DSV_Strongs(i)
6
H6485 H8685
Stel
H7563
een goddeloze
H7854
over hem, en de satan
H5975 H8799
sta
H3225
aan zijn rechterhand.
7
H8199 H8736
Als hij gericht wordt
H3318 H8799
, zo ga hij
H7563
schuldig
H8605
uit, en zijn gebed
H2401
zij tot zonde.
10
H1121
En dat zijn kinderen
H5128 H8800
hier en daar
H5128 H8799
omzwerven
H7592 H8765
, en bedelen
H2723
, en [de] [nooddruft] uit hun verwoeste plaatsen
H1875 H8804
zoeken.
11
H5383 H8802
Dat de schuldeiser
H5367 H8762
aansla
H2114 H8801
al wat hij heeft, en dat de vreemden
H3018
zijn arbeid
H962 H8799
roven.
12
H2617
Dat hij niemand hebbe, die weldadigheid
H4900 H8802
[over] [hem] uitstrekke
H3490
, en dat er niemand zij, die zijn wezen
H2603 H8802
genadig zij.
13
H319
Dat zijn nakomelingen
H3772 H8687
uitgeroeid worden
H8034
; hun naam
H4229 H8735
worde uitgedelgd
H312
in het andere
H1755
geslacht.
14
H5771
De ongerechtigheid
H1
zijner vaderen
H2142 H8735
worde gedacht
H3068
bij den HEERE
H2403
, en de zonde
H517
zijner moeder
H4229 H8735
worde niet uitgedelgd.
15
H8548
Dat zij gedurig
H3068
voor den HEERE
H3772 H0
zijn; en Hij roeie
H2143
hun gedachtenis
H3772 H8686
uit
H776
van de aarde.
16
H2142 H8804
Omdat hij niet gedacht heeft
H2617
weldadigheid
H6213 H8800
te doen
H6041
, maar heeft den ellendigen
H34
en den nooddruftigen
H376
man
H7291 H8799
vervolgd
H3512 H8737
, en den verslagene
H3824
van hart
H4191 H8788
, om [hem] te doden.
17
H7045
Dewijl hij den vloek
H157 H8799
heeft liefgehad
H935 H8799
, dat die hem overkome
H2654 H8804
, en geen lust gehad heeft
H1293
tot den zegen
H7368 H8799
, zo zij die verre van hem.
18
H3847 H8799
En hij zij bekleed
H7045
met den vloek
H4055
, als met zijn kleed
H935 H8799
, en dat die ga
H7130
tot in het binnenste
H4325
van hem als het water
H8081
, en als de olie
H6106
in zijn beenderen.