Ezekiel 23 Cross References - DSV_Strongs

  1 H3068 Verder geschiedde des HEEREN H1697 woord H559 H8800 tot mij, zeggende:
  2 H1121 H120 Mensenkind H8147 ! daar waren twee H802 vrouwen H1323 , dochteren H259 van een H517 moeder.
  3 H2181 H8799 Dezen hoereerden H4714 in Egypte H5271 ; in haar jeugd H2181 H8804 hoereerden zij H7699 ; daar werden haar borsten H4600 H8795 gedrukt H1717 , en daar werden de tepelen H1331 haars maagdoms H6213 H8765 betast.
  4 H8034 Haar namen H170 nu waren: Ohola H1419 , de grootste H172 , en Oholiba H269 , haar zuster H3205 H8799 ; en zij werden de Mijne, en baarden H1121 zonen H1323 en dochteren H8034 ; dit waren haar namen H8111 : Samaria H170 is Ohola H3389 , en Jeruzalem H172 Oholiba.
  5 H170 Ohola H2181 H8799 nu hoereerde H8478 , zijnde onder H5689 H8799 Mij; en zij werd verliefd H157 H8764 op haar boelen H804 , op de Assyriers H7138 , die nabij waren;
  6 H3847 H8803 Bekleed H8504 met hemelsblauw H6346 , vorsten H5461 en overheden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden.
  7 H5414 H8799 Alzo dreef zij H8457 haar hoererijen H4005 met dezelve, die allen de keure H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 waren; en met allen, op dewelke zij verliefd was H1544 , met al derzelver drekgoden H2930 H8738 , verontreinigde zij zich.
  8 H5800 H8804 Zij verliet H8457 ook haar hoererijen H4714 niet, [gebracht] uit Egypte H5271 ; want zij hadden bij haar in haar jeugd H7901 H8804 gelegen H1717 , en zij hadden de tepelen H1331 haars maagdoms H6213 H8765 betast H8457 , en zij hadden hun hoererij H8210 H8799 over haar uitgestort.
  9 H5414 H8804 Daarom gaf Ik H3027 haar in de hand H157 H8764 van haar boelen H3027 over, in de hand H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 , op dewelke zij verliefd was.
  10 H1540 H8765 Dezen ontdekten H6172 haar schaamte H1121 , haar zonen H1323 en haar dochteren H3947 H8804 namen zij weg H2026 H8804 , maar haar doodden zij H2719 met het zwaard H8034 ; en zij kreeg een naam H802 onder de vrouwen H8196 , nadat men gerichten H6213 H8804 over haar geoefend had.
  11 H269 Als haar zuster H172 , Oholiba H7200 H8799 , [dit] zag H7843 H8686 , zo verdierf zij H5691 haar minne H8457 nog meer dan zij, en haar hoererijen H2183 meer dan de hoererijen H269 van haar zuster.
  12 H5689 H8804 Zij werd verliefd H1121 op de kinderen H804 van Assur H6346 , de vorsten H5461 en overheden H7138 , die nabij H3847 H8803 waren, bekleed H4358 met volkomen sieraad H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen.
  13 H7200 H8799 Toen zag Ik H2930 H8738 , dat zij verontreinigd was H8147 ; zij hadden beiden H259 enerlei H1870 weg.
  14 H3254 H0 Ja, zij deed H8457 tot haar hoererijen H3254 H8686 nog meer toe H2707 H8794 ; want toen zij geschilderde H582 mannen H7023 aan den wand H7200 H8799 zag H6754 , de beelden H3778 der Chaldeen H2710 H8803 , geschilderd H8350 met menie,
  15 H2289 Gegord H232 met een gordel H4975 aan hun lenden H5628 H8803 , hebbende overvloedig H2871 geverfde H7218 [hoeden] op hun hoofden H4758 , die allen in het aanzien H7991 hoofdmannen H1823 waren, [naar] de gelijkenis H1121 der kinderen H894 van Babel H3778 , van Chaldea H776 , het land H4138 hunner geboorte;
  16 H5689 H8799 Zo werd zij op dezelve verliefd H4758 met het opzien H5869 van haar ogen H7971 H8799 , en zij zond H4397 boden H3778 tot hen, naar Chaldea.
  17 H1121 De kinderen H894 van Babel H935 H8799 nu kwamen H4904 tot haar in tot het leger H1730 der minne H2930 H8762 , en verontreinigden H8457 haar met hun hoererij H2930 H8799 ; ook verontreinigde zij zich H5315 met hen; daarna werd haar ziel H3363 H8799 van hen afgetrokken.
  18 H1540 H8762 Alzo ontdekte zij H8457 haar hoererijen H1540 H8762 , en ontdekte H6172 haar schaamte H5315 ; toen werd Mijn ziel H3363 H8799 van haar afgetrokken H5315 , gelijk als Mijn ziel H5361 H8804 was afgetrokken H269 van haar zuster.
  19 H7235 H8686 Doch zij vermenigvuldigde H8457 haar hoererijen H2142 H8800 , gedenkende H3117 aan de dagen H5271 van haar jeugd H2181 H8804 , als zij gehoereerd had H776 in het land H4714 van Egypte.
  20 H5689 H8799 En zij werd verliefd H6370 meer dan derzelver bijwijven H1320 , welker vlees H1320 is [als] het vlees H2543 der ezelen H2231 , en welker vloed H2231 is [als] de vloed H5483 der paarden.
  21 H6485 H8799 Alzo hebt gij weder opgehaald H2154 de schandelijke daad H5271 uwer jeugd H4714 , als die van Egypte H1717 uw tepelen H6213 H8800 betastten H7699 , vanwege de borsten H5271 uwer jeugd.
  22 H172 Daarom, o Oholiba H559 H8804 ! alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H157 H8764 : Zie, Ik zal uw boelen H5315 , van welke uw ziel H5361 H8804 is afgetrokken H5782 H8688 , tegen u verwekken H5439 , en Ik zal hen van rondom H935 H8689 tegen u aanbrengen.
  23 H1121 De kinderen H894 van Babel H3778 en alle Chaldeen H6489 , Pekod H7772 , en Soa H6970 , en Koa H1121 , [en] alle kinderen H804 van Assur H2531 met hen; gewenste H970 jongelingen H6346 , die allen vorsten H5461 en overheden H7991 zijn, hoofdmannen H7121 H8803 en vermaarde H5483 [lieden], die allen te paard H7392 H8802 rijden.
  24 H935 H8804 Die zullen tegen u komen H2021 [met] karren H7393 , wagenen H1534 en wielen H6951 , en met een vergadering H5971 van volken H6793 , rondassen H4043 , en schilden H6959 , en helmen H5439 ; zij zullen zich rondom H7760 H8799 tegen u zetten H6440 ; en Ik zal voor hun aangezicht H4941 het gericht H5414 H8804 stellen H8199 H8804 , en zij zullen u richten H4941 naar hun rechten.
  25 H7068 En Ik zal Mijn ijver H5414 H8804 tegen u zetten H2534 , dat zij in grimmigheid H6213 H8804 met u zullen handelen H639 ; zij zullen uw neus H241 en uw oren H5493 H8686 afnemen H319 , en het laatste H2719 van u zal door het zwaard H5307 H8799 vallen H1121 ; zij zullen uw zonen H1323 en uw dochteren H3947 H8799 wegnemen H319 , en het laatste H784 van u zal door het vuur H398 H8735 verteerd worden.
  26 H899 Zij zullen u ook uw klederen H6584 H8689 uittrekken H8597 H3627 , en uw sieraadtuig H3947 H8804 wegnemen.
  27 H2154 Zo zal Ik uw schandelijkheid H7673 H8689 van u doen ophouden H2184 , mitsgaders uw hoererij H776 H4714 , [gebracht] uit Egypteland H5869 ; en gij zult uw ogen H5375 H8799 naar hen niet opheffen H4714 , en aan Egypte H2142 H8799 niet meer gedenken.
  28 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5414 H8802 : Zie, Ik zal u overgeven H3027 in de hand H8130 H8804 dergenen, die gij haat H3027 , in de hand H5315 dergenen, van dewelken uw ziel H5361 H8804 is afgetrokken.
  29 H6213 H8804 Die zullen met u handelen H8135 uit haat H3018 , en al uw arbeid H3947 H8804 wegnemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H5800 H8804 laten H6172 H2183 , dat uw hoerenschaamte H1540 H8738 ontdekt worde H2154 , mitsgaders uw schandelijkheid H8457 en uw hoererijen.
  30 H6213 H8800 Deze dingen zal men u doen H1471 , dewijl gij de heidenen H2181 H8800 H310 nagehoereerd hebt H1544 , [en] omdat gij u met hun drekgoden H2930 H8738 verontreinigd hebt.
  31 H1870 In den weg H269 uwer zuster H1980 H8804 hebt gij gewandeld H3563 , daarom zal Ik haar beker H3027 in uw hand H5414 H8804 geven.
  32 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3563 : Gij zult den beker H269 uwer zuster H8354 H8799 drinken H6013 , die diep H7342 en wijd H6712 is; gij zult tot belaching H3933 en spot H3557 H0 worden; [de] [beker] houdt H4767 veel H3557 H8687 in.
  33 H7943 Van dronkenschap H3015 en jammer H4390 H8735 zult gij vol worden H3563 ; de beker H269 van uw zuster H8111 Samaria H3563 is een beker H8047 der verwoesting H8077 en der eenzaamheid.
  34 H8354 H8804 Gij zult hem drinken H4680 H8804 en uitzuigen H2789 , en zijn scherven H1633 H8762 zult gij brijzelen H7699 , en uw borsten H5423 H8762 zult gij afrukken H1696 H8765 ; want Ik heb het gesproken H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  35 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7911 H8804 : Omdat gij Mijner vergeten H310 , en Mij achter H1458 uw rug H7993 H8686 geworpen hebt H5375 H8798 , zo draagt gij H2154 ook uw schandelijkheid H8457 en uw hoererijen.
  36 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H170 ! zoudt gij Ohola H172 en Oholiba H8199 H8799 recht geven H5046 H8685 ? Ja, vertoon H8441 haar haar gruwelen.
  37 H5003 H8765 Want zij hebben overspel gedaan H1818 , en er is bloed H3027 in haar handen H1544 ; en zij hebben met haar drekgoden H5003 H8765 overspel gedaan H1121 ; daartoe hebben zij ook haar kinderen H3205 H8804 , die zij Mij gebaard hadden H5674 H8689 , voor hen [door] [het] [vuur] laten doorgaan H402 , tot spijze.
  38 H6213 H8804 Nog hebben zij Mij dit gedaan H4720 ; zij hebben Mijn heiligdom H3117 ten zelven dage H2930 H8765 verontreinigd H7676 , en Mijn sabbatten H2490 H8765 ontheiligd.
  39 H1121 Want als zij hun kinderen H1544 hun drekgoden H7819 H8800 geslacht hadden H935 H8799 , zo kwamen zij H3117 op dienzelven dag H4720 in Mijn heiligdom H2490 H8763 , om dat te ontheiligen H6213 H8804 ; en ziet, alzo hebben zij gedaan H8432 in het midden H1004 van Mijn huis.
  40 H637 Dit is er ook H7971 H8799 , dat zij gezonden hebben H582 tot mannen H4801 , die van verre H935 H8802 zouden komen H4397 ; tot dewelken als een bode H7971 H8803 gezonden was H935 H8804 , ziet, zo kwamen zij H7364 H8804 , voor dewelken gij u wiest H5869 , uw ogen H3583 H8804 blankettet H5716 en u met sieraad H5710 H8804 versierdet;
  41 H3427 H8804 En gij zat H3520 op een heerlijk H4296 bed H6440 , voor H7979 hetwelk een tafel H6186 H8803 toegericht was H7004 , en op hetwelk gij Mijn reukwerk H8081 en Mijn olie H7760 H8804 gezet hadt.
  42 H6963 Als nu het geruis H1995 der menigte H7961 daarop stil H582 was, zo [zonden] [zij] tot mannen H7230 uit de menigte H120 der mensen H5436 H8675 H5433 H8802 , [en] daar werden wijnzuipers H935 H8716 aangebracht H4057 uit de woestijn H5414 H8799 ; die deden H6781 armringen H3027 aan haar handen H8597 , en een sierlijke H5850 kroon H7218 op haar hoofden.
  43 H559 H8799 Toen zeide Ik H5004 van deze, die [van] overspelerijen H1087 verouderd was H2181 H8799 : Nu zullen zij hoereren H8457 de hoererijen dezer [hoer], en die [ook].
  44 H935 H8799 En men ging H935 H8800 tot haar in, gelijk men ingaat H802 tot een vrouw H2181 H8802 , die een hoer is H935 H8804 ; alzo gingen zij H170 in tot Ohola H172 en tot Oholiba H2154 , die schandelijke H802 vrouwen.
  45 H6662 Rechtvaardige H582 mannen H8199 H8799 dan, die zullen haar richten H4941 [naar] het recht H5003 H8802 der overspeelsters H4941 , en [naar] het recht H8210 H8802 H1818 der bloedvergietsters H5003 H8802 ; want zij zijn overspeelsters H1818 , en bloed H3027 is in haar handen.
  46 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6951 : Ik zal een vergadering H5927 H8687 tegen haar doen opkomen H2189 , en zal ze ter beroering H957 en ten roof H5414 H8800 overgeven.
  47 H6951 En de vergadering H68 zal ze met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en dezelve met hun zwaarden H1254 H8763 nederhouwen H1121 ; haar zonen H1323 en haar dochteren H2026 H8799 zullen zij doden H1004 , en haar huizen H784 met vuur H8313 H8799 verbranden.
  48 H2154 Alzo zal Ik de schandelijkheid H776 uit het land H7673 H8689 doen ophouden H802 ; opdat alle vrouwen H3256 H8739 onderwezen worden H2154 , dat zij naar uw schandelijkheid H6213 H8799 niet doen.
  49 H2154 Alzo zullen zij uw schandelijkheid H5414 H8804 op u leggen H2399 , en gij zult de zonden H1544 uwer drekgoden H5375 H8799 dragen H3045 H8804 ; en gijlieden zult weten H136 , dat Ik de Heere H3069 HEERE ben.

