Isaiah 24:21 Cross References - DSV_Strongs

  21 H3117 En het zal geschieden te dien dage H3068 , dat de HEERE H6485 H8799 bezoeking doen zal H6635 over de heirscharen H4791 des hogen H4791 in de hoogte H4428 , en over de koningen H127 des aardbodems H127 op den aardbodem.

Psalms 76:12

  12 H7307 [076:13] Die den geest H5057 der vorsten H1219 H8799 als druiven afsnijdt H4428 ; Die den koningen H776 der aarde H3372 H8737 vreselijk is.

Psalms 149:6-9

  6 H7319 De verheffingen H410 Gods H1627 zullen in hun keel H6374 zijn; en een tweesnijdend H2719 zwaard H3027 in hun hand;
  7 H5360 Om wraak H6213 H8800 te doen H1471 over de heidenen H8433 , [en] bestraffingen H3816 over de volken;
  8 H4428 Om hun koningen H631 H8800 te binden H2131 met ketenen H3513 H8737 , en hun achtbaren H1270 met ijzeren H3525 boeien;
  9 H3789 H8803 Om het beschreven H4941 recht H6213 H8800 over hen te doen H1926 . Dit zal de heerlijkheid H2623 van al Zijn gunstgenoten H1984 H8761 H3050 zijn. Hallelujah!

Isaiah 10:12

  12 H136 Want het zal geschieden, als de HEERE H1214 H8762 een einde zal gemaakt hebben H4639 van al Zijn werk H2022 op den berg H6726 Sion H3389 en te Jeruzalem H6485 H8799 , dan zal Ik te huis zoeken H6529 de vrucht H1433 van de grootsheid H3824 des harten H4428 van den koning H804 van Assyrie H8597 , en de pracht H7312 van de hoogheid H5869 zijner ogen.

Isaiah 10:25-27

  25 H4213 Want nog een klein H4592 weinig H3615 H8804 , zo zal volbracht worden H2195 de gramschap H639 , en Mijn toorn H8399 tot hun vernieling.
  26 H3068 Want de HEERE H6635 der heirscharen H7752 zal tegen hem een gesel H5782 H8790 verwekken H4347 , gelijk de slachting H4080 van Midian H6697 was aan de rots H6159 van Oreb H4294 ; en [gelijk] Zijn staf H3220 over de zee H5375 H8804 was, denwelken Hij verheffen zal H1870 , naar de wijze H4714 der Egyptenaren.
  27 H3117 En het zal geschieden ten zelfden dage H5448 , dat zijn last H5493 H8799 zal afwijken H7926 van uw schouder H5923 , en zijn juk H6677 van uw hals H5923 ; en het juk H2254 H8795 zal verdorven worden H6440 , om H8081 des Gezalfden wil.

Isaiah 14:1-2

  1 H3068 Want de HEERE H3290 zal Zich over Jakob H7355 H8762 ontfermen H3478 , en Hij zal Israel H977 H8804 nog verkiezen H127 , en Hij zal hen in hun land H3240 H8689 zetten H1616 ; en de vreemdeling H3867 H8738 zal zich tot hen vervoegen H1004 , en zij zullen het huis H3290 van Jakob H5596 H8738 aanhangen.
  2 H5971 En de volken H3947 H8804 zullen hen aannemen H4725 , en in hun plaats H935 H8689 brengen H1004 ; en het huis H3478 Israels H5157 H8694 zal hen erfelijk bezitten H127 in het land H3068 des HEEREN H5650 tot knechten H8198 en tot maagden H7617 H8802 ; en zij zullen gevangen houden H7617 H8802 degenen, die hen gevangen hielden H7287 H8804 , en zij zullen heersen H5065 H8802 over hun drijvers.

Isaiah 25:10-12

  10 H3027 Want de hand H3068 des HEEREN H2022 zal op dezen berg H5117 H8799 rusten H4124 ; maar Moab H1758 H8736 zal onder Hem verdorst worden H4963 , gelijk het stro H1758 H8738 verdorst wordt H1119 tot H4325 H8675 H4087 mest.
  11 H3027 En Hij zal Zijn handen H6566 H8765 uitbreiden H7130 in het midden H7811 H8802 van hen, gelijk als een zwemmer H6566 H8762 [die] uitbreidt H7811 H8800 om te zwemmen H1346 , en Hij zal hun hoogmoed H8213 H8689 vernederen H698 met de lagen H3027 hunner handen.
  12 H4869 En Hij zal de hoge H4013 vesten H2346 uwer muren H7817 H8689 buigen H8213 H8689 , vernederen H776 , [ja], Hij zal ze ter aarde H6083 tot het stof H5060 H8689 toe doen reiken.

