Deuteronomy 28:49-68

DSV_Strongs(i)
  49 H3068 De HEERE H1471 zal tegen u een volk H5375 H8799 verheffen H7350 van verre H7097 , van het einde H776 der aarde H5404 , gelijk als een arend H1675 H8799 vliegt H1471 ; een volk H3956 , welks spraak H8085 H8799 gij niet zult verstaan;
  50 H1471 Een volk H5794 , stijf H6440 van aangezicht H6440 , dat het aangezicht H2205 des ouden H5375 H8799 niet zal aannemen H5288 , noch den jonge H2603 H8799 genadig zijn.
  51 H6529 En het zal de vrucht H929 uwer beesten H6529 , en de vrucht H127 uws lands H398 H8804 opeten H8045 H8736 , totdat gij verdelgd zult zijn H1715 ; hetwelk u geen koren H8492 , most H3323 noch olie H7698 , voortzetting H504 uwer koeien H6251 noch kudden H6629 van uw klein vee H7604 H8686 zal overig laten H6 H8687 , totdat Hij u verdoe.
  52 H6887 H8689 En het zal u beangstigen H8179 in al uw poorten H1364 , totdat uw hoge H1219 H8803 en vaste H2346 muren H3381 H8800 nedervallen H2004 , op welke H982 H8802 gij vertrouwdet H776 in uw ganse land H6887 H8689 ; ja, het zal u beangstigen H8179 in al uw poorten H776 , in uw ganse land H3068 , dat u de HEERE H430 , uw God H5414 H8804 , gegeven heeft.
  53 H398 H8804 En gij zult eten H6529 de vrucht H990 uws buiks H1320 , het vlees H1121 uwer zonen H1323 en uwer dochteren H3068 , die u de HEERE H430 , uw God H5414 H8804 , gegeven zal hebben H4692 ; in de belegering H4689 en in de benauwing H341 H8802 , waarmede uw vijanden H6693 H8686 u zullen benauwen.
  54 H376 Aangaande den man H7390 , die teder H3966 onder u, en die zeer H6028 wellustig H5869 geweest is, zijn oog H3415 H8799 zal kwaad H251 zijn tegen zijn broeder H802 , en tegen de huisvrouw H2436 zijns schoots H3499 , en tegen zijn overige H1121 zonen H3498 H8686 , die hij overgehouden zal hebben;
  55 H259 Dat hij niet aan een H5414 H8800 van die zal geven H1320 van het vlees H1121 zijner zonen H398 H8799 , die hij eten zal H7604 H8689 , omdat hij voor zich niets heeft overgehouden H4692 ; in de belegering H4689 en in de benauwing H341 H8802 , waarmede uw vijand H8179 u in al uw poorten H6693 H8686 zal benauwen.
  56 H7390 Aangaande de tedere H6028 en wellustige H5254 H8765 [vrouw] onder u, die niet verzocht heeft H3709 H7272 haar voetzool H776 op de aarde H3322 H8687 te zetten H6026 H8692 , omdat zij zich wellustig H7391 en teder hield H5869 ; haar oog H3415 H8799 zal kwaad zijn H376 tegen den man H2436 haars schoots H1121 , en tegen haar zoon H1323 , en tegen haar dochter;
  57 H7988 En dat om haar nageboorte H7272 , die van tussen haar voeten H3318 H8802 uitgegaan zal zijn H1121 , en om haar zonen H3205 H8799 , die zij gebaard zal hebben H398 H8799 ; want zij zal hen eten H5643 in het verborgene H2640 , vermits gebrek H4692 van alles; in de belegering H4689 en in de benauwing H341 H8802 , waarmede uw vijand H6693 H8686 u zal benauwen H8179 in uw poorten.