Jeremiah 3:7-10

  7 H559 H8799 En Ik zeide H310 , nadat H6213 H8800 zij zulks alles gedaan had H7725 H8799 : Bekeer u H7725 H8804 tot Mij; maar zij bekeerde zich H7200 H8799 niet. Dit zag H901 de trouweloze H269 , haar zuster H3063 Juda.
  8 H7200 H8799 En Ik zag H182 , als Ik ter oorzake H4878 van alles, waarin de afgekeerde H3478 Israel H5003 H8765 overspel bedreven had H7971 H8765 , haar verlaten H5612 H3748 , en haar haar scheidbrief H5414 H8799 gegeven had H898 H8802 , dat de trouweloze H269 , haar zuster H3063 Juda H3372 H8804 , niet vreesde H3212 H8799 , maar ging henen H2181 H8799 , en hoereerde zelve ook.
  9 H6963 Ja, het geschiedde, vanwege het gerucht H2184 harer hoererij H776 , dat zij het land H2610 H8799 ontheiligde H5003 H8799 ; want zij bedreef overspel H68 met steen H6086 en met hout.
  10 H901 En zelfs in dit alles heeft zich haar trouweloze H269 zuster H3063 Juda H7725 H8804 tot Mij niet bekeerd H3820 met haar ganse hart H8267 , maar valselijk H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Ezekiel 16:44-46

  44 H4911 H8802 Zie, een ieder, die spreekwoorden gebruikt H4911 H8799 , zal van u een spreekwoord gebruiken H559 H8800 , zeggende H517 : Zo de moeder H1323 is, is haar dochter.
  45 H1323 Gij zijt de dochter H517 uwer moeder H1602 H8802 , die de walg had H376 van haar man H1121 en van haar kinderen H269 ; en gij zijt de zuster H269 uwer zusteren H1602 H8804 , die de walg gehad hebben H582 van haar mannen H1121 en van haar kinderen H517 ; uw moeder H2850 was een Hethietische H1 , en uw vader H567 een Amoriet.
  46 H1419 Uw grote H269 zuster H8111 nu is Samaria H1323 , zij en haar dochteren H3427 H8802 , dewelke woont H8040 aan uw linkerhand H269 ; maar uw zuster H6996 , die kleiner H3225 is dan gij, die tegen uw rechterhand H3427 H8802 woont H5467 , is Sodom H1323 en haar dochteren.

Leviticus 17:7

  7 H2077 En zij zullen ook niet meer hun slachtofferen H8163 den duivelen H310 H2181 H8802 , welke zij nahoereren H2076 H8799 , offeren H5769 ; dat zal hun een eeuwige H2708 inzetting H1755 zijn voor hun geslachten.

Deuteronomy 29:16

  16 H3045 H8804 Want gij weet H776 H4714 , hoe wij in Egypteland H3427 H8804 gewoond hebben H5674 H8804 , en hoe wij doorgetogen zijn H7130 door het midden H1471 der volken H5674 H8804 , die gij doorgetogen zijt.

Joshua 24:14

  14 H6258 En nu H3372 H8798 , vreest H3068 den HEERE H5647 H8798 , en dient H8549 Hem in oprechtheid H571 en in waarheid H5493 H8685 ; en doet weg H430 de goden H834 , die H1 uw vaders H5647 H8804 gediend hebben H5676 , aan gene zijde H5104 der rivier H4714 , en in Egypte H5647 H8798 ; en dient H3068 den HEERE.

Ezekiel 16:22

  22 H8441 Ook hebt gij bij al uw gruwelen H8457 en uw hoererijen H2142 H8804 niet gedacht H3117 aan de dagen H5271 uwer jonkheid H5903 , als gij naakt H6181 en bloot H947 H8711 waart, [als] gij vertreden waart H1818 in uw bloed.

Ezekiel 20:8

  8 H4784 H8686 Maar zij waren wederspannig H14 H8804 tegen Mij, en wilden H8085 H8800 naar Mij niet horen H376 ; niemand H7993 H0 wierp H8251 de verfoeiselen H5869 zijner ogen H7993 H8689 weg H5800 H8804 , noch verliet H1544 de drekgoden H4714 van Egypte H559 H8799 ; daarom zeide Ik H2534 , dat Ik Mijn grimmigheid H8210 H8800 over hen uitgieten zou H639 , om Mijn toorn H3615 H8763 tegen hen te volbrengen H8432 in het midden H776 H4714 van Egypteland.

Ezekiel 23:8

  8 H5800 H8804 Zij verliet H8457 ook haar hoererijen H4714 niet, [gebracht] uit Egypte H5271 ; want zij hadden bij haar in haar jeugd H7901 H8804 gelegen H1717 , en zij hadden de tepelen H1331 haars maagdoms H6213 H8765 betast H8457 , en zij hadden hun hoererij H8210 H8799 over haar uitgestort.

Ezekiel 23:19

  19 H7235 H8686 Doch zij vermenigvuldigde H8457 haar hoererijen H2142 H8800 , gedenkende H3117 aan de dagen H5271 van haar jeugd H2181 H8804 , als zij gehoereerd had H776 in het land H4714 van Egypte.

Ezekiel 23:21

  21 H6485 H8799 Alzo hebt gij weder opgehaald H2154 de schandelijke daad H5271 uwer jeugd H4714 , als die van Egypte H1717 uw tepelen H6213 H8800 betastten H7699 , vanwege de borsten H5271 uwer jeugd.

Hosea 2:15

  15 H5414 [02:14] En Ik zal haar geven H3754 haar wijngaarden H6010 van daar af, en het dal H5911 Achor H6607 , tot een deur H8615 der hoop H6030 ; en aldaar zal zij zingen H3117 , als in de dagen H5271 harer jeugd H3117 , en als ten dage H5927 , toen zij optoog H776 H4714 uit Egypteland.

Exodus 19:5-6

  5 H8085 H8800 Nu dan, indien gij naarstiglijk H6963 Mijner stem H8085 H8799 zult gehoorzamen H1285 , en Mijn verbond H8104 H8804 houden H5459 , zo zult gij Mijn eigendom H5971 zijn uit alle volken H776 , want de ganse aarde is Mijn;
  6 H3548 En gij zult Mij een priesterlijk H4467 koninkrijk H6918 , en een heilig H1471 volk H1697 zijn. Dit zijn de woorden H1121 , die gij tot de kinderen H3478 Israels H1696 H8762 spreken zult.

1 Kings 8:29

  29 H5869 Dat Uw ogen H6605 H8803 open H1961 H8800 zijn H3915 , nacht H3117 en dag H413 , over H2088 dit H1004 huis H413 , over H4725 deze plaats H834 , van dewelke H559 H8804 Gij gezegd hebt H8034 : Mijn Naam H8033 zal daar H1961 H8799 zijn H8085 H8800 ; om te horen H413 naar H8605 het gebed H834 , hetwelk H5650 Uw knecht H6419 H8691 bidden zal H413 in H2088 deze H4725 plaats.

1 Kings 12:20

  20 H1961 H8799 En het geschiedde H3605 , als gans H3478 Israel H8085 H8800 hoorde H3588 , dat H3379 Jerobeam H7725 H8804 wedergekomen was H7971 H8799 , dat zij henen zonden H853 , en hem H413 in H5712 de vergadering H7121 H8799 riepen H853 , en hem H5921 over H3605 gans H3478 Israel H4427 H8686 koning maakten H3808 ; niemand H1961 H8804 H310 volgde H1004 het huis H1732 Davids H2108 , dan H7626 de stam H3063 van Juda alleen.

1 Kings 12:26-33

  26 H3379 En Jerobeam H559 H8799 zeide H3820 in zijn hart H6258 : Nu H4467 zal het koninkrijk H7725 H0 weder H1004 tot het huis H1732 van David H7725 H8799 keren.
  27 H518 Zo H2088 dit H5971 volk H5927 H8799 opgaan zal H2077 om offeranden H6213 H8800 te doen H1004 in het huis H3068 des HEEREN H3389 te Jeruzalem H3820 , zo zal het hart H2088 dezes H5971 volks H413 tot H113 hun heer H413 , tot H7346 Rehabeam H4428 , den koning H3063 van Juda H7725 H8804 , wederkeren H2026 H8804 ; ja, zij zullen mij doden H413 , en tot H7346 Rehabeam H4428 , den koning H3063 van Juda H7725 H8804 , wederkeren.
  28 H3289 H0 Daarom hield H4428 de koning H3289 H8735 een raad H6213 H8799 , en maakte H8147 twee H2091 gouden H5695 kalveren H559 H8799 ; en hij zeide H413 tot H7227 hen: Het is ulieden te veel H4480 om H5927 H8800 op te gaan H3389 naar Jeruzalem H2009 ; zie H430 uw goden H3478 , o Israel H834 , die H4480 u uit H776 H4714 Egypteland H5927 H8689 opgebracht hebben.
  29 H7760 H8799 En hij zette H259 het ene H1008 te Beth-el H259 , en het andere H5414 H8804 stelde hij H1835 te Dan.
  30 H2088 En deze H1697 zaak H1961 H8799 werd H2403 tot zonde H5971 ; want het volk H3212 H8799 ging heen H6440 voor H259 het ene H5704 , tot H1835 Dan toe.
  31 H6213 H8799 Hij maakte H1004 ook een huis H1116 der hoogten H6213 H8799 ; en maakte H3548 priesteren H4480 van H7098 de geringsten H5971 des volks H834 , die H3808 niet H1961 H8804 waren H4480 uit H1121 de zonen H3878 van Levi.
  32 H3379 En Jerobeam H6213 H8799 maakte H2282 een feest H8066 in de achtste H2320 maand H2568 H6240 , op den vijftienden H3117 dag H2320 der maand H2282 , gelijk het feest H834 , dat H3063 in Juda H5927 H8686 was, en offerde H5921 op H4196 het altaar H3651 ; van gelijken H6213 H8804 deed hij H1008 te Beth-el H2076 H8763 , offerende H5695 den kalveren H834 , die H6213 H8804 hij gemaakt had H5975 H8689 ; hij stelde H1008 ook te Beth-el H3548 priesteren H1116 der hoogten H834 , die H6213 H8804 hij gemaakt had.
  33 H5927 H8686 En hij offerde H5921 op H4196 het altaar H834 , dat H1008 hij te Beth-el H6213 H8804 gemaakt had H2568 H6240 , op den vijftienden H3117 dag H8066 der achtste H2320 maand H2320 , der maand H834 , dewelke H4480 hij uit H3820 zijn hart H908 H8804 verdacht had H6213 H8799 ; zo maakte hij H1121 den kinderen H3478 Israels H2282 een feest H5927 H8686 , en offerde H5921 op H4196 dat altaar H6999 H8687 , rokende.

Psalms 45:11-16

  11 H4428 [045:12] Zo zal de Koning H183 H8691 lust hebben H3308 aan uw schoonheid H113 ; dewijl Hij uw Heere H7812 H8690 is, zo buig u voor Hem neder.
  12 H1323 [045:13] En de dochter H6865 van Tyrus H6223 , de rijken H5971 onder het volk H6440 , zullen uw aangezicht H4503 met geschenk H2470 H8762 smeken.
  13 H4428 [045:14] Des Konings H1323 Dochter H3520 is geheel verheerlijkt H6441 inwendig H3830 ; haar kleding H2091 is van gouden H4865 borduursel.
  14 H7553 [045:15] In gestikte klederen H4428 zal zij tot den Koning H2986 H8714 geleid worden H1330 ; de jonge dochteren H310 , [die] achter H7464 haar zijn, haar medegezellinnen H935 H8716 , zullen tot u gebracht worden.
  15 H2986 H8714 [045:16] Zij zullen geleid worden H8057 met alle blijdschap H1524 en verheuging H935 H8799 ; zij zullen ingaan H4428 in des Konings H1964 paleis.
  16 H1 [045:17] In plaats van Uw vaderen H1121 zullen Uw zonen H8269 zijn; Gij zult hen tot vorsten H7896 H8799 zetten H776 over de ganse aarde.

Psalms 76:2

  2 H8004 [076:3] En in Salem H5520 is Zijn hut H4585 , en Zijn woning H6726 in Sion.

Psalms 132:13-14

  13 H3068 Want de HEERE H6726 heeft Sion H977 H8804 verkoren H183 H8765 , Hij heeft het begeerd H4186 tot Zijn woonplaats, [zeggende]:
  14 H4496 Dit is Mijn rust H5703 tot in eeuwigheid H3427 H8799 , hier zal Ik wonen H183 H8765 , want Ik heb ze begeerd.

Jeremiah 2:2-3

  2 H1980 H8800 Ga H7121 H8804 en roep H241 voor de oren H3389 van Jeruzalem H559 H8800 , zeggende H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H2142 H8804 : Ik gedenk H2617 der weldadigheid H5271 uwer jeugd H160 , der liefde H3623 uwer ondertrouw H3212 H8800 H310 , toen gij Mij nawandeldet H4057 in de woestijn H2232 H8803 , in onbezaaid H776 land.
  3 H3478 Israel H3068 was den HEERE H6944 een heiligheid H7225 , de eerstelingen H8393 Zijner inkomste H398 H8802 ; allen, die hem opaten H816 H8799 , werden voor schuldig gehouden H7451 ; kwaad H935 H8799 kwam H5002 H8803 hun over, spreekt H3068 de HEERE.

Ezekiel 16:8

  8 H5674 H8799 Als Ik nu bij u voorbijging H7200 H8799 , zag Ik H6256 u, en ziet, uw tijd H6256 was de tijd H1730 der minne H6566 H8799 ; zo breidde Ik H3671 Mijn vleugel H3680 H8762 over u uit, en dekte H6172 uw naaktheid H7650 H8735 ; ja, Ik zwoer H935 H8799 u, en kwam H1285 met u in een verbond H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE en gij werdt de Mijne.

Ezekiel 16:20

  20 H1121 Verder hebt gij uw zonen H1323 en uw dochteren H3205 H8804 , die gij Mij gebaard hadt H3947 H8799 , genomen H2076 H8799 , en hebt ze denzelven geofferd H398 H8800 om te verteren H4592 ; is het wat kleins H8457 van uw hoererijen,

Ezekiel 16:40

  40 H6951 Daarna zullen zij tegen u een vergadering H5927 H8689 doen opkomen H68 , en zullen u met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en u met hun zwaarden H1333 H8765 doorsteken.

John 4:22

  22 G5210 Gijlieden G4352 G5719 aanbidt G3739 , wat G3756 gij niet G1492 G5758 weet G2249 ; wij G4352 G5719 aanbidden G3739 , wat G1492 G5758 wij weten G3754 ; want G4991 de zaligheid G2076 G5748 is G1537 uit G2453 de Joden.