Isaiah 34:2-17

  2 H7110 Want de verbolgenheid H3068 des HEEREN H1471 is over al de heidenen H2534 , en grimmigheid H6635 over al hun heir H2763 H8689 ; Hij heeft hen verbannen H2874 , Hij heeft ze ter slachting H5414 H8804 overgegeven.
  3 H2491 En hun verslagenen H7993 H8714 zullen weggeworpen worden H6297 , en van hun dode lichamen H889 zal hun stank H5927 H8799 opgaan H2022 ; en de bergen H4549 H8738 zullen smelten H1818 van hun bloed.
  4 H6635 En al het heir H8064 der hemelen H4743 H8738 zal uitteren H8064 , en de hemelen H1556 H8738 zullen toegerold worden H5612 , gelijk een boek H6635 , en al hun heir H5034 H8799 zal afvallen H5929 , gelijk een blad H1612 van den wijnstok H5034 H8800 afvalt H5034 H8802 , en gelijk [een] [vijg] afvalt H8384 van den vijgeboom.
  5 H2719 Want Mijn zwaard H7301 H8765 is dronken geworden H8064 in den hemel H4941 ; ziet, het zal ten oordeel H3381 H8799 nederdalen H123 op Edom H5971 , en op het volk H2764 , hetwelk Ik verbannen heb.
  6 H2719 Het zwaard H3068 des HEEREN H4390 H8804 is vol H1818 van bloed H1878 H8719 , het is vet geworden H2459 van smeer H1818 , van het bloed H3733 der lammeren H6260 en der bokken H2459 , van het smeer H3629 der nieren H352 van de rammen H3068 ; want de HEERE H2077 heeft een slachtoffer H1224 te Bozra H1419 , en een grote H2874 slachting H776 in het land H123 der Edomieten.
  7 H7214 En de eenhoornen H3381 H8804 zullen met hen afgaan H6499 , en de varren H47 met de stieren H776 ; en hun land H7301 H8765 zal doordronken zijn H1818 van het bloed H6083 , en hun stof H2459 zal van het smeer H1878 H8792 vet gemaakt worden.
  8 H3117 Want het zal zijn de dag H5359 der wraak H3068 des HEEREN H8141 , een jaar H7966 der vergeldingen H6726 , om Sions H7379 twistzaak.
  9 H5158 En hun beken H2203 zullen in pek H2015 H8738 verkeerd worden H6083 , en hun stof H1614 in zwavel H776 ; ja, hun aarde H1197 H8802 zal tot brandend H2203 pek worden.
  10 H3915 Het zal des nachts H3119 of des daags H3518 H8799 niet uitgeblust worden H5769 , tot in der eeuwigheid H6227 zal zijn rook H5927 H8799 opgaan H1755 ; van geslacht H1755 tot geslacht H2717 H8799 zal het woest zijn H5331 , tot in eeuwigheid H5331 der eeuwigheden H5674 H8802 zal niemand daar doorgaan.
  11 H6893 Maar de roerdomp H7090 en de nachtuil H3423 H8804 zullen het erfelijk bezitten H3244 , en de schuifuit H6158 , en de raaf H7931 H8799 zal daarin wonen H6957 ; want Hij zal een richtsnoer H8414 der woestigheid H5186 H8804 over hen trekken H68 , en een richtlood H922 der ledigheid.
  12 H2715 Hun edelen H4410 (doch zij zijn er niet) zullen zij [tot] het koninkrijk H7121 H8799 roepen H8269 , maar al hun vorsten H657 zullen niets zijn.
  13 H759 En in hun paleizen H5518 zullen doornen H5927 H8804 opgaan H7057 , netelen H2336 en distelen H4013 in hun vestingen H5116 ; en het zal een woning H8577 der draken H2681 zijn, een zaal H1323 voor de jongen H3284 der struisen.
  14 H6728 En de wilde dieren der woestijnen H338 zullen de wilde dieren der eilanden H6298 H8804 [daar] ontmoeten H8163 , en de duivel H7453 zal zijn metgezel H7121 H8799 toeroepen H3917 ; ook zal het nachtgedierte H7280 H8689 zich aldaar nederzetten H4494 , en het zal een rustplaats H4672 H8804 voor zich vinden.
  15 H7091 Daar zal de wilde meerle H7077 H8765 nestelen H4422 H8762 en leggen H1234 H8804 , en haar jongen uitbikken H6738 , en onder haar schaduw H1716 H8804 vergaderen H1772 ; ook zullen aldaar de gieren H802 H7468 met elkaar H6908 H8738 verzameld worden.
  16 H1875 H8798 Zoekt H5612 in het boek H3068 des HEEREN H7121 H8798 , en leest H259 ; niet een H2007 van dezen H5737 H8738 zal er feilen H802 , het een H7468 noch het ander H6485 H8804 zal men missen H6310 ; want mijn mond H6680 H8765 zelf heeft het geboden H7307 , en Zijn Geest H6908 H8765 Zelf zal ze samenbrengen.
  17 H1486 Want Hij Zelf heeft voor hen het lot H5307 H8689 geworpen H3027 , en Zijn hand H2505 H8765 heeft het hun uitgedeeld H6957 met het richtsnoer H5704 ; tot H5769 in der eeuwigheid H3423 H8799 zullen zij dat erfelijk bezitten H1755 , van geslacht H1755 tot geslacht H7931 H8799 zullen zij daarin wonen.

