Leviticus 17:10-14

DSV_Strongs(i)
  10 H376 En een ieder H1004 uit het huis H3478 Israels H1616 , en uit de vreemdelingen H8432 , die in het midden H1481 H8802 van hen als vreemdelingen verkeren H1818 , die enig bloed H398 H8799 zal gegeten hebben H5315 , tegen diens ziel H1818 , die dat bloed H398 H8802 zal gegeten hebben H6440 , zal Ik Mijn aangezicht H5414 H8804 zetten H7130 , en zal die uit het midden H5971 haars volks H3772 H8689 uitroeien.
  11 H5315 Want de ziel H1320 van het vlees H1818 is in het bloed H4196 ; daarom heb Ik het u op het altaar H5414 H8804 gegeven H5315 , om over uw zielen H3722 H8763 verzoening te doen H1818 ; want het is het bloed H5315 , dat voor de ziel H3722 H8762 verzoening zal doen.
  12 H1121 Daarom heb Ik tot de kinderen H3478 Israels H559 H8804 gezegd H5315 : Geen ziel H1818 van u zal bloed H398 H8799 eten H1616 ; noch de vreemdeling H1481 H0 , die als vreemdeling H8432 in het midden H1481 H8802 van u verkeert H1818 , zal bloed H398 H8799 eten.
  13 H376 Een ieder H1121 ook van de kinderen H3478 Israels H1616 en van de vreemdelingen H1481 H0 , die als vreemdelingen H8432 in het midden H1481 H8802 van hen verkeren H2416 , die enig wild gedierte H5775 , of gevogelte H398 H8735 , dat gegeten wordt H6718 , in de jacht H6679 H8799 gevangen zal hebben H1818 ; die zal deszelfs bloed H8210 H8804 vergieten H6083 , en zal dat met stof H3680 H8765 bedekken.
  14 H5315 Want het is de ziel H1320 van alle vlees H1818 ; zijn bloed H5315 is voor zijn ziel H1121 ; daarom heb Ik tot de kinderen H3478 Israels H559 H8799 gezegd H1320 : Gij zult geens vleses H1818 bloed H398 H8799 eten H5315 ; want de ziel H1320 van alle vlees H1818 , dat is zijn bloed H398 H8802 ; zo wie dat eet H3772 H8735 , zal uitgeroeid worden.