Daniel 4:7-18

DSV_Strongs(i)
  7 H116 Toen H5954 H8750 kwamen H2749 in de tovenaars H826 , de sterrekijkers H3779 , de Chaldeen H1505 H8750 en de waarzeggers H576 ; en ik H560 H8750 zeide H2493 den droom H6925 voor H3046 H0 hen; maar zij maakten H6591 mij zijn uitlegging H3809 niet H3046 H8683 bekend;
  8 H5705 Totdat H318 ten laatste H1841 Daniel H6925 voor mij H5922 inkwam H8036 , wiens naam H1096 Beltsazar H8036 is, naar den naam H426 mijns gods H7308 , in wien ook de geest H6922 der heilige H426 goden H560 H8754 is; en ik vertelde H2493 den droom H6925 voor hem, [zeggende]:
  9 H1096 Beltsazar H7229 , gij overste H2749 der tovenaars H576 ! dewijl ik H3046 H8754 weet H7308 , dat de geest H6922 der heilige H426 goden H3606 H3809 in u is, en geen H7328 verborgenheid H598 H8750 u zwaar is H560 H8747 , zo zeg H2376 de gezichten H2493 mijns drooms H2370 H8754 , dien ik gezien heb H6591 , te weten zijn uitlegging.
  10 H2376 De gezichten H7217 nu mijns hoofds H5922 op H4903 mijn leger H1934 H8754 H2370 H8751 waren [deze]: Ik zag H431 , en ziet H363 , er was een boom H1459 in het midden H772 der aarde H7314 , en zijn hoogte H7690 was groot.
  11 H363 De boom H7236 H8754 werd groot H8631 H8754 en sterk H7314 ; en zijn hoogte H4291 H8748 reikte H8065 aan den hemel H2379 , en hij werd gezien H5491 tot aan het einde H3606 der ganse H772 aarde;
  12 H6074 Zijn loof H8209 was schoon H4 , en zijn vruchten H7690 vele H4203 , en er was spijze H3606 aan dezelve voor allen H8460 ; onder H2927 H0 hem vond H2423 het gedierte H1251 des velds H2927 H8681 schaduw H6853 , en de vogelen H8065 des hemels H1753 H8748 woonden H6056 in zijn takken H3606 , en alle H1321 vlees H4481 werd daarvan H2110 H8729 gevoed.
  13 H1934 H8754 H2370 H8751 Ik zag H2376 [verder] in de gezichten H7217 mijns hoofds H5922 , op H4903 mijn leger H431 ; en ziet H5894 , een wachter H6922 , namelijk een heilige H5182 H8750 , kwam af H4481 van H8065 den hemel,
  14 H7123 H8751 Roepende H2429 met kracht H3652 , en aldus H560 H8750 zeggende H1414 H0 : Houwt H363 dien boom H1414 af H7113 H8745 , en kapt H6056 zijn takken H5426 H8680 af; stroopt H6074 zijn loof H921 H8745 af, en verstrooit H4 zijn vruchten H2423 , dat de dieren H4481 van H8479 onder H5111 H8748 hem wegzwerven H6853 , en de vogelen H4481 van H6056 zijn takken;
  15 H1297 Doch H7662 H8747 laat H6136 den stam H8330 [met] zijn wortelen H772 in de aarde H6523 , en met een ijzeren H5174 en koperen H613 band H1883 in het tedere gras H1251 des velds H2920 ; en laat hem in den dauw H8065 des hemels H6647 H8721 nat gemaakt worden H2508 , en zijn deel H5974 zij met H2423 het gedierte H6211 in het kruid H772 der aarde.
  16 H3825 Zijn hart H8133 H8741 worde veranderd H4481 , dat het geens H606 mensen H2423 [hart] meer zij, en hem worde eens beesten H3825 hart H3052 H8725 gegeven H7655 , en laat zeven H5732 tijden H5922 over H2499 hem voorbijgaan.
  17 H6600 Deze zaak H1510 is in het besluit H5894 der wachters H7595 , en deze begeerte H3983 is in het woord H6922 der heiligen H5705 H1701 ; opdat H2417 de levenden H3046 H8748 bekennen H5943 , dat de Allerhoogste H7990 heerschappij heeft H4437 over de koninkrijken H606 der mensen H5415 H8748 , en geeft H4479 ze aan wien H6634 H8748 Hij wil H6966 H8681 , ja, zet H5922 daarover H8215 den laagste H606 onder de mensen.
  18 H1836 Dezen H2493 droom H576 heb ik H4430 , koning H5020 Nebukadnezar H2370 H8754 gezien H607 ; gij H1096 nu, Beltsazar H560 H8747 ! zeg H6591 de uitlegging H6903 van dien, dewijl H3606 al H2445 de wijzen H4437 mijns koninkrijks H6591 mij de uitlegging H3809 niet H3202 H8750 hebben kunnen H3046 H8682 bekend maken H607 ; maar gij H3546 H8751 kunt H7308 wel, dewijl de geest H6922 der heilige H426 goden in u is.