1 Chronicles 10 Cross References - DSV_Strongs

  1 H6430 En de Filistijnen H3898 H8738 streden H3478 tegen Israel H376 , en de mannen H3478 van Israel H5127 H8799 vloden H4480 voor H6440 het aangezicht H6430 der Filistijnen H5307 H8799 , en zij vielen H2491 verslagen H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.
  2 H6430 En de Filistijnen H1692 H8686 hielden dicht H310 achter H7586 Saul H310 aan en achter H1121 zijn zonen H6430 ; en de Filistijnen H5221 H8686 sloegen H3129 Jonathan H41 , en Abinadab H4444 , en Malchi-sua H1121 , de zonen H7586 van Saul.
  3 H4421 En de strijd H3513 H8799 werd zwaar H5921 tegen H7586 Saul H3384 H8688 , en de schutters H7198 met de bogen H4672 H8799 troffen hem aan H2342 H8799 ; en hij vreesde H4480 zeer voor H3384 H8802 de schutters.
  4 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H413 tot H5375 H8802 H3627 zijn wapendrager H8025 H8798 : Trek H2719 uw zwaard H1856 H8798 uit en doorsteek H6435 H0 mij daarmede, dat misschien H428 deze H6189 onbesnedenen H6435 niet H935 H8799 komen H5953 H8694 , en met mij den spot drijven H5375 H8802 H3627 . Maar zijn wapendrager H14 H8804 wilde H3808 niet H3588 , want H3372 H8804 hij vreesde H3966 zeer H3947 H8799 . Toen nam H7586 Saul H2719 het zwaard H5307 H8799 , en viel H5921 daarin.
  5 H5375 H8802 H3627 Toen zijn wapendrager H7200 H8799 zag H3588 , dat H7586 Saul H4191 H8804 dood was H5307 H8799 , zo viel H1931 hij H1571 ook H5921 in H2719 het zwaard H4191 H8799 en stierf.
  6 H4191 H8799 Alzo stierf H7586 Saul H7969 en zijn drie H1121 zonen H3605 ; ook zijn ganse H1004 huis H3162 is tegelijk H4191 H8804 gestorven.
  7 H3605 Als al H376 de mannen H3478 van Israel H834 , die H6010 in het dal H7200 H8799 waren, zagen H3588 , dat H5127 H8804 zij gevloden waren H3588 , en dat H7586 Saul H1121 en zijn zonen H4191 H8804 dood waren H5800 H8799 , zo verlieten zij H5892 hun steden H5127 H8799 , en zij vloden H935 H8799 . Toen kwamen H6430 de Filistijnen H3427 H8799 en woonden daarin.
  8 H1961 H8799 Het geschiedde H4480 nu des H4283 anderen daags H6430 , als de Filistijnen H935 H8799 kwamen H2491 om de verslagenen H6584 H8763 te plunderen H4672 H8799 , zo vonden zij H7586 Saul H1121 en zijn zonen H5307 H8802 , liggende H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.
  9 H6584 H8686 En zij plunderden H5375 H8799 hem, en zij namen H7218 zijn hoofd H3627 en zijn wapenen H7971 H8762 , en zij zonden H6430 ze in der Filistijnen H776 land H5439 rondom H1319 H8763 , om [dit] te boodschappen H6091 aan hun afgoden H5971 , en aan het volk.
  10 H7760 H8799 En zij leiden H3627 zijn wapenen H1004 in het huis H430 huns gods H1538 ; en zijn hoofd H8628 H8804 hechtten zij H1004 in het huis H1712 van Dagon.
  11 H3605 Als geheel H3003 Jabes H1568 in Gilead H8085 H8799 hoorde H3605 alles H834 , wat H6430 de Filistijnen H7586 Saul H6213 H8804 gedaan hadden,
  12 H6965 H0 Zo maakten zich H3605 alle H2428 strijdbare H376 mannen H6965 H8799 op H5375 H8799 , en zij namen H1480 het lichaam H7586 van Saul H1480 , en de lichamen H1121 zijner zonen H935 H8686 , en zij brachten H3003 ze te Jabes H6912 H8799 ; en zij begroeven H6106 hun beenderen H8478 onder H424 een eikenboom H3003 te Jabes H6684 H8799 , en zij vastten H7651 zeven H3117 dagen.
  13 H4191 H8799 Alzo stierf H7586 Saul H4604 , in zijn overtreding H834 , waarmede H4603 H8804 hij overtreden had H3068 tegen den HEERE H5921 , tegen H1697 het woord H3068 des HEEREN H834 hetwelk H3808 hij niet H8104 H8804 gehouden had H1571 ; en ook H178 omdat hij de waarzegster H7592 H8800 gevraagd had H1875 H8800 , haar zoekende,
  14 H3068 En den HEERE H3808 niet H1875 H8804 gezocht had H4191 H8686 ; daarom doodde Hij H5437 H8686 hem, en keerde H4410 het koninkrijk H1732 tot David H1121 , den zoon H3448 van Isai.

1 Samuel 28:1

  1 H1961 H8799 En het geschiedde H1992 in die H3117 dagen H6430 , als de Filistijnen H4264 hun legers H6908 H8799 vergaderden H6635 tot den strijd H3478 , om tegen Israel H3898 H8736 te strijden H559 H8799 , zo zeide H397 Achis H413 tot H1732 David H3045 H8800 : Gij zult zekerlijk H3045 H8799 weten H3588 , dat H854 gij met H4264 mij in het leger H3318 H8799 zult uittrekken H859 , gij H582 en uw mannen.

1 Samuel 28:4

  4 H6430 En de Filistijnen H935 H8799 kwamen H6908 H8735 en vergaderden zich H2583 H8799 , en zij legerden zich H7766 te Sunem H7586 ; en Saul H6908 H8799 vergaderde H3605 gans H3478 Israel H2583 H8799 , en zij legerden zich H1533 op Gilboa.

1 Samuel 29:1-2

  1 H6430 De Filistijnen H3605 nu hadden al H4264 hun legers H6908 H8799 vergaderd H663 te Afek H3478 ; en de Israelieten H2583 H8802 legerden zich H5869 bij de fontein H834 , die H3157 bij Jizreel is.
  2 H5633 En de vorsten H6430 der Filistijnen H5674 H8802 togen daarheen H3967 met honderden H505 , en met duizenden H1732 ; doch David H582 met zijn mannen H5674 H8802 togen H5973 met H397 Achis H314 in den achtertocht.

1 Samuel 31:1-13

  1 H6430 De Filistijnen H3898 H8737 dan streden H3478 tegen Israel H582 ; en de mannen H3478 Israels H5127 H8799 vloden H4480 voor H6440 het aangezicht H6430 der Filistijnen H5307 H8799 , en vielen H2491 verslagen H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.
  2 H6430 En de Filistijnen H1692 H8686 hielden dicht H7586 op Saul H1121 en zijn zonen H6430 ; en de Filistijnen H5221 H8686 sloegen H3083 Jonathan H41 , en Abinadab H4444 , en Malchisua H1121 , de zonen H7586 van Saul.
  3 H4421 En de strijd H3513 H8799 werd zwaar H413 tegen H7586 Saul H582 ; en de mannen H7198 , die met den boog H3384 H8688 schieten H4672 H8799 , troffen hem aan H2342 H8799 , en hij vreesde H3966 zeer H4480 voor H3384 H8688 de schutters.
  4 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H5375 H8802 H3627 tot zijn wapendrager H8025 H8798 : Trek H2719 uw zwaard H1856 H8798 uit, en doorsteek H6435 H0 mij daarmede, dat misschien H428 deze H6189 onbesnedenen H6435 niet H935 H8799 komen H1856 H8804 , en mij doorsteken H5953 H8694 , en met mij den spot drijven H5375 H8802 H3627 . Maar zijn wapendrager H14 H8804 wilde H3808 niet H3588 , want H3372 H8804 hij vreesde H3966 zeer H3947 H8799 . Toen nam H7586 Saul H2719 het zwaard H5307 H8799 , en viel H5921 daarin.
  5 H5375 H8802 H3627 Toen zijn wapendrager H7200 H8799 zag H3588 , dat H7586 Saul H4191 H8804 dood was H5307 H8799 , zo viel H1931 hij H1571 ook H5921 in H2719 zijn zwaard H4191 H8799 en stierf H5973 met hem.
  6 H4191 H8799 Alzo stierf H7586 Saul H7969 , en zijn drie H1121 zonen H5375 H8802 H3627 , en zijn wapendrager H1571 , ook H3605 al H582 zijn mannen H1931 , te dienzelven H3117 dage H3162 te gelijk.
  7 H582 Als de mannen H3478 van Israel H834 , die H5676 aan deze zijde H6010 van het dal H834 waren, en die H5676 aan deze zijde H3383 der Jordaan H7200 H8799 waren, zagen H3588 , dat H582 de mannen H3478 van Israel H5127 H8804 gevloden waren H3588 , en dat H7586 Saul H1121 en zijn zonen H4191 H8804 dood waren H5800 H8799 , zo verlieten zij H5892 de steden H5127 H8799 , en zij vloden H935 H8799 . Toen kwamen H6430 de Filistijnen H3427 H8799 en woonden daarin.
  8 H1961 H8799 Het geschiedde H4480 nu des H4283 anderen daags H6430 , als de Filistijnen H935 H8799 kwamen H2491 , om de verslagenen H6584 H8763 te plunderen H4672 H8799 , zo vonden zij H7586 Saul H7969 en zijn drie H1121 zonen H5307 H8802 , liggende H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.
  9 H3772 H0 En zij hieuwen H7218 zijn hoofd H3772 H8799 af H6584 H0 , en zij togen H3627 zijn wapenen H6584 H8686 uit H7971 H8762 , en zij zonden H6430 ze in der Filistijnen H776 land H5439 rondom H1319 H8763 , om te boodschappen H1004 in het huis H6091 hunner afgoden H5971 , en onder het volk.
  10 H7760 H8799 En zij leiden H3627 zijn wapenen H1004 in het huis H6252 H8677 H1045 van Astharoth H1472 ; en zijn lichaam H8628 H8804 hechtten zij H2346 aan den muur H1052 te Beth-san.
  11 H3427 H8802 Als de inwoners H3003 van Jabes H1568 in Gilead H413 daarvan H8085 H8799 hoorden H834 , wat H6430 de Filistijnen H7586 Saul H6213 H8804 gedaan hadden;
  12 H6965 H8799 Zo maakten zich op H3605 alle H2428 strijdbare H376 H8677 H381 mannen H3212 H8799 , en gingen H3605 den gehelen H3915 nacht H3947 H8799 , en zij namen H1472 het lichaam H7586 van Saul H1472 , en de lichamen H1121 zijner zonen H4480 , van H2346 den muur H1052 te Beth-san H935 H8799 ; en zij kwamen H3003 te Jabes H8313 H8799 , en brandden H853 ze H8033 aldaar.
  13 H3947 H8799 En zij namen H6106 hun beenderen H6912 H8799 , en begroeven H8478 ze onder H815 het geboomte H3003 te Jabes H6684 H8799 ; en zij vastten H7651 zeven H3117 dagen.

