Ezekiel 32:2-5

DSV_Strongs(i)
  2 H1121 H120 Mensenkind H5375 H8798 ! hef H7015 een klaaglied H6547 op over Farao H4428 , den koning H4714 van Egypte H559 H8804 , en zeg H3715 tot hem: Gij waart een jongen leeuw H1471 onder de heidenen H1819 H8738 gelijk H8577 H8676 H8565 ; en gij waart als een zeedraak H3220 in de zeeen H1518 H8799 , en braakt voort H5104 in uw rivieren H1804 H8799 , en beroerdet H4325 het water H7272 met uw voeten H7515 H8799 , en vermodderdet H5104 hunlieder rivieren.
  3 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7568 : Ik zal daarom Mijn net H6566 H8804 over u uitspreiden H6951 door een vergadering H7227 van vele H5971 volken H5927 H8689 ; die zullen u optrekken H2764 in Mijn garen.
  4 H5203 H8804 Dan zal Ik u laten H776 op het land H2904 H8686 , Ik zal u henenwerpen H6440 op het open H7704 veld H5775 ; en Ik zal al het gevogelte H8064 des hemels H7931 H8689 op u doen wonen H2416 , en het gedierte H776 der ganse aarde H7646 H8689 van u verzadigen.
  5 H1320 En Ik zal uw vlees H5414 H8804 henengeven H2022 op de bergen H1516 , en de dalen H7419 met uw hoogheid H4390 H8765 vervullen.