DSV_Strongs(i)
7
H3212 H8799
Waar zou ik heengaan
H7307
voor Uw Geest
H1272 H8799
en waar zou ik heenvlieden
H6440
voor Uw aangezicht?
8
H5266 H8799
Zo ik opvoer
H8064
ten hemel
H3331 H8686
, Gij zijt daar; of bedde ik
H7585
mij in de hel, zie, Gij zijt [daar].
9
H5375 H8799
Nam ik
H3671
vleugelen
H7837
des dageraads
H7931 H8799
, woonde ik
H319
aan het uiterste
H3220
der zee;
10
H3027
Ook daar zou Uw hand
H5148 H8686
mij geleiden
H3225
, en Uw rechterhand
H270 H8799
zou mij houden.
11
H559 H8799
Indien ik zeide
H2822
: De duisternis
H7779 H8799
zal mij immers bedekken
H3915
; dan is de nacht
H216
een licht
H1157
om mij.
12
H2821 H8686
Ook verduistert
H2822
de duisternis
H3915
voor U niet; maar de nacht
H215 H8686
licht
H3117
als de dag
H2825
; de duisternis
H219
is als het licht.
13
H7069 H8804
Want Gij bezit
H3629
mijn nieren
H517
; Gij hebt mij in mijner moeders
H990
buik
H5526 H8799
bedekt.
14
H3034 H8686
Ik loof
H3372 H8737
U, omdat ik op een heel vreselijke wijze
H6395 H8738
wonderbaarlijk gemaakt ben
H6381 H8737
; wonderlijk
H4639
zijn Uw werken
H3045 H8802
! ook weet
H5315
het mijn ziel
H3966
zeer wel.