Ezekiel 38:1-23

  1 H3068 Wijders geschiedde des HEEREN H1697 woord H559 H8800 tot mij, zeggende:
  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H1463 tegen Gog H776 , het land H4031 van Magog H7218 H5387 , den hoofdvorst H4902 van Mesech H8422 en Tubal H5012 H8734 ; en profeteer tegen hem,
  3 H559 H8804 En zeg H559 H8804 : Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H1463 : Zie, Ik [wil] aan u, o Gog H7218 H5387 , gij hoofdvorst H4902 van Mesech H8422 en Tubal!
  4 H7725 H8790 En Ik zal u omwenden H2397 , en haken H3895 in uw kaken H5414 H8804 leggen H3318 H8689 , en Ik zal u uitvoeren H2428 , mitsgaders uw ganse heir H5483 , paarden H6571 en ruiteren H4358 , die altemaal volkomen H3847 H8803 wel gekleed zijn H7227 , een grote H6951 vergadering H6793 , [met] rondas H4043 en schild H2719 , die altemaal zwaarden H8610 H8802 handelen;
  5 H6539 Perzen H3568 , Moren H6316 en Puteers H4043 met hen, die altemaal schild H3553 en helm [voeren];
  6 H1586 Gomer H102 en al zijn benden H1004 , en het huis H8425 van Togarma H3411 , [aan] de zijden H6828 van het noorden H102 , en al zijn benden H7227 ; vele H5971 volken met u.
  7 H3559 H8734 Zijt bereid H3559 H8685 en maakt u gereed H6951 , gij en uw ganse vergadering H6950 H8737 , die tot u vergaderd zijn H4929 ; en wees gij hun tot een wacht.
  8 H7227 Na vele H3117 dagen H6485 H8735 zult gij bezocht worden H319 ; in het laatste H8141 der jaren H935 H8799 zult gij komen H776 in het land H7725 H8796 , dat wedergebracht is H2719 van het zwaard H6908 H8794 , dat vergaderd is H7227 uit vele H5971 volken H2022 , op de bergen H3478 Israels H8548 , die steeds H2723 tot verwoesting H5971 geweest zijn; als hetzelve [land] uit de volken H3318 H8717 zal uitgevoerd zijn H983 , en zij allemaal zeker H3427 H8804 zullen wonen.
  9 H5927 H8804 Dan zult gij optrekken H935 H8799 , gij zult aankomen H7722 als een onstuimige verwoesting H6051 , gij zult zijn als een wolk H776 , om het land H3680 H8763 te bedekken H102 ; gij en al uw benden H7227 , en vele H5971 volken met u.
  10 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3117 : Te dien dage H1697 zal het ook geschieden, dat er raadslagen H3824 in uw hart H5927 H8799 zullen opkomen H7451 , en gij zult een kwade H4284 gedachte H2803 H8804 denken,
  11 H559 H8804 En zult zeggen H5927 H8799 : Ik zal optrekken H776 H6519 naar [dat] dorpland H935 H8799 , ik zal komen H8252 H8802 tot degenen, die in rust zijn H983 , die zeker H3427 H8802 wonen H3427 H8802 , die altemaal wonen H2346 zonder muur H1280 , en grendel H1817 noch deuren hebben.
  12 H7998 Om buit H7997 H8800 te buiten H957 , en om roof H962 H8800 te roven H3027 ; om uw hand H7725 H8687 te wenden H2723 tegen de woeste plaatsen H3427 H8737 , die [nu] bewoond zijn H5971 , en tegen een volk H1471 , dat uit de heidenen H622 H8794 verzameld is H4735 , dat vee H7075 en have H6213 H8802 verkregen heeft H3427 H8802 , wonende H2872 in het midden H776 des lands.
  13 H7614 Scheba H1719 , en Dedan H5503 H8802 , en de kooplieden H8659 van Tarsis H3715 , en alle hun jonge leeuwen H559 H8799 zullen tot u zeggen H935 H8802 : Komt gij H7998 , om buit H7997 H8800 te buiten H6951 ? hebt gij uw vergadering H6950 H8689 vergaderd H957 , om roof H962 H8800 te roven H3701 ? om zilver H2091 en goud H5375 H8800 weg te voeren H4735 , om vee H7075 en have H3947 H8800 weg te nemen H1419 , om een groten H7998 buit H7997 H8800 te buiten?
