Colossians 2:1-3 Want ik wil , dat gij weet , hoe groten strijd ik voor u heb , en voor degenen, die te Laodicea zijn, en zo velen als er mijn aangezicht in het vlees niet hebben gezien;

DSV_Strongs⁽ⁱ⁾

1 G1063 Want G2309 G5719 ik wil G5209 , dat gij G1492 G5760 weet G2245 , hoe groten G73 strijd G4012 ik voor G5216 u G2192 G5719 heb G2532 , en G1722 [voor] degenen, die te G2993 Laodicea G2532 zijn, en G3745 zo velen als G3450 er mijn G4383 aangezicht G1722 in G4561 het vlees G3756 niet G3708 G5758 hebben gezien;

2 G2443 Opdat G846 hun G2588 harten G3870 G5686 vertroost mogen worden G4822 G5685 , en zij samengevoegd zijn G1722 in G26 de liefde G2532 , en G1519 [dat] tot G3956 allen G4149 rijkdom G4136 der volle verzekerdheid G4907 des verstands G1519 , tot G1922 kennis G3466 der verborgenheid G2316 van God G2532 en G3962 den Vader G2532 , en G5547 van Christus;

3 G1722 In G3739 Denwelken G3956 al G2344 de schatten G4678 der wijsheid G2532 en G1108 der kennis G614 verborgen G1526 G5748 zijn.