1 Chronicles 16:7-22

DSV_Strongs(i)
  7 H227   H1931 Te dienzelven H3117 dage H5414 H8804 gaf H1732 David H7218 ten eerste H3068 [dezen] [psalm], om den HEERE H3034 H8687 te loven H3027 , door den dienst H623 van Asaf H251 , en zijn broederen.
  8 H3034 H8685 Looft H3068 den HEERE H7121 H8798 , roept H8034 Zijn Naam H3045 H0 aan, maakt H5949 Zijn daden H3045 H8685 bekend H5971 onder de volken.
  9 H7891 H8798 Zingt H2167 H8761 Hem, psalmzingt H7878 H8798 Hem, spreekt aandachtelijk H3605 van al H6381 H8737 Zijn wonderwerken.
  10 H1984 H8690 Roemt u H8034 in den Naam H6944 Zijner heiligheid H3820 ; dat zich het hart H3068 dergenen, die den HEERE H1245 H8764 zoeken H8055 H8799 , verblijde.
  11 H1875 H8798 Vraagt H3068 naar den HEERE H5797 en Zijn sterkte H1245 H8761 , zoekt H6440 Zijn aangezicht H8548 geduriglijk.
  12 H2142 H8798 Gedenkt H6381 H8737 Zijner wonderwerken H834 , die H6213 H8804 Hij gedaan heeft H4159 , Zijner wondertekenen H4941 , en de oordelen H6310 Zijns monds;
  13 H2233 Gij, zaad H3478 van Israel H5650 , Zijn dienaar H1121 , gij, kinderen H3290 van Jakob H972 , Zijn uitverkorenen!
  14 H1931 Hij H3068 is de HEERE H430 , onze God H4941 ; Zijn oordelen H3605 zijn over de gehele H776 aarde.
  15 H2142 H8798 Gedenkt H5769 tot in der eeuwigheid H1285 Zijns verbonds H1697 , des woords H6680 H8765 , [dat] Hij ingesteld heeft H505 tot in het duizendste H1755 geslacht;
  16 H834 [Des] [verbonds], dat H85 Hij met Abraham H3772 H8804 heeft gemaakt H7621 , en Zijns eeds H3327 aan Izak;
  17 H3290 Welken Hij ook aan Jakob H5975 H8686 heeft gesteld H2706 tot een inzetting H3478 , [aan] Israel H5769 tot een eeuwig H1285 verbond;
  18 H559 H8800 Zeggende H776 : Ik zal u het land H3667 Kanaan H5414 H8799 geven H2256 , een snoer H5159 van ulieder erfdeel;
  19 H4962 Als gij weinige mensen H4557 in getal H1961 H8800 waart H4592 ; ja, weinigen H1481 H8802 en vreemdelingen daarin.
  20 H1980 H8691 En zij wandelden H4480 van H1471 volk H5704 tot H1471 volk H4480 , en van H4467 het ene koninkrijk H413 tot H312 een ander H5971 volk.
  21 H3240 H0 Hij liet H3808 H376 niemand H3240 H8689 toe H6231 H8800 hen te onderdrukken H3198 H8686 ; ook bestrafte Hij H4428 koningen H5921 om hunnentwil, [zeggende]:
  22 H5060 H0 Tast H4899 Mijn gezalfden H408 niet H5060 H8799 aan H7489 H0 , en doet H5030 Mijn profeten H408 geen H7489 H8686 kwaad.