Genesis 39:8 Cross References - DSV_Strongs

8 H3985 H8762 Maar hij weigerde H559 H8799 het, en zeide H413 tot H802 de huisvrouw H113 zijns heren H2005 : Zie H113 , mijn heer H3808 heeft geen H3045 H8804 kennis H854 met H4100 mij, wat H1004 er in het huis H3605 is; en al H834 wat H3426 hij heeft H3027 , dat heeft hij in mijn hand H5414 H8804 gegeven.

Proverbs 1:10

10 H1121 Mijn zoon H2400 ! indien de zondaars H6601 H8762 u aanlokken H14 H8799 , bewillig H3808 niet;

Proverbs 2:10

10 H2451 Als de wijsheid H3820 in uw hart H935 H8799 zal gekomen zijn H1847 , en de wetenschap H5315 voor uw ziel H5276 H8799 zal liefelijk zijn;

Proverbs 2:16-19

16 H5337 H8687 Om u te redden H2114 H8801 van de vreemde H802 vrouw H5237 , van de onbekende H561 , [die] met haar redenen H2505 H8689 vleit;

17 H441 Die den leidsman H5271 harer jonkheid H5800 H8802 verlaat H1285 , en het verbond H430 haars Gods H7911 H8804 vergeet;

18 H1004 Want haar huis H7743 H8804 helt H4194 naar den dood H4570 , en haar paden H7496 naar de overledenen.

19 H935 H8802 Allen die tot haar ingaan H7725 H8799 , zullen niet wederkomen H734 , en zullen de paden H2416 des levens H5381 H8686 niet aantreffen;

Proverbs 5:3-8

3 H8193 Want de lippen H2114 H8801 der vreemde H5197 H8799 [vrouw] druppen H5317 honigzeem H2441 , en haar gehemelte H2509 is gladder H8081 dan olie.

4 H319 Maar het laatste H4751 van haar is bitter H3939 als alsem H2299 , scherp H6310 als een tweesnijdend H2719 zwaard.

5 H7272 Haar voeten H3381 H8802 dalen H4194 naar den dood H6806 , haar treden H8551 H0 houden H7585 de hel H8551 H8799 vast.

6 H734 Opdat gij het pad H2416 des levens H6424 H8762 niet zoudt wegen H4570 , zijn haar gangen H5128 H8804 ongestadig H3045 H8799 , [dat] gij het niet merkt.

7 H1121 Nu dan, gij kinderen H8085 H8798 ! hoort H5493 H8799 naar mij, en wijkt H561 niet van de redenen H6310 mijns monds.

8 H7368 H0 Maak H1870 uw weg H7368 H8685 verre H7126 H8799 van haar, en nader H6607 niet tot de deur H1004 van haar huis;

Proverbs 6:20-25

20 H1121 Mijn zoon H5341 H8798 , bewaar H4687 het gebod H1 uws vaders H5203 H8799 , en verlaat H8451 de wet H517 uwer moeder niet.

21 H7194 H8798 Bind H8548 ze steeds H3820 aan uw hart H6029 H8798 , hecht H1621 ze aan uw hals.

22 H1980 H8692 Als gij wandelt H5148 H8686 , zal dat u geleiden H7901 H8800 ; als gij nederligt H8104 H8799 , zal het over u de wacht houden H6974 H8689 ; als gij wakker wordt H7878 H8799 , zal hetzelve [met] u spreken.

23 H4687 Want het gebod H5216 is een lamp H8451 , en de wet H216 is een licht H8433 , en de bestraffingen H4148 der tucht H1870 zijn de weg H2416 des levens;

24 H8104 H8800 Om u te bewaren H7451 voor de kwade H802 vrouw H2513 , voor het gevlei H5237 der vreemde H3956 tong.

25 H2530 H8799 Begeer H3308 haar schoonheid H3824 niet in uw hart H3947 H8799 , en laat ze u niet vangen H6079 met haar oogleden.

Proverbs 6:29

29 H7453 Alzo die tot zijns naasten H802 huisvrouw H935 H8802 ingaat H5060 H8802 ; al wie haar aanroert H5352 H8735 , zal niet onschuldig gehouden worden.

Proverbs 6:32-33

32 H802 [Maar] die met een vrouw H5003 H8802 overspel doet H2638 H3820 , is verstandeloos H7843 H8688 ; hij verderft H5315 zijn ziel H6213 H8799 , die dat doet;

33 H5061 Plage H7036 en schande H4672 H8799 zal hij vinden H2781 , en zijn smaad H4229 H8735 zal niet uitgewist worden.

Proverbs 7:5

5 H8104 H8800 Opdat zij u bewaren H2114 H8801 voor een vreemde H802 vrouw H5237 , voor de onbekende H561 , [die] met haar redenen H2505 H8689 vleit.

Proverbs 7:25-27

25 H3820 Laat uw hart H1870 tot haar wegen H7847 H8799 niet wijken H8582 H8799 , dwaalt H5410 niet op haar paden.

26 H7227 Want zij heeft veel H2491 gewonden H5307 H8689 nedergeveld H2026 H8803 , en al haar gedoden H6099 zijn machtig vele.

27 H1004 Haar huis H1870 zijn wegen H7585 des grafs H3381 H8802 , dalende H2315 naar de binnenkameren H4194 des doods.

Proverbs 9:13-18

13 H3687 Een zotte H802 vrouw H1993 H8802 is woelachtig H6615 , de slechtigheid H3045 H8804 [zelve], en weet H1077 niet H4100 met al.

14 H3427 H8804 En zij zit H6607 aan de deur H1004 van haar huis H3678 , op een stoel H4791 , [op] de hoge plaatsen H7176 der stad;

15 H7121 H8800 Om te roepen H1870 degenen, die [op] den weg H5674 H8802 voorbijgaan H734 , die hun paden H3474 H8764 recht maken, [zeggende]:

16 H6612 Wie is slecht H5493 H8799 ? Hij kere zich H2638 H3820 herwaarts; en tot den verstandeloze H559 H8804 zegt zij:

17 H1589 H8803 De gestolen H4325 wateren H4985 H8799 zijn zoet H5643 , en het verborgen H3899 brood H5276 H8799 is liefelijk.

18 H3045 H8804 Maar hij weet H7496 niet, dat aldaar doden H7121 H8803 zijn; haar genoden H6012 zijn in de diepten H7585 der hel.

Proverbs 18:24

24 H376 Een man H7453 , die vrienden H7489 H8710 heeft, heeft zich vriendelijk te houden H3426 ; want er is H157 H8802 een liefhebber H1695 , die meer aankleeft H251 dan een broeder.

Proverbs 22:14

14 H6310 De mond H2114 H8801 der vreemde H6013 vrouwen is een diepe H7745 gracht H3068 ; op welken de HEERE H2194 H8803 vergramd is H5307 H8799 , zal daarin vallen.

Proverbs 23:26-28

26 H1121 Mijn zoon H5414 H8798 ! geef H3820 mij uw hart H5869 , en laat uw ogen H1870 mijn wegen H7521 H8799 H5341 H8799 bewaren.

27 H2181 H8802 Want een hoer H6013 is een diepe H7745 gracht H5237 , en een vreemde H6862 vrouw is een enge H875 put.

28 H693 H8799 Ook loert zij H2863 als een rover H3254 H8686 ; en zij vermenigvuldigt H898 H8802 de trouwelozen H120 onder de mensen.