2 Samuel 1:6

  6 H559 H8799 Toen zeide H5288 de jongen H5046 H8688 , die hem de boodschap bracht H7136 H8738 : Ik kwam H7122 H8736 bij geval H2022 op het gebergte H1533 van Gilboa H2009 ; en ziet H7586 , Saul H8172 H8737 leunde H5921 op H2595 zijn spies H2009 ; en ziet H7393 , de wagens H1167 H6571 en ritmeesters H1692 H8689 hielden dicht op hem.

2 Samuel 1:21

  21 H2022 Gij, bergen H1533 van Gilboa H408 , noch H2919 dauw H408 noch H4306 regen H5921 moet zijn op H7704 u, noch velden H8641 der hefofferen H3588 ; want H8033 aldaar H1368 is der helden H4043 schild H1602 H8738 smadelijk weggeworpen H4043 , het schild H7586 van Saul H1097 , alsof hij niet H4899 gezalfd H8081 ware geweest met olie.

2 Samuel 21:12

  12 H3212 H8799 Zo ging H1732 David H3947 H8799 henen, en nam H6106 de beenderen H7586 van Saul H6106 , en de beenderen H3083 van Jonathan H1121 , zijn zoon H4480 , van H1167 de burgeren H3003 van Jabes H1568 in Gilead H834 , die H853 dezelve H1589 H8804 gestolen hadden H4480 van H7339 de straat H1052 Beth-san H834 H8803 , alwaar H6430 de Filistijnen H8511 H8804 H8675 H8518 H8804 ze hadden opgehangen H3117 , ten dage H6430 als de Filistijnen H7586 Saul H5221 H8687 sloegen H1533 op Gilboa.

1 Chronicles 10:8

  8 H1961 H8799 Het geschiedde H4480 nu des H4283 anderen daags H6430 , als de Filistijnen H935 H8799 kwamen H2491 om de verslagenen H6584 H8763 te plunderen H4672 H8799 , zo vonden zij H7586 Saul H1121 en zijn zonen H5307 H8802 , liggende H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.

Exodus 20:5

  5 H7812 H8691 Gij zult u voor die niet buigen H5647 H8714 , noch hen dienen H3068 ; want Ik, de HEERE H430 uw God H7067 , ben een ijverig H410 God H5771 , Die de misdaad H1 der vaderen H6485 H8802 bezoek H1121 aan de kinderen H8029 , aan het derde H7256 , en aan het vierde H8130 H8802 [lid] dergenen, die Mij haten;

1 Samuel 14:6

  6 H3083 Jonathan H559 H8799 nu zeide H413 tot H5288 den jongen H3627 , die zijn wapenen H5375 H8802 droeg H3212 H8798 : Kom H413 , en laat ons tot H4673 de bezetting H428 dezer H6189 onbesnedenen H5674 H8799 overgaan H194 ; misschien H3068 zal de HEERE H6213 H8799 voor ons werken H3588 ; want H3068 bij den HEERE H369 is geen H4622 verhindering H3467 H8687 , om te verlossen H7227 door velen H176 of H4592 door weinigen.

1 Samuel 14:39-40

  39 H3588 Want H3068 [zo] [waarachtig] [als] de HEERE H2416 leeft H3478 , Die Israel H3467 H8688 verlost H3588 H518 , al H3426 ware het H1121 in mijn zoon H3129 Jonathan H3588 , H4191 H8800 zo zal hij den dood H4191 H8799 sterven H369 ; en niemand H4480 uit H3605 het ganse H5971 volk H6030 H8802 antwoordde hem.
  40 H559 H8799 Verder zeide hij H413 tot H3605 het ganse H3478 Israel H859 : Gijlieden H259 zult aan de ene H5676 zijde H1961 H8799 zijn H589 , en ik H1121 en mijn zoon H3129 Jonathan H259 zullen aan de andere H5676 zijde H1961 H8799 zijn H559 H8799 . Toen zeide H5971 het volk H413 tot H7586 Saul H6213 H8798 : Doe H2896 , wat goed H5869 is in uw ogen.

1 Samuel 14:49

  49 H1121 De zonen H7586 van Saul H1961 H8799 nu waren H3129 : Jonathan H3440 , en Isvi H4444 , en Malchi-sua H8034 ; en de namen H8147 zijner twee H1323 dochteren H8034 waren [deze]: de naam H1067 der eerstgeborene H4764 was Merab H8034 , en de naam H6996 der kleinste H4324 Michal.

2 Kings 23:29

  29 H3117 In zijn dagen H5927 H8804 toog H6549 Farao Necho H4428 , de koning H4714 van Egypte H5921 , op tegen H4428 den koning H804 van Assyrie H5921 , naar H5104 de rivier H6578 Frath H4428 ; en de koning H2977 Josia H3212 H8799 toog H7125 H8800 hem tegemoet H4191 H8686 , en hij doodde H4023 hem te Megiddo H853 , als hij hem H7200 H8800 gezien had.

2 Kings 25:7

  7 H7819 H8804 En zij slachtten H1121 de zonen H6667 van Zedekia H5869 voor zijn ogen H5786 H8765 , en men verblindde H6667 Zedekia's H5869 ogen H631 H8799 , en zij bonden H5178 hem met twee koperen H5178 ketenen H935 H8686 , en voerden H894 hem naar Babel.

1 Chronicles 8:33

  33 H5369 Ner H3205 H8689 nu gewon H7027 Kis H7027 , en Kis H3205 H8689 gewon H7586 Saul H7586 , en Saul H3205 H8689 gewon H3083 Jonathan H4444 , en Malchi-sua H41 , Abinadab H792 , en Esbaal.

1 Chronicles 9:39

  39 H5369 En Ner H3205 H8689 gewon H7027 Kis H7027 , en Kis H3205 H8689 gewon H7586 Saul H7586 , en Saul H3205 H8689 gewon H3083 Jonathan H4444 , en Malchi-sua H41 , en Abinadab H792 , en Esbaal.

Isaiah 57:1-2

  1 H6662 De rechtvaardige H6 H8804 komt om H376 , en er is niemand H3820 , die het ter harte H7760 H8802 neemt H2617 ; en de weldadige H582 lieden H622 H8737 worden weggeraapt H995 H8688 , zonder dat er iemand op let H6662 , dat de rechtvaardige H622 H8738 weggeraapt wordt H6440 voor H7451 het kwaad.
  2 H935 H8799 Hij zal ingaan H7965 [in] den vrede H5117 H8799 ; zij zullen rusten H4904 op hun slaapsteden H5228 , een iegelijk, die [in] zijn oprechtheid H1980 H8802 gewandeld heeft.

Genesis 49:23-24

  23 H1167 H2671 De schutters H4843 H8762 hebben hem wel bitterheid aangedaan H7232 H8804 , en beschoten H7852 H8799 , en hem gehaat;
  24 H7198 Maar zijn boog H386 is in stijvigheid H3427 H8799 gebleven H2220 , en de armen H3027 zijner handen H6339 H8799 zijn gesterkt geworden H4480 , door H3027 de handen H46 van den Machtige H3290 Jakobs H4480 H8033 ; daarvan H7462 H8802 is hij een herder H68 , een steen H3478 Israels;

1 Samuel 31:3-6

  3 H4421 En de strijd H3513 H8799 werd zwaar H413 tegen H7586 Saul H582 ; en de mannen H7198 , die met den boog H3384 H8688 schieten H4672 H8799 , troffen hem aan H2342 H8799 , en hij vreesde H3966 zeer H4480 voor H3384 H8688 de schutters.
  4 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H5375 H8802 H3627 tot zijn wapendrager H8025 H8798 : Trek H2719 uw zwaard H1856 H8798 uit, en doorsteek H6435 H0 mij daarmede, dat misschien H428 deze H6189 onbesnedenen H6435 niet H935 H8799 komen H1856 H8804 , en mij doorsteken H5953 H8694 , en met mij den spot drijven H5375 H8802 H3627 . Maar zijn wapendrager H14 H8804 wilde H3808 niet H3588 , want H3372 H8804 hij vreesde H3966 zeer H3947 H8799 . Toen nam H7586 Saul H2719 het zwaard H5307 H8799 , en viel H5921 daarin.
  5 H5375 H8802 H3627 Toen zijn wapendrager H7200 H8799 zag H3588 , dat H7586 Saul H4191 H8804 dood was H5307 H8799 , zo viel H1931 hij H1571 ook H5921 in H2719 zijn zwaard H4191 H8799 en stierf H5973 met hem.
  6 H4191 H8799 Alzo stierf H7586 Saul H7969 , en zijn drie H1121 zonen H5375 H8802 H3627 , en zijn wapendrager H1571 , ook H3605 al H582 zijn mannen H1931 , te dienzelven H3117 dage H3162 te gelijk.

