Jonah 2:2-6

DSV_Strongs(i)
  2 H559 H8799 En hij zeide H7121 H8804 : Ik riep H4480 uit H6869 mijn benauwdheid H413 tot H3068 den HEERE H6030 H8799 , en Hij antwoordde H4480 mij; uit H990 den buik H7585 des grafs H7768 H8765 schreide ik H8085 H8804 , [en] Gij hoordet H6963 mijn stem.
  3 H7993 H8686 Want Gij hadt mij geworpen H4688 [in] de diepte H3824 , in het hart H3220 der zeeen H5104 , en de stroom H5437 H8779 omving H3605 mij; al H4867 Uw baren H1530 en Uw golven H5674 H8804 gingen H5921 over mij henen.
  4 H589 En ik H559 H8804 zeide H1644 H8738 : Ik ben uitgestoten H4480 van H5048 voor H5869 Uw ogen H389 ; nochtans H413 zal ik den H1964 tempel H6944 Uwer heiligheid H3254 H8686 weder H5027 H8687 aanschouwen.
  5 H4325 De wateren H661 H8804 hadden mij omgeven H5704 tot H5315 de ziel H8415 toe, de afgrond H5437 H8779 omving H5488 mij; het wier H7218 was aan mijn hoofd H2280 H8803 gebonden.
  6 H3381 H8804 Ik was nedergedaald H7095 tot de gronden H2022 der bergen H1280 ; de grendelen H776 der aarde H1157 waren om H5769 mij henen in eeuwigheid H2416 ; maar Gij hebt mijn leven H7845 uit het verderf H5927 H8686 opgevoerd H3068 , o HEERE H430 , mijn God!