Psalms 40

DSV_Strongs(i)
  1 H1732 Davids H4210 psalm H5329 H8764 , voor den opperzangmeester H3068 . [040:2] Ik heb den HEERE H6960 H8763 lang H6960 H8765 verwacht H5186 H8799 ; en Hij heeft Zich tot mij geneigd H7775 , en mijn geroep H8085 H8799 gehoord.
  2 H7588 [040:3] En Hij heeft mij uit een ruisenden H953 kuil H3121 , uit modderig H2916 slijk H5927 H8686 opgehaald H7272 , en heeft mijn voeten H5553 op een rotssteen H6965 H8686 gesteld H838 , Hij heeft mijn gangen H3559 H8790 vastgemaakt.
  3 H2319 [040:4] En Hij heeft een nieuw H7892 lied H6310 in mijn mond H5414 H8799 gegeven H8416 , een lofzang H430 onzen Gode H7227 ; velen H7200 H8799 zullen het zien H3372 H8799 , en vrezen H3068 , en op den HEERE H982 H8799 vertrouwen.
  4 H835 [040:5] Welgelukzalig H1397 is de man H3068 , die den HEERE H4009 tot zijn vertrouwen H7760 H8804 stelt H6437 H8804 , en niet omziet H7295 naar de hovaardigen H3577 , en die tot leugen H7750 H8802 afwijken.
  5 H3068 [040:6] Gij, o HEERE H430 , mijn God H6381 H8737 ! hebt Uw wonderen H4284 en Uw gedachten H7227 aan ons vele H6213 H8804 gemaakt H6186 H8800 , men kan ze niet in orde bij U verhalen H5046 H8686 ; zal ik ze verkondigen H1696 H8762 en uitspreken H6105 H8804 , zo zijn zij menigvuldiger H5608 H8763 dan dat ik ze zou kunnen vertellen.
  6 H2654 H8804 [040:7] Gij hebt geen lust gehad H2077 aan slachtoffer H4503 en spijsoffer H241 ; Gij hebt mij de oren H3738 H8804 doorboord H5930 ; brandoffer H2401 en zondoffer H7592 H8804 hebt Gij niet geeist.
  7 H559 H8804 [040:8] Toen zeide ik H935 H8804 : Zie, ik kom H4039 ; in de rol H5612 des boeks H3789 H8803 is van mij geschreven.
  8 H2654 H8804 [040:9] Ik heb lust H430 , o mijn God H7522 ! om Uw welbehagen H6213 H8800 te doen H8451 ; en Uw wet H8432 is in het midden H4578 mijns ingewands.
  9 H1319 H8765 [040:10] Ik boodschap H6664 de gerechtigheid H7227 in de grote H6951 gemeente H8193 ; zie, mijn lippen H3607 H8799 bedwing ik H3068 niet; HEERE H3045 H8804 ! Gij weet het.
  10 H6666 [040:11] Uw gerechtigheid H3680 H8765 bedek ik H8432 niet in het midden H3820 mijns harten H530 ; Uw waarheid H8668 en Uw heil H559 H8804 spreek ik uit H2617 ; Uw weldadigheid H571 en Uw trouw H3582 H8765 verheel ik H7227 niet in de grote H6951 gemeente.
  11 H3068 [040:12] Gij, o HEERE H7356 ! zult Uw barmhartigheden H3607 H8799 van mij niet onthouden H2617 ; laat Uw weldadigheid H571 en Uw trouw H8548 mij geduriglijk H5341 H8799 behoeden.
  12 H7451 [040:13] Want kwaden H4557 , tot zonder getal H661 H8804 toe, hebben mij omgeven H5771 ; mijn ongerechtigheden H5381 H8689 hebben mij aangegrepen H3201 H8804 , dat ik niet heb kunnen H7200 H8800 zien H6105 H8804 ; zij zijn menigvuldiger H8185 dan de haren H7218 mijns hoofds H3820 , en mijn hart H5800 H8804 heeft mij verlaten.
  13 H7521 H8798 [040:14] Het behage H3068 U, HEERE H5337 H8687 ! mij te verlossen H3068 ; HEERE H2363 H8798 ! haast U H5833 tot mijn hulp.
  14 H3162 [040:15] Laat hen te zamen H954 H8799 beschaamd H2659 H8799 en schaamrood worden H5315 , die mijn ziel H1245 H8764 zoeken H5595 H8800 , om die te vernielen H268 ; laat hen achterwaarts H5472 H8735 gedreven worden H3637 H8735 , en te schande worden H2655 , die lust H7451 hebben aan mijn kwaad.
  15 H8074 H8799 [040:16] Laat hen verwoest worden H6118 tot loon H1322 hunner beschaming H559 H8802 , die van mij zeggen H1889 : Ha H1889 , ha!
  16 H7797 H8799 [040:17] Laat in U vrolijk H8055 H8799 en verblijd zijn H1245 H8764 allen, die U zoeken H157 H8802 ; laat de liefhebbers H8668 Uws heils H8548 geduriglijk H559 H8799 zeggen H3068 : De HEERE H1431 H8799 zij groot gemaakt!
  17 H6041 [040:18] Ik ben wel ellendig H34 en nooddruftig H136 , [maar] de HEERE H2803 H8799 denkt H5833 aan mij; Gij zijt mijn Hulp H6403 H8764 en mijn Bevrijder H430 ; o mijn God H309 H8762 ! vertoef niet.