich bekere H1870 van zijn weg H2421 H8804 en leve H7725 H8798 . Bekeert u H7725 H8798 , bekeert u H7451 van uw boze H1870 wegen H4191 H8799 , want waarom zoudt gij sterven H1004 , o huis H3478 Israels?