Romans 7:4

  4 G5620 Zo dan G3450 , mijn G80 broeders G5210 , gij G2532 zijt ook G3551 der wet G2289 G5681 gedood G1223 door G4983 het lichaam G5547 van Christus G1519 , opdat G5209 gij G1096 G5635 zoudt worden G2087 eens Anderen G1537 , [namelijk] Desgenen, Die van G3498 de doden G1453 G5685 opgewekt is G2443 , opdat G2316 wij Gode G2592 G5661 vruchten dragen zouden.

1 Kings 14:9

  9 H7489 H8686 Maar kwaad H6213 H8800 gedaan hebt H4480 , doende des meer dan H3605 allen H834 , die H6440 voor H1961 H8804 u geweest zijn H3212 H8799 , en henengegaan zijt H312 , en hebt u andere H430 goden H4541 en gegotene beelden H6213 H8799 gemaakt H3707 H8687 , om Mij tot toorn te verwekken H853 , en hebt Mij H310 achter H1458 uw rug H7993 H8689 geworpen;

1 Kings 14:16

  16 H3478 En Hij zal Israel H5414 H8799 overgeven H1558 , om H3379 Jerobeams H2403 zonden H834 wil, die H2398 H8804 gezondigd heeft H834 , en die H3478 Israel H2398 H8689 heeft doen zondigen.

1 Kings 15:26

  26 H6213 H8799 En hij deed H7451 wat kwaad H5869 was in de ogen H3068 des HEEREN H3212 H8799 , en wandelde H1870 in den weg H1 zijns vaders H2403 , en in zijn zonde H834 , waarmede H3478 hij Israel H2398 H8689 had doen zondigen.

1 Kings 15:30

  30 H5921 Om H2403 de zonden H3379 van Jerobeam H834 , die H2398 H8804 zondigde H834 , en die H3478 Israel H2398 H8689 zondigen deed H3708 , [en] om zijn terging H834 , waarmede H3068 hij den HEERE H430 , den God H3478 Israels H3707 H8689 , getergd had.

1 Kings 16:31-32

  31 H1961 H8799 En het geschiedde H7043 H8738 (was het een lichte zaak H3212 H8800 , dat hij wandelde H2403 in de zonden H3379 van Jerobeam H1121 , den zoon H5028 van Nebat H802 ?), dat hij nog ter vrouwe H3947 H8799 nam H348 Izebel H1323 , de dochter H856 van Eth-baal H4428 , den koning H6722 der Sidoniers H3212 H8799 , en heenging H5647 H8799 , en diende H1168 Baal H7812 H8691 , en boog zich voor hem.
  32 H6965 H0 En hij richtte H1168 voor Baal H4196 een altaar H6965 H8686 op H1004 , in het huis H1168 van Baal H834 , hetwelk H8111 hij te Samaria H1129 H8804 gebouwd had.

1 Kings 21:26

  26 H8481 H0 En hij deed H3966 zeer H8581 H8686 gruwelijk H3212 H8800 , wandelende H310 achter H1544 de drekgoden H3605 ; naar alles H834 , wat H567 de Amorieten H6213 H8804 gedaan hadden H834 , die H3068 God H4480 voor H6440 het aangezicht H1121 van de kinderen H3478 Israels H3423 H8689 uit de bezitting verdreven had.

2 Kings 15:19

  19 H935 H8804 [Toen] kwam H6322 Pul H4428 , de koning H804 van Assyrie H5921 , tegen H776 het land H4505 ; en Menahem H5414 H8799 gaf H6322 aan Pul H505 duizend H3603 talenten H3701 zilvers H3027 , opdat zijn hand H854 met H1961 H8800 hem zoude zijn H4467 , om het koninkrijk H3027 in zijn hand H2388 H8687 te sterken.

2 Kings 16:7

  7 H271 Achaz H7971 H8799 nu zond H4397 boden H413 tot H8407 Tiglath-pilezer H4428 , den koning H804 van Assyrie H559 H8800 , zeggende H589 : Ik H5650 ben uw knecht H1121 en uw zoon H5927 H8798 ; kom op H3467 H8685 , en verlos H4480 mij uit H3709 de hand H4428 van den koning H758 van Syrie H4480 , en uit H3709 de hand H4428 van den koning H3478 van Israel H5921 , die zich tegen H6965 H8801 mij opmaken.

2 Kings 17:3

  3 H5921 Tegen H5927 H8804 hem toog op H8022 Salmaneser H4428 , koning H804 van Assyrie H1954 ; en Hosea H1961 H8799 werd H5650 zijn knecht H4503 , dat hij hem een geschenk H7725 H8686 gaf.

2 Kings 17:7-18

  7 H1961 H8799 Want het was geschied H3588 , dat H1121 de kinderen H3478 Israels H2398 H8804 gezondigd hadden H3068 tegen den HEERE H430 , hun God H853 , Die hen H776 H4714 uit Egypteland H5927 H8688 opgebracht had H4480 , van H8478 onder H3027 de hand H6547 van Farao H4428 , den koning H4714 van Egypte H312 ; en hadden andere H430 goden H3372 H8799 gevreesd;
  8 H3212 H8799 En hadden gewandeld H2708 in de inzettingen H1471 der heidenen H834 , die H3068 de HEERE H4480 voor H6440 het aangezicht H1121 der kinderen H3478 Israels H3423 H8689 verdreven had H4428 , en der koningen H3478 van Israel H834 , die H6213 H8804 ze gemaakt hadden.
  9 H1121 En de kinderen H3478 Israels H1697 hadden de zaken H834 , die H3808 niet H3651 recht H5921 zijn, tegen H3068 den HEERE H430 , hun God H2644 H8762 , bemanteld H1116 ; en hadden zich hoogten H1129 H8799 gebouwd H3605 in al H5892 hun steden H4480 , van H4026 H5341 H8802 den wachttoren H5704 af tot H4013 de vaste H5892 steden toe.
  10 H4676 En zij hadden zich staande beelden H5324 H8686 opgericht H842 en bossen H5921 , op H3605 allen H1364 hogen H1389 heuvel H8478 en onder H3605 alle H7488 groen H6086 geboomte.
  11 H8033 En zij hadden daar H6999 H8762 gerookt H3605 op alle H1116 hoogten H1471 , gelijk de heidenen H834 , die H3068 de HEERE H4480 van H6440 hun aangezichten H1540 H8689 weggevoerd had H7451 ; en zij hadden kwade H1697 dingen H6213 H8799 gedaan H3068 , om den HEERE H3707 H8687 tot toorn te verwekken.
  12 H1544 En zij hadden de drekgoden H5647 H8799 gediend H834 , waarvan H3068 de HEERE H559 H8804 tot hen gezegd had H2088 : Gij zult deze H1697 zaak H3808 niet H6213 H8799 doen.
  13 H3068 Als nu de HEERE H3478 tegen Israel H3063 en tegen Juda H3027 , door den dienst H3605 van alle H5030 profeten H3605 , van alle H2374 zieners H5749 H8686 , betuigd had H559 H8800 , zeggende H7725 H8798 : Bekeert u H4480 van H7451 uw boze H1870 wegen H8104 H8798 en houdt H4687 Mijn geboden H2708 , [en] Mijn inzettingen H3605 , naar al H8451 de wet H834 , die H1 Ik uw vaderen H6680 H8765 geboden heb H834 , en die H413 Ik tot H3027 u door de hand H5650 van Mijn knechten H5030 , de profeten H7971 H8804 , gezonden heb;
  14 H8085 H8804 Zo hoorden zij H3808 niet H7185 H8686 , maar zij verhardden H6203 hun nek H6203 , gelijk de nek H1 hunner vaderen H834 geweest was, die H3068 aan den HEERE H430 , hun God H3808 , niet H539 H8689 geloofd hadden.
  15 H3988 H8799 Daartoe verwierpen zij H2706 Zijn inzettingen H1285 , en Zijn verbond H834 , dat H1 Hij met hun vaderen H3772 H8804 gemaakt had H5715 , en Zijn getuigenissen H834 , die H5749 H8689 Hij tegen hen betuigd had H3212 H8799 , en wandelden H1892 de ijdelheid H310 na H1891 H8799 , dat zij ijdel werden H310 , en achter H1471 de heidenen H834 , die H5439 rondom H834 hen waren, van dewelke H3068 de HEERE H853 hun H6680 H8765 geboden had H1115 , dat zij niet H6213 H8800 zouden doen gelijk die.
  16 H5800 H8799 Ja, zij verlieten H3605 al H4687 de geboden H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H6213 H8799 , en maakten zich H4541 gegoten beelden H8147 , twee H5695 kalveren H6213 H8799 ; en maakten H842 bossen H7812 H8691 , en bogen zich H3605 voor alle H6635 heir H8064 des hemels H5647 H8799 , en dienden H1168 Baal.
  17 H1121 Ook deden zij hun zonen H1323 en hun dochteren H784 door het vuur H5674 H8686 gaan H7080 H8799 , en gebruikten H7081 waarzeggerijen H5172 H8762 , en gaven op vogelgeschrei acht H4376 H8691 , en verkochten zich H6213 H8800 , om te doen H7451 dat kwaad H5869 was in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om Hem tot toorn te verwekken.
  18 H599 H8691 Daarom vertoornde zich H3068 de HEERE H3966 zeer H3478 over Israel H5493 H8686 , dat Hij hen wegdeed H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H7604 H0 ; er bleef H3808 niets H7604 H8738 over H7535 , behalve H7626 de stam H3063 van Juda H909 alleen.

Jeremiah 50:38

  38 H2721 Droogte H4325 zal zijn over haar wateren H3001 H8804 , dat zij uitdrogen H776 ; want het is een land H6456 van gesneden beelden H1984 H8704 , en zij razen H367 naar de schrikkelijke [afgoden].

Ezekiel 16:28

  28 H2181 H8799 Verder hebt gij gehoereerd H1121 met de kinderen H804 van Assur H1115 , omdat H7646 H8804 gij onverzadelijk waart H2181 H8799 ; ja, als gij met hen gehoereerd hebt H7654 , zijt gij ook niet verzadigd geworden.

Ezekiel 16:37

  37 H157 H8764 Daarom, zie, Ik zal al uw boelen H6908 H8764 vergaderen H6149 H8804 , met dewelke gij vermengd zijt geweest H157 H8804 , en allen, die gij liefgehad hebt H8130 H8804 , met allen, die gij gehaat hebt H5439 ; en Ik zal hen van rondom H6908 H8765 vergaderen H6172 tegen u, en Ik zal voor hen uw naaktheid H1540 H8765 ontdekken H6172 , dat zij uw ganse naaktheid H7200 H8804 zien zullen.

Ezekiel 23:7

  7 H5414 H8799 Alzo dreef zij H8457 haar hoererijen H4005 met dezelve, die allen de keure H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 waren; en met allen, op dewelke zij verliefd was H1544 , met al derzelver drekgoden H2930 H8738 , verontreinigde zij zich.

Ezekiel 23:9

  9 H5414 H8804 Daarom gaf Ik H3027 haar in de hand H157 H8764 van haar boelen H3027 over, in de hand H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 , op dewelke zij verliefd was.

Ezekiel 23:12

  12 H5689 H8804 Zij werd verliefd H1121 op de kinderen H804 van Assur H6346 , de vorsten H5461 en overheden H7138 , die nabij H3847 H8803 waren, bekleed H4358 met volkomen sieraad H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen.

Ezekiel 23:16

  16 H5689 H8799 Zo werd zij op dezelve verliefd H4758 met het opzien H5869 van haar ogen H7971 H8799 , en zij zond H4397 boden H3778 tot hen, naar Chaldea.

Ezekiel 23:20

  20 H5689 H8799 En zij werd verliefd H6370 meer dan derzelver bijwijven H1320 , welker vlees H1320 is [als] het vlees H2543 der ezelen H2231 , en welker vloed H2231 is [als] de vloed H5483 der paarden.

Hosea 5:13

  13 H669 Als Efraim H2483 zijn krankheid H7200 zag H3063 , en Juda H4205 zijn gezwel H3212 , zo toog H669 Efraim H804 tot Assur H7971 , en hij zond H4428 tot den koning H3377 H7378 Jareb H3201 ; maar die zal ulieden niet kunnen H7495 genezen H4205 , en zal het gezwel H1455 van ulieden niet helen.

Hosea 8:9-10

  9 H5927 Want zij zijn opgetogen H804 [naar] Assur H6501 , een woudezel H909 , die alleen H669 voor zichzelven is; die van Efraim H158 hebben boelen H8566 om hoerenloon gehuurd.
  10 H1471 Dewijl zij [dan] onder de heidenen H8566 [boelen] om hoerenloon gehuurd H6908 hebben, zo zal Ik die nu ook verzamelen H4592 ; ja, zij hebben al een weinig H2490 begonnen H4853 , vanwege den last H4428 van den koning H8269 der vorsten.

Hosea 10:6

  6 H804 Ja, datzelve zal naar Assur H2986 gevoerd H4503 worden, [tot] een geschenk H4428 voor den koning H3377 Jareb H669 ; Efraim H1317 zal schaamte H3947 behalen H3478 , en Israel H954 zal beschaamd H6098 worden vanwege zijn raadslag.

Hosea 12:1

  1 H669 [012:2] Efraim H7462 weidt H7307 zich met wind H7291 , en jaagt H6921 den oostenwind H3117 na; den gansen dag H7235 vermenigvuldigt H3577 hij leugen H7701 en verwoesting H3772 ; en zij maken H1285 verbond H804 met Assur H8081 , en de olie H4714 wordt naar Egypte H2986 gevoerd.

Ezekiel 23:23

  23 H1121 De kinderen H894 van Babel H3778 en alle Chaldeen H6489 , Pekod H7772 , en Soa H6970 , en Koa H1121 , [en] alle kinderen H804 van Assur H2531 met hen; gewenste H970 jongelingen H6346 , die allen vorsten H5461 en overheden H7991 zijn, hoofdmannen H7121 H8803 en vermaarde H5483 [lieden], die allen te paard H7392 H8802 rijden.

Genesis 10:22

  22 H8035 Sems H1121 zonen H5867 [waren] Elam H804 , en Assur H775 , en Arfachsad H3865 , en Lud H758 , en Aram.

Psalms 106:39

  39 H2930 H8799 En zij ontreinigden zich H4639 door hun werken H2181 H8799 , en zij hebben gehoereerd H4611 door hun daden.

