6
H3470
En Jesaja
H559 H8799
zeide
H3541
tot hen: Zo
H413
zult gij tot
H113
uw heer
H559 H8799
zeggen
H3541
: Zo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H3372 H8799
: Vrees
H408
niet
H4480 H6440
voor
H1697
de woorden
H834
, die
H8085 H8804
gij gehoord hebt
H834
, waarmede
H853
Mij
H5288
de dienaars
H4428
van den koning
H804
van Assyrie
H1442 H8765
gelasterd hebben.
2 Kings 19:6 Cross References - DSV_Strongs
Exodus 14:13
13
H4872
Doch Mozes
H559 H8799
zeide
H5971
tot het volk
H3372 H8799
: Vreest
H3320 H8690
niet, staat vast
H7200 H8798
, en ziet
H3444
het heil
H3068
des HEEREN
H3117
, dat Hij heden
H6213 H8799
aan ulieden doen zal
H4714
, want de Egyptenaars
H3117
, die gij heden
H7200 H8804
gezien hebt
H3254 H8686
, zult gij niet weder
H7200 H8800
zien
H5704 H5769
in eeuwigheid.
Leviticus 26:8
Deuteronomy 20:1
1
H3318 H8799
Wanneer gij zult uittrekken
H4421
tot den strijd
H341 H8802
tegen uw vijanden
H7200 H8804
, en zult zien
H5483
paarden
H7393
en wagenen
H5971
, een volk
H7227
, meerder
H3372 H8799
dan gij, zo zult gij voor hen niet vrezen
H3068
; want de HEERE
H430
, uw God
H776 H4714
, is met u, Die u uit Egypteland
H5927 H8688
heeft opgevoerd.
Deuteronomy 20:3-4
3
H559 H8804
En tot hen zeggen
H8085 H8798
: Hoort
H3478
, Israel
H3117
! gijlieden zijt heden
H7131
na
H4421
aan den strijd
H341 H8802
tegen uw vijanden
H3824
; uw hart
H7401 H8735
worde niet week
H3372 H8799
, vreest
H2648 H8799
niet, en beeft
H6206 H8799
niet, en verschrikt
H6440
niet voor hun aangezicht.
Joshua 11:6
6
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H3091
Jozua
H3372 H8799
: Vrees
H408
niet
H4480
voor
H6440
hun aangezichten
H3588
; want
H4279
morgen
H2063
omtrent dezen
H6256
tijd
H595
zal Ik
H3605
hen altegader
H2491
verslagen
H5414 H8802
geven
H6440
voor het aangezicht
H3478
van Israel
H5483
; hun paarden
H6131 H8762
zult gij verlammen
H4818
, en hun wagenen
H784
met vuur
H8313 H8799
verbranden.
2 Kings 6:16
2 Kings 18:17
17
H7971 H8799
Evenwel zond
H4428
de koning
H804
van Assyrie
H8661
Tartan
H7249
, en Rabsaris
H7262
, en Rabsake
H4480
, van
H3923
Lachis
H413
tot
H4428
den koning
H2396
Hizkia
H3515
, met een zwaar
H2426
heir
H3389
naar Jeruzalem
H5927 H8799
; en zij togen op
H935 H8799
, en kwamen
H3389
naar Jeruzalem
H5927 H8799
. En als zij optogen
H935 H8799
en gekomen waren
H5975 H8799
, bleven zij staan
H8585
bij den watergang
H5945
des oppersten
H1295
vijvers
H834
, welke
H4546
is bij den hogen weg
H7704
van het veld
H3526 H8801
des vollers.
2 Kings 18:22-25
22
H3588
Maar
H413
zo gij tot
H559 H8799
mij zegt
H982 H8804
: Wij vertrouwen
H413
op
H3068
den HEERE
H430
, onzen God
H1931
; is Hij
H3808
die niet
H1116
, Wiens hoogten
H4196
en Wiens altaren
H2396
Hizkia
H5493 H8689
weggenomen heeft
H3063
, en tot Juda
H3389
en tot Jeruzalem
H559 H8799
gezegd heeft
H6440
: Voor
H2088
dit
H4196
altaar
H7812 H8691
zult gij u buigen
H3389
te Jeruzalem?