  14 H5012 H8734 Daarom profeteer H1121 H120 , o mensenkind H559 H8804 ! en zeg H1463 tot Gog H559 H8804 : Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3117 : Zult gij het, te dien dage H5971 , als Mijn volk H3478 Israel H983 zeker H3427 H8800 woont H3045 H8799 , niet gewaar worden?
  15 H935 H8804 Gij zult dan komen H4725 uit uw plaats H3411 , uit de zijden H6828 van het noorden H7227 , gij en vele H5971 volken H5483 met u; die altemaal op paarden H7392 H8802 zullen rijden H1419 , een grote H6951 vergadering H7227 , en een machtig H2428 heir;
  16 H5927 H8804 En gij zult optrekken H5971 tegen Mijn volk H3478 Israel H6051 , als een wolk H776 , om het land H3680 H8763 te bedekken H319 ; in het laatste H3117 der dagen H935 H8689 zal het geschieden; dan zal Ik u aanbrengen H776 tegen Mijn land H1471 , opdat de heidenen H3045 H8800 Mij kennen H1463 , als Ik aan u, o Gog H5869 ! voor hun ogen H6942 H8736 zal geheiligd worden.
  17 H559 H8804 Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6931 : Zijt gij die, [van] welken Ik in verleden H3117 dagen H1696 H8765 gesproken heb H3027 , door den dienst H5650 Mijner knechten H5030 , de profeten H3478 Israels H3117 , die in die dagen H5012 H8737 geprofeteerd hebben H8141 , jaren H935 H8687 [lang], dat Ik u tegen hen zou aanbrengen?
  18 H3117 Maar het zal geschieden te dien dage H3117 , ten dage H1463 als Gog H127 tegen het land H3478 Israels H935 H8800 zal aankomen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H2534 , dat Mijn grimmigheid H639 in Mijn neus H5927 H8799 zal opkomen.
  19 H1696 H8765 Want Ik heb gesproken H7068 in Mijn ijver H784 , in het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H3117 : Zo er niet, te dien dage H1419 , een groot H7494 beven H127 zal zijn in het land H3478 Israels!
  20 H6440 Zodat van Mijn aangezicht H7493 H8804 beven zullen H1709 de vissen H3220 der zee H5775 , en het gevogelte H8064 des hemels H2416 , en het gedierte H7704 des velds H7431 , en al het kruipend gedierte H127 , dat op het aardrijk H7430 H8802 kruipt H120 , en alle mensen H6440 H127 , die op den aardbodem H2022 zijn; en de bergen H2040 H8738 zullen nedergeworpen worden H4095 , en de steile plaatsen H5307 H8804 zullen nedervallen H2346 , en alle muren H776 zullen ter aarde H5307 H8799 nedervallen.
  21 H2719 Want Ik zal het zwaard H7121 H8804 over hem roepen H2022 op al Mijn bergen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H2719 ; het zwaard H376 van een ieder H251 zal tegen zijn broeder zijn.
  22 H8199 H8738 En Ik zal met hem rechten H1698 , door pestilentie H1818 en door bloed H7857 H8802 ; en Ik zal een overstelpenden H1653 plasregen H417 H68 , en grote hagelstenen H784 , vuur H1614 en zwavel H4305 H8686 regenen H102 op hem, en op zijn benden H7227 , en op de vele H5971 volken, die met hem zullen zijn.
  23 H1431 H8694 Alzo zal Ik Mij groot maken H6942 H8694 , en Mij heiligen H3045 H8738 , en bekend worden H5869 voor de ogen H7227 van vele H1471 heidenen H3045 H8804 ; en zij zullen weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Joel 3:9-17