Ezekiel 16:15

  15 H982 H8799 Maar gij hebt vertrouwd H3308 op uw schoonheid H2181 H8799 , en hebt gehoereerd H8034 vanwege uw naam H8457 ; ja, hebt uw hoererijen H8210 H8799 uitgestort H5674 H8802 aan een ieder, die voorbijging; voor hem was zij.

Ezekiel 20:7

  7 H559 H8799 En Ik zeide H376 tot hen: Een ieder H7993 H0 werpe H8251 de verfoeiselen H5869 zijner ogen H7993 H8685 weg H2930 H8691 ; en verontreinigt H1544 ulieden niet met de drekgoden H4714 van Egypte H3068 ; Ik, de HEERE H430 , ben uw God.

Ezekiel 22:3-4

  3 H559 H8804 En zeg H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5892 : O stad H8432 , die in haar midden H1818 bloed H8210 H8802 vergiet H6256 , opdat haar tijd H935 H8800 kome H1544 , en drekgoden H6213 H8804 tegen zichzelve maakt H2930 H8800 , om zich te verontreinigen!
  4 H1818 Door uw bloed H8210 H8804 , dat gij vergoten hebt H816 H8804 , zijt gij schuldig geworden H1544 , en met uw drekgoden H6213 H8804 , die gij gemaakt hebt H2930 H8804 , hebt gij u verontreinigd H3117 , en hebt uw dagen H7126 H8686 doen naderen H8141 , en zijt tot uw jaren H935 H8799 gekomen H1471 ; daarom heb Ik u den heidenen H5414 H8804 overgegeven H2781 [tot] een smaad H776 , en allen landen H7048 [tot] een spot.

Ezekiel 23:30

  30 H6213 H8800 Deze dingen zal men u doen H1471 , dewijl gij de heidenen H2181 H8800 H310 nagehoereerd hebt H1544 , [en] omdat gij u met hun drekgoden H2930 H8738 verontreinigd hebt.

Hosea 5:3

  3 H3045 Ik ken H669 Efraim H3478 , en Israel H3582 is voor Mij niet verborgen H669 ; dat gij, o Efraim! H2181 nu hoereert H3478 , [en] Israel H2930 verontreinigd is.

Hosea 6:10

  10 H7200 Ik zie H8186 een afschuwelijke zaak H1004 in het huis H3478 Israels H669 ; aldaar is Efraims H2184 hoererij H3478 , Israel H2930 is verontreinigd.

Exodus 32:4

  4 H3947 H8799 En hij nam H3027 ze uit hun hand H6696 H8799 , en hij bewierp H2747 het met een griffie H6213 H8799 , en hij maakte H4541 een gegoten H5695 kalf H559 H8799 daaruit. Toen zeiden zij H430 : Dit zijn uw goden H3478 , Israel H776 H4714 ! die u uit Egypteland H5927 H8689 opgevoerd hebben.

1 Kings 12:28

  28 H3289 H0 Daarom hield H4428 de koning H3289 H8735 een raad H6213 H8799 , en maakte H8147 twee H2091 gouden H5695 kalveren H559 H8799 ; en hij zeide H413 tot H7227 hen: Het is ulieden te veel H4480 om H5927 H8800 op te gaan H3389 naar Jeruzalem H2009 ; zie H430 uw goden H3478 , o Israel H834 , die H4480 u uit H776 H4714 Egypteland H5927 H8689 opgebracht hebben.

2 Kings 10:29

  29 H7535 Maar H2399 van de zonden H3379 van Jerobeam H1121 , den zoon H5028 van Nebat H834 , die H3478 Israel H2398 H8689 zondigen deed H310 , na te volgen H5493 H8804 , week H3058 Jehu H3808 niet H4480 af H2091 , [te] [weten], van de gouden H5695 kalveren H834 , die H1008 te Beth-el H1835 en die te Dan waren.

2 Kings 17:16

  16 H5800 H8799 Ja, zij verlieten H3605 al H4687 de geboden H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H6213 H8799 , en maakten zich H4541 gegoten beelden H8147 , twee H5695 kalveren H6213 H8799 ; en maakten H842 bossen H7812 H8691 , en bogen zich H3605 voor alle H6635 heir H8064 des hemels H5647 H8799 , en dienden H1168 Baal.

Ezekiel 23:3

  3 H2181 H8799 Dezen hoereerden H4714 in Egypte H5271 ; in haar jeugd H2181 H8804 hoereerden zij H7699 ; daar werden haar borsten H4600 H8795 gedrukt H1717 , en daar werden de tepelen H1331 haars maagdoms H6213 H8765 betast.

2 Kings 15:29

  29 H3117 In de dagen H6492 van Pekah H4428 , den koning H3478 van Israel H935 H8804 , kwam H8407 Tiglath-pilezer H4428 , de koning H804 van Assyrie H3947 H8799 , en nam H5859 Ijon H62 in, en Abel-beth-maacha H3239 , en Janoah H6943 , en Kedes H2674 , en Hazor H1568 , en Gilead H1551 , en Galilea H3605 , het ganse H776 land H5321 van Nafthali H1540 H8686 ; en hij voerde hen weg H804 naar Assyrie.

2 Kings 17:3-6

  3 H5921 Tegen H5927 H8804 hem toog op H8022 Salmaneser H4428 , koning H804 van Assyrie H1954 ; en Hosea H1961 H8799 werd H5650 zijn knecht H4503 , dat hij hem een geschenk H7725 H8686 gaf.
  4 H4428 Maar de koning H804 van Assyrie H4672 H8799 bevond H7195 een verbintenis H1954 in Hosea H834 , dat H413 hij tot H5471 So H4428 , den koning H4714 van Egypte H4397 , boden H7971 H8804 gezonden had H4503 , en het geschenk H4428 aan den koning H804 van Assyrie H3808 niet H8141 als te voren van jaar H8141 tot jaar H5927 H8689 opbracht H6113 H8799 ; zo besloot H4428 hem de koning H804 van Assyrie H631 H8799 , en bond H1004 H3608 hem in het gevangenhuis.
  5 H4428 Want de koning H804 van Assyrie H5927 H8799 toog op H3605 in het ganse H776 land H5927 H8799 ; ja, hij kwam op H8111 naar Samaria H6696 H8799 H5921 , en hij belegerde H7969 haar drie H8141 jaren.
  6 H8671 In het negende H8141 jaar H1954 van Hosea H3920 H8804 , nam H4428 de koning H804 van Assyrie H8111 Samaria H1540 H0 in, en voerde H3478 Israel H1540 H8686 weg H804 in Assyrie H853 , en deed ze H3427 H8686 wonen H2477 in Halah H2249 , en in Habor H5104 , aan de rivier H1470 Gozan H5892 , en in de steden H4074 der Meden.

2 Kings 17:23

  23 H5704 H834 Totdat H3068 de HEERE H3478 Israel H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H5493 H8689 wegdeed H834 , gelijk als H1696 H8765 Hij gesproken had H3027 door den dienst H3605 van al H5650 Zijn knechten H5030 , de profeten H3478 ; alzo werd Israel H1540 H8799 weggevoerd H4480 H5921 uit H127 zijn land H804 naar Assyrie H5704 , tot H2088 op dezen H3117 dag.

2 Kings 18:9-12

  9 H1961 H8799 Het geschiedde H7243 nu in het vierde H8141 jaar H4428 van den koning H2396 Hizkia H1931 (hetwelk H7637 was het zevende H8141 jaar H1954 van Hosea H1121 , den zoon H425 van Ela H4428 , den koning H3478 van Israel H8022 ) dat Salmaneser H4428 , de koning H804 van Assyrie H5927 H8804 , opkwam H5921 tegen H8111 Samaria H6696 H8799 H5921 , en haar belegerde.
  10 H3920 H8799 En zij namen haar in H4480 ten H7097 einde H7969 van drie H8141 jaren H8337 , in het zesde H8141 jaar H2396 van Hizkia H1931 ; het H8672 was het negende H8141 jaar H1954 van Hosea H4428 , den koning H3478 van Israel H8111 , als Samaria H3920 H8738 ingenomen werd.
  11 H4428 En de koning H804 van Assyrie H1540 H0 voerde H3478 Israel H1540 H8686 weg H804 naar Assyrie H5148 H8686 , en deed hen leiden H2477 in Halah H2249 , en in Habor H5104 , bij de rivier H1470 Gozan H5892 , en in de steden H4074 der Meden.
  12 H5921 H834 Daarom H6963 dat zij de stem H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H3808 , niet H8085 H8804 waren gehoorzaam geweest H1285 , maar Zijn verbond H5674 H8799 overtreden hadden H3605 ; [en] al H834 wat H4872 Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H6680 H8765 , geboden had H3808 , dat hadden zij niet H8085 H8804 gehoord H3808 , noch H6213 H8804 gedaan.

1 Chronicles 5:26

  26 H5782 H8686 Zo verwekte H430 de God H3478 Israels H7307 den geest H6322 van Pul H4428 , den koning H804 van Assyrie H7307 , en den geest H8407 van Tiglath-pilneser H4428 , den koning H804 van Assyrie H1540 H8686 , die voerde hen gevankelijk weg H7206 , [te] [weten] de Rubenieten H1425 , en de Gadieten H2677 , en den halven H7626 stam H4519 van Manasse H935 H8686 ; en hij bracht H2477 hen te Halah H2249 , en Habor H2024 , en Hara H5104 , en aan de rivier H1470 Gozan H5704 , tot op H2088 dezen H3117 dag.

Hosea 11:5

  5 H776 H4714 Hij zal in Egypteland H7725 niet wederkeren H804 ; maar Assur H4428 , die zal zijn koning H3985 zijn; omdat zij zich weigerden H7725 te bekeren.

Revelation 17:12-13

  12 G2532 En G1176 de tien G2768 hoornen G3739 , die G1492 G5627 gij gezien hebt G1526 G5748 , zijn G1176 tien G935 koningen G3748 , die G932 het koninkrijk G3768 nog niet G2983 G5627 hebben ontvangen G235 , maar G5613 als G935 koningen G1849 macht G2983 G5719 ontvangen G3391 op een G5610 ure G3326 met G2342 het beest.
  13 G3778 Dezen G2192 G5719 hebben G3391 enerlei G1106 mening G2532 , en G1438 zullen hun G1411 kracht G2532 en G1849 macht G2342 het beest G1239 G5719 overgeven.

Revelation 17:16

  16 G2532 En G1176 de tien G2768 hoornen G3739 , die G1492 G5627 gij gezien hebt G1909 op G2342 het beest G3778 , die G4204 zullen de hoer G3404 G5692 haten G2532 , en G846 zullen haar G2049 G5772 woest G4160 G5692 maken G2532 , en G1131 naakt G2532 ; en G846 zij zullen haar G4561 vlees G5315 G5688 eten G2532 , en G846 zullen haar G1722 met G4442 vuur G2618 G5692 verbranden.

Jeremiah 22:8-9

  8 H7227 Dan zullen veel H1471 heidenen H5674 H0 voorbij H5892 deze stad H5674 H8804 gaan H559 H8804 , en zullen zeggen H376 , een ieder H7453 tot zijn naaste H3068 : Waarom heeft de HEERE H6213 H8804 alzo gedaan H1419 aan deze grote H5892 stad?
  9 H559 H8804 En zij zullen zeggen H1285 : Omdat zij het verbond H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H5800 H8804 , hebben verlaten H312 , en hebben zich voor andere H430 goden H7812 H8691 nedergebogen H5647 H8799 , en die gediend.

Ezekiel 16:37-41

  37 H157 H8764 Daarom, zie, Ik zal al uw boelen H6908 H8764 vergaderen H6149 H8804 , met dewelke gij vermengd zijt geweest H157 H8804 , en allen, die gij liefgehad hebt H8130 H8804 , met allen, die gij gehaat hebt H5439 ; en Ik zal hen van rondom H6908 H8765 vergaderen H6172 tegen u, en Ik zal voor hen uw naaktheid H1540 H8765 ontdekken H6172 , dat zij uw ganse naaktheid H7200 H8804 zien zullen.
  38 H4941 Daartoe zal Ik u [naar] de rechten H5003 H8802 der overspeelsters H8210 H8802 H1818 en der bloedvergietsters H8199 H8804 richten H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H1818 aan het bloed H2534 der grimmigheid H7068 en des ijvers.
  39 H3027 En Ik zal u in hun hand H5414 H8804 overgeven H1354 , en zij zullen uw verwelfsel H2040 H8804 afbreken H7413 , en uw hoge plaatsen H5422 H8765 omwerpen H899 , en uw klederen H6584 H8689 u uittrekken H8597 , en uw sierlijke H3627 juwelen H3947 H8804 nemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H3240 H8689 laten.
  40 H6951 Daarna zullen zij tegen u een vergadering H5927 H8689 doen opkomen H68 , en zullen u met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en u met hun zwaarden H1333 H8765 doorsteken.
  41 H1004 Zij zullen ook uw huizen H784 met vuur H8313 H8804 verbranden H8201 , en oordelen H6213 H8804 tegen u uitvoeren H7227 voor veler H802 vrouwen H5869 ogen H7673 H8689 ; en Ik zal u doen ophouden H2181 H8802 van een hoer te zijn H868 , en gij zult ook niet meer hoerenloon H5414 H8799 geven.

Ezekiel 23:29

  29 H6213 H8804 Die zullen met u handelen H8135 uit haat H3018 , en al uw arbeid H3947 H8804 wegnemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H5800 H8804 laten H6172 H2183 , dat uw hoerenschaamte H1540 H8738 ontdekt worde H2154 , mitsgaders uw schandelijkheid H8457 en uw hoererijen.

Ezekiel 23:48

  48 H2154 Alzo zal Ik de schandelijkheid H776 uit het land H7673 H8689 doen ophouden H802 ; opdat alle vrouwen H3256 H8739 onderwezen worden H2154 , dat zij naar uw schandelijkheid H6213 H8799 niet doen.

Hosea 2:3

  3 H6174 [02:2] Opdat Ik ze niet naakt H6584 uitstrope H3322 , en zette H3117 ze als ten dage H3205 , toen zij geboren werd H7760 ; ja, make H4057 ze als een woestijn H7896 , en zette H6723 ze als een dor H776 land H4191 , en dode H6772 ze door dorst;

Hosea 2:10

  10 H5040 [02:9] En nu zal Ik haar dwaasheid H1540 ontdekken H5869 voor de ogen H157 harer boelen H376 ; en niemand H3027 zal haar uit Mijn hand H5337 verlossen.