23
H6258
Nu dan
H6148 H8690
, wed
H4994
toch
H113
met mijn heer
H4428
, den koning
H804
van Assyrie
H505
; en ik zal u twee duizend
H5483
paarden
H5414 H8799
geven
H518
, zo
H7392 H8802
gij voor u de ruiters
H5921
daarop
H3201 H8799
zult kunnen
H5414 H8800
geven.
2 Kings 18:30
30
H2396
Daartoe dat Hizkia
H853
u
H408
niet
H982 H8686
doe vertrouwen
H413
op
H3068
den HEERE
H559 H8800
, zeggende
H3068
: De HEERE
H5337 H8687
zal ons zekerlijk
H5337 H8686
redden
H2063
, en deze
H5892
stad
H3808
zal niet
H3027
in de hand
H4428
van den koning
H804
van Assyrie
H5414 H8735
gegeven worden.
2 Kings 18:35
2 Chronicles 20:15
15
H559 H8799
En hij zeide
H7181 H8685
: Merkt op
H3605
, geheel
H3063
Juda
H3427 H8802
, en gij, inwoners
H3389
van Jeruzalem
H4428
, en gij, koning
H3092
Josafat
H3541
! Alzo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H3372 H8799
tot ulieden: Vreest
H859
gijlieden
H408
niet
H2865 H0
, en wordt
H408
niet
H2865 H8735
ontzet
H4480 H6440
vanwege
H2088
deze
H7227
grote
H1995
menigte
H3588
; want
H4421
de strijd
H3808
is niet
H3588
uwe, maar
H430
Gods.
2 Chronicles 20:17
17
H2063
Gij zult in dezen
H3808
[strijd] niet
H3898 H8736
te strijden hebben
H3320 H8690
; stelt uzelven
H5975 H8798
, staat
H7200 H8798
en ziet
H3444
het heil
H3068
des HEEREN
H5973
met
H3063
u, o Juda
H3389
en Jeruzalem
H3372 H8799
! Vreest
H408
niet
H2865 H8735
, en ontzet u
H408
niet
H3318 H0
, gaat
H4279
morgen
H3318 H8798
uit
H6440
, hun tegen
H3068
, want de HEERE
H5973
zal met u wezen.
Psalms 74:18
Psalms 74:23
Isaiah 37:6-38
6
H3470
En Jesaja
H559 H8799
zeide
H113
tot hen: Zo zult gijlieden tot uw heer
H559 H8799
zeggen
H559 H8804
: Zo zegt
H3068
de HEERE
H3372 H8799
: Vrees
H6440
niet voor
H1697
de woorden
H8085 H8804
, die gij gehoord hebt
H5288
, waarmede Mij de dienaars
H4428
des konings
H804
van Assyrie
H1442 H8765
gelasterd hebben.
7
H7307
Zie, Ik zal een geest
H5414 H8802
in hem geven
H8052
, dat hij een gerucht
H8085 H8804
horen zal
H776
, en weder in zijn land
H7725 H8804
keren
H2719
; en Ik zal hem door het zwaard
H776
in zijn land
H5307 H8689
vellen.
8
H7725 H0
Zo kwam
H7262
Rabsake
H7725 H8799
weder
H4672 H8799
, en hij vond
H4428
den koning
H804
van Assyrie
H3898 H8737
strijdende
H3841
tegen Libna
H8085 H8804
; want hij had gehoord
H3923
, dat hij van Lachis
H5265 H8804
vertrokken was.