2 Samuel 1:4-10

  4 H559 H8799 Voorts zeide H1732 David H413 tot H4100 hem: Wat H1961 H8804 is H1697 de zaak H5046 H8685 ? Verhaal H4994 het mij toch H559 H8799 . En hij zeide H834 , dat H5971 het volk H4480 uit H4421 den strijd H5127 H8804 gevloden was H1571 , en dat er ook H7235 H8687 velen H4480 van H5971 het volk H5307 H8804 gevallen H4191 H8799 en gestorven waren H1571 , dat ook H7586 Saul H1121 en zijn zoon H3083 Jonathan H4191 H8804 dood waren.
  5 H1732 En David H559 H8799 zeide H413 tot H5288 den jongen H5046 H8688 , die hem de boodschap bracht H349 : Hoe H3045 H8804 weet gij H3588 , dat H7586 Saul H4191 H8804 dood is H1121 , en zijn zoon H3083 Jonathan?
  6 H559 H8799 Toen zeide H5288 de jongen H5046 H8688 , die hem de boodschap bracht H7136 H8738 : Ik kwam H7122 H8736 bij geval H2022 op het gebergte H1533 van Gilboa H2009 ; en ziet H7586 , Saul H8172 H8737 leunde H5921 op H2595 zijn spies H2009 ; en ziet H7393 , de wagens H1167 H6571 en ritmeesters H1692 H8689 hielden dicht op hem.
  7 H6437 H8799 Zo zag hij H310 achter H7200 H8799 zich om, en zag H7121 H8799 mij, en hij riep H413 mij H559 H8799 , en ik zeide H2009 : Zie, [hier] ben ik.
  8 H559 H8799 En hij zeide H4310 tot mij: Wie H859 zijt gij H559 H8799 ? En ik zeide H413 tot H595 hem: Ik H6003 ben een Amalekiet.
  9 H559 H8799 Toen zeide hij H413 tot H5975 H8798 mij: Sta H4994 toch H5921 bij H4191 H8786 mij, en dood H3588 mij; want H7661 deze malienkolder H270 H8804 heeft mij opgehouden H3588 ; want H5315 mijn leven H5750 is nog H3605 gans in mij.
  10 H5975 H8799 Zo stond ik H5921 bij H4191 H8787 hem, en doodde H3588 hem; want H3045 H8804 ik wist H3588 , dat H310 hij na H5307 H8800 zijn val H3808 niet H2421 H8799 leven zou H3947 H8799 ; en ik nam H5145 de kroon H834 , die H5921 op H7218 zijn hoofd H685 was, en het armgesmijde H834 , dat H5921 aan H2220 zijn arm H2008 was, en heb ze hier H413 tot H113 mijn heer H935 H8686 gebracht.

Amos 2:14

  14 H7031 Zodat de snelle H4498 H6 H8804 niet zal ontvlieden H2389 , en de sterke H3581 zijn kracht H3808 niet H553 H8762 verkloeken H1368 , en een held H5315 zal zijn ziel H3808 niet H4422 H8762 bevrijden.

Judges 9:54

  54 H7121 H8799 Toen riep hij H4120 haastelijk H413 , H5288 den jongen H3627 , die zijn wapenen H5375 H8802 droeg H559 H8799 , en zeide H8025 H8798 tot hem: Trek H2719 uw zwaard H4191 H8786 uit, en dood H6435 mij, opdat zij niet H559 H8799 van mij zeggen H802 : Een vrouw H2026 H8804 heeft hem gedood H5288 . En zijn jongen H1856 H8799 doorstak H4191 H8799 hem, dat hij stierf.

Judges 15:18

  18 H3966 Als hem nu zeer H6770 H8799 dorstte H7121 H8799 , zo riep hij H413 tot H3068 den HEERE H559 H8799 , en zeide H859 : Gij H3027 hebt door de hand H5650 van Uw knecht H2063 dit H1419 grote H8668 heil H5414 H8804 gegeven H6258 ; zou ik dan nu H6772 van dorst H4191 H8799 sterven H5307 H8804 , en vallen H3027 in de hand H6189 dezer onbesnedenen?

Judges 16:21

  21 H270 H8799 Toen grepen H6430 hem de Filistijnen H5365 H0 , en groeven H5869 zijn ogen H5365 H8762 uit H3381 H0 ; en zij voerden H853 hem H3381 H8686 af H5804 naar Gaza H631 H8799 , en bonden H5178 hem met twee koperen ketenen H1961 H8799 , en hij was H2912 H8802 malende H631 H8803 H1004 in het gevangenhuis.

Judges 16:23-25

  23 H622 H8738 Toen verzamelden zich H5633 de vorsten H6430 der Filistijnen H430 , om hun god H1712 Dagon H1419 een groot H2077 offer H2076 H8800 te offeren H8057 , en tot vrolijkheid H559 H8799 ; en zij zeiden H430 : Onze god H341 H8802 heeft onze vijand H8123 Simson H3027 in onze hand H5414 H8804 gegeven.
  24 H853 Desgelijks als hem H5971 het volk H7200 H8799 zag H1984 H8762 , loofden zij H430 hun god H3588 , want H559 H8804 zij zeiden H430 : Onze god H3027 heeft in onze hand H5414 H8804 gegeven H341 H8802 onzen vijand H776 , en die ons land H2717 H8688 verwoestte H834 , en die H2491 onzer verslagenen H7235 H8689 velen maakte!
  25 H1961 H8799 En het geschiedde H3588 , als H3820 hun hart H2896 vrolijk was H559 H8799 , dat zij zeiden H7121 H8798 : Roept H8123 Simson H7832 H8762 , dat hij voor ons spele H7121 H8799 . En zij riepen H8123 Simson H4480 uit H631 H8803 H1004 het gevangenhuis H6711 H8762 ; en hij speelde H6440 voor hun aangezichten H853 , en zij deden hem H5975 H8686 staan H996 tussen H5982 de pilaren.

1 Samuel 17:26

  26 H559 H8799 Toen zeide H1732 David H413 tot H582 de mannen H5973 , die bij H5975 H8802 hem stonden H559 H8800 , zeggende H4100 : Wat H376 zal men dien man H6213 H8735 doen H834 , die H1975 dezen H6430 Filistijn H5221 H8686 slaat H2781 , en den smaad H4480 H5921 van H3478 Israel H5493 H8689 wendt H3588 ? Want H4310 wie H2088 is deze H6189 onbesneden H6430 Filistijn H3588 , dat H4634 hij de slagorden H2416 van den levenden H430 God H2778 H8765 zou honen?

1 Samuel 17:36

  36 H5650 Uw knecht H1571 heeft zo H738 den leeuw H1571 als H1677 den beer H5221 H8689 geslagen H2088 ; alzo zal deze H6189 onbesneden H6430 Filistijn H1961 H8804 zijn H259 , gelijk een H4480 van H3588 die, omdat H4634 hij de slagorden H2416 van den levenden H430 God H2778 H8765 gehoond heeft.

1 Samuel 31:4

  4 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H5375 H8802 H3627 tot zijn wapendrager H8025 H8798 : Trek H2719 uw zwaard H1856 H8798 uit, en doorsteek H6435 H0 mij daarmede, dat misschien H428 deze H6189 onbesnedenen H6435 niet H935 H8799 komen H1856 H8804 , en mij doorsteken H5953 H8694 , en met mij den spot drijven H5375 H8802 H3627 . Maar zijn wapendrager H14 H8804 wilde H3808 niet H3588 , want H3372 H8804 hij vreesde H3966 zeer H3947 H8799 . Toen nam H7586 Saul H2719 het zwaard H5307 H8799 , en viel H5921 daarin.

2 Samuel 1:14-16

  14 H1732 En David H559 H8799 zeide H413 tot H349 hem: Hoe H3808 , hebt gij niet H3372 H8804 gevreesd H3027 uw hand H7971 H8800 uit te strekken H4899 , om den gezalfde H3068 des HEEREN H7843 H8763 te verderven?
  15 H1732 En David H7121 H8799 riep H259 een H4480 van H5288 de jongens H559 H8799 , en zeide H5066 H8798 : Treed toe H6293 H8798 , val op hem aan H5221 H8686 . En hij sloeg H4191 H8799 hem, dat hij stierf.
  16 H1732 En David H559 H8799 zeide H413 tot H1818 hem: Uw bloed H5921 zij op H7218 uw hoofd H3588 ; want H6310 uw mond H6030 H8804 heeft tegen u getuigd H559 H8800 , zeggende H595 : ik H4899 heb den gezalfde H3068 des HEEREN H4191 H8790 gedood.

2 Samuel 1:20

  20 H5046 H8686 Verkondigt H408 het niet H1661 te Gath H1319 H8762 , boodschapt H408 het niet H2351 op de straten H831 van Askelon H6435 H0 ; opdat H1323 de dochters H6430 der Filistijnen H6435 zich niet H8055 H8799 verblijden H6435 H0 , opdat H1323 de dochters H6189 der onbesnedenen H6435 niet H5937 H8799 opspringen van vreugde.

2 Samuel 17:23

  23 H302 Als nu Achitofel H7200 H8804 zag H3588 , dat H6098 zijn raad H3808 niet H6213 H8738 gedaan was H2280 H8799 , zadelde hij H2543 den ezel H6965 H8799 , en maakte zich op H3212 H8799 , en toog H413 naar H1004 zijn huis H413 in H5892 zijn stad H6680 H8762 , en gaf bevel H413 aan H1004 zijn huis H2614 H8735 , en verhing zich H4191 H8799 . Alzo stierf hij H6912 H8735 , en werd begraven H1 in zijns vaders H6913 graf.

