2 Chronicles 28:22-25

DSV_Strongs(i)
  22 H6256 Ja, ter tijd H6887 H8687 , als men hem benauwde H4603 H8800 , zo maakte hij des overtredens H3068 tegen den HEERE H3254 H8686 nog meer H1931 ; dit H4428 was de koning H271 Achaz.
  23 H2076 H8799 Want hij offerde H430 den goden H1834 van Damaskus H5221 H8688 , die hem geslagen hadden H559 H8799 , en zeide H3588 : Omdat H430 de goden H1992 der H4428 koningen H758 van Syrie H859 hen H5826 H8688 helpen H2076 H8762 , zal ik hun offeren H5826 H8799 , opdat zij mij [ook] helpen H1992 ; maar zij H1961 H8804 waren H3782 H8687 hem tot zijn val H3605 , mitsgaders aan gans H3478 Israel.
  24 H271 En Achaz H622 H8799 verzamelde H3627 de vaten H1004 van het huis H430 Gods H7112 H0 , en hieuw H3627 de vaten H1004 van het huis H430 Gods H7112 H8762 in stukken H5462 H8799 , en sloot H1817 de deuren H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6213 H8799 toe; daartoe maakte hij H4196 zich altaren H3605 in alle H6438 hoeken H3389 te Jeruzalem.
  25 H6213 H8804 Ook maakte hij H3605 H5892 in elke H5892 stad H3063 van Juda H1116 hoogten H312 , om anderen H430 goden H6999 H8763 te roken H3707 H0 ; alzo verwekte hij H3068 den HEERE H1 , zijner vaderen H430 God H3707 H8686 , tot toorn.