1 Samuel 13:6 Cross References - DSV_Strongs

  6 H376 Toen de mannen H3478 van Israel H7200 H8804 zagen H3588 , dat H6887 H8804 zij in nood waren H3588 (want H5971 het volk H5065 H8738 was benauwd H2244 H8691 ), zo verborg zich H5971 het volk H4631 in de spelonken H2337 , en in de doornbossen H5553 , en in de steenklippen H6877 , en in de vestingen H953 , en in de putten.

Exodus 14:10-12

  10 H6547 Als Farao H7126 H8689 nabij gekomen was H5375 H8799 , zo hieven H1121 de kinderen H3478 Israels H5869 hun ogen H4714 op, en ziet, de Egyptenaars H5265 H8802 togen H310 achter H3372 H8799 hen; en zij vreesden H3966 zeer H6817 H8799 ; toen riepen H1121 de kinderen H3478 Israels H3068 tot den HEERE.
  11 H559 H8799 En zij zeiden H4872 tot Mozes H4714 : Hebt gij ons daarom, omdat er in Egypte H6913 gans geen graven H3947 H8804 waren, weggenomen H4057 , opdat wij in deze woestijn H4191 H8800 sterven zouden H2063 ? Waarom H6213 H8804 hebt gij ons dat gedaan H4714 , dat gij ons uit Egypte H3318 H8687 uitgevoerd hebt?
  12 H1697 Is dit niet het woord H4714 , dat wij in Egypte H1696 H8765 tot u spraken H559 H8800 , zeggende H2308 H8798 : Houd af H4714 van ons, en laat ons de Egyptenaren H5647 H8799 dienen H2896 ? Want het ware ons beter H4714 geweest de Egyptenaren H5647 H8800 te dienen H4057 , dan in deze woestijn H4191 H8800 te sterven.

Joshua 8:20

  20 H582 Als de mannen H5857 van Ai H310 zich achterom H6437 H8799 keerden H7200 H8799 , zo zagen zij H2009 , en ziet H6227 , de rook H5892 der stad H5927 H8804 ging op H8064 naar den hemel H1961 H8804 ; en zij hadden H3808 geen H3027 ruimte H2008 , om herwaarts H2008 of derwaarts H5127 H8800 te vlieden H5971 ; want het volk H4057 , dat naar de woestijn H5127 H8801 vluchtte H2015 H8738 , keerde zich H413 tegen H7291 H8802 degenen, die [hen] najoegen.

Judges 6:2

  2 H3027 Als nu de hand H4080 der Midianieten H5810 H8799 sterk werd H5921 over H3478 Israel H6213 H8804 , maakten H1121 zich de kinderen H3478 Israels H4480 H6440 , vanwege H4080 de Midianieten H4492 , de holen H834 , die H2022 in de bergen H4631 zijn, en de spelonken H4679 , en de vestingen.

Judges 10:9

  9 H5674 H0 Daartoe togen H1121 de kinderen H5983 Ammons H5674 H8799 over H3383 de Jordaan H3898 H8736 , om te krijgen H1571 , zelfs H3063 tegen Juda H1144 , en tegen Benjamin H1004 , en tegen het huis H669 van Efraim H3478 ; zodat het Israel H3966 zeer H3334 H8799 bang werd.

Judges 20:41

  41 H376 En de mannen H3478 van Israel H2015 H8804 keerden zich om H376 ; en de mannen H1144 van Benjamin H926 H8735 werden verbaasd H3588 , want H7200 H8804 zij zagen H3588 , dat H7451 het kwaad H5921 hen H5060 H8804 treffen zou.

1 Samuel 14:11

  11 H8147 Toen zij beiden H413 zich aan H6430 der Filistijnen H4673 bezetting H1540 H8735 ontdekten H559 H8799 , zo zeiden H6430 de Filistijnen H2009 : Ziet H5680 , de Hebreen H4480 zijn uit H2356 de holen H3318 H8802 uitgegaan H834 H8033 , waarin H2244 H8694 zij zich verstoken hadden.

1 Samuel 23:19

  19 H5927 H0 Toen togen H2130 de Zifieten H5927 H8799 op H413 tot H7586 Saul H1390 naar Gibea H559 H8800 , zeggende H3808 : Heeft zich niet H1732 David H5973 bij H5641 H8693 ons verborgen H4679 in de vestingen H2793 in het woud H1389 , op den heuvel H2444 van Hachila H834 , die H4480 aan H3225 de rechterhand H3452 der wildernis is?

1 Samuel 24:3

  3 H935 H8799 [024:4] En hij kwam H413 tot H1448 H6629 de schaapskooien H5921 aan H1870 den weg H8033 , waar H4631 een spelonk H7586 was; en Saul H935 H8799 ging H7272 daarin, om zijn voeten H5526 H8687 te dekken H1732 . David H582 nu en zijn mannen H3427 H8802 zaten H3411 aan de zijden H4631 der spelonk.

2 Samuel 24:14

  14 H559 H8799 Toen zeide H1732 David H413 tot H1410 Gad H3966 : Mij is zeer H6887 H8804 bange H4994 ; laat ons toch H3027 in de hand H3068 des HEEREN H5307 H8799 vallen H3588 , want H7356 Zijn barmhartigheden H7227 zijn vele H3027 , maar laat mij in de hand H120 van mensen H408 niet H5307 H8799 vallen.

Isaiah 42:22

  22 H962 H8803 Maar [nu] is het een beroofd H8154 H8803 en geplunderd H5971 volk H6351 H8687 ; zij zijn allen verstrikt H2352 H8676 H970 in de holen H2244 H8717 , en verstoken H3608 H1004 in de gevangenhuizen H957 ; zij zijn tot een roof H5337 H8688 geworden, en er is niemand, die ze redt H4933 ; [tot] een plundering H559 H8802 , en niemand zegt H7725 H8685 : Geeft [ze] weder.

Philippians 1:23

  23 G1063 Want G1537 ik word van G1417 deze twee G4912 G5743 gedrongen G2192 G5723 , hebbende G1939 begeerte G1519 , om G360 G5658 ontbonden te worden G2532 en G4862 met G5547 Christus G1511 G5750 te zijn G4183 ; want [dat] is zeer G3123 verre G2909 het beste.

Hebrews 11:38

  38 G3739 (Welker G2889 de wereld G3756 niet G514 waardig G2258 G5713 was G1722 ) hebben in G2047 woestijnen G4105 G5746 gedoold G2532 , en G3735 [op] bergen G2532 , en G4693 [in] spelonken G2532 , en G3692 [in] holen G1093 der aarde.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.