1 Kings 16:18

  18 H1961 H8799 En het geschiedde H2174 , als Zimri H7200 H8800 zag H3588 , dat H5892 de stad H3920 H8738 ingenomen was H935 H8799 , dat hij ging H413 in H759 het paleis H1004 van het huis H4428 des konings H8313 H8799 , en verbrandde H5921 boven H1004 zich het huis H4428 des konings H784 met vuur H4191 H8799 , en stierf;

1 Chronicles 10:5

  5 H5375 H8802 H3627 Toen zijn wapendrager H7200 H8799 zag H3588 , dat H7586 Saul H4191 H8804 dood was H5307 H8799 , zo viel H1931 hij H1571 ook H5921 in H2719 het zwaard H4191 H8799 en stierf.

Matthew 27:4-5

  4 G3004 G5723 Zeggende G264 G5627 : Ik heb gezondigd G3860 G5631 , verradende G121 het onschuldig G129 bloed G1161 ! Maar G2036 G5627 zij zeiden G5101 : Wat G4314 G gaat G2248 ons G4314 [dat] aan G4771 ? Gij G3700 G5695 moogt toezien.
  5 G2532 En G694 als hij de zilveren G1722 [penningen] in G3485 den tempel G4496 G5660 geworpen had G402 G5656 , vertrok hij G2532 , en G565 G5631 heengaande G519 G5668 verworgde [zichzelven].

Acts 1:18

  18 G3303   G3778 Deze G3767 dan G2932 G5662 heeft verworven G5564 een akker G1537 , door G3408 het loon G93 der ongerechtigheid G2532 , en G4248 voorwaarts G1096 G5637 overgevallen zijnde G3319 , is midden G2997 G5656 opgeborsten G2532 , en G3956 al G846 zijn G4698 ingewanden G1632 G5681 zijn uitgestort.

Acts 16:27

  27 G1161 En G1200 de stokbewaarder G1853 , wakker G1096 G5637 geworden zijnde G2532 , en G1492 G5631 ziende G2374 de deuren G5438 der gevangenis G455 G5772 geopend G4685 G5671 , trok G3162 een zwaard G3195 G5707 , en zou G1438 zichzelven G337 G5721 omgebracht hebben G3543 G5723 , menende G1198 , dat de gevangenen G1628 G5755 ontvloden waren.

1 Samuel 4:10-11

  10 H3898 H8735 Toen streden H6430 de Filistijnen H3478 , en Israel H5062 H8735 werd geslagen H5127 H8799 , en zij vloden H376 een iegelijk H168 in zijn tenten H1961 H8799 ; en er geschiedde H3966 een zeer H1419 grote H4347 nederlaag H4480 , zodat er van H3478 Israel H5307 H8799 vielen H7970 dertig H505 duizend H7273 voetvolks.
  11 H727 En de ark H430 Gods H3947 H8738 werd genomen H8147 , en de twee H1121 zonen H5941 van Eli H2652 , Hofni H6372 en Pinehas H4191 H8804 , stierven.

1 Samuel 4:18

  18 H1961 H8799 En het geschiedde H727 , als hij van de ark H430 Gods H2142 H8687 vermeldde H5307 H8799 , zo viel hij H322 achterwaarts H4480 H5921 van H3678 den stoel H1157 af, aan H3027 de zijde H8179 der poort H7665 H8735 , en brak H4665 den nek H4191 H8799 , en stierf H3588 ; want H376 de man H2204 H8804 was oud H3513 H8804 en zwaar H1931 ; en hij H8199 H8804 richtte H3478 Israel H705 veertig H8141 jaren.

1 Samuel 12:25

  25 H518 Maar indien H7489 H8687 gij voortaan H7489 H8686 kwaad doet H1571 , zo H859 zult gijlieden H1571 , als ook H4428 uw koning H5595 H8735 , omkomen.

Ecclesiastes 9:1-2

  1 H3820 Zekerlijk, dit alles heb ik in mijn hart H5414 H8804 gelegd H952 H8800 , opdat ik dit alles klaarlijk mocht verstaan H6662 , dat de rechtvaardigen H2450 , en de wijzen H5652 , en hun werken H3027 in de hand H430 Gods H1571 zijn; ook H160 liefde H1571 , ook H8135 haat H3045 H8802 , weet H120 de mens H6440 niet [uit] al hetgeen voor zijn aangezicht is.
  2 H259 Alle ding [wedervaart] [hun], gelijk aan alle [anderen]; enerlei H4745 wedervaart H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze H2896 , den goede H2889 en den reine H2931 , als den onreine H2076 H8802 ; zo dien, die offert H834 , als dien, die H2076 H8802 niet offert H2896 ; gelijk den goede H2398 H8802 , alzo [ook] den zondaar H7650 H8737 , dien, die zweert H7621 , gelijk dien, die den eed H3373 vreest.

Hosea 13:10-11

  10 H165 Waar is H4428 uw koning H645 nu? Dat H3467 hij u behoude H5892 in al uw steden H8199 ! En uw richters H559 , waar gij van zeidet H5414 : Geef H4428 mij een koning H8269 en vorsten?
  11 H5414 Ik gaf H4428 u een koning H639 in Mijn toorn H3947 en nam H5678 [hem] weg in Mijn verbolgenheid.

Leviticus 26:31

  31 H5892 En Ik zal uw steden H2723 een woestijn H5414 H8804 maken H4720 , en uw heiligdommen H8074 H8689 verwoesten H5207 ; en Ik zal uw liefelijken H7381 reuk H7306 H8686 niet rieken.

Leviticus 26:36

  36 H7604 H8737 En aangaande de overgeblevenen H3824 onder u, Ik zal in hun hart H4816 een wekigheid H776 in de landen H341 H8802 hunner vijanden H935 H8689 laten komen H6963 ; zodat het geruis H5086 H8737 van een gedreven H5929 blad H7291 H8804 hen jagen zal H5127 H8804 , en zij zullen vlieden H4499 , gelijk men vliedt H2719 voor een zwaard H5307 H8804 , en zullen vallen H7291 H8802 , waar niemand is, die jaagt.

Deuteronomy 28:33

  33 H6529 De vrucht H127 van uw land H3018 en al uw arbeid H5971 zal een volk H398 H8799 eten H3045 H8804 , dat gij niet gekend hebt H3117 ; en gij zult alle dagen H6231 H8803 alleenlijk verdrukt H7533 H8803 en gepletterd zijn.

Deuteronomy 28:43

  43 H1616 De vreemdeling H7130 , die in het midden H4605 van u is, zal hoog H4605 , hoog H5927 H8799 boven u opklimmen H4295 ; en gij zult laag H4295 , laag H3381 H8799 nederdalen.

Judges 6:2

  2 H3027 Als nu de hand H4080 der Midianieten H5810 H8799 sterk werd H5921 over H3478 Israel H6213 H8804 , maakten H1121 zich de kinderen H3478 Israels H4480 H6440 , vanwege H4080 de Midianieten H4492 , de holen H834 , die H2022 in de bergen H4631 zijn, en de spelonken H4679 , en de vestingen.

1 Samuel 13:6

  6 H376 Toen de mannen H3478 van Israel H7200 H8804 zagen H3588 , dat H6887 H8804 zij in nood waren H3588 (want H5971 het volk H5065 H8738 was benauwd H2244 H8691 ), zo verborg zich H5971 het volk H4631 in de spelonken H2337 , en in de doornbossen H5553 , en in de steenklippen H6877 , en in de vestingen H953 , en in de putten.

1 Samuel 31:7

  7 H582 Als de mannen H3478 van Israel H834 , die H5676 aan deze zijde H6010 van het dal H834 waren, en die H5676 aan deze zijde H3383 der Jordaan H7200 H8799 waren, zagen H3588 , dat H582 de mannen H3478 van Israel H5127 H8804 gevloden waren H3588 , en dat H7586 Saul H1121 en zijn zonen H4191 H8804 dood waren H5800 H8799 , zo verlieten zij H5892 de steden H5127 H8799 , en zij vloden H935 H8799 . Toen kwamen H6430 de Filistijnen H3427 H8799 en woonden daarin.
  8 H1961 H8799 Het geschiedde H4480 nu des H4283 anderen daags H6430 , als de Filistijnen H935 H8799 kwamen H2491 , om de verslagenen H6584 H8763 te plunderen H4672 H8799 , zo vonden zij H7586 Saul H7969 en zijn drie H1121 zonen H5307 H8802 , liggende H2022 op het gebergte H1533 Gilboa.

2 Kings 3:23

  23 H559 H8799 En zij zeiden H2088 : Dit H1818 is bloed H4428 ; de koningen H2717 H8715 hebben voorzeker H2717 H8738 zich met het zwaard verdorven H376 , en hebben de een H7453 den ander H5221 H8686 verslagen H6258 ; nu dan H7998 aan den buit H4124 , gij Moabieten!

2 Chronicles 20:25

  25 H3092 Josafat H5971 nu en zijn volk H935 H8799 kwamen H7998 , om hun buit H962 H8800 te roven H4672 H8799 , en zij vonden H7230 bij hen in menigte H7399 , zowel have H6297 en dode lichamen H2532 , als kostelijk H3627 gereedschap H5337 H8762 , en namen voor zich weg H369 , totdat zij niet H4853 meer dragen konden H1961 H8799 H962 H8802 ; en zij roofden H7998 den buit H7969 drie H3117 dagen H3588 , want H1931 dies H7227 was veel.

Judges 16:23-24

  23 H622 H8738 Toen verzamelden zich H5633 de vorsten H6430 der Filistijnen H430 , om hun god H1712 Dagon H1419 een groot H2077 offer H2076 H8800 te offeren H8057 , en tot vrolijkheid H559 H8799 ; en zij zeiden H430 : Onze god H341 H8802 heeft onze vijand H8123 Simson H3027 in onze hand H5414 H8804 gegeven.
  24 H853 Desgelijks als hem H5971 het volk H7200 H8799 zag H1984 H8762 , loofden zij H430 hun god H3588 , want H559 H8804 zij zeiden H430 : Onze god H3027 heeft in onze hand H5414 H8804 gegeven H341 H8802 onzen vijand H776 , en die ons land H2717 H8688 verwoestte H834 , en die H2491 onzer verslagenen H7235 H8689 velen maakte!

