Genesis 44:27-34

DSV_Strongs(i)
  27 H559 H8799 Toen zeide H5650 uw knecht H1 , mijn vader H413 , tot H859 ons: Gijlieden H3045 H8804 weet H3588 , dat H802 mijn huisvrouw H8147 er mij twee H3205 H8804 gebaard heeft.
  28 H259 En de een H4480 H854 is van H3318 H8799 mij uitgegaan H559 H8799 , en ik heb gezegd H389 : Voorwaar H2963 H8800 , hij is gewisselijk H2963 H8776 verscheurd geworden H3808 ! en ik heb hem niet H7200 H8804 gezien H5704 tot H2008 nu toe.
  29 H2088 Indien gij nu dezen H1571 ook H4480 H5973 van H6440 mijn aangezicht H3947 H8804 wegneemt H611 , en hem een verderf H7136 H8804 ontmoette H7872 , zo zoudt gij mijn grauwe haren H7451 met jammer H7585 ten grave H3381 H8689 doen nederdalen!
  30 H6258 Nu dan H413 , als ik tot H5650 uw knecht H1 , mijn vader H935 H8800 , kome H5288 , en de jongeling H369 is niet H854 bij H5315 ons (alzo zijn ziel H5315 aan de ziel H7194 H8803 van dezen gebonden is),
  31 H1961 H8804 Zo zal het geschieden H7200 H8800 , als hij ziet H3588 , dat H5288 de jongeling H369 er niet is H4191 H8804 , dat hij sterven zal H5650 ; en uw knechten H7872 zullen de grauwe haren H5650 van uw knecht H1 , onzen vader H3015 , met droefenis H7585 ten grave H3381 H8689 doen nederdalen.
  32 H3588 Want H5650 uw knecht H5288 is voor deze jongeling H6148 H8804 borg H4480 H5973 bij H1 mijn vader H559 H8800 , zeggende H518 : Zo H413 ik hem tot H3808 u niet H935 H8686 wederbreng H1 , zo zal ik tegen mijn vader H3605 alle H3117 dagen H2398 H8804 gezondigd hebben!
  33 H6258 Nu dan H4994 , laat toch H5650 uw knecht H8478 voor H5288 dezen jongeling H5650 slaaf H113 van mijn heer H3427 H8799 blijven H5288 , en laat den jongeling H5973 met H251 zijn broederen H5927 H8799 optrekken!
  34 H3588 Want H349 hoe H5927 H8799 zoude ik optrekken H413 tot H1 mijn vader H5288 , indien de jongeling H369 H0 niet H854 met H369 mij was H6435 H0 , opdat H7451 ik den jammer H6435 niet H7200 H8799 zie H834 , welke H1 mijn vader H4672 H8799 overkomen zou.