Nehemiah 9:16-20

DSV_Strongs(i)
  16 H1922 Maar zij H1 en onze vaders H2102 H8689 hebben trotselijk gehandeld H6203 , en zij hebben hun nek H7185 H8686 verhard H3808 , en niet H8085 H8804 gehoord H413 naar H4687 Uw geboden;
  17 H3985 H8762 En zij hebben geweigerd H8085 H8800 te horen H3808 , en niet H2142 H8804 gedacht H6381 H8737 aan Uw wonderen H834 , die H5973 Gij bij H6213 H8804 hen gedaan hadt H6203 , en hebben hun nek H7185 H8686 verhard H4805 , en in hun wederspannigheid H7218 een hoofd H5414 H8799 gesteld H7725 H8800 , om weder te keren H5659 tot hun dienstbaarheid H859 . Doch Gij H433 , een God H5547 van vergevingen H2587 , genadig H7349 en barmhartig H750 H639 , lankmoedig H7227 , en groot H2617 van weldadigheid H3808 , hebt hen evenwel niet H5800 H8804 verlaten.
  18 H637 Zelfs H3588 , als H4541 zij zich een gegoten H5695 kalf H6213 H8804 gemaakt hadden H559 H8799 , en gezegd H2088 : Dit H430 is uw God H834 , Die H4480 u uit H4714 Egypte H5927 H8689 heeft opgevoerd H1419 ; en grote H5007 lasteren H6213 H8799 gedaan hadden;
  19 H859 Hebt Gij H7227 hen nochtans door Uw grote H7356 barmhartigheid H3808 niet H5800 H8804 verlaten H4057 in de woestijn H5982 H6051 ; de wolkkolom H5493 H8804 week H3808 niet H4480 H5921 van H3119 hen des daags H1870 , om hen op den weg H5148 H8687 te leiden H5982 H784 , noch de vuurkolom H3915 des nachts H215 H8687 , om hen te lichten H1870 , en dat, op den weg H834 , waarin H3212 H8799 zij zouden wandelen.
  20 H2896 En Gij hebt Uw goeden H7307 Geest H5414 H8804 gegeven H7919 H8687 om hen te onderwijzen H4478 ; en Uw Manna H3808 hebt Gij niet H4513 H8804 geweerd H4480 van H6310 hun mond H4325 , en water H5414 H8804 hebt Gij hun gegeven H6772 voor hun dorst.