1 Samuel 31:9-10

  9 H3772 H0 En zij hieuwen H7218 zijn hoofd H3772 H8799 af H6584 H0 , en zij togen H3627 zijn wapenen H6584 H8686 uit H7971 H8762 , en zij zonden H6430 ze in der Filistijnen H776 land H5439 rondom H1319 H8763 , om te boodschappen H1004 in het huis H6091 hunner afgoden H5971 , en onder het volk.
  10 H7760 H8799 En zij leiden H3627 zijn wapenen H1004 in het huis H6252 H8677 H1045 van Astharoth H1472 ; en zijn lichaam H8628 H8804 hechtten zij H2346 aan den muur H1052 te Beth-san.

1 Chronicles 10:4

  4 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H413 tot H5375 H8802 H3627 zijn wapendrager H8025 H8798 : Trek H2719 uw zwaard H1856 H8798 uit en doorsteek H6435 H0 mij daarmede, dat misschien H428 deze H6189 onbesnedenen H6435 niet H935 H8799 komen H5953 H8694 , en met mij den spot drijven H5375 H8802 H3627 . Maar zijn wapendrager H14 H8804 wilde H3808 niet H3588 , want H3372 H8804 hij vreesde H3966 zeer H3947 H8799 . Toen nam H7586 Saul H2719 het zwaard H5307 H8799 , en viel H5921 daarin.

Daniel 5:2-4

  2 H1113 Als Belsazar H2562 den wijn H2942 geproefd had H560 H8754 , zeide hij H1722 , dat men de gouden H3702 en zilveren H3984 vaten H858 H8682 voorbrengen zou H2 , die zijn vader H5020 Nebukadnezar H4481 uit H1965 den tempel H3390 , die te Jeruzalem H5312 H8684 geweest was, weggevoerd had H4430 ; opdat de koning H7261 en zijn geweldigen H7695 , zijn vrouwen H3904 en zijn bijwijven H8355 H8748 uit dezelve dronken.
  3 H116 Toen H858 H8684 bracht men H1722 voor de gouden H3984 vaten H4481 , die men uit H1965 den tempel H1005 van het huis H426 Gods H3390 , die te Jeruzalem H5312 H8684 geweest was, weggevoerd had H4430 ; en de koning H7261 en zijn geweldigen H7695 , zijn vrouwen H3904 , en zijn bijwijven H8355 H8754 dronken daaruit.
  4 H8355 H8754 Zij dronken H2562 den wijn H7624 H8745 , en prezen H1722 de gouden H3702 , en de zilveren H5174 , de koperen H6523 , de ijzeren H636 , de houten H69 en de stenen H426 goden.

Daniel 5:23

  23 H7313 H8712 Maar gij hebt u verheven H5922 tegen H4756 den Heere H8065 des hemels H3984 , en men heeft de vaten H1005 van Zijn huis H6925 voor H858 H8684 u gebracht H607 , en gij H7261 , en uw geweldigen H7695 , uw vrouwen H3904 , en uw bijwijven H2562 hebben wijn H8355 H8750 uit dezelve gedronken H426 , en de goden H3702 van zilver H1722 en goud H5174 , koper H6523 , ijzer H636 , hout H69 en steen H3809 , die niet H2370 H8751 zien H3809 , noch H8086 H8750 horen H3809 , noch H3046 H8751 weten H7624 H8745 , hebt gij geprezen H426 ; maar dien God H3028 , in Wiens hand H5396 uw adem H3606 is, en bij Wien al H735 uw paden H3809 zijn, hebt gij niet H1922 H8745 verheerlijkt.

Matthew 14:11

  11 G2532 En G846 zijn G2776 hoofd G5342 G5681 werd gebracht G1909 in G4094 een schotel G2532 , en G2877 het dochtertje G1325 G5681 gegeven G2532 ; en G5342 G5656 zij droeg G846 het [tot] haar G3384 moeder.

1 Samuel 5:2-7

  2 H6430 En de Filistijnen H3947 H8799 namen H727 de ark H430 Gods H935 H8686 , en zij brachten H853 ze H1004 in het huis H1712 van Dagon H3322 H8686 , en stelden H853 ze H681 bij H1712 Dagon.
  3 H796 Maar als die van Asdod H4480 des H4283 anderen daags H7925 H8686 vroeg opstonden H2009 , ziet H1712 , zo was Dagon H6440 op zijn aangezicht H776 ter aarde H5307 H8802 gevallen H6440 voor H727 de ark H3068 des HEEREN H3947 H8799 . En zij namen H1712 Dagon H583 en zetten hem H7725 H8686 weder H4725 op zijn plaats.
  4 H4480 Toen zij nu des H4283 anderen daags H1242 des morgens H7925 H8686 vroeg opstonden H2009 , ziet H1712 , Dagon H6440 lag op zijn aangezicht H776 ter aarde H5307 H8802 gevallen H6440 voor H727 de ark H3068 des HEEREN H7218 ; maar het hoofd H1712 van Dagon H8147 , en de beide H3709 palmen H3027 zijner handen H3772 H8803 afgehouwen H413 , aan H4670 den dorpel H7535 ; alleenlijk H1712 was Dagon H5921 daarop H7604 H8738 overgebleven.
  5 H5921 H3651 Daarom H1869 H8799 treden H3548 de priesters H1712 van Dagon H3605 , en allen H1004 , die in het huis H1712 van Dagon H935 H8802 komen H3808 , niet H5921 op H4670 den dorpel H1712 van Dagon H795 te Asdod H5704 , tot op H2088 dezen H3117 dag.
  6 H3027 Doch de hand H3068 des HEEREN H3513 H8799 was zwaar H413 over H796 die van Asdod H8074 H8686 , en verwoestte H853 hen H5221 H8686 ; en Hij sloeg H2914 H8675 H6076 ze met spenen H795 , Asdod H1366 en haar landpalen.
  7 H582 Toen nu de mannen H795 te Asdod H7200 H8799 zagen H3588 , dat H3651 het alzo H559 H8804 [toeging], zo zeiden zij H727 : Dat de ark H430 des Gods H3478 van Israel H5973 bij H3808 ons niet H3427 H8799 blijve H3588 ; want H3027 Zijn hand H7185 H8804 is hard H5921 over H5921 ons, en over H1712 Dagon H430 , onzen god.

1 Samuel 31:10

  10 H7760 H8799 En zij leiden H3627 zijn wapenen H1004 in het huis H6252 H8677 H1045 van Astharoth H1472 ; en zijn lichaam H8628 H8804 hechtten zij H2346 aan den muur H1052 te Beth-san.

1 Samuel 11:1-11

  1 H5927 H0 Toen toog H5176 Nahas H5984 , de Ammoniet H5927 H8799 , op H2583 H8799 , en belegerde H5921 , H3003 Jabes H1568 in Gilead H3605 . En al H582 de mannen H3003 van Jabes H559 H8799 zeiden H413 tot H5176 Nahas H3772 H8798 : Maak H1285 een verbond H5647 H8799 met ons, zo zullen wij u dienen.
  2 H5176 Doch Nahas H5984 , de Ammoniet H559 H8799 , zeide H413 tot H2063 hen: Mits dezen H3772 H8799 zal ik [een] [verbond] met ulieden maken H3605 , dat ik u allen H3225 H5869 het rechteroog H5365 H8800 uitsteke H2781 ; en dat ik deze schande H5921 op H3605 gans H3478 Israel H7760 H8804 legge.
  3 H559 H8799 Toen zeiden H413 tot H2205 hem de oudsten H3003 Jabes H7503 H0 : Laat H7651 zeven H3117 dagen H7503 H8685 van ons af H4397 , dat wij boden H7971 H8799 zenden H3605 in al H1366 de landpalen H3478 van Israel H518 ; H369 is er dan niemand H853 , die ons H3467 H8688 verlost H413 , zo zullen wij tot H3318 H8804 u uitgaan.
  4 H4397 Als de boden H1390 H7586 te Gibea-sauls H935 H8799 kwamen H1696 H8762 , zo spraken zij H1697 deze woorden H241 voor de oren H5971 van het volk H5375 H0 . Toen hief H3605 al H5971 het volk H6963 zijn stem H5375 H8799 op H1058 H8799 , en weende.
  5 H2009 En ziet H7586 , Saul H935 H8804 kwam H310 achter H1241 de runderen H4480 uit H7704 het veld H7586 , en Saul H559 H8799 zeide H4100 : Wat H5971 is den volke H3588 , dat H1058 H8799 zij wenen H5608 H8762 ? Toen vertelden zij H1697 hem de woorden H582 der mannen H3003 van Jabes.
  6 H6743 H0 Toen werd H7307 de Geest H430 Gods H6743 H8799 vaardig H5921 over H7586 Saul H428 , als hij deze H1697 woorden H8085 H8800 hoorde H639 ; en zijn toorn H2734 H8799 ontstak H3966 zeer.
  7 H3947 H8799 En hij nam H6776 een paar H1241 runderen H5408 H8762 , en hieuw ze in stukken H7971 H8762 , en hij zond H3605 ze in alle H1366 landpalen H3478 van Israel H3027 door de hand H4397 der boden H559 H8800 , zeggende H834 : Die H369 niet H3318 H8802 zelf uittrekt H310 achter H7586 Saul H310 en achter H8050 Samuel H3541 , alzo H1241 zal men zijn runderen H6213 H8735 doen H5307 H8799 . Toen viel H6343 de vreze H3068 des HEEREN H5921 op H5971 het volk H3318 H8799 , en zij gingen uit H259 als een enig H376 man.
  8 H6485 H8799 En hij telde H966 hen te Bezek H1121 ; en van de kinderen H3478 Israels H1961 H8799 waren H7969 H3967 driehonderd H505 duizend H376 , en van de mannen H3063 van Juda H7970 dertig H505 duizend.
  9 H559 H8799 Toen zeiden zij H4397 tot de boden H935 H8802 , die gekomen waren H3541 : Aldus H376 zult gijlieden den mannen H3003 te Jabes H1568 in Gilead H559 H8799 zeggen H4279 : Morgen H8668 zal u verlossing H1961 H8799 geschieden H8121 , als de zon H2527 heet H4397 worden zal. Als de boden H935 H8799 kwamen H5046 H8686 , en verkondigden H582 [dat] aan de mannen H3003 te Jabes H8055 H8799 , zo werden zij verblijd.
  10 H582 En de mannen H3003 van Jabes H559 H8799 zeiden H4279 : Morgen H413 zullen wij tot H3318 H8799 ulieden uitgaan H6213 H8804 , en gij zult ons doen H3605 naar alles H2896 , wat goed H5869 is in uw ogen.
  11 H1961 H8799 Het geschiedde H4480 nu des H4283 anderen daags H7586 , dat Saul H5971 het volk H7760 H8799 stelde H7969 in drie H7218 hopen H935 H8799 , en zij kwamen H8432 in het midden H4264 des legers H1242 H821 , in de morgenwake H5221 H8686 , en zij sloegen H5983 Ammon H5704 , totdat H3117 de dag H2527 heet H1961 H8799 werd; en het geschiedde H7604 H8737 , dat de overigen H6327 H8799 alzo verstrooid werden H3808 , dat er onder hen geen H8147 twee H3162 te zamen H7604 H8738 bleven.

