Job 15:20-35

DSV_Strongs(i)
  20 H3605 Te allen H3117 dage H7563 doet de goddeloze H1931 zichzelven H2342 H8711 weedom aan H8141 ; en [weinige] jaren H4557 in getal H6184 zijn voor den tiran H6845 H8738 weggelegd.
  21 H6963 Het geluid H6343 der verschrikkingen H241 is in zijn oren H7965 ; in den vrede H935 H8799 zelven komt H7703 H8802 de verwoester hem over.
  22 H539 H8686 Hij gelooft H3808 niet H4480 uit H2822 de duisternis H7725 H8800 weder te keren H1931 , maar dat hij H6822 H8803 beloerd wordt H413 ten H2719 zwaarde.
  23 H1931 Hij H5074 H8802 zwerft heen en weder H3899 om brood H645 , waar H3045 H8804 het zijn mag; hij weet H3588 , dat H3027 bij zijn hand H3559 H8737 gereed is H3117 de dag H2822 der duisternis.
  24 H6862 Angst H4691 en benauwdheid H1204 H8762 verschrikken H8630 H8799 hem; zij overweldigt H4428 hem, gelijk een koning H6264 , bereid H3593 ten strijde.
  25 H3588 Want H5186 H0 hij strekt H413 tegen H410 God H3027 zijn hand H5186 H8804 uit H413 , en tegen H7706 den Almachtige H1396 H8691 stelt hij zich geweldiglijk aan.
  26 H7323 H0 Hij loopt H413 tegen H7323 H8799 Hem aan H6677 met den hals H5672 , met zijn dikke H1354 , hoog verhevene H4043 schilden;
  27 H3588 Omdat H6440 hij zijn aangezicht H2459 met zijn vet H3680 H8765 bedekt heeft H6371 , en rimpelen H6213 H8799 gemaakt H413 om H3689 de weekdarmen;
  28 H7931 H8799 En heeft bewoond H3582 H8737 verdelgde H5892 steden H1004 , [en] huizen H3808 , die men niet H3427 H8799 H3926 bewoonde H834 , die H6257 H8694 gereed waren H1530 tot [steen] hopen te worden.
  29 H3808 Hij zal niet H6238 H8799 rijk worden H2428 , en zijn vermogen H3808 zal niet H6965 H8799 bestaan H4512 ; en hun volmaaktheid H3808 zal zich niet H5186 H8799 uitbreiden H776 op de aarde.
  30 H4480 Hij zal van H2822 de duisternis H3808 niet H5493 H8799 ontwijken H7957 , de vlam H3127 zal zijn scheut H3001 H8762 verdrogen H5493 H8799 ; hij zal wijken H7307 door het geblaas H6310 zijns monds.
  31 H539 H8686 Hij betrouwe H408 niet H7723 op ijdelheid H8582 H8738 , [waardoor] hij verleid wordt H3588 ; want H7723 ijdelheid H8545 zal zijn vergelding H1961 H8799 wezen.
  32 H3117 Als zijn dag H3808 nog niet H4390 H8735 is, zal hij vervuld worden H3712 ; want zijn tak H3808 zal niet H7488 groenen.
  33 H1154 Men zal zijn onrijpe druiven H2554 H8799 afrukken H1612 , als van een wijnstok H5328 , en zijn bloeisel H7993 H8686 afwerpen H2132 , als van een olijfboom.
  34 H3588 Want H5712 de vergadering H2611 der huichelaren H1565 wordt eenzaam H784 , en het vuur H398 H8804 verteert H168 de tenten H7810 der geschenken.
  35 H2029 H8800 Zijn ontvangen H5999 moeite H3205 H8800 , en baren H205 ijdelheid H990 , en hun buik H3559 H0 richt H4820 bedrog H3559 H8686 aan.