Joshua 24:5-14

DSV_Strongs(i)
  5 H7971 H8799 Toen zond Ik H4872 Mozes H175 en Aaron H5062 H8799 , en Ik plaagde H4714 Egypte H834 , gelijk als H7130 Ik in deszelfs midden H6213 H8804 gedaan heb H310 ; en daarna H3318 H8689 leidde Ik u daaruit.
  6 H1 Als Ik uw vaders H4480 uit H4714 Egypte H3318 H8686 gevoerd had H935 H8799 , zo kwaamt gij H3220 aan de zee H4714 , en de Egyptenaars H7291 H8799 jaagden H1 uw vaderen H310 na H7393 met wagens H6571 en met ruiters H5488 H3220 , tot de Schelfzee.
  7 H6817 H8799 Zij nu riepen H413 tot H3068 den HEERE H7760 H8799 , en Hij stelde H3990 een duisternis H996 tussen H996 u en tussen H4713 de Egyptenaars H935 H8686 , en Hij bracht H3220 de zee H5921 over H3680 H8762 hen, en bedekte H5869 hen; en uw ogen H7200 H8799 hebben gezien H834 , wat H4714 Ik in Egypte H6213 H8804 gedaan heb H7227 . Daarna hebt gij vele H3117 dagen H4057 in de woestijn H3427 H8799 gewoond.
  8 H935 H8686 Toen bracht Ik H853 u H413 in H776 het land H567 der Amorieten H5676 , die over gene zijde H3383 van de Jordaan H3427 H8802 woonden H3898 H8735 , die streden H854 tegen H5414 H8799 u; maar Ik gaf H853 hen H3027 in uw hand H3423 H0 , en gij bezat H776 hun land H3423 H8799 erfelijk H8045 H8686 , en Ik verdelgde H6440 hen voor ulieder aangezicht.
  9 H6965 H0 Ook maakte zich H1111 Balak H6965 H8799 op H1121 , de zoon H6834 van Zippor H4428 , de koning H4124 der Moabieten H3898 H8735 , en hij streed H3478 tegen Israel H7971 H8799 ; en hij zond heen H1109 , en deed Bileam H1121 , den zoon H1160 van Beor H7121 H8799 , roepen H853 , opdat hij u H7043 H8763 vervloeken zou.
  10 H14 H8804 Maar Ik wilde H1109 Bileam H3808 niet H8085 H8800 horen H1288 H8762 ; dies zegende hij H853 u H1288 H8800 gestadig H5337 H8686 , en Ik verloste H853 u H3027 uit zijn hand.
  11 H3383 Toen gij over de Jordaan H5674 H8799 getrokken waart H413 , en te H3405 Jericho H935 H8799 kwaamt H3898 H8735 , zo krijgden H1167 de burgers H3405 van Jericho H567 tegen u, de Amorieten H6522 , en de Ferezieten H3669 , en de Kanaanieten H2850 , en de Hethieten H1622 , en de Girgazieten H2340 , de Hevieten H2983 en de Jebusieten H5414 H8799 ; doch Ik gaf H853 hen H3027 in ulieder hand.
  12 H7971 H8799 En Ik zond H6880 horzelen H6440 voor H1644 H8762 u heen; die dreven H853 hen H4480 weg van H6440 ulieder aangezicht H8147 , [gelijk] de beide H4428 koningen H567 der Amorieten H3808 , niet H2719 door uw zwaard H3808 , noch H7198 door uw boog.
  13 H776 Dus heb Ik u een land H5414 H8799 gegeven H834 , waaraan H3808 gij niet H3021 H8804 gearbeid hebt H5892 , en steden H834 , die H3808 gij niet H1129 H8804 gebouwd hebt H3427 H8799 , en gij woont H398 H8802 in dezelve; gij eet H3754 van de wijngaarden H2132 en olijfbomen H834 , die H859 gij H5193 H8804 niet geplant hebt.
  14 H6258 En nu H3372 H8798 , vreest H3068 den HEERE H5647 H8798 , en dient H8549 Hem in oprechtheid H571 en in waarheid H5493 H8685 ; en doet weg H430 de goden H834 , die H1 uw vaders H5647 H8804 gediend hebben H5676 , aan gene zijde H5104 der rivier H4714 , en in Egypte H5647 H8798 ; en dient H3068 den HEERE.