2 Samuel 2:4-7

  4 H935 H8799 Daarna kwamen H582 de mannen H3063 van Juda H4886 H8799 , en zalfden H8033 aldaar H1732 David H4428 tot een koning H5921 over H1004 het huis H3063 van Juda H5046 H8686 . Toen boodschapten zij H1732 David H559 H8800 , zeggende H582 : Het zijn de mannen H3003 van Jabes H1568 in Gilead H834 , die H7586 Saul H6912 H8804 begraven hebben.
  5 H7971 H8799 Toen zond H1732 David H4397 boden H413 tot H582 de mannen H3003 van Jabes H1568 in Gilead H559 H8799 , en hij zeide H413 tot H1288 H8803 hen: Gezegend H859 zijt gij H3068 den HEERE H834 , dat H2088 gij deze H2617 weldadigheid H6213 H8804 gedaan hebt H5973 aan H113 uw heer H5973 , aan H7586 Saul H853 , en hebt hem H6912 H8799 begraven.
  6 H6213 H8799 Zo doe H6258 nu H3068 de HEERE H5973 aan H2617 u weldadigheid H571 en trouw H595 ! En ik H1571 ook H854 , ik zal aan H2063 u dit H2896 goede H6213 H8799 doen H834 , dewijl H2088 gij deze H1697 zaak H6213 H8804 gedaan hebt.
  7 H6258 En nu H3027 , laat uw handen H2388 H8799 sterk zijn H1961 H8798 , en zijt H1121 H2428 dapper H3588 , dewijl H113 uw heer H7586 Saul H4191 H8804 gestorven is H1571 ; en ook H853 hebben mij H1004 die van het huis H3063 van Juda H4428 tot koning H5921 over H4886 H8804 zich gezalfd.

Genesis 35:8

  8 H1683 En Debora H3243 H8688 , de voedster H7259 van Rebekka H4191 H8799 , stierf H6912 H8735 , en zij werd begraven H8478 onder H4480 aan H1008 Beth-el H8478 ; onder H437 dien eik H8034 , welks naam H7121 H8799 hij noemde H439 Allon-bachuth.

Genesis 50:10

  10 H5704 Toen zij nu aan H1637 H329 het plein van het doornbos H935 H8799 kwamen H834 , dat H5676 aan gene zijde H3383 van de Jordaan H5594 H8799 is, hielden zij H8033 daar H1419 een grote H3966 en zeer H3515 zware H4553 rouwklage H6213 H8799 ; en hij maakte H1 zijn vader H60 een rouw H7651 van zeven H3117 dagen.

2 Samuel 3:35

  35 H935 H8799 Daarna kwam H3605 al H5971 het volk H1732 , om David H3899 brood H1262 H8687 te doen eten H5750 , als het nog H3117 dag H1732 was; maar David H7650 H8735 zwoer H559 H8800 , zeggende H430 : God H6213 H8799 doe H3541 mij zo H3541 , en doe er zo H3254 H8686 toe H3588 H518 , indien H6440 ik voor H935 H8800 het ondergaan H8121 der zon H3899 brood H176 of H3605 H3972 iets H2938 H8799 smake!

2 Samuel 21:12-14

  12 H3212 H8799 Zo ging H1732 David H3947 H8799 henen, en nam H6106 de beenderen H7586 van Saul H6106 , en de beenderen H3083 van Jonathan H1121 , zijn zoon H4480 , van H1167 de burgeren H3003 van Jabes H1568 in Gilead H834 , die H853 dezelve H1589 H8804 gestolen hadden H4480 van H7339 de straat H1052 Beth-san H834 H8803 , alwaar H6430 de Filistijnen H8511 H8804 H8675 H8518 H8804 ze hadden opgehangen H3117 , ten dage H6430 als de Filistijnen H7586 Saul H5221 H8687 sloegen H1533 op Gilboa.
  13 H5927 H8686 En hij bracht H4480 van H8033 daar H6106 op de beenderen H7586 van Saul H6106 , en de beenderen H3083 van Jonathan H1121 , zijn zoon H622 H8799 ; ook verzamelden zij H6106 de beenderen H3363 H8716 der gehangenen.
  14 H6912 H8799 En zij begroeven H6106 de beenderen H7586 van Saul H1121 en zijn zoon H3083 Jonathan H776 in het land H1144 van Benjamin H6762 te Zela H6913 , in het graf H1 van zijn vader H7027 Kis H6213 H8799 , en deden H3605 alles H834 , wat H4428 de koning H6680 H8765 geboden had H430 . Alzo werd God H310 na H3651 dezen H776 den lande H6279 H8735 verbeden.

Exodus 22:18

  18 H3784 H8764 De toveres H2421 H8762 zult gij niet laten leven.

Leviticus 19:31

  31 H6437 H8799 Gij zult u niet keren H178 tot de waarzeggers H3049 , en tot de duivelskunstenaars H1245 H8762 ; zoekt H2930 H8800 hen niet, u met hen verontreinigende H3068 ; Ik ben de HEERE H430 , uw God!

Leviticus 20:6

  6 H5315 Wanneer er een ziel H413 is, die zich tot H178 de waarzeggers H310 en tot H3049 de duivelskunstenaars H6437 H8799 zal gekeerd hebben H310 , om die na H2181 H8800 te hoereren H6440 , zo zal Ik Mijn aangezicht H5315 tegen die ziel H5414 H8804 zetten H7130 , en zal ze uit het midden H5971 haars volks H3772 H8689 uitroeien.

Deuteronomy 18:10-14

  10 H4672 H8735 Onder u zal niet gevonden worden H1121 , die zijn zoon H1323 of zijn dochter H784 door het vuur H5674 H8688 doet doorgaan H7081 , die met waarzeggerijen H7080 H8802 omgaat H6049 H8781 , een guichelaar H5172 H8764 , of die op vogelgeschrei acht geeft H3784 H8764 , of tovenaar.
  11 H2266 H8802 Of een bezweerder H2267 , die met bezwering H178 omgaat, of die een waarzeggenden geest H7592 H8802 vraagt H3049 , of een duivelskunstenaar H4191 H8801 , of die de doden H1875 H8802 vraagt.
  12 H6213 H8802 Want al wie zulks doet H3068 , is den HEERE H8441 een gruwel H1558 ; en om H8441 dezer gruwelen H3423 H0 wil verdrijft H3068 hen de HEERE H430 , uw God H6440 , voor uw aangezicht H3423 H8688 , uit de bezitting.
  13 H8549 Oprecht H3068 zult gij zijn met den HEERE H430 , uw God.
  14 H1471 Want deze volken H3423 H8802 , die gij zult erven H8085 H8799 , horen H6049 H8781 naar guichelaars H7080 H8802 en waarzeggers H3068 ; maar u aangaande, de HEERE H430 , uw God H5414 H8804 , heeft u zulks niet toegelaten.

1 Samuel 13:13-14

  13 H559 H8799 Toen zeide H8050 Samuel H413 tot H7586 Saul H5528 H8738 : Gij hebt zottelijk gedaan H4687 ; gij hebt het gebod H3068 van den HEERE H430 , uw God H3808 , niet H8104 H8804 gehouden H834 , dat H6680 H8765 Hij u geboden heeft H3588 ; want H3068 de HEERE H6258 zou nu H4467 uw rijk H413 over H3478 Israel H3559 H8689 bevestigd hebben H5704 tot in H5769 eeuwigheid.
  14 H6258 Maar nu H4467 zal uw rijk H3808 niet H6965 H8799 bestaan H3068 . De HEERE H376 heeft Zich een man H1245 H8765 gezocht H3824 naar Zijn hart H3068 , en de HEERE H6680 H8762 heeft hem geboden H5057 een voorganger H5921 te zijn over H5971 Zijn volk H3588 , omdat H3808 gij niet H8104 H8804 gehouden hebt H834 , wat H3068 u de HEERE H6680 H8765 geboden had.

1 Samuel 15:2

  2 H3541 Alzo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H6485 H8804 : Ik heb bezocht H834 , hetgeen H6002 Amalek H3478 aan Israel H6213 H8804 gedaan heeft H834 , hoe H7760 H8804 hij zich tegen hem gesteld heeft H1870 op den weg H4480 , toen hij uit H4714 Egypte H5927 H8800 opkwam.

1 Samuel 15:23

  23 H3588 Want H4805 wederspannigheid H2403 is een zonde H7081 der toverij H6484 H8687 , en wederstreven H205 is afgoderij H8655 en beeldendienst H3282 . Omdat H3068 gij des HEEREN H1697 woord H3988 H8804 verworpen hebt H3988 H8799 , zo heeft Hij u verworpen H4480 , dat gij geen H4428 koning zult zijn.