Jeremiah 3:8-11

  8 H7200 H8799 En Ik zag H182 , als Ik ter oorzake H4878 van alles, waarin de afgekeerde H3478 Israel H5003 H8765 overspel bedreven had H7971 H8765 , haar verlaten H5612 H3748 , en haar haar scheidbrief H5414 H8799 gegeven had H898 H8802 , dat de trouweloze H269 , haar zuster H3063 Juda H3372 H8804 , niet vreesde H3212 H8799 , maar ging henen H2181 H8799 , en hoereerde zelve ook.
  9 H6963 Ja, het geschiedde, vanwege het gerucht H2184 harer hoererij H776 , dat zij het land H2610 H8799 ontheiligde H5003 H8799 ; want zij bedreef overspel H68 met steen H6086 en met hout.
  10 H901 En zelfs in dit alles heeft zich haar trouweloze H269 zuster H3063 Juda H7725 H8804 tot Mij niet bekeerd H3820 met haar ganse hart H8267 , maar valselijk H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.
  11 H3068 Dies de HEERE H559 H8799 tot mij zeide H4878 : De afgekeerde H3478 Israel H5315 heeft haar ziel H6663 H8765 gerechtvaardigd H898 H8802 , meer dan de trouweloze H3063 Juda.

Ezekiel 16:47-51

  47 H1870 Doch gij hebt in haar wegen H1980 H8804 niet gewandeld H8441 , noch naar haar gruwelen H6213 H8804 gedaan H6985 ; het was wat H4592 gerings H6962 H8804 , een verdriet H7843 H8686 ; maar gij hebt het meer verdorven H2004 dan zij H1870 , in al uw wegen.
  48 H2416 [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H5467 , indien Sodom H269 , uw zuster H1323 , zij met haar dochteren H6213 H8804 , gedaan heeft H6213 H8804 , gelijk gij gedaan hebt H1323 en uw dochteren!
  49 H5771 Ziet, dit was de ongerechtigheid H269 uwer zuster H5467 Sodom H1347 ; hoogmoed H7653 , zatheid H3899 van brood H8252 H8687 en stille H7962 gerustheid H1323 had zij en haar dochteren H2388 H8689 ; maar zij sterkte H3027 de hand H6041 des armen H34 en nooddruftigen niet.
  50 H1361 H8799 En zij verhieven zich H6213 H8799 , en deden H8441 gruwelijkheid H6440 voor Mijn aangezicht H5493 H8686 ; daarom deed Ik ze weg H7200 H8804 , nadat Ik het gezien had.
  51 H8111 Samaria H2677 ook heeft naar de helft H2403 uwer zonden H2398 H8804 niet gezondigd H8441 ; en gij hebt uw gruwelen H2007 meer dan zij H7235 H8686 vermenigvuldigd H269 , en hebt uw zusters H6663 H8762 gerechtvaardigd H8441 door al uw gruwelen H6213 H8804 , die gij gedaan hebt.

Ezekiel 23:4

  4 H8034 Haar namen H170 nu waren: Ohola H1419 , de grootste H172 , en Oholiba H269 , haar zuster H3205 H8799 ; en zij werden de Mijne, en baarden H1121 zonen H1323 en dochteren H8034 ; dit waren haar namen H8111 : Samaria H170 is Ohola H3389 , en Jeruzalem H172 Oholiba.

2 Kings 16:7-15

  7 H271 Achaz H7971 H8799 nu zond H4397 boden H413 tot H8407 Tiglath-pilezer H4428 , den koning H804 van Assyrie H559 H8800 , zeggende H589 : Ik H5650 ben uw knecht H1121 en uw zoon H5927 H8798 ; kom op H3467 H8685 , en verlos H4480 mij uit H3709 de hand H4428 van den koning H758 van Syrie H4480 , en uit H3709 de hand H4428 van den koning H3478 van Israel H5921 , die zich tegen H6965 H8801 mij opmaken.
  8 H271 En Achaz H3947 H8799 nam H3701 het zilver H2091 en het goud H1004 , dat in het huis H3068 des HEEREN H214 , en in de schatten H1004 van het huis H4428 des konings H4672 H8737 gevonden werd H7971 H8799 , en hij zond H4428 den koning H804 van Assyrie H7810 een geschenk.
  9 H8085 H8799 Zo hoorde H4428 de koning H804 van Assyrie H413 naar H4428 hem; want de koning H804 van Assyrie H5927 H8799 toog op H413 tegen H1834 Damaskus H8610 H8799 , en nam haar in H1540 H8686 , en voerde hen gevankelijk H7024 naar Kir H4191 H8689 , en hij doodde H7526 Rezin.
  10 H3212 H8799 Toen toog H4428 de koning H271 Achaz H8407 Tiglath-pilezer H4428 , den koning H804 van Assyrie H7125 H8800 , tegemoet H1834 , naar Damaskus H7200 H8799 ; en gezien hebbende H4196 een altaar H834 , dat H1834 te Damaskus H7971 H8799 was, zo zond H4428 de koning H271 Achaz H413 aan H3548 den priester H223 Uria H1823 de gelijkenis H4196 van het altaar H8403 , en zijn afbeelding H3605 , naar zijn ganse H4639 maaksel.
  11 H223 En Uria H3548 , de priester H1129 H8799 , bouwde H4196 een altaar H3605 , naar alles H834 , wat H4428 de koning H271 Achaz H4480 van H1834 Damaskus H7971 H8804 ontboden had H3651 ; alzo H6213 H8804 deed H3548 de priester H223 Uria H5704 , tegen dat H4428 de koning H271 Achaz H4480 van H1834 Damaskus H935 H8800 kwam.
  12 H4428 Als nu de koning H4480 van H1834 Damaskus H935 H8799 gekomen was H7200 H8799 , zag H4428 de koning H4196 het altaar H4428 en de koning H7126 H8799 naderde H5921 tot H4196 het altaar H5927 H8686 , en offerde H5921 daarop.
  13 H6999 H0 En hij stak H5930 zijn brandoffer H6999 H8686 aan H4503 , en zijn spijsoffer H5258 H8686 , en goot H5262 zijn drankoffer H2236 H8799 en sprengde H1818 het bloed H8002 zijner dankofferen H5921 op H4196 dat altaar.
  14 H5178 Maar het koperen H4196 altaar H834 , dat H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN H7126 H8686 was, dat bracht hij H4480 van H6440 het voorste deel H1004 van het huis H4480 , van H996 tussen H4196 [zijn] altaar H4480 , en van H996 tussen H1004 het huis H3068 des HEEREN H5414 H8799 , en hij zette H853 het H5921 aan H3409 de zijde H4196 [zijns] altaars H6828 noordwaarts.
  15 H4428 En de koning H271 Achaz H6680 H8762 gebood H223 Uria H3548 , den priester H559 H8800 , zeggende H6999 H0 : Steek H5921 op H1419 het grote H4196 altaar H6999 H8685 aan H1242 H5930 het morgenbrandoffer H6153 H4503 , en het avondspijsoffer H4428 , en des konings H5930 brandoffer H4503 , en zijn spijsoffer H5930 , en het brandoffer H3605 van al H5971 het volk H776 des lands H4503 , en hun spijsoffer H5262 , en hun drankofferen H2236 H8799 ; en spreng H5921 daarop H3605 al H1818 het bloed H5930 des brandoffers H3605 , en al H1818 het bloed H2077 des slachtoffers H5178 ; maar het koperen H4196 altaar H1961 H8799 zal mij zijn H1239 H8763 , om te onderzoeken.

2 Chronicles 28:16-23

  16 H1931 Ter zelfder H6256 tijd H7971 H8804 zond H4428 de koning H271 Achaz H5921 tot H4428 de koningen H804 van Assyrie H5826 H8800 , dat zij hem helpen zouden.
  17 H5750 Daarenboven H130 waren ook de Edomieten H935 H8804 gekomen H3063 , en hadden Juda H5221 H8686 geslagen H7628 en gevangenen H7617 H8799 gevankelijk weggevoerd.
  18 H6430 Daartoe waren de Filistijnen H5892 in de steden H8219 der laagte H5045 en het zuiden H3063 van Juda H6584 H8804 ingevallen H3920 H8799 , en hadden ingenomen H1053 Beth-semes H357 , en Ajalon H1450 , en Gederoth H7755 , en Socho H1323 en haar onderhorige plaatsen H8553 , en Timna H1323 en haar onderhorige plaatsen H1579 , en Gimzo H1323 en haar onderhorige plaatsen H3427 H8799 ; en zij woonden H8033 aldaar.
  19 H3588 Want H3068 de HEERE H3665 H8689 vernederde H3063 Juda H5668 , om der wille H271 van Achaz H4428 , den koning H3478 Israels H3588 ; want H3063 hij had Juda H6544 H8689 afgetrokken H4604 , dat het gans zeer H4603 H8800 overtrad H3068 tegen den HEERE.
  20 H8407 En Tiglath-pilneser H4428 , de koning H804 van Assyrie H935 H8799 , kwam H5921 tot H6696 H8799 hem; doch hij benauwde H2388 H8804 hem, en sterkte H3808 hem niet.
  21 H3588 Want H271 Achaz H2505 H8804 nam een deel H1004 van het huis H3068 des HEEREN H1004 , en van het huis H4428 des konings H8269 en der vorsten H4428 , hetwelk hij den koning H804 van Assyrie H5414 H8799 gaf H5833 ; maar hij hielp H3808 hem niet.
  22 H6256 Ja, ter tijd H6887 H8687 , als men hem benauwde H4603 H8800 , zo maakte hij des overtredens H3068 tegen den HEERE H3254 H8686 nog meer H1931 ; dit H4428 was de koning H271 Achaz.
  23 H2076 H8799 Want hij offerde H430 den goden H1834 van Damaskus H5221 H8688 , die hem geslagen hadden H559 H8799 , en zeide H3588 : Omdat H430 de goden H1992 der H4428 koningen H758 van Syrie H859 hen H5826 H8688 helpen H2076 H8762 , zal ik hun offeren H5826 H8799 , opdat zij mij [ook] helpen H1992 ; maar zij H1961 H8804 waren H3782 H8687 hem tot zijn val H3605 , mitsgaders aan gans H3478 Israel.

Ezekiel 23:5-6

  5 H170 Ohola H2181 H8799 nu hoereerde H8478 , zijnde onder H5689 H8799 Mij; en zij werd verliefd H157 H8764 op haar boelen H804 , op de Assyriers H7138 , die nabij waren;
  6 H3847 H8803 Bekleed H8504 met hemelsblauw H6346 , vorsten H5461 en overheden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden.

2 Kings 17:18-19

  18 H599 H8691 Daarom vertoornde zich H3068 de HEERE H3966 zeer H3478 over Israel H5493 H8686 , dat Hij hen wegdeed H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H7604 H0 ; er bleef H3808 niets H7604 H8738 over H7535 , behalve H7626 de stam H3063 van Juda H909 alleen.
  19 H1571 Zelfs H8104 H8804 hield H3063 Juda H4687 de geboden H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H3808 , niet H3212 H8799 ; maar zij wandelden H2708 in de inzettingen H3478 van Israel H834 , die H6213 H8804 zij gemaakt hadden.

Ezekiel 23:31

  31 H1870 In den weg H269 uwer zuster H1980 H8804 hebt gij gewandeld H3563 , daarom zal Ik haar beker H3027 in uw hand H5414 H8804 geven.

Hosea 12:1-2

  1 H669 [012:2] Efraim H7462 weidt H7307 zich met wind H7291 , en jaagt H6921 den oostenwind H3117 na; den gansen dag H7235 vermenigvuldigt H3577 hij leugen H7701 en verwoesting H3772 ; en zij maken H1285 verbond H804 met Assur H8081 , en de olie H4714 wordt naar Egypte H2986 gevoerd.
  2 H3068 [012:3] Ook heeft de HEERE H7379 een twist H3063 met Juda H6485 , en Hij zal bezoeking doen H3290 over Jakob H1870 naar zijn wegen H4611 , naar zijn handelingen H7725 zal Hij hem vergelden.

Isaiah 46:1

  1 H1078 Bel H3766 H8804 is gekromd H5015 , Nebo H7164 H8802 wordt nedergebogen H6091 , hun afgoden H2416 zijn geworden voor de dieren H929 en voor de beesten H6006 H8803 ; uw opgeladen H5385 pakken H4853 zijn een last H5889 voor de vermoeide [beesten].

Jeremiah 22:14

  14 H559 H8802 Die daar zegt H4060 : Ik zal mij een zeer hoog H1004 huis H1129 H8799 bouwen H7304 H8794 , en doorluchtige H5944 opperzalen H7167 H0 ; en hij houwt zich H2474 vensteren H7167 H8804 uit H5603 H8803 , en het is bedekt H730 met ceder H4886 H8800 , en aangestreken H8350 met menie.

Jeremiah 50:2

  2 H5046 H8685 Verkondigt H1471 onder de heidenen H8085 H8685 , en doet horen H5375 H0 , en werpt H5251 een banier H5375 H8798 op H8085 H8685 , laat horen H3582 H8762 , verbergt H559 H8798 het niet; zegt H894 : Babel H3920 H8738 is ingenomen H1078 , Bel H3001 H8689 is beschaamd H4781 , Merodach H2865 H8804 is verpletterd H6091 , haar afgoden H3001 H8689 zijn beschaamd H1544 , haar drekgoden H2865 H8804 zijn verpletterd!

Ezekiel 8:10

  10 H935 H8799 Zo ging ik in H7200 H8799 , en ik zag H8403 , en ziet, er was alle beeltenis H7431 van kruipende dieren H8263 en verfoeilijke H929 beesten H1544 , en van alle drekgoden H1004 van het huis H3478 Israels H5439 , geheel rondom H7023 aan den wand H2707 H8794 gemaald.

Ezekiel 16:29

  29 H8457 Maar gij hebt uw hoererij H7235 H8686 vermenigvuldigd H776 in het land H3667 van Kanaan H3778 tot in Chaldea H2063 ; en daarmede H7646 H8804 ook zijt gij niet verzadigd geworden.