  9 H2063 Roept dit H7121 H8798 uit H1471 onder de heidenen H6942 H8761 , heiligt H4421 een krijg H5782 H0 ; wekt H1368 de helden H5782 H8685 op H5066 H8799 , laat naderen H5927 H8799 , laat optrekken H3605 alle H582 H4421 krijgslieden.
  10 H3807 H8798 Slaat H855 uw spaden H2719 tot zwaarden H4211 , en uw sikkelen H7420 tot spiesen H2523 ; de zwakke H559 H8799 zegge H589 : Ik H1368 ben een held.
  11 H5789 H8798 Rot te hoop H935 H8798 , en komt aan H3605 , alle H1471 gij volken H5439 van rondom H6908 H8738 H8033 , en vergadert u H3068 ! (O HEERE H1368 , doe Uw helden H5181 H8685 derwaarts nederdalen!)
  12 H1471 De heidenen H5782 H8735 zullen zich opmaken H5927 H8799 , en optrekken H413 naar H6010 het dal H3092 van Josafat H3588 ; maar H8033 aldaar H3427 H8799 zal Ik zitten H8199 H8800 , om te richten H3605 alle H1471 heidenen H5439 van rondom.
  13 H7971 H0 Slaat H4038 de sikkel H7971 H8798 aan H3588 , want H7105 de oogst H1310 H8804 is rijp geworden H935 H8798 ; komt aan H3381 H8798 , daalt henen af H3588 , want H1660 de pers H4390 H8804 is vol H3342 , en de perskuipen H7783 H8689 lopen over H3588 ; want H7451 hunlieder boosheid H7227 is groot.
  14 H1995 Menigten H1995 , menigten H6010 in het dal H2742 des dorswagens H3588 ; want H3117 de dag H3068 des HEEREN H7138 is nabij H6010 , in het dal H2742 des dorswagens.
  15 H8121 De zon H3394 en maan H6937 H8804 zijn zwart geworden H3556 , en de sterren H5051 hebben haar glans H622 H8804 ingetrokken.
  16 H3068 En de HEERE H6726 zal uit Sion H7580 H8799 brullen H3389 , en uit Jeruzalem H6963 Zijn stem H5414 H8799 geven H8064 , dat hemel H776 en aarde H7493 H8804 beven zullen H3068 ; maar de HEERE H4268 zal de Toevlucht H5971 Zijns volks H4581 , en de Sterkte H1121 der kinderen H3478 Israels zijn.
  17 H3045 H8804 En gijlieden zult weten H3588 , dat H589 Ik H3068 de HEERE H430 , uw God H7931 H8802 ben, wonende H6726 op Sion H2022 , den berg H6944 Mijner heiligheid H3389 ; en Jeruzalem H6944 zal een heiligheid H1961 H8804 zijn H2114 H8801 , en vreemden H3808 zullen niet H5750 meer H5674 H8799 door haar doorgaan.

Joel 3:19

  19 H4714 Egypte H8077 zal tot verwoesting H1961 H8799 worden H123 , en Edom H1961 H8799 zal worden H8077 tot een woeste H4057 wildernis H2555 , om het geweld H1121 , gedaan aan de kinderen H3063 van Juda H834 , in welker H776 land H5355 zij onschuldig H1818 bloed H8210 H8804 vergoten hebben.

