Ezekiel 11:1-11

DSV_Strongs(i)
  1 H5375 H0 Toen hief H7307 mij de Geest H5375 H8799 op H935 H8686 , en bracht H6931 H8179 mij tot de Oostpoort H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6437 H8802 , dewelke ziet H6921 oostwaarts H6607 ; en ziet, aan de deur H8179 der poort H2568 waren vijf H6242 en twintig H376 mannen H8432 , en in het midden H7200 H8799 van hen zag ik H2970 Jaazanja H1121 , den zoon H5809 van Azzur H6410 , en Pelatja H1121 , den zoon H1141 van Benaja H8269 , vorsten H5971 des volks.
  2 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H582 , deze zijn de mannen H205 , die ongerechtigheid H2803 H8802 bedenken H7451 , en die kwaden H6098 raad H3289 H8802 raden H5892 in deze stad.
  3 H559 H8802 Die zeggen H1004 : Men moet geen huizen H7138 nabij H1129 H8800 bouwen H5518 ; deze [stad] zou de pot H1320 , en wij het vlees zijn.
  4 H5012 H8734 Daarom profeteer H5012 H8734 tegen hen; profeteer H1121 H120 , o mensenkind!
  5 H5307 H8799 Zo viel H7307 dan de Geest H3068 des HEEREN H559 H8799 op mij, en Hij zeide H559 H8798 tot mij: Zeg H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H559 H8799 : Alzo zegt gijlieden H1004 , o huis H3478 Israels H3045 H8804 ! want Ik weet H7307 elkeen der dingen, die in uw geest H4609 opklimmen.
  6 H2491 Gij hebt uw verslagenen H5892 in deze stad H7235 H8689 vermenigvuldigd H2351 , en gij hebt derzelver straten H2491 met de verslagenen H4390 H8765 vervuld.
  7 H559 H8804 Daarom, zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H2491 : Uw verslagenen H8432 , die gij in het midden H7760 H8804 derzelve nedergelegd hebt H1320 , die zijn dat vlees H5518 , en deze [stad] is de pot H8432 ; maar ulieden zal Ik uit het midden H3318 H8689 derzelve doen uitgaan.
  8 H2719 Gijlieden hebt het zwaard H3372 H8804 gevreesd H2719 ; en het zwaard H935 H8686 zal Ik over u brengen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  9 H8432 Ook zal Ik ulieden uit het midden H3318 H8689 derzelve doen uitgaan H5414 H8804 , en Ik zal u overgeven H3027 in de hand H2114 H8801 der vreemden H8201 ; en Ik zal recht H6213 H8804 onder u doen.
  10 H2719 Gij zult door het zwaard H5307 H8799 vallen H1366 ; in de landpale H3478 Israels H8199 H8799 zal Ik u richten H3045 H8804 , en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.
  11 H5518 Deze [stad] zal ulieden niet tot een pot H8432 zijn, en gij zult in het midden H1320 derzelve [niet] tot vlees H1366 zijn; in de landpale H3478 Israels H8199 H8799 zal Ik u richten.