  58 H8104 H8799 Indien gij niet zult waarnemen H6213 H8800 te doen H1697 al de woorden H8451 dezer wet H5612 , die in dit boek H3789 H8803 geschreven zijn H3372 H8800 , om te vrezen H3513 H8737 dezen heerlijken H3372 H8737 en vreselijken H8034 Naam H3068 , den HEERE H430 , uw God;
  59 H3068 Zo zal de HEERE H4347 uw plagen H6381 H8689 wonderlijk maken H4347 , mitsgaders de plagen H2233 van uw zaad H1419 ; het zullen grote H539 H8737 en gewisse H4347 plagen H7451 , en boze H539 H8737 en gewisse H2483 krankten zijn.
  60 H7725 H8689 En Hij zal op u doen keren H4064 alle kwalen H4714 van Egypte H6440 , voor H3025 H8804 dewelke gij gevreesd hebt H1692 H8804 , en zij zullen u aanhangen.
  61 H2483 Ook alle krankte H4347 , en alle plage H5612 , die in het boek H8451 dezer wet H3789 H8803 niet geschreven is H3068 , zal de HEERE H5927 H8686 over u doen komen H8045 H8736 , totdat gij verdelgd wordt.
  62 H4592 En gij zult met weinige H4962 mensen H7604 H8738 overgelaten worden H834 , in plaats dat H3556 gij geweest zijt als de sterren H8064 des hemels H7230 in menigte H6963 ; omdat gij der stem H3068 des HEEREN H430 , uws Gods H8085 H8804 , niet gehoorzaam geweest zijt.
  63 H3068 En het zal geschieden, gelijk als de HEERE H7797 H8804 Zich over ulieden verblijdde H3190 H8687 , u goed doende H7235 H8687 en u vermenigvuldigende H3068 , alzo zal Zich de HEERE H7797 H8799 over u verblijden H6 H8687 , u verdoende H8045 H8687 en u verdelgende H5255 H8738 ; en gij zult uitgerukt worden H127 uit het land H935 H8802 , waar gij naar toe gaat H3423 H8800 , om dat te erven.
  64 H3068 En de HEERE H6327 H8689 zal u verstrooien H5971 onder alle volken H7097 , van het ene einde H776 der aarde H7097 tot aan het andere einde H312 der aarde; en aldaar zult gij andere H430 goden H5647 H8804 dienen H3045 H8804 , die gij niet gekend hebt H1 , noch uw vaders H6086 , hout H68 en steen.
  65 H1992 Daartoe zult gij onder dezelve H1471 volken H7280 H8686 niet stil zijn H3709 H7272 , en uw voetzool H4494 zal geen rust H3068 hebben; want de HEERE H7268 zal u aldaar een bevend H3820 hart H5414 H8804 geven H3631 , en bezwijking H5869 der ogen H1671 , en mattigheid H5315 der ziel.
  66 H2416 En uw leven H5048 zal tegenover H8511 H8803 u hangen H3915 ; en gij zult nacht H3119 en dag H6342 H8804 schrikken H2416 , en gij zult van uw leven H539 H8686 niet zeker zijn.
  67 H1242 Des morgens H559 H8799 zult gij zeggen H4320 : Och H5414 H0 , dat H6153 het avond H5414 H8799 ware H6153 ; en des avonds H559 H8799 zult gij zeggen H4310 : Och H5414 H0 , dat H1242 het morgen H5414 H8799 ware H6343 ; vermits den schrik H3824 uws harten H6342 H8799 , waarmede gij zult verschrikt zijn H4758 , en vermits het gezicht H5869 uwer ogen H7200 H8799 , dat gij zien zult.
  68 H3068 En de HEERE H4714 zal u naar Egypte H7725 H8689 doen wederkeren H591 in schepen H1870 , door een weg H559 H8804 , waarvan ik u gezegd heb H3254 H8686 : Gij zult dien niet meer H7200 H8800 zien H341 H8802 ; en aldaar zult gij u aan uw vijanden H4376 H8694 willen verkopen H5650 tot dienstknechten H8198 en tot dienstmaagden H7069 H8802 ; maar er zal geen koper zijn.