Haggai 2:21-22

  21 H559 H8798 [02:22] Spreek H413 tot H2216 Zerubbabel H6346 , den vorst H3063 van Juda H559 H8800 , zeggende H589 : Ik H853 zal de H8064 hemelen H853 en de H776 aarde H7493 H8688 bewegen.
  22 H3678 [02:23] En Ik zal den troon H4467 der koninkrijken H2015 H8804 omkeren H8045 H8689 , en verdelgen H2392 de vastigheid H4467 van de koninkrijken H1471 der heidenen H4818 ; en Ik zal den wagen H2015 H8804 omkeren H7392 H8802 , en die daarop rijden H5483 ; en de paarden H7392 H8802 , en die daarop rijden H3381 H8804 , zullen nederstorten H376 , een iegelijk H251 in des anderen H2719 zwaard.

Zechariah 14:12-19

  12 H2063 En dit H4046 zal de plage H1961 H8799 zijn H834 , waarmede H3068 de HEERE H3605 al H5971 de volken H5062 H8799 plagen zal H5921 , die tegen H3389 Jeruzalem H6633 H8804 krijg gevoerd zullen hebben H1931 : Hij H1320 zal een iegelijks vlees H5921 , daar hij op H7272 zijn voeten H5975 H8802 staat H4743 H8687 , doen uitteren H5869 ; en een iegelijks ogen H4743 H8735 zullen uitteren H2356 in hun holen H3956 ; een eens iegelijks tong H6310 zal in hun mond H4743 H8735 uitteren.
  13 H1931 Ook zal het te dien H3117 dage H1961 H8804 geschieden H7227 , dat er een groot H4103 gedruis H3068 van den HEERE H376 onder hen zal wezen, zodat zij een ieder H7453 zijns naasten H3027 hand H2388 H8689 zullen aangrijpen H3027 , een eens ieders hand H5921 zal tegen H3027 de hand H7453 zijns naasten H5927 H8804 opgaan.
  14 H1571 En ook H3063 zal Juda H3389 te Jeruzalem H3898 H8735 strijden H2428 ; en het vermogen H3605 aller H1471 heidenen H5439 rondom H622 H8795 zal verzameld worden H2091 , goud H3701 en zilver H899 , en klederen H3966 in grote H7230 menigte.
  15 H3651 Alzo H4046 zal ook de plage H5483 der paarden H6505 , der muildieren H1581 , der kemelen H2543 , en der ezelen H3605 , en aller H929 beesten H1961 H8799 zijn H834 , die H1992 in diezelve H4264 heirlegers H1961 H8799 geweest zullen zijn H2063 , gelijk gener H4046 plage geweest is.
  16 H1961 H8804 En het zal geschieden H3605 , dat al H3498 H8737 de overgeblevenen H4480 van H3605 alle H1471 heidenen H5921 , die tegen H3389 Jeruzalem H935 H8802 zullen gekomen zijn H1767 , die zullen van H8141 jaar H8141 tot jaar H5927 H8804 optrekken H7812 H8692 om aan te bidden H4428 den Koning H3068 , den HEERE H6635 der heirscharen H2287 H8800 , en om te vieren H2282 het feest H5521 der loofhutten.
  17 H1961 H8804 En het zal geschieden H834 , zo wie H4480 van H4940 de geslachten H776 der aarde H3808 niet H5927 H8799 zal optrekken H413 naar H3389 Jeruzalem H4428 , om den Koning H3068 , den HEERE H6635 der heirscharen H7812 H8692 , te aanbidden H5921 , zo zal er over H3808 henlieden geen H1653 regen H1961 H8799 wezen.
  18 H518 En indien H4940 het geslacht H4714 der Egyptenaren H5921 , over H3808 dewelke [de] [regen] niet H1961 H8799 is H3808 , niet H5927 H8799 zal optrekken H3808 noch H935 H8804 komen H4046 , zo zal die plage H834 [over] [hen] zijn, [met] dewelke H3068 de HEERE H1471 die heidenen H5062 H8799 plagen zal H834 , die H3808 niet H5927 H8799 optrekken zullen H2287 H8800 , om te vieren H2282 het feest H5521 der loofhutten.
  19 H2063 Dit H2403 zal de zonde H4714 der Egyptenaren H1961 H8799 zijn H2403 , mitsgaders de zonde H3605 aller H1471 heidenen H3808 , die niet H5927 H8799 optrekken zullen H2287 H8800 , om te vieren H2282 het feest H5521 der loofhutten.