Judges 8:18

  18 H559 H8799 Daarna zeide hij H413 tot H2078 Zebah H413 en H6759 Tsalmuna H375 : Wat H582 waren het voor mannen H834 , die H8396 gij te Thabor H2026 H8804 doodsloegt H559 H8799 ? En zij zeiden H3644 : Gelijk H3644 gij, alzo H259 waren zij, enerlei H8389 , van gedaante H1121 H4428 als koningszonen.

1 Samuel 18:4

  4 H3083 En Jonathan H6584 H0 deed H4598 zijn mantel H6584 H8691 af H834 , dien H5921 hij aan had H5414 H8799 , en gaf H1732 hem aan David H4055 , ook zijn klederen H5704 , ja, tot H2719 zijn zwaard H5704 toe, en tot H7198 zijn boog H5704 toe, en tot H2289 zijn gordel toe.

2 Samuel 14:25

  25 H1961 H8804 Nu was er H3605 in gans H3478 Israel H3808 geen H376 man H3303 zo schoon H53 als Absalom H3966 , zeer H1984 H8763 te prijzen H4480 ; van H3709 H7272 zijn voetzool H5704 af tot H6936 zijn hoofdschedel H1961 H8804 toe was er H3808 geen H3971 gebrek in hem.

Isaiah 22:21

  21 H3801 En Ik zal hem met uw rok H3847 H8689 bekleden H73 , en Ik zal hem met uw gordel H2388 H8762 sterken H4475 , en uw heerschappij H3027 zal Ik in zijn hand H5414 H8799 geven H3427 H8802 ; en hij zal den inwoneren H3389 te Jeruzalem H1004 en den huize H3063 van Juda H1 tot een vader zijn.

Genesis 3:6

  6 H802 En de vrouw H7200 H8799 zag H3588 , dat H6086 die boom H2896 goed H3978 [was] tot spijze H3588 , en dat H1931 hij H8378 een lust H5869 [was] voor de ogen H6086 , ja, een boom H2530 H8737 , die begeerlijk was H7919 H8687 om verstandig te maken H3947 H8799 ; en zij nam H4480 van H6529 zijn vrucht H398 H8799 en at H5414 H8799 ; en zij gaf H1571 ook H376 haar man H5973 met H398 H8799 haar, en hij at.

Genesis 6:2

  2 H430 Dat Gods H1121 zonen H1323 de dochteren H120 der mensen H7200 H8799 aanzagen H3588 , dat H2007 zij H2896 schoon H3947 H8799 waren, en zij namen H802 zich vrouwen H4480 uit H3605 allen H834 , die H977 H8804 zij verkozen hadden.

Genesis 39:7

  7 H1961 H8799 En het geschiedde H310 na H428 deze H1697 dingen H802 , dat de huisvrouw H113 zijns heren H5869 haar ogen H413 op H3130 Jozef H5375 H8799 wierp H559 H8799 ; en zij zeide H7901 H8798 : lig H5973 bij mij!

2 Samuel 11:2

  2 H1961 H8799 Zo geschiedde H6153 H6256 het tegen den avondtijd H1732 , dat David H4480 H5921 van H4904 zijn leger H6965 H8799 opstond H1980 H8691 , en wandelde H5921 op H1406 het dak H4428 H1004 van het koningshuis H7200 H8799 , en zag H4480 H5921 van H1406 het dak H802 een vrouw H7364 H8801 , zich wassende H802 ; deze vrouw H3966 nu was zeer H2896 schoon H4758 van aanzien.

2 Kings 24:1

  1 H3117 In zijn dagen H5927 H0 toog H5019 Nebukadnezar H4428 , de koning H894 van Babel H5927 H8804 , op H3079 , en Jojakim H1961 H8799 werd H5650 zijn knecht H7969 drie H8141 jaren H7725 H8799 ; daarna keerde hij zich om H4775 H8799 , en rebelleerde tegen hem.

Job 31:1

  1 H1285 Ik heb een verbond H3772 H8804 gemaakt H5869 met mijn ogen H4100 ; hoe H995 H8709 zou ik dan acht gegeven hebben H5921 op H1330 een maagd?

Psalms 119:37

  37 H5674 H0 Wend H5869 mijn ogen H5674 H8685 af H7723 , dat zij geen ijdelheid H7200 H8800 zien H2421 H8761 ; maak mij levend H1870 door Uw wegen.

Proverbs 6:25

  25 H2530 H8799 Begeer H3308 haar schoonheid H3824 niet in uw hart H3947 H8799 , en laat ze u niet vangen H6079 met haar oogleden.

Proverbs 23:33

  33 H5869 Uw ogen H2114 H8801 zullen naar vreemde vrouwen H7200 H8799 zien H3820 , en uw hart H8419 zal verkeerdheden H1696 H8762 spreken.

Ezekiel 16:17

  17 H3947 H8799 Daartoe hebt gij genomen H3627 de vaten H8597 uws sieraads H2091 van Mijn goud H3701 en van Mijn zilver H5414 H8804 , dat Ik u gegeven had H6754 H2145 , en gij hebt u mansbeelden H6213 H8799 gemaakt H2181 H8799 , en gij hebt met dezelve gehoereerd.

Ezekiel 23:40-41

  40 H637 Dit is er ook H7971 H8799 , dat zij gezonden hebben H582 tot mannen H4801 , die van verre H935 H8802 zouden komen H4397 ; tot dewelken als een bode H7971 H8803 gezonden was H935 H8804 , ziet, zo kwamen zij H7364 H8804 , voor dewelken gij u wiest H5869 , uw ogen H3583 H8804 blankettet H5716 en u met sieraad H5710 H8804 versierdet;
  41 H3427 H8804 En gij zat H3520 op een heerlijk H4296 bed H6440 , voor H7979 hetwelk een tafel H6186 H8803 toegericht was H7004 , en op hetwelk gij Mijn reukwerk H8081 en Mijn olie H7760 H8804 gezet hadt.

Matthew 5:28

  28 G1161 Maar G1473 Ik G3004 G5719 zeg G5213 u G3754 , dat G3956 zo wie G1135 een vrouw G991 G5723 [aan] ziet G4314 , om G846 dezelve G1937 G5658 te begeren G2235 , die heeft alrede G3431 G overspel G1722 in G846 zijn G2588 hart G846 met haar G3431 G5656 gedaan.

2 Peter 2:14

  14 G2192 G5723 Hebbende G3788 de ogen G3324 vol G3428 overspel G2532 , en G180 die niet ophouden van G266 zondigen G1185 G5723 ; verlokkende G793 de onvaste G5590 zielen G2192 G5723 , hebbende G2588 het hart G1128 G5772 geoefend G4124 in gierigheid G5043 , kinderen G2671 der vervloeking;

Genesis 10:10

  10 H7225 En het beginsel H4467 zijns rijks H1961 H8799 was H894 Babel H751 , en Erech H390 , en Accad H3641 , en Calne H776 in het land H8152 Sinear.

Genesis 11:9

  9 H5921 H3651 Daarom H7121 H8804 noemde men H8034 haar naam H894 Babel H3588 ; want H8033 aldaar H1101 H8804 verwarde H3068 de HEERE H8193 de spraak H3605 der ganse H776 aarde H4480 , en van H8033 daar H6327 H8689 verstrooide H3068 hen de HEERE H5921 H6440 over H776 de ganse aarde.

2 Samuel 13:15

  15 H8130 H8799 Daarna haatte H550 haar Amnon H3966 met een zeer H1419 groten H8135 haat H3588 ; want H8135 de haat H834 , waarmede H8130 H8804 hij haar haatte H1419 , was groter H4480 dan H160 de liefde H834 , waarmede H157 H8804 hij haar had liefgehad H550 ; en Amnon H559 H8799 zeide H6965 H8798 tot haar: Maak u op H3212 H8798 , ga weg.

Ezekiel 23:22

  22 H172 Daarom, o Oholiba H559 H8804 ! alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H157 H8764 : Zie, Ik zal uw boelen H5315 , van welke uw ziel H5361 H8804 is afgetrokken H5782 H8688 , tegen u verwekken H5439 , en Ik zal hen van rondom H935 H8689 tegen u aanbrengen.

Ezekiel 23:28

  28 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5414 H8802 : Zie, Ik zal u overgeven H3027 in de hand H8130 H8804 dergenen, die gij haat H3027 , in de hand H5315 dergenen, van dewelken uw ziel H5361 H8804 is afgetrokken.

Deuteronomy 32:19

  19 H3068 Als het de HEERE H7200 H8799 zag H5006 H8799 , zo versmaadde Hij H3708 hen, uit toornigheid H1121 tegen zijn zonen H1323 en zijn dochteren.

Psalms 78:59

  59 H430 God H8085 H8804 hoorde H5674 H8691 het en werd verbolgen H3988 H8799 , en versmaadde H3478 Israel H3966 zeer.

Psalms 106:40

  40 H639 Dies is de toorn H3068 des HEEREN H2734 H8799 ontstoken H5971 tegen Zijn volk H8581 H8762 , en Hij heeft een gruwel gehad H5159 aan Zijn erfdeel.

Isaiah 3:9

  9 H1971 Het gelaat H6440 huns aangezichts H6030 H8804 getuigt H2403 tegen hen, en hun zonden H5046 H8689 spreken zij vrij uit H5467 , gelijk Sodom H3582 H8765 ; zij verbergen H188 ze niet. Wee H5315 hunlieder ziel H1580 H8804 ; want zij doen H7451 zichzelven kwaad.

Jeremiah 6:8

  8 H3256 H8734 Laat u tuchtigen H3389 , Jeruzalem H5315 ! opdat Mijn ziel H3363 H8799 niet van u afgetrokken worde H7760 H8799 , opdat Ik u niet stelle H8077 [tot] een woestheid H3427 H8738 , [tot] een onbewoond H776 land.

Jeremiah 8:12

  12 H3001 H8689 Zijn zij beschaamd H8441 , omdat zij gruwel H6213 H8804 bedreven hebben H954 H8799 ? Ja, zij schamen zich H954 H8800 in het minste H3045 H8804 niet, en weten H3637 H8736 niet schaamrood te worden H5307 H8799 ; daarom zullen zij vallen H5307 H8802 onder de vallenden H6256 ; ten tijde H6486 hunner bezoeking H3782 H8735 zullen zij struikelen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.

Jeremiah 12:8

  8 H5159 Mijn erfenis H738 is Mij geworden als een leeuw H3293 in het woud H6963 ; zij heeft haar stem H5414 H8804 tegen Mij verheven H8130 H8804 , daarom heb Ik haar gehaat.

Jeremiah 15:1

  1 H3068 Maar de HEERE H559 H8799 zeide H5975 H8799 tot mij: Al stond H4872 Mozes H8050 en Samuel H6440 voor Mijn aangezicht H5315 , zo zou [toch] Mijn ziel H5971 tot dit volk H7971 H8761 niet wezen; drijf ze weg H6440 van Mijn aangezicht H3318 H8799 , en laat ze uitgaan.

Lamentations 2:7

  7 H136 [Zain]. De Heere H4196 heeft Zijn altaar H2186 H8804 verstoten H4720 . Hij heeft Zijn heiligdom H5010 H8765 te niet gedaan H2346 , Hij heeft de muren H759 harer paleizen H341 H8802 in des vijands H3027 hand H5462 H8689 overgegeven H1004 ; zij hebben in het huis H3068 des HEEREN H6963 een stem H5414 H8804 verheven H3117 als op den dag H4150 eens gezetten hoogtijds.

Ezekiel 16:36

  36 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5178 : Omdat uw vergif H8210 H8736 uitgestort is H6172 , en uw schaamte H8457 door uw hoererijen H157 H8764 met uw boelen H1540 H8735 ontdekt is H1544 , en met al de drekgoden H8441 uwer gruwelen H1818 , en na het bloed H1121 uwer kinderen H5414 H8804 , dat gij hun gegeven hebt;

Ezekiel 21:24

  24 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5771 alzo: Omdat gijlieden uwer ongerechtigheid H2142 H8687 doet gedenken H6588 , doordien uw overtredingen H1540 H8736 ontdekt worden H2403 , zodat uw zonden H7200 H8736 gezien worden H5949 in al uw handelingen H2142 H8736 ; omdat uwer gedacht wordt H3709 , zult gij met de hand H8610 H8735 gegrepen worden.

Hosea 2:2

  2 H7378 [02:1] Twist H517 tegen ulieder moeder H7378 , twist H802 , omdat zij Mijn vrouw niet is H376 , en Ik haar Man niet ben H2183 ; en laat ze haar hoererijen H6440 van haar aangezicht H5005 , en haar overspelerijen H7699 van tussen haar borsten H5493 wegdoen.

Hosea 7:1

  1 H3478 Terwijl Ik Israel H7495 genees H669 , zo wordt Efraims H5771 ongerechtigheid H1540 ontdekt H7451 , mitsgaders de boosheden H8111 van Samaria H6466 ; want zij werken H8267 valsheid H1590 ; en de dief H935 gaat er in H1416 , de bende H6584 der straatschenders stroopt H2351 daar buiten.

Amos 5:21

  21 H8130 H8804 Ik haat H3988 H8804 , Ik versmaad H2282 uw feesten H6116 , en Ik mag uw verbods H3808 [dagen] niet H7306 H8686 rieken.

Amos 6:8

  8 H136 De Heere H3069 HEERE H7650 H8738 heeft gezworen H5315 bij Zichzelf H5002 H8803 (spreekt H3068 de HEERE H430 , de God H6635 der heirscharen H595 ): Ik H8374 H8764 heb een gruwel H3290 van Jakobs H1347 hovaardij H8130 H8804 , en Ik haat H759 zijn paleizen H5892 ; daarom zal Ik de stad H4393 en haar volheid H5462 H8689 overleveren.

Zechariah 11:8

  8 H7969 En ik heb drie H7462 H8802 herders H259 in een H3391 maand H3582 H8686 afgesneden H5315 ; want mijn ziel H7114 H8799 was over hen verdrietig geworden H1571 , en ook H5315 had hun ziel H973 H8804 een walg van mij.

Ezekiel 16:25

  25 H7218 Aan elk hoofd H1870 des wegs H7413 hebt gij uw hoge plaatsen H1129 H8804 gebouwd H3308 , en hebt uw schoonheid H8581 H8762 gruwelijk gemaakt H7272 , en hebt met uw benen H6589 H8762 geschreden H5674 H8802 voor een ieder, die voorbijging H8457 , en hebt uw hoererijen H7235 H8686 vermenigvuldigd.

