Jeremiah 3:1-3

DSV_Strongs(i)
  1 H559 H8800 Men zegt H376 : Zo een man H802 zijn huisvrouw H7971 H8762 verlaat H1980 H8804 , en zij gaat H312 van hem, en wordt eens anderen H376 mans H7725 H8799 , zal hij ook tot haar nog wederkeren H776 ? Zou datzelve land H2610 H8800 niet grotelijks H2610 H8799 ontheiligd worden H7227 ? Gij nu hebt [met] veel H7453 boeleerders H2181 H8804 gehoereerd H7725 H8800 , keer nochtans weder H5002 H8803 tot Mij, spreekt H3068 de HEERE.
  2 H5375 H8798 Hef H5869 uw ogen H8205 op naar de hoge plaatsen H7200 H8798 , en zie toe H375 , waar H7693 H8795 H8676 H7901 H8795 zijt gij niet beslapen H3427 H8804 ? Gij hebt voor hen gezeten H1870 aan de wegen H6163 , als een Arabier H4057 in de woestijn H776 ; alzo hebt gij het land H2610 H8686 ontheiligd H2184 met uw hoererijen H7451 en met uw boosheid.
  3 H7241 Daarom zijn de regendruppelen H4513 H8735 ingehouden H4456 , en er is geen spade regen H2181 H8802 H802 H4696 geweest. Maar gij hebt een hoerenvoorhoofd H3985 H8765 , gij weigert H3637 H8736 schaamrood te worden.