Revelation 6:14-17

  14 G2532 En G3772 de hemel G673 G5681 is weggeweken G5613 , als G975 een boek G1507 G5746 , dat toegerold wordt G2532 ; en G3956 alle G3735 bergen G2532 en G3520 eilanden G2795 G5681 zijn bewogen G1537 uit G846 hun G5117 plaatsen.
  15 G2532 En G935 de koningen G1093 der aarde G2532 , en G3175 de groten G2532 , en G4145 de rijken G2532 , en G5506 de oversten over duizend G2532 , en G1415 de machtigen G2532 , en G3956 alle G1401 dienstknechten G2532 , en G3956 alle G1658 vrijen G2928 G5656 , verborgen G1438 zichzelven G1519 in G4693 de spelonken G2532 , en G1519 in G4073 de steenrotsen G3735 der bergen;
  16 G2532 En G3004 G5719 zeiden G3735 tot de bergen G2532 en G4073 tot de steenrotsen G4098 G5628 : Valt G1909 op G2248 ons G2532 , en G2928 G5657 verbergt G2248 ons G575 van G4383 het aangezicht G1909 Desgenen, Die op G2362 den troon G2521 G5740 zit G2532 , en G575 van G3709 den toorn G721 des Lams.
  17 G3754 Want G3173 de grote G2250 dag G846 Zijns G3709 toorns G2064 G5627 is gekomen G2532 , en G5101 wie G1410 G5736 kan G2476 G5683 bestaan?

Revelation 17:14

  14 G3778 Dezen G3326 zullen tegen G721 het Lam G4170 G5692 krijgen G2532 , en G721 het Lam G846 zal hen G3528 G5692 overwinnen G3754 (want G2076 G5748 Het is G2962 een Heere G2962 der heren G2532 , en G935 een Koning G935 der koningen G2532 ), en G3326 die met G846 Hem G2822 zijn, de geroepenen G2532 , en G1588 uitverkorenen G2532 en G4103 gelovigen.

Revelation 18:9

  9 G2532 En G935 de koningen G1093 der aarde G3588 , die G3326 met G846 haar G4203 G5660 gehoereerd G2532 en G4763 G5660 weelde gehad hebben G846 , zullen haar G2799 G5695 bewenen G2532 , en G2875 G rouw G1909 over G846 haar G2875 G5695 bedrijven G3752 , wanneer G2586 zij den rook G846 haar G4451 brands G991 G5725 zullen zien;

Revelation 19:18-21

  18 G2443 Opdat G5315 G5632 gij eet G4561 het vlees G935 der koningen G2532 , en G4561 het vlees G5506 der oversten over duizend G2532 , en G4561 het vlees G2478 der sterken G2532 , en G4561 het vlees G2462 der paarden G2532 en G1909 G846 dergenen, die daarop G2521 G5740 zitten G2532 ; en G4561 het vlees G3956 van alle G1658 vrijen G2532 en G1401 dienstknechten G2532 , en G3398 kleinen G2532 en G3173 groten.
  19 G2532 En G1492 G5627 ik zag G2342 het beest G2532 , en G935 de koningen G1093 der aarde G2532 , en G846 hun G4753 heirlegers G4863 G5772 vergaderd G4171 , om krijg G4160 G5658 te voeren G3326 tegen G1909 Hem, Die op G2462 het paard G2521 G5740 zat G2532 , en G3326 tegen G846 Zijn G4753 heirlegers.
  20 G2532 En G2342 het beest G4084 G5681 werd gegrepen G2532 , en G3326 met G5127 hetzelve G5578 de valse profeet G4592 , die de tekenen G1799 in de tegenwoordigheid G846 van hetzelve G4160 G5660 gedaan had G1722 , door G3739 welke G4105 G5656 hij verleid had G5480 , die het merkteken G2342 van het beest G2983 G5631 ontvangen hadden G2532 , en G846 die deszelfs G1504 beeld G4352 G5723 aanbaden G1417 . Deze twee G2198 G5723 zijn levend G906 G5681 geworpen G1519 in G3041 den poel G4442 des vuurs G1722 , die met G2303 sulfer G2545 G5746 brandt.
  21 G2532 En G3062 de overigen G615 G5681 werden gedood G1722 met G4501 het zwaard G1909 Desgenen, Die op G2462 het paard G2521 G5740 zat G3588 , hetwelk G1537 uit G846 Zijn G4750 mond G1607 G5740 ging G2532 ; en G3956 al G3732 de vogelen G5526 G5681 werden verzadigd G1537 van G846 hun G4561 vlees.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.