1 Samuel 28:7-20

  7 H559 H8799 Toen zeide H7586 Saul H5650 tot zijn knechten H1245 H8761 : Zoekt H802 mij een vrouw H178 , die een waarzeggenden geest H1172 heeft H413 , dat ik tot H3212 H8799 haar ga H1875 H8799 , en door haar onderzoeke H5650 . Zijn knechten H559 H8799 nu zeiden H413 tot H2009 hem: Zie H5874 , te Endor H802 is een vrouw H178 , die een waarzeggenden geest H1172 heeft.
  8 H7586 En Saul H2664 H8691 verstelde zich H3847 H0 , en trok H312 andere H899 klederen H3847 H8799 aan H1931 , en H3212 H8799 ging heen H8147 , en twee H582 mannen H5973 met H935 H8799 hem, en zij kwamen H3915 des nachts H413 tot H802 de vrouw H559 H8799 , en hij zeide H7080 H8798 : Voorzeg H4994 mij toch H178 door den waarzeggenden geest H5927 H8685 , en doe mij opkomen H834 , dien H413 ik tot H559 H8799 u zeggen zal.
  9 H559 H8799 Toen zeide H802 de vrouw H413 tot H2009 hem: Zie H859 , gij H3045 H8804 weet H834 , wat H7586 Saul H6213 H8804 gedaan heeft H834 , hoe H178 hij de waarzegsters H3049 en de duivelskunstenaars H4480 uit H776 dit land H3772 H8689 heeft uitgeroeid H4100 ; waarom H5367 H0 stelt H859 gij H5315 dan mijn ziel H5367 H8693 een strik H4191 H8687 , om mij te doden?
  10 H7586 Saul H7650 H8735 nu zwoer H3068 haar bij den HEERE H559 H8800 , zeggende H3068 : [Zo] [waarachtig] [als] de HEERE H2416 leeft H518 , indien H5771 u een straf H2008 om deze H1697 zaak H7136 H8799 zal overkomen!
  11 H559 H8799 Toen zeide H802 de vrouw H4310 : Wien H5927 H8686 zal ik u doen opkomen H559 H8799 ? En hij zeide H8050 : Doe mij Samuel H5927 H8685 opkomen.
  12 H802 Toen nu de vrouw H8050 Samuel H7200 H8799 zag H2199 H8799 , zo riep zij H1419 met luider H6963 stem H802 , en de vrouw H559 H8799 sprak H413 tot H7586 Saul H559 H8800 , zeggende H4100 : Waarom H7411 H8765 hebt gij mij bedrogen H859 ? Want gij H7586 zijt Saul.
  13 H4428 En de koning H559 H8799 zeide H3372 H8799 tot haar: Vrees H408 niet H3588 ; maar H4100 wat H7200 H8804 ziet gij H559 H8799 ? Toen zeide H802 de vrouw H413 tot H7586 Saul H7200 H8804 : Ik zie H430 goden H4480 , uit H776 de aarde H5927 H8802 opkomende.
  14 H559 H8799 Hij dan zeide H4100 tot haar: Hoe H8389 is zijn gedaante H559 H8799 ? En zij zeide H5927 H0 : Er komt H2205 een oud H376 man H5927 H8802 op H1931 , en hij H4598 is met een mantel H5844 H8802 bekleed H7586 . Toen Saul H3045 H8799 vernam H3588 , dat H1931 het H8050 Samuel H6915 H8799 was, zo neigde hij zich H639 met het aangezicht H776 ter aarde H7812 H8691 , en hij boog zich.
  15 H8050 En Samuel H559 H8799 zeide H413 tot H7586 Saul H4100 : Waarom H853 hebt gij mij H7264 H8689 onrustig gemaakt H5927 H8687 , mij doende opkomen H559 H8799 ? Toen zeide H7586 Saul H3966 : Ik ben zeer H6887 H8804 beangstigd H6430 , want de Filistijnen H3898 H8737 krijgen H430 tegen mij, en God H4480 H5921 is van H5493 H8804 mij geweken H6030 H8804 , en antwoordt H3808 mij niet H5750 meer H1571 , noch H3027 door den dienst H5030 der profeten H1571 , noch H2472 door dromen H7121 H8799 ; daarom heb ik u geroepen H3045 H8687 , dat gij mij te kennen geeft H4100 , wat H6213 H8799 ik doen zal.
  16 H559 H8799 Toen zeide H8050 Samuel H4100 : Waarom H7592 H8799 vraagt gij H3068 mij toch, dewijl de HEERE H4480 H5921 van H5493 H8804 u geweken H6145 en uw vijand H1961 H8799 geworden is?
  17 H3068 Want de HEERE H6213 H8799 heeft voor Zich gedaan H834 , gelijk als H3027 Hij door mijn dienst H1696 H8765 gesproken heeft H3068 ; en H4467 heeft het koninkrijk H4480 van H3027 uw hand H7167 H8799 gescheurd H5414 H8799 , en Hij heeft dat gegeven H7453 aan uw naaste H1732 , aan David.
  18 H834 Gelijk als H6963 gij naar de stem H3068 des HEEREN H3808 niet H8085 H8804 gehoord hebt H2740 , en de hittigheid H639 Zijns toorns H3808 niet H6213 H8804 uitgericht hebt H6002 tegen Amalek H5921 H3651 ; daarom H3068 heeft de HEERE H2088 u deze H1697 zaak H6213 H8804 gedaan H2088 te dezen H3117 dage.
  19 H3068 En de HEERE H1571 zal ook H3478 Israel H5973 met H3027 u in de hand H6430 der Filistijnen H5414 H8799 geven H4279 , en morgen H859 zult gij H1121 en uw zonen H5973 bij H1571 mij zijn; ook H3068 zal de HEERE H4264 het leger H3478 van Israel H3027 in de hand H6430 der Filistijnen H5414 H8799 geven.
  20 H5307 H8799 Toen viel H7586 Saul H4116 H8762 haastelijk H776 ter aarde H6967 , zo lang H4393 als hij was H3372 H8799 , en hij vreesde H3966 zeer H4480 vanwege H1697 de woorden H8050 van Samuel H1571 ; ook H1961 H8804 was H3808 er geen H3581 kracht H3588 in hem; want H3605 hij had den gehelen H3117 dag H3605 en den gehelen H3915 nacht H3808 geen H3899 brood H398 H8804 gegeten.

2 Kings 21:6

  6 H1121 Ja, hij deed zijn zoon H784 door het vuur H5674 H8689 gaan H6049 H8782 , en pleegde guichelarij H5172 H8765 en gaf op vogelgeschrei acht H6213 H8804 ; en hij stelde H178 waarzeggers H3049 en duivelskunstenaren H6213 H8800 ; hij deed H7235 H8689 zeer veel H7451 kwaads H5869 in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om [Hem] tot toorn te verwekken.

Isaiah 8:19

  19 H559 H8799 Wanneer zij dan tot ulieden zeggen zullen H1875 H8798 : Vraagt H178 waarzeggers H3049 en duivelskunstenaars H6850 H8772 , die daar piepen H1897 H8688 , en binnensmonds mompelen H5971 ; [zo] [zegt]: Zal niet een volk H430 zijn God H1875 H8799 vragen H2416 ? zal men voor de levenden H4191 H8801 de doden [vragen]?

Acts 8:9-11

  9 G1161 En G5100 een zeker G435 man G3686 , met name G4613 Simon G4391 G5707 , was te voren G1722 in G4172 de stad G3096 G5723 plegende toverij G2532 , en G1839 G5723 verrukkende de zinnen G1484 des volks G4540 van Samaria G3004 G5723 , zeggende G1438 van zichzelven G5100 , dat hij wat G3173 groots G1511 G5750 was.
  10 G3739 Welken G3956 zij allen G4337 G5707 aanhingen G575 , van G3398 den kleine G2193 tot G3173 den grote G3004 G5723 , zeggende G3778 : Deze G2076 G5748 is G3173 de grote G1411 kracht G2316 Gods.
  11 G1161 En G4337 G zij hingen G846 hem G4337 G5707 aan G1223 , omdat G2425 hij een langen G5550 tijd G3095 met toverijen G846 hun G1839 G5760 zinnen verrukt had.

Acts 16:16-18

  16 G1161 En G1096 G5633 het geschiedde G2257 , als wij G1519 tot G4335 het gebed G4198 G5740 heengingen G5100 , dat een zekere G3814 dienstmaagd G2192 G5723 , hebbende G4436 een waarzeggenden G4151 geest G2254 , ons G528 G5658 ontmoette G3748 , welke G846 haar G2962 heren G4183 groot G2039 gewin G3930 G5707 toebracht G3132 G5740 met waarzeggen.
  17 G3778 Dezelve G2628 G5660 volgde G3972 Paulus G2532 en G2254 ons G2896 G5707 achterna, en riep G3004 G5723 , zeggende G3778 : Deze G444 mensen G1526 G5748 zijn G1401 dienstknechten G2316 Gods G5310 des Allerhoogsten G3748 , die G2254 ons G3598 den weg G4991 der zaligheid G2605 G5719 verkondigen.
  18 G1161 En G5124 dit G4160 G5707 deed zij G1909 G4183 vele G2250 dagen G1161 lang. Maar G3972 Paulus G1278 G5666 , [daarover] ontevreden zijnde G1994 G5660 , keerde zich om G2532 , en G2036 G5627 zeide G4151 tot den geest G3853 G5719 : Ik gebied G4671 u G1722 in G3686 den Naam G2424 van Jezus G5547 Christus G575 , dat gij van G846 haar G1831 G5629 uitgaat G2532 . En G1831 G5627 hij ging uit G846 ter zelfder G5610 ure.

