2 Chronicles 28:18-23

DSV_Strongs(i)
  18 H6430 Daartoe waren de Filistijnen H5892 in de steden H8219 der laagte H5045 en het zuiden H3063 van Juda H6584 H8804 ingevallen H3920 H8799 , en hadden ingenomen H1053 Beth-semes H357 , en Ajalon H1450 , en Gederoth H7755 , en Socho H1323 en haar onderhorige plaatsen H8553 , en Timna H1323 en haar onderhorige plaatsen H1579 , en Gimzo H1323 en haar onderhorige plaatsen H3427 H8799 ; en zij woonden H8033 aldaar.
  19 H3588 Want H3068 de HEERE H3665 H8689 vernederde H3063 Juda H5668 , om der wille H271 van Achaz H4428 , den koning H3478 Israels H3588 ; want H3063 hij had Juda H6544 H8689 afgetrokken H4604 , dat het gans zeer H4603 H8800 overtrad H3068 tegen den HEERE.
  20 H8407 En Tiglath-pilneser H4428 , de koning H804 van Assyrie H935 H8799 , kwam H5921 tot H6696 H8799 hem; doch hij benauwde H2388 H8804 hem, en sterkte H3808 hem niet.
  21 H3588 Want H271 Achaz H2505 H8804 nam een deel H1004 van het huis H3068 des HEEREN H1004 , en van het huis H4428 des konings H8269 en der vorsten H4428 , hetwelk hij den koning H804 van Assyrie H5414 H8799 gaf H5833 ; maar hij hielp H3808 hem niet.
  22 H6256 Ja, ter tijd H6887 H8687 , als men hem benauwde H4603 H8800 , zo maakte hij des overtredens H3068 tegen den HEERE H3254 H8686 nog meer H1931 ; dit H4428 was de koning H271 Achaz.
  23 H2076 H8799 Want hij offerde H430 den goden H1834 van Damaskus H5221 H8688 , die hem geslagen hadden H559 H8799 , en zeide H3588 : Omdat H430 de goden H1992 der H4428 koningen H758 van Syrie H859 hen H5826 H8688 helpen H2076 H8762 , zal ik hun offeren H5826 H8799 , opdat zij mij [ook] helpen H1992 ; maar zij H1961 H8804 waren H3782 H8687 hem tot zijn val H3605 , mitsgaders aan gans H3478 Israel.