DSV_Strongs(i)
15
G2532
En
G5124 G1223
daarom
G2076 G5748
is Hij
G3316
de Middelaar
G2537
des nieuwen
G1242
testaments
G3704
, opdat
G2288
, de dood
G1096 G5637
[daartussen] gekomen zijnde
G1519
, tot
G629
verzoening
G3847
der overtredingen
G1909
, die onder
G4413
het eerste
G1242
testament
G2564 G5772
waren, degenen, die geroepen zijn
G1860
, de beloftenis
G166
der eeuwige
G2817
erve
G2983 G5632
ontvangen zouden.
16
G1063
Want
G3699
waar
G1242
een testament
G318
is, daar is het noodzaak
G2288
, dat de dood
G1303 G5642
des testamentmakers
G5342 G5745
[tussen] kome;
17
G1063
Want
G1242
een testament
G949
is vast
G1909
in
G3498
de doden
G1893
, dewijl
G3379
het nog geen
G2480 G5719
kracht heeft
G3753
, wanneer
G1303 G5642
de testamentmaker
G2198 G5719
leeft.
18
G3606
Waarom
G3761 G
ook
G4413
het eerste
G3761
niet
G5565
zonder
G129
bloed
G1457 G5769
is ingewijd.
19
G1063
Want
G5259
als
G3956
al
G1785
de geboden
G2596
, naar
G3551
de wet
G3475
van Mozes
G3956
, tot al
G2992
het volk
G2980 G5685
uitgesproken waren
G2983 G5631
, nam hij
G129
het bloed
G3448
der kalveren
G2532
en
G5131
bokken
G3326
, met
G5204
water
G2532
, en
G2847
purperen
G2053
wol
G2532
, en
G5301
hysop
G4472 G5656
, besprengde
G5037
beide
G975
het boek
G846
zelf
G2532
, en
G3956
al
G2992
het volk,
20
G3004 G5723
Zeggende
G5124
: Dit
G129
is het bloed
G1242
des testaments
G3739
, hetwelk
G2316
God
G4314
aan
G5209
ulieden
G1781 G5662
heeft geboden.
21
G1161
En
G4472 G5656
hij besprengde
G3668
desgelijks
G2532
ook
G4633
den tabernakel
G2532
, en
G3956
al
G4632
de vaten
G3009
van den dienst
G129
met het bloed.