Ezekiel 16:51

  51 H8111 Samaria H2677 ook heeft naar de helft H2403 uwer zonden H2398 H8804 niet gezondigd H8441 ; en gij hebt uw gruwelen H2007 meer dan zij H7235 H8686 vermenigvuldigd H269 , en hebt uw zusters H6663 H8762 gerechtvaardigd H8441 door al uw gruwelen H6213 H8804 , die gij gedaan hebt.

Ezekiel 23:14

  14 H3254 H0 Ja, zij deed H8457 tot haar hoererijen H3254 H8686 nog meer toe H2707 H8794 ; want toen zij geschilderde H582 mannen H7023 aan den wand H7200 H8799 zag H6754 , de beelden H3778 der Chaldeen H2710 H8803 , geschilderd H8350 met menie,

Amos 4:4

  4 H935 H8798 Komt H1008 te Beth-el H6586 H8798 , en overtreedt H1537 te Gilgal H7235 H0 ; maakt H6586 H8800 des overtredens H7235 H8685 veel H935 H8685 , en brengt H2077 uw offers H1242 des morgens H4643 , uw tienden H7969 om de drie H3117 dagen!

Jeremiah 5:8

  8 H2109 H8716 [Als] welgevoederde H5483 hengsten H7904 H8688 zijn zij vroeg op H6670 H8799 ; zij hunkeren H376 een iegelijk H7453 naar zijns naasten H802 huisvrouw.

Ezekiel 16:26

  26 H2181 H8799 Gij hebt ook gehoereerd H1121 met de kinderen H4714 van Egypte H7934 , uw naburen H1432 , die groot H1320 van vlees H8457 zijn; en gij hebt uw hoererij H7235 H8686 vermenigvuldigd H3707 H8687 , om Mij tot toorn te verwekken.

Ezekiel 17:15

  15 H4775 H8799 Maar hij rebelleerde H7971 H8800 tegen hem, zendende H4397 zijn boden H4714 in Egypte H5483 , opdat men hem paarden H7227 en veel H5971 volks H5414 H8800 bestellen zou H6743 H8799 ; zal hij gedijen H4422 H8735 ? Zal hij ontkomen H6213 H8802 , die zulke dingen doet H1285 ? Ja, zal hij het verbond H6565 H8689 breken H4422 H8738 en ontkomen?

Isaiah 10:5-6

  5 H1945 Wee H804 den Assyrier H7626 , [die] de roede H639 Mijns toorns H2195 is, en Mijn grimmigheid H4294 is een stok H3027 in hun hand!
  6 H7971 H8762 Ik zal hem zenden H2611 tegen een huichelachtig H1471 volk H6680 H8762 , en Ik zal hem bevel geven H5971 tegen het volk H5678 Mijner verbolgenheid H7998 ; opdat hij den roof H7997 H8800 rove H962 H8800 , en plundere H957 de plundering H7760 H8800 , en stelle H4823 het ter vertreding H2563 , gelijk het slijk H2351 der straten.

Isaiah 39:3-4

  3 H935 H8799 Toen kwam H5030 de profeet H3470 Jesaja H4428 tot den koning H2396 Hizkia H559 H8799 , en zeide H582 tot hem: Wat hebben die mannen H559 H8804 gezegd H370 , en van waar H935 H8799 zijn zij tot u gekomen H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H7350 : Zij zijn uit verren H776 lande H935 H8804 tot mij gekomen H894 , uit Babel.
  4 H559 H8799 En hij zeide H7200 H8804 : Wat hebben zij gezien H1004 in uw huis H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H7200 H8804 : Zij hebben alles gezien H1004 , wat in mijn huis H1697 is; geen ding H214 is er in mijn schatten H7200 H8689 , dat ik hun niet getoond heb.

Jeremiah 6:22-23

  22 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H935 H8802 : Ziet, er komt H5971 een volk H776 uit het land H6828 van het noorden H1419 , en een grote H1471 natie H5782 H8735 zal opgewekt worden H3411 uit de zijden H776 der aarde.
  23 H7198 Boog H3591 en spies H2388 H8686 zullen zij voeren H394 , het is een wreed H7355 H8762 [volk], en zij zullen niet barmhartig zijn H6963 ; hun stem H1993 H8799 zal bruisen H3220 als de zee H5483 , en op paarden H7392 H8799 zullen zij rijden H6186 H8803 ; het is toegerust H376 , als een man H4421 ten oorlog H1323 tegen u, o dochter H6726 van Sion!

Jeremiah 12:9-12

  9 H5159 Mijn erfenis H6641 is Mij een gesprenkelde H5861 vogel H5861 ; de vogelen H5439 zijn rondom H3212 H8798 tegen haar; komt aan H622 H8798 , verzamelt H2416 , al gij gedierte H7704 des velds H857 H8685 , komt H402 om te eten!
  10 H7227 Veel H7462 H8802 herders H3754 hebben Mijn wijngaard H7843 H8765 verdorven H2513 , zij hebben Mijn akker H947 H8790 vertreden H2532 ; zij hebben Mijn gewensten H2513 akker H5414 H8804 gesteld H8077 tot een woeste H4057 wildernis.
  11 H7760 H8804 Men heeft hem gesteld H8076 tot een woestheid H8077 , verwoest H56 H8804 zijnde treurt hij H776 tot Mij; het ganse land H8074 H8738 is verwoest H376 , omdat er niemand H3820 is, die het ter harte H7760 H8802 neemt.
  12 H8205 Op alle hoge plaatsen H4057 in de woestijn H7703 H8802 zijn verstoorders H935 H8804 gekomen H2719 ; want het zwaard H3068 des HEEREN H398 H8802 verteert H7097 van het [ene] einde H776 des lands H7097 tot aan het [andere] einde H776 des lands H7965 ; er is geen vrede H1320 voor enig vlees.

Habakkuk 1:6-10

  6 H3588 Want H2009 ziet H6965 H8688 , Ik verwek H3778 de Chaldeen H4751 , een bitter H4116 H8737 en snel H1471 volk H1980 H8802 , trekkende H4800 door de breedten H776 der aarde H3423 H8800 , om erfelijk te bezitten H4908 woningen H3808 , die de zijne niet zijn.
  7 H366 Schrikkelijk H3372 H8737 en vreselijk H1931 is hetzelve H4941 ; zijn recht H7613 en zijn hoogheid H3318 H0 gaat H4480 van hemzelven H3318 H8799 uit.
  8 H5483 Want zijn paarden H7043 H8804 zijn lichter H5246 dan de luipaarden H2300 H8804 , en zij zijn scherper H6153 H2061 dan de avondwolven H6571 , en zijn ruiters H6335 H8804 verspreiden zich H6571 ; ja, zijn ruiters H4480 zullen van H7350 verre H935 H8799 komen H5774 H8799 , zij zullen vliegen H5404 als een arend H2363 H8804 , zich spoedende H398 H8800 om te eten.
  9 H3605 Het zal geheellijk H2555 tot geweld H935 H8799 komen H4041 , wat zij inslorpen zullen H6440 met hun aangezichten H6921 , [zullen] [zij] [brengen] naar het oosten H7628 ; en het zal de gevangenen H622 H8799 verzamelen H2344 als zand.
  10 H1931 En hij H4428 zal de koningen H7046 H8691 beschimpen H7336 H8802 , en de prinsen H4890 zullen hem een belaching H1931 zijn; hij H3605 zal alle H4013 vesting H7832 H8799 belachen H6083 ; want hij zal stof H6651 H8799 vergaderen H3920 H8799 , en hij zal ze innemen.

Genesis 2:14

  14 H8034 En de naam H7992 der derde H5104 rivier H2313 [is] Hiddekel H1931 ; deze H1980 H8802 is gaande naar H6926 het oosten H804 van Assur H7243 . En de vierde H5104 rivier H1931 [is] H6578 Frath.

Genesis 25:18

  18 H7931 H8799 En zij woonden H4480 van H2341 Havila H5704 tot H7793 Sur H834 toe, hetwelk H5921 H6440 tegenover H4714 Egypte H935 H8800 is, daar gij gaat H804 naar Assur H5307 H8804 ; hij heeft zich nedergeslagen H5921 voor H6440 het aangezicht H3605 van al H251 zijn broederen.

2 Kings 20:14-17

  14 H935 H8799 Toen kwam H5030 de profeet H3470 Jesaja H413 tot H4428 den koning H2396 Hizkia H559 H8799 , en zeide H413 tot H4100 hem: Wat H428 hebben die H582 mannen H559 H8804 gezegd H4480 , en van H370 waar H413 zijn zij tot H935 H8799 u gekomen H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H4480 : Zij zijn uit H7350 verren H776 lande H935 H8804 gekomen H4480 , uit H894 Babel.
  15 H559 H8799 En hij zeide H4100 : Wat H7200 H8804 hebben zij gezien H1004 in uw huis H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H3605 : Zij hebben alles H7200 H8804 gezien H834 , wat H1004 in mijn huis H3808 is; geen H1697 ding H1961 H8804 is H214 er in mijn schatten H834 , dat H3808 ik hun niet H7200 H8689 getoond heb.
  16 H559 H8799 Toen zeide H3470 Jesaja H413 tot H2396 Hizkia H8085 H8798 : Hoor H3068 des HEEREN H1697 woord.
  17 H2009 Zie H3117 , de dagen H935 H8802 komen H3605 , dat al H834 wat H1004 in uw huis H834 is, en wat H1 uw vaderen H5704 tot H2088 dezen H3117 dage H686 H8804 toe opgelegd hebben H894 , naar Babel H5375 H8738 weggevoerd zal worden H3808 H1697 ; er zal niets H3498 H8735 overgelaten worden H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.

2 Kings 24:2

  2 H3068 En de HEERE H7971 H8762 zond H1416 tegen hem de benden H3778 der Chaldeen H1416 , en de benden H758 der Syriers H1416 , en de benden H4124 der Moabieten H1416 , en de benden H1121 der kinderen H5983 Ammons H7971 H8762 , en zond H3063 hen tegen Juda H6 H8687 , om dat te verderven H1697 , naar het woord H3068 des HEEREN H834 , dat H1696 H8765 Hij gesproken had H3027 door den dienst H5650 Zijner knechten H5030 , de profeten.

2 Kings 25:1-3

  1 H1961 H8799 En het geschiedde H8671 in het negende H8141 jaar H4427 H8800 zijner regering H6224 , in de tiende H2320 maand H6218 , op den tienden H2320 der maand H5019 , [dat] Nebukadnezar H4428 , de koning H894 van Babel H935 H8804 , kwam H5921 tegen H3389 Jeruzalem H1931 , hij H3605 en zijn ganse H2428 heir H2583 H8799 , en legerde zich H5921 tegen H1129 H8799 haar; en zij bouwden H5921 tegen H1785 haar sterkten H5439 rondom.
  2 H935 H8799 Zo kwam H5892 de stad H4692 in belegering H5704 , tot in H6249 H6240 het elfde H8141 jaar H4428 van den koning H6667 Zedekia.
  3 H8672 Op den negenden H2320 der [vierde] maand H7458 , als de honger H5892 in de stad H2388 H8799 sterk werd H5971 , en het volk H776 des lands H3808 geen H3899 brood H1961 H8804 had,

Ezra 6:22

  22 H6213 H8799 En zij hielden H2282 het feest H4682 der ongezuurde H7651 [broden] zeven H3117 dagen H8057 , met blijdschap H3588 ; want H3068 de HEERE H8055 H8765 had hen verblijd H3820 , en het hart H4428 des konings H804 van Assur H5921 tot H5437 H8689 hen gewend H3027 , om hun handen H2388 H8763 te sterken H4399 in het werk H1004 van het huis H430 Gods H430 , des Gods H3478 van Israel.

Job 1:17

  17 H2088 Als deze H5750 nog H1696 H8764 sprak H935 H8802 , zo kwam H2088 een ander H559 H8799 , en zeide H3778 : De Chaldeen H7760 H8804 stelden H7969 drie H7218 hopen H6584 H8799 , en vielen H5921 op H1581 de kemelen H3947 H8799 aan, en namen H5221 H8689 ze, en sloegen H5288 de jongeren H6310 met de scherpte H2719 des zwaards H589 ; en ik H7535 ben maar H909 alleen H4422 H8735 ontkomen H5046 H8687 , om het u aan te zeggen.

Isaiah 23:13

  13 H776 Ziet, het land H3778 der Chaldeen H5971 ; dit volk H804 was er niet; Assur H3245 H8804 heeft het gefondeerd H6728 voor degenen, die in de wildernissen woonden H6965 H0 ; zij richtten H971 hun sterkten H6965 H8689 op H6209 H8782 , [en] bouwden H759 hun paleizen H4654 , [maar] Hij heeft het tot een vervallen hoop H7760 H8804 gesteld.

Jeremiah 50:21

  21 H776 Tegen het land H4850 Merathaim H5927 H8798 , trek tegen hetzelve op H3427 H8802 , en tegen de inwoners H6489 van Pekod H2717 H8798 ; verwoest H2763 H8687 en verban H310 achter H5002 H8803 hen, spreekt H3068 de HEERE H6213 H8798 , en doe H6680 H8765 naar alles, wat Ik u geboden heb.

