Lamentations 3:52 Cross References - DSV_Strongs
1 Samuel 24:10-15
10
H2009
[024:11] Zie
H2088
, te dezen
H3117
dage
H5869
hebben uw ogen
H7200 H8804
gezien
H834
, dat
H3068
de HEERE
H3117
u heden
H3027
in mijn hand
H5414 H8804
gegeven heeft
H4631
in deze spelonk
H559 H8804
, en men zeide
H2026 H8800
, dat ik u doden zou
H2347 H8799
; doch [mijn] [hand] verschoonde
H5921
u
H559 H8799
, want ik zeide
H3027
: Ik zal mijn hand
H3808
niet
H7971 H8799
uitsteken
H113
tegen mijn heer
H3588
, want
H1931
hij
H4899
is de gezalfde
H3068
des HEEREN.
11
H7200 H8798
[024:12] Zie
H1
toch, mijn vader
H1571
, ja
H7200 H8798
, zie
H3671
de slip
H4598
uws mantels
H3027
in mijn hand
H3588
; want
H3671
als ik de slip
H4598
uws mantels
H3772 H8800
afgesneden heb
H3808
, zo heb ik u niet
H2026 H8804
gedood
H3045 H8798
; beken
H7200 H8798
en zie
H3588
, dat
H3027
er in mijn hand
H7451
geen kwaad
H369 H0
, noch
H6588
overtreding
H369
is
H3808
, en ik tegen u niet
H2398 H8804
gezondigd heb
H859 H6658 H8802
; nochtans jaagt gij
H5315
mijn ziel
H3947 H8800
, dat gij ze wegneemt.
12
H3068
[024:13] De HEERE
H8199 H8799
zal richten
H996
tussen
H996
mij en tussen
H3068
u, en de HEERE
H5358 H8804
zal mij wreken
H4480
aan
H3027
u; maar mijn hand
H3808
zal niet
H1961 H8799
tegen u zijn.
13
H834
[024:14] Gelijk als
H4912
het spreekwoord
H6931
der ouden
H559 H8799
zegt
H7563
: Van de goddelozen
H3318 H0
komt
H7562
goddeloosheid
H3318 H8799
voort
H3027
; maar mijn hand
H3808
zal niet
H1961 H8799
tegen u zijn.
1 Samuel 25:28-29
28
H5375 H8798
Vergeef
H4994
toch
H519
aan uw dienstmaagd
H6588
de overtreding
H3588
, want
H3068
de HEERE
H6213 H8800
zal zekerlijk
H113
mijn heer
H539 H8737
een bestendig
H1004
huis
H6213 H8799
maken
H3588
, dewijl
H113
mijn heer
H4421
de oorlogen
H3068
des HEEREN
H3898 H8737
oorloogt
H3808
, en geen
H7451
kwaad
H4672 H8735
bij u gevonden is
H4480
van
H3117
uw dagen af.
29
H120
Wanneer een mens
H6965 H8799
opstaan zal
H7291 H8800
om u te vervolgen
H5315
, en om uw ziel
H1245 H8763
te zoeken
H1961 H0
, zo zal
H5315
de ziel
H113
mijns heren
H6887 H8803
ingebonden
H1961 H8804
zijn
H6872
in het bundeltje
H2416
der levenden
H3068
bij den HEERE
H430
, uw God
H5315
; maar de ziel
H341 H8802
uwer vijanden
H7049 H8762
zal Hij slingeren
H8432
uit het midden
H3709
van de holligheid
H7050
des slingers.
1 Samuel 26:18-20
18
H559 H8799
Hij zeide
H4100 H2088
verder: Waarom
H7291 H8802
vervolgt
H113
mijn heer
H5650
zijn knecht
H310
alzo achterna
H3588
, want
H4100
wat
H6213 H8804
heb ik gedaan
H4100
, en wat
H7451
kwaad
H3027
is er in mijn hand?
19
H6258
En nu
H113
, mijn heer
H4428
de koning
H8085 H8799
hore
H4994
toch
H1697
naar de woorden
H5650
zijns knechts
H518
. Indien
H3068
de HEERE
H5496 H8689
u tegen mij aanport
H4503
, laat Hem het spijsoffer
H7306 H8686
rieken
H518
; maar indien
H1121 H120
het mensenkinderen
H1992
zijn, zo zijn zij
H779 H8803
vervloekt
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H3588
, dewijl
H3117
zij mij heden
H1644 H8765
verstoten
H4480
, dat ik niet
H5596 H8692
mag vastgehecht blijven
H5159
in het erfdeel
H3068
des HEEREN
H559 H8800
, zeggende
H3212 H8798
: Ga heen
H5647 H8798
, dien
H312
andere
H430
goden.
20
H2658
En nu
H1818
, mijn bloed
H5307 H8799
valle
H408
niet
H776
op de aarde
H4480
van
H5048
voor
H6440
het aangezicht
H3068
des HEEREN
H3588
; want
H4428
de koning
H3478
van Israel
H3318 H8804
is uitgegaan
H259
om een enige
H6550
vlo
H1245 H8763
te zoeken
H834
, gelijk als
H7124
men een veldhoen
H2022
op de bergen
H7291 H8799
najaagt.
Psalms 11:1
Psalms 35:7
Psalms 35:19
Psalms 69:4
4
H2600
[069:5] Die mij zonder oorzaak
H8130 H8802
haten
H7231 H8804
, zijn meer
H8185
dan de haren
H7218
mijns hoofds
H6789 H8688
; die mij zoeken te vernielen
H8267
, die mij om valse oorzaken
H341 H8802
vijand zijn
H6105 H8804
, zijn machtig geworden
H1497 H8804
; wat ik niet geroofd heb
H7725 H8686
, moet ik alsdan wedergeven.
Psalms 109:3
Psalms 119:161
Jeremiah 37:15-16
Jeremiah 37:18
Jeremiah 38:4-6
4
H559 H8799
Zo zeiden
H8269
de vorsten
H4428
tot den koning
H376
: Laat toch dezen man
H4191 H8714
gedood worden
H3651
; want aldus
H7503 H0
maakt hij
H3027
de handen
H582 H4421
der krijgslieden
H5892
, die in deze stad
H7604 H8737
zijn overgebleven
H3027
, en de handen
H5971
des gansen volks
H7503 H8764
slap
H1697
, alzulke woorden
H1696 H8763
tot hen sprekende
H376
; want deze man
H1875 H8802
zoekt
H7965
den vrede
H5971
dezes volks
H7451
niet, maar het kwaad.
5
H4428
En de koning
H6667
Zedekia
H559 H8799
zeide
H3027
: Ziet, hij is in uw hand
H4428
; want de koning
H1697
zou geen ding
H3201 H8799
tegen u vermogen.
6
H3947 H8799
Toen namen zij
H3414
Jeremia
H7993 H8686
en wierpen
H953
hem in den kuil
H4441
van Malchia
H1121
, den zoon
H4428
van Hammelech
H2691
, die in het voorhof
H4307
der bewaring
H7971 H0
was, en zij lieten
H3414
Jeremia
H7971 H8762
af
H2256
met zelen
H953
; in den kuil
H4325
nu was geen water
H2916
, maar slijk
H3414
; en Jeremia
H2883 H8799
zonk
H2916
in het slijk.