Deuteronomy 33:26-29

DSV_Strongs(i)
  26 H410 Niemand is er gelijk God H3484 , o Jeschurun H8064 ! Die op den hemel H7392 H8802 vaart H5828 tot uw hulp H1346 , en met Zijn hoogheid H7834 op de bovenste wolken.
  27 H6924 De eeuwige H430 God H4585 zij u een woning H5769 , en van onder eeuwige H2220 armen H1644 H8762 ; en Hij verdrijve H341 H8802 den vijand H6440 voor uw aangezicht H559 H8799 , en zegge H8045 H8685 : Verdelg!
  28 H3478 Israel H983 dan zal zeker H910 alleen H7931 H8799 wonen H3290 , [en] Jakobs H5869 oog H776 zal zijn op een land H1715 van koren H8492 en most H8064 ; ja, zijn hemel H2919 zal van dauw H6201 H8799 druipen.
  29 H835 Welgelukzalig H3478 zijt gij, o Israel H5971 ! wie is u gelijk? gij zijt een volk H3467 H8737 , verlost H3068 door den HEERE H4043 , het Schild H5828 uwer hulp H2719 , en Die een Zwaard H1346 is uwer hoogheid H341 H8802 ; daarom zullen zich uw vijanden H3584 H8735 geveinsdelijk aan u onderwerpen H1116 , en gij zult op hun hoogten H1869 H8799 treden!