Judges 10:11-16

  11 H3068 Maar de HEERE H559 H8799 zeide H413 tot H1121 de kinderen H3478 Israels H853 : Heb Ik u H3808 niet H4480 van H4714 de Egyptenaren H4480 , en van H567 de Amorieten H4480 , en van H1121 de kinderen H5983 Ammons H4480 , en van H6430 de Filistijnen,
  12 H6722 En de Sidoniers H6002 , en Amalekieten H4584 , en Maonieten H853 , [die] u H3905 H8804 onderdrukten H413 , toen gij tot H6817 H8799 Mij riept H4480 , alsdan uit H3027 hun hand H3467 H8686 verlost?
  13 H859 Nochtans hebt gij H853 Mij H5800 H8804 verlaten H312 , en andere H430 goden H5647 H8799 gediend H3651 ; daarom H3808 zal Ik u niet H3254 H8686 meer H3467 H8687 verlossen.
  14 H3212 H8798 Gaat henen H2199 H8798 , roept H413 tot H430 de goden H834 , die H977 H8804 gij verkoren hebt H1992 ; laten die H3467 H8686 u verlossen H6256 , ter tijd H6869 uwer benauwdheid.
  15 H1121 Maar de kinderen H3478 Israels H559 H8799 zeiden H413 tot H3068 den HEERE H2398 H8804 : Wij hebben gezondigd H6213 H8798 ; doe H859 Gij H3605 ons, naar alles H2896 , wat goed H5869 is in Uw ogen H389 ; alleenlijk H5337 H8685 verlos H4994 ons toch H2088 te dezen H3117 dage!
  16 H5493 H0 En zij deden H5236 de vreemde H430 goden H4480 uit H7130 hun midden H5493 H8686 weg H5647 H8799 , en dienden H3068 den HEERE H5315 . Toen werd Zijn ziel H7114 H8799 verdrietig H5999 over den arbeid H3478 van Israel.

1 Samuel 13:14

  14 H6258 Maar nu H4467 zal uw rijk H3808 niet H6965 H8799 bestaan H3068 . De HEERE H376 heeft Zich een man H1245 H8765 gezocht H3824 naar Zijn hart H3068 , en de HEERE H6680 H8762 heeft hem geboden H5057 een voorganger H5921 te zijn over H5971 Zijn volk H3588 , omdat H3808 gij niet H8104 H8804 gehouden hebt H834 , wat H3068 u de HEERE H6680 H8765 geboden had.

1 Samuel 15:28

  28 H559 H8799 Toen zeide H8050 Samuel H413 tot H3068 hem: De HEERE H3117 heeft heden H4468 het koninkrijk H3478 van Israel H4480 H5921 van H7167 H8804 u afgescheurd H7453 , en heeft het aan uw naaste H5414 H8804 gegeven H2896 , die beter H4480 is dan gij.

1 Samuel 16:1

  1 H559 H8799 Toen zeide H3068 de HEERE H413 tot H8050 Samuel H5704 H4970 : Hoe lang H56 H0 draagt H859 gij H56 H8693 leed H413 om H7586 Saul H589 , dien Ik H3988 H8804 toch verworpen heb H4480 , dat hij geen H4427 H8800 koning zij H5921 over H3478 Israel H4390 H8761 ? Vul H7161 uw hoorn H8081 met olie H3212 H8798 , en ga heen H7971 H8799 ; Ik zal u zenden H413 tot H3448 Isai H1022 , den Bethlehemiet H3588 ; want H4428 Ik heb Mij een koning H1121 onder zijn zonen H7200 H8804 uitgezien.

1 Samuel 16:11-13

  11 H559 H8799 Voorts zeide H8050 Samuel H413 tot H3448 Isai H8552 H8804 : Zijn dit al H5288 de jongelingen H559 H8799 ? En hij zeide H6996 : De kleinste H5750 is nog H7604 H8804 overig H2009 , en zie H7462 H8802 , hij weidt H6629 de schapen H8050 . Samuel H559 H8799 nu zeide H413 tot H3448 Isai H7971 H8798 : Zend heen H3947 H8798 en laat hem halen H3588 ; want H3808 wij zullen niet H5437 H8799 rondom aanzitten H5704 , totdat H6311 hij hier H935 H8800 zal gekomen zijn.
  12 H7971 H8799 Toen zond hij heen H935 H8686 , en bracht hem in H1931 ; hij H132 nu was roodachtig H5973 , mitsgaders H3303 schoon H5869 van ogen H2896 en schoon H7210 van aanzien H3068 ; en de HEERE H559 H8799 zeide H6965 H8798 : Sta op H4886 H8798 , zalf H3588 hem, want H2088 deze H1931 is het.
  13 H3947 H8799 Toen nam H8050 Samuel H7161 H8081 den oliehoorn H4886 H8799 , en hij zalfde H853 hem H7130 in het midden H251 zijner broederen H7307 . En de Geest H3068 des HEEREN H6743 H8799 werd vaardig H413 over H1732 David H4480 van H1931 dien H3117 dag H4605 af en voortaan H6965 H0 . Daarna stond H8050 Samuel H6965 H8799 op H3212 H8799 , en hij ging H7414 naar Rama.

1 Samuel 28:6

  6 H7586 En Saul H7592 H8799 vraagde H3068 den HEERE H3068 ; maar de HEERE H6030 H8804 antwoordde H3808 hem niet H1571 ; noch H2472 door dromen H1571 , noch H224 door de urim H1571 , noch H5030 door de profeten.

1 Samuel 28:17

  17 H3068 Want de HEERE H6213 H8799 heeft voor Zich gedaan H834 , gelijk als H3027 Hij door mijn dienst H1696 H8765 gesproken heeft H3068 ; en H4467 heeft het koninkrijk H4480 van H3027 uw hand H7167 H8799 gescheurd H5414 H8799 , en Hij heeft dat gegeven H7453 aan uw naaste H1732 , aan David.

2 Samuel 3:9-10

  9 H430 God H6213 H8799 doe H74 Abner H3541 zo H3541 , en doe hem zo H3254 H8686 daartoe H3588 ! Voorzeker H834 , gelijk als H3068 de HEERE H1732 aan David H7650 H8738 gezworen heeft H3588 , dat H3651 ik even alzo H6213 H8799 aan hem zal doen.
  10 H5674 H8687 Overbrengende H4467 het koninkrijk H4480 van H1004 het huis H7586 van Saul H6965 H8687 , en oprichtende H3678 den stoel H1732 van David H5921 over H3478 Israel H5921 en over H3063 Juda H4480 , van H1835 Dan H5704 tot H884 Ber-seba toe.

2 Samuel 5:3

  3 H935 H8799 Alzo kwamen H3605 alle H2205 oudsten H3478 van Israel H413 tot H4428 den koning H2275 te Hebron H4428 ; en de koning H1732 David H3772 H8799 maakte H1285 een verbond H2275 met hen te Hebron H6440 , voor het aangezicht H3068 des HEEREN H4886 H8799 ; en zij zalfden H1732 David H4428 tot koning H5921 over H3478 Israel.

1 Chronicles 12:23

  23 H428 En dit H4557 zijn de getallen H7218 der hoofden H2502 H8803 dergenen, die toegerust waren H6635 ten heire H5921 , die tot H1732 David H2275 te Hebron H935 H8804 kwamen H4438 , om het koninkrijk H7586 van Saul H413 tot H5437 H8687 hem te wenden H6310 , naar den mond H3068 des HEEREN:

Proverbs 17:13

  13 H7451 Die kwaad H2896 voor goed H7725 H8688 vergeldt H7451 , het kwaad H1004 zal van zijn huis H4185 H8799 H8675 H4185 H8686 niet wijken.

Isaiah 10:7

  7 H1819 H8762 Hoewel hij het zo niet meent H3824 , en zijn hart H2803 H8799 alzo niet denkt H3824 , maar hij zal in zijn hart H8045 H8687 hebben te verdelgen H3772 H8687 , en uit te roeien H4592 niet weinige H1471 volken.

Isaiah 10:15

  15 H1631 Zal een bijl H6286 H8691 zich beroemen H2672 H8802 tegen dien, die daarmede houwt H4883 ? Zal een zaag H1431 H8691 pochen H5130 H8688 tegen dien, die ze trekt H7626 ? Alsof een staf H5130 H8687 bewoog H7311 H8688 degenen, die hem opheffen H4294 ? Als men een stok H7311 H8687 opheft H6086 , is het geen hout?

Ezekiel 14:3-6

  3 H1121 H120 Mensenkind H582 , deze mannen H1544 hebben hun drekgoden H3820 in hun hart H5927 H8689 opgezet H4383 , en hebben den aanstoot H5771 hunner ongerechtigheid H5227 recht voor H6440 hun aangezichten H5414 H8804 gesteld H1875 H8736 ; word Ik dan ernstiglijk H1875 H8735 van hen gevraagd?
  4 H1696 H8761 Daarom spreek H559 H8804 met hen, en zeg H559 H8804 tot hen: Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H376 : Een ieder man H1004 uit het huis H3478 Israels H1544 , die de drekgoden H3820 in zijn hart H5927 H8686 opzet H4383 , en den aanstoot H5771 zijner ongerechtigheid H5227 recht voor H6440 zijn aangezicht H7760 H8799 stelt H935 H8804 , en komt H5030 tot den profeet H3068 , Ik, de HEERE H935 H8804 zal hem, als hij komt H6030 H8738 , antwoorden H7230 naar de menigte H1544 zijner drekgoden;
  5 H1004 Opdat Ik het huis H3478 Israels H3820 in hun hart H8610 H8800 grijpe H1544 , dewijl zij allen door hun drekgoden H2114 H8738 van Mij vervreemd zijn.
  6 H559 H8798 Daarom zeg H1004 tot het huis H3478 Israels H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7725 H8798 : Bekeert u H7725 H8685 , en keert u af H1544 van uw drekgoden H7725 H0 , en keert H6440 uw aangezichten H7725 H8685 af H8441 van al uw gruwelen.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.