9
H8085 H8799
Als hij nu hoorde
H8640
van Tirhaka
H4428
, den koning
H3568
van Cusch
H559 H8800
, zeggen
H3318 H8804
: Hij is uitgetogen
H3898 H8736
, om tegen u te strijden
H8085 H8799
; toen hij zulks hoorde
H7971 H8799
, zo zond hij
H4397
[weder] boden
H2396
tot Hizkia
H559 H8800
, zeggende:
10
H559 H8799
Zo zult gijlieden spreken
H2396
tot Hizkia
H4428
, den koning
H3063
van Juda
H559 H8800
, zeggende
H430
: Laat u uw God
H5377 H8686
niet bedriegen
H982 H8802
, op Welken gij vertrouwt
H559 H8800
, zeggende
H3389
: Jeruzalem
H3027
zal in de hand
H4428
des konings
H804
van Assyrie
H5414 H8735
niet gegeven worden.
11
H8085 H8804
Zie, gij hebt gehoord
H4428
, wat de koningen
H804
van Assyrie
H776
aan alle landen
H6213 H8804
gedaan hebben
H2763 H8687
, die verbannende
H5337 H8735
; en zoudt gij gered worden?
12
H430
Hebben de goden
H1471
der volken
H1
die mijn vaders
H7843 H8689
verdorven hebben
H5337 H8689
, dezelven gered
H1470
, [als] Gozan
H2771
, en Haran
H7530
, en Rezef
H1121
, en de kinderen
H5729
van Eden
H8515
, die in Telasser waren?
13
H4428
Waar is de koning
H2574
van Hamath
H4428
, en de koning
H774
van Arpad
H4428
, en de koning
H5892
der stad
H5617
Sefarvaim
H2012
, Hena
H5755
en Ivva?
14
H2396
Als nu Hizkia
H5612
de brieven
H4397
uit der boden
H3027
hand
H3947 H8799
ontvangen
H7121 H8799
, en die gelezen had
H5927 H8799
, ging hij op
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN
H2396
; en Hizkia
H6566 H8799
breidde die uit
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN.
16
H3068
O HEERE
H6635
der heirscharen
H430
, Gij, God
H3478
van Israel
H3742
, Die tussen de cherubim
H3427 H8802
woont
H430
! Gij Zelf, Gij alleen zijt de God
H4467
van alle koninkrijken
H776
der aarde
H8064
; Gij hebt den hemel
H776
en de aarde
H6213 H8804
gemaakt!
17
H3068
O HEERE
H5186 H8685
! neig
H241
Uw oor
H8085 H8798
en hoor
H3068
, HEERE
H5869
! doe Uw ogen
H6491 H8798
open
H7200 H8798
, en zie
H8085 H8798
; en hoor
H1697
al de woorden
H5576
van Sanherib
H7971 H8804
, die gezonden heeft
H2416
om den levenden
H430
God
H2778 H8763
te honen.
18
H551
Waarlijk
H3068
, HEERE
H4428
! hebben de koningen
H804
van Assyrie
H776
al de landen
H776
, mitsgaders derzelver landerijen
H2717 H8689
verwoest;
19
H430
En hebben hun goden
H784
in het vuur
H5414 H8800
geworpen
H430
; want zij waren geen goden
H4639
, maar het werk
H120 H3027
van mensenhanden
H6086
, hout
H68
en steen
H6 H8762
; daarom hebben zij die verdorven.
20
H3068
Nu dan, HEERE
H430
, onze God
H3467 H8685
, verlos
H3027
ons uit zijn hand
H4467
, zo zullen alle koninkrijken
H776
der aarde
H3045 H8799
weten
H3068
, dat Gij alleen de HEERE zijt.
21
H7971 H8799
Toen zond
H3470
Jesaja
H1121
, de zoon
H531
van Amoz
H2396
, tot Hizkia
H559 H8800
, om te zeggen
H559 H8804
: Alzo zegt
H3068
de HEERE
H430
, de God
H3478
Israels
H6419 H8694
: Dat gij tot Mij gebeden hebt
H5576
tegen Sanherib
H4428
, den koning
H804
van Assyrie, [heb] [Ik] [gehoord].
22
H1697
Dit is het woord
H3068
, dat de HEERE
H1696 H8765
over hem gesproken heeft
H1330
: De jonkvrouw
H1323
, de dochter
H6726
van Sion
H959 H8804
, veracht
H3932 H8804
u, zij bespot
H1323
u, de dochter
H3389
van Jeruzalem
H5128 H8689
schudt
H7218
het hoofd
H310
achter u.
23
H2778 H8765
Wien hebt gij gehoond
H1442 H8765
, en gelasterd
H6963
, en tegen Wien hebt gij de stem
H7311 H8689
verheven
H5869
, en uw ogen
H4791
omhoog
H5375 H8799
opgeheven
H6918
? Tegen den Heilige
H3478
Israels!
24
H3027
Door middel
H5650
uwer dienstknechten
H136
hebt gij den HEERE
H2778 H8765
gehoond
H559 H8799
, en gezegd
H7230
: Ik heb met de menigte
H7393
mijner wagenen
H5927 H8804
beklommen
H4791
de hoogte
H2022
der bergen
H3411
, de zijden
H3844
van Libanon
H6967
; en ik zal zijn hoge
H730
cederbomen
H4005
en zijn uitgelezen
H1265
dennebomen
H3772 H8799
afhouwen
H935 H8799
; en zal komen
H7093
tot zijn uiterste
H4791
hoogte
H3293
, in het woud
H3760
zijns schonen velds.
25
H6979 H8804
Ik heb gegraven
H4325
en de wateren
H8354 H8804
gedronken
H3709 H6471
; en ik heb met mijn voetzolen
H2975
alle rivieren
H4693
der belegerde plaatsen
H2717 H8686
verdroogd.
26
H8085 H8804
Hebt gij niet gehoord
H7350
, dat Ik zulks lang te voren
H6213 H8804
gedaan heb
H6924
, en dat van de oude
H3117
dagen
H3335 H8804
af geformeerd heb
H935 H8689
? Nu heb Ik dat doen komen
H1219 H8803
, dat gij zoudt zijn, om de vaste
H5892
steden
H7582 H8687
te verstoren
H5327 H8737
tot woeste
H1530
hopen.
27
H3427 H8802
Daarom waren haar inwoners
H7116 H3027
handeloos
H2865 H8804
, zij waren verslagen
H954 H8804
en beschaamd
H6212
; zij waren [als] het gras
H7704
des velds
H3419
en de groene
H1877
grasscheutjes
H2682
, [als] het hooi
H1406
der daken
H7709
, en het brandkoren
H6440
, eer
H7054
het overeind staat.
28
H3045 H8804
Maar Ik weet
H3427 H8800
uw zitten
H3318 H8800
, en uw uitgaan
H935 H8800
, en uw inkomen
H7264 H8692
, en uw woeden tegen Mij.
29
H7264 H8692
Om uw woeden
H7600
tegen Mij, en dat uw woeling
H241
voor Mijn oren
H5927 H8804
opgekomen is
H2397
, zo zal Ik Mijn haak
H639
in uw neus
H7760 H8804
leggen
H4964
, en Mijn gebit
H8193
in uw lippen
H7725 H8689
, en Ik zal u doen wederkeren
H1870
door dien weg
H935 H8804
, door denwelken gij gekomen zijt.
30
H226
En dat zij u een teken
H8141
, dat men [in] dit jaar
H5599
, wat van zelf gewassen is
H398 H8800
, eten zal
H8145
, en in het tweede
H8141
jaar
H7823
, wat daarvan weder uitspruit
H2232 H8798
; maar zaait
H7992
in het derde
H8141
jaar
H7114 H8798
, en maait
H5193 H8798
, en plant
H3754
wijngaarden
H398 H8798
, en eet
H6529
hun vruchten.
31
H7604 H8737
Want het ontkomene
H6413
, dat overgebleven is
H1004
van het huis
H3063
van Juda
H3254 H8804
, zal wederom
H4295
nederwaarts
H8328
wortelen
H4605
, en het zal opwaarts
H6529
vrucht
H6213 H8804
dragen.
32
H3389
Want van Jeruzalem
H7611
zal het overblijfsel
H3318 H8799
uitgaan
H6413
, en het ontkomene
H2022
van den berg
H6726
Sion
H7068
; de ijver
H3068
des HEEREN
H6635
der heirscharen
H6213 H8799
zal dit doen.
33
H559 H8804
Daarom, zo zegt
H3068
de HEERE
H4428
van den koning
H804
van Assyrie
H5892
: Hij zal in deze stad
H935 H8799
niet komen
H2671
, noch daar een pijl
H3384 H8686
inschieten
H4043
; ook zal hij [met] geen schild
H6923 H8762
daarvoor komen
H5550
, en zal geen wal
H8210 H8799
daartegen opwerpen.
34
H1870
Door den weg
H935 H8804
, dien hij gekomen is
H7725 H8799
, door dien zal hij wederkeren
H5892
; maar in deze stad
H935 H8799
zal hij niet komen
H5002 H8803
, zegt
H3068
de HEERE.
35
H5892
Want Ik zal deze stad
H1598 H8804
beschermen
H3467 H8687
, om die te verlossen
H1732
, om Mijnentwil, en om Davids
H5650
, Mijns knechts wil.
36
H3318 H0
Toen voer
H4397
de engel
H3068
des HEEREN
H3318 H8799
uit
H5221 H8686
, en sloeg
H4264
in het leger
H804
van Assyrie
H3967
honderd
H2568
vijf
H8084
en tachtig
H505
duizend
H1242
. En toen zij zich des morgens
H7925 H8686
vroeg opmaakten
H4191 H8801
, ziet, die allen waren dode
H6297
lichamen.
37
H5265 H8799
Zo vertrok
H5576
Sanherib
H4428
, de koning
H804
van Assyrie
H3212 H8799
, en toog henen
H7725 H8799
, en keerde weder
H3427 H8799
; en hij bleef
H5210
te Nineve.
38
H1004
Het geschiedde nu, als hij in het huis
H5268
van Nisroch
H430
, zijn god
H7812 H8693
, zich nederboog
H152
, dat Adramelech
H8272
en Sarezer
H1121
, zijn zonen
H2719
, hem met het zwaard
H5221 H8689
versloegen
H4422 H8738
; doch zij ontkwamen
H776
in het land
H780
van Ararat
H634
; en Esar-haddon
H1121
, zijn zoon
H4427 H8799
, werd koning in zijn plaats.
Isaiah 41:10-14
10
H3372 H8799
Vrees
H8159 H8691
niet, want Ik ben met u; zijt niet verbaasd
H430
, want Ik ben uw God
H553 H8765
; Ik sterk
H5826 H8804
u, ook help Ik
H8551 H8804
u, ook ondersteun Ik
H3225
u met de rechterhand
H6664
Mijner gerechtigheid.
11
H954 H8799
Ziet, zij zullen beschaamd
H3637 H8735
en te schande worden
H2734 H8737
, allen, die tegen u ontstoken zijn
H582
; zij zullen worden als niet, en die lieden
H7379
, die met u twisten
H6 H8799
, zullen vergaan.
12
H1245 H8762
Gij zult hen zoeken
H4672 H8799
, maar zult hen niet vinden
H582
; de lieden
H4695
, die met u kijven
H4421
, zullen worden als niet, en die lieden, die met u oorlogen
H657
, als een nietig ding.
Isaiah 51:7
Isaiah 51:12-13
12
H5162 H8764
Ik, Ik ben het, Die u troost
H3372 H8799
; wie zijt gij, dat gij vreest
H582
voor den mens
H4191 H8799
, die sterven zal
H120
? en voor eens mensen
H1121
kind
H2682
, [dat] hooi
H5414 H8735
worden zal?
13
H7911 H8799
En vergeet
H3068
den HEERE
H6213 H8802
, Die u gemaakt heeft
H8064
, Die de hemelen
H5186 H8802
heeft uitgebreid
H776
, en de aarde
H3245 H8801
gegrond heeft
H6342 H8762
, en vreest
H8548
geduriglijk
H3117
den gansen dag
H6440
, vanwege
H2534
de grimmigheid
H6693 H8688
des benauwers
H834
, wanneer
H3559 H8790
hij zich bereidt
H7843 H8687
om te verderven
H2534
? Waar is dan de grimmigheid
H6693 H8688
des benauwers?