Ezekiel 21:19-27

  19 H1121 H120 Gij nu, mensenkind H7760 H0 , stel u H8147 twee H1870 wegen H7760 H8798 voor H2719 , waardoor het zwaard H4428 des konings H894 van Babel H935 H8800 komt H259 ; uit een H776 land H8147 zullen zij beide H3318 H8799 voortkomen H1254 H8761 ; en kies H3027 een zijde H1254 H8761 , kies H7218 ze aan het hoofd H1870 van den weg H5892 der stad.
  20 H1870 Gij zult een weg H7760 H8799 voorstellen H2719 , waardoor het zwaard H935 H8800 inkomen zal H7237 tegen Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H3063 , of tegen Juda H1219 H8803 , tot de vaste H3389 [stad] Jeruzalem.
  21 H4428 Want de koning H894 van Babel H517 H1870 zal aan de wegscheiding H5975 H8804 staan H7218 , aan het hoofd H8147 van de twee H1870 wegen H7081 , om waarzegging H7080 H8800 te gebruiken H2671 ; hij zal zijn pijlen H7043 H8773 slijpen H8655 ; hij zal de terafim H7592 H8804 vragen H3516 , hij zal de lever H7200 H8804 bezien.
  22 H7081 De waarzegging H3225 zal aan zijn rechterhand H3389 zijn op Jeruzalem H3733 , om hoofdmannen H7760 H8800 te stellen H6310 , om den mond H6605 H8800 te openen H7524 in het doodslaan H6963 , om de stem H7311 H8687 op te heffen H8643 met gejuich H3733 , om stormrammen H7760 H8800 te stellen H8179 tegen de poorten H5550 , om sterkten H8210 H8800 op te werpen H1785 , om bolwerken H1129 H8800 te bouwen.
  23 H5869 Dit zal hun in hun ogen H7723 als een ijdel H7080 H8800 waarzeggen H7621 zijn, [omdat] [zij] met eden H7650 H8803 beedigd zijn H5771 onder hen; maar hij zal der ongerechtigheid H2142 H8688 gedenken H8610 H8736 , opdat zij gegrepen worden.
  24 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5771 alzo: Omdat gijlieden uwer ongerechtigheid H2142 H8687 doet gedenken H6588 , doordien uw overtredingen H1540 H8736 ontdekt worden H2403 , zodat uw zonden H7200 H8736 gezien worden H5949 in al uw handelingen H2142 H8736 ; omdat uwer gedacht wordt H3709 , zult gij met de hand H8610 H8735 gegrepen worden.
  25 H2491 En gij, o onheilig H7563 , goddeloos H5387 vorst H3478 van Israel H3117 , wiens dag H935 H8804 komen zal H6256 , ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid;
  26 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5493 H0 : Doe H4701 dien hoed H5493 H8685 weg H7311 H0 , en hef H5850 dien kroon H7311 H8685 af H2063 , deze zal dezelfde H1361 H8687 niet wezen; Ik zal verhogen H8217 dien, die nederig H8213 H8687 is, en vernederen H1364 dien, die hoog is.
  27 H5754 Ik zal die [kroon] omgekeerd H5754 , omgekeerd H5754 , omgekeerd H7760 H8799 stellen H1571 ; ja H2063 , zij H3808 zal niet H1961 H8804 zijn H5704 , totdat H935 H8800 hij kome H834 , die H4941 [daartoe] recht H5414 H8804 heeft, en [dien] Ik geven zal.

Ezekiel 23:6

  6 H3847 H8803 Bekleed H8504 met hemelsblauw H6346 , vorsten H5461 en overheden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden.

Acts 7:4

  4 G5119 Toen G1831 G5631 ging hij G1537 uit G1093 het land G5466 der Chaldeen G2730 G5656 , en woonde G1722 in G5488 Charran G2547 . En van daar G3326 , nadat G846 zijn G3962 vader G599 G5629 gestorven was G3351 G5656 , bracht Hij G846 hem G1519 over in G5026 dit G1093 land G3739 , daar G5210 gij G3568 nu G1519 in G2730 G5719 woont.

2 Samuel 24:14

  14 H559 H8799 Toen zeide H1732 David H413 tot H1410 Gad H3966 : Mij is zeer H6887 H8804 bange H4994 ; laat ons toch H3027 in de hand H3068 des HEEREN H5307 H8799 vallen H3588 , want H7356 Zijn barmhartigheden H7227 zijn vele H3027 , maar laat mij in de hand H120 van mensen H408 niet H5307 H8799 vallen.

Jeremiah 39:5-6

  5 H2428 Doch het heir H3778 der Chaldeen H7291 H8799 jaagde H310 hen achterna H5381 H8686 ; en zij achterhaalden H6667 Zedekia H6160 in de vlakke velden H3405 van Jericho H3947 H8799 , en vingen H5927 H8686 hem, en brachten hem opwaarts H5019 tot Nebukadrezar H4428 , den koning H894 van Babel H7247 , naar Ribla H776 , in het land H2574 van Hamath H1696 H8762 ; die sprak H4941 oordelen tegen hem uit.
  6 H4428 En de koning H894 van Babel H7819 H8799 slachtte H1121 de zonen H6667 van Zedekia H7247 te Ribla H5869 voor zijn ogen H7819 H8804 ; ook slachtte H4428 de koning H894 van Babel H2715 alle edelen H3063 van Juda.

Jeremiah 47:3

  3 H6963 Vanwege het geluid H8161 van het geklater H6541 der hoeven H47 zijner sterke H7494 [paarden], vanwege het geraas H7393 zijner wagenen H1995 , [en] het bulderen H1534 zijner raderen H1 ; de vaders H6437 H8689 zien H1121 niet om naar de kinderen H7510 , vanwege de slappigheid H3027 der handen;

Ezekiel 16:38

  38 H4941 Daartoe zal Ik u [naar] de rechten H5003 H8802 der overspeelsters H8210 H8802 H1818 en der bloedvergietsters H8199 H8804 richten H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H1818 aan het bloed H2534 der grimmigheid H7068 en des ijvers.

Ezekiel 21:23

  23 H5869 Dit zal hun in hun ogen H7723 als een ijdel H7080 H8800 waarzeggen H7621 zijn, [omdat] [zij] met eden H7650 H8803 beedigd zijn H5771 onder hen; maar hij zal der ongerechtigheid H2142 H8688 gedenken H8610 H8736 , opdat zij gegrepen worden.

Ezekiel 23:45

  45 H6662 Rechtvaardige H582 mannen H8199 H8799 dan, die zullen haar richten H4941 [naar] het recht H5003 H8802 der overspeelsters H4941 , en [naar] het recht H8210 H8802 H1818 der bloedvergietsters H5003 H8802 ; want zij zijn overspeelsters H1818 , en bloed H3027 is in haar handen.

Ezekiel 26:10

  10 H8229 Vanwege de menigte H5483 zijner paarden H80 zal u derzelver stof H3680 H8762 bedekken H2346 ; uw muren H7493 H8799 zullen beven H6963 vanwege het gedruis H6571 der ruiteren H1534 , en wielen H7393 , en wagenen H8179 , als hij door uw poorten H935 H8800 zal intrekken H3996 , gelijk [door] de ingangen H1234 H8794 ener doorgebrokene H5892 stad.

Nahum 2:3-4

  3 H4043 De schilden H1368 zijner helden H119 H8794 zijn rood gemaakt H2428 , de kloeke H582 mannen H8529 H8794 zijn scharlakenvervig H7393 ; de wagens H784 zijn in het vuur H6393 der fakkelen H3117 , ten dage H3559 H8687 als hij zich bereidt H1265 ; en de spiesen H7477 H8717 worden geschud.
  4 H7393 De wagens H1984 H8704 razen H2351 door de wijken H8264 H8698 , zij lopen ginds en weder H7339 op de straten H4758 ; hun gedaanten H3940 zijn als der fakkelen H7323 H8787 , zij lopen door elkander henen H1300 als de bliksemen.

Nahum 3:2-3

  2 H6963 Er is het geklap H7752 der zweep H6963 , en het geluid H7494 van het bulderen H212 der raderen H5483 ; en de paarden H1725 H8802 stampen H4818 , en de wagens H7540 H8764 springen op.
  3 H6571 De ruiter H5927 H8688 steekt omhoog H3851 , zo het vlammende H2719 zwaard H1300 , als de bliksemende H2595 spies H7230 , en er zal veelheid H2491 der verslagenen H3514 zijn, en een zware H6297 menigte der dode lichamen H369 H0 ; ja, er zal geen H7097 einde H369 zijn H1472 der lichamen H1472 , men zal over hun lichamen H3782 H8804 H8675 H3782 H8735 struikelen;

Exodus 34:14

  14 H7812 H8691 (Want gij zult u niet buigen H312 voor een anderen H410 god H3068 ; want des HEEREN H8034 Naam H7067 is Ijveraar H7067 ! een ijverig H410 God is Hij!)

Deuteronomy 29:20

  20 H3068 De HEERE H14 H8799 zal hem niet willen H5545 H8800 vergeven H3068 ; maar alsdan zal des HEEREN H639 toorn H7068 en ijver H6225 H8799 roken H376 over denzelven man H423 , en al de vloek H5612 , die in dit boek H3789 H8803 geschreven is H7257 H8804 , zal op hem liggen H3068 ; en de HEERE H8034 zal zijn naam H8064 van onder den hemel H4229 H8804 uitdelgen.

Deuteronomy 32:21-22

  21 H7065 H8765 Zij hebben Mij tot ijver verwekt H3808 door hetgeen geen H410 God H3707 H8765 is; zij hebben Mij tot toorn verwekt H1892 door hun ijdelheden H7065 H8686 ; Ik dan zal hen tot ijver verwekken H5971 door diegenen, die geen volk H5036 zijn; door een dwaas H1471 volk H3707 H8686 zal Ik hen tot toorn verwekken.
  22 H784 Want een vuur H6919 H8804 is aangestoken H639 in Mijn toorn H3344 H8799 , en zal bernen H8482 tot in de onderste H7585 hel H776 , en zal het land H2981 met zijn inkomst H398 H8799 verteren H4144 , en de gronden H2022 der bergen H3857 H8762 in vlam zetten.

Proverbs 6:34

  34 H7068 Want jaloersheid H2534 is een grimmigheid H1397 des mans H3117 ; en in den dag H5359 der wraak H2550 H8799 zal hij niet verschonen.

Song of Songs 8:6

  6 H7760 H8798 Zet H2368 mij als een zegel H3820 op Uw hart H2368 , als een zegel H2220 op Uw arm H160 ; want de liefde H5794 is sterk H4194 als de dood H7068 ; de ijver H7186 is hard H7585 als het graf H7565 ; haar kolen H784 zijn vurige H7565 kolen H7957 , vlammen des HEEREN.

Ezekiel 5:13

  13 H639 Alzo zal Mijn toorn H3615 H8804 volbracht worden H2534 , en Ik zal Mijn grimmigheid H5117 H8689 op hen doen rusten H5162 H8694 , en Mij troosten H3045 H8804 ; en zij zullen weten H3068 , dat Ik, de HEERE H7068 , in Mijn ijver H1696 H8765 gesproken heb H2534 , als Ik Mijn grimmigheid H3615 H8763 tegen hen volbracht zal hebben.

Ezekiel 8:1-18

  1 H8345 Het geschiedde nu in het zesde H8141 jaar H8345 , in de zesde H2568 [maand], op den vijfden H2320 der maand H1004 , als ik in mijn huis H3427 H8802 zat H2205 , en de oudsten H3063 van Juda H6440 voor mijn aangezicht H3427 H8802 zaten H3027 , dat de hand H136 des Heeren H3069 HEEREN H5307 H8799 daar over mij viel.
  2 H7200 H8799 Toen zag ik H1823 , en ziet, een gelijkenis H4758 , als de gedaante H784 van vuur H4758 ; van de gedaante H4975 Zijner lenden H4295 en nederwaarts H784 was vuur H4975 ; en van Zijn lenden H4605 en opwaarts H4758 , als de gedaante H2096 ener klaarheid H5869 , als de verf H2830 van Hasmal.
  3 H7971 H0 En Hij stak H8403 de gelijkenis H3027 ener hand H7971 H8799 uit H3947 H8799 , en nam H6734 mij bij het haar H7218 mijns hoofds H7307 ; en de Geest H5375 H8799 voerde mij op H776 tussen de aarde H8064 en tussen den hemel H935 H8686 , en bracht H4759 mij in de gezichten H430 Gods H3389 te Jeruzalem H6607 , tot de deur H8179 der poort H6442 van het binnenste H6437 H8802 [voorhof], dewelke ziet H6828 naar het noorden H4186 , alwaar de zitplaats H5566 was van een beeld H7068 der ijvering H7069 H8688 , dat tot ijver verwekt.
  4 H3519 En ziet, de heerlijkheid H430 des Gods H3478 van Israel H4758 was aldaar, naar de gedaante H1237 , die ik in de vallei H7200 H8804 gezien had.
  5 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H5375 H0 , hef H5869 nu uw ogen H5375 H8798 op H1870 naar den weg H6828 van het noorden H5375 H8799 ; en ik hief H5869 mijn ogen H1870 op naar den weg H6828 van het noorden H6828 , en ziet, tegen het noorden H8179 aan de poort H4196 van het altaar H5566 was dit beeld H7068 der ijvering H872 , in den ingang.
  6 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H7200 H8802 , ziet gij H6213 H8802 wel, wat zij doen H1419 , de grote H8441 gruwelen H1004 , die het huis H3478 Israels H6213 H8802 hier doet H4720 , opdat Ik van Mijn heiligdom H7368 H8800 verre wegga H7725 H8799 ? Doch gij zult nog wederom H1419 grote H8441 gruwelen H7200 H8799 zien.
  7 H935 H8686 Zo bracht Hij H6607 mij tot de deur H2691 van het voorhof H7200 H8799 . Toen zag ik H259 , en ziet, er was een H2356 hol H7023 in den wand.
  8 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H2864 H8798 , graaf H7023 nu in dien wand H2864 H8799 . En ik groef H7023 in dien wand H259 , en ziet, daar was een H6607 deur.
  9 H559 H8799 Toen zeide Hij H935 H8798 tot mij: Ga in H7200 H8798 , en zie H7451 de boze H8441 gruwelen H6213 H8802 , die zij hier doen.
  10 H935 H8799 Zo ging ik in H7200 H8799 , en ik zag H8403 , en ziet, er was alle beeltenis H7431 van kruipende dieren H8263 en verfoeilijke H929 beesten H1544 , en van alle drekgoden H1004 van het huis H3478 Israels H5439 , geheel rondom H7023 aan den wand H2707 H8794 gemaald.
  11 H7657 En zeventig H376 mannen H2205 uit de oudsten H1004 van het huis H3478 Israels H2970 , met Jaazanja H1121 , den zoon H8227 van Safan H5975 H8802 , staande H8432 in het midden H5975 H8802 van hen, stonden H6440 voor hun aangezichten H376 ; en een ieder H4730 [had] zijn rookvat H3027 in zijn hand H6282 , en een overvloedige H6051 wolk H7004 des reukwerks H5927 H8802 ging op.
  12 H559 H8799 Toen zeide Hij H7200 H8804 tot mij: Hebt gij gezien H1121 H120 , mensenkind H2205 , wat de oudsten H1004 van het huis H3478 Israels H6213 H8802 doen H2822 in de duisternis H376 , een ieder H4906 in zijn gebeelde H2315 binnenkameren H559 H8802 ? want zij zeggen H3068 : De HEERE H7200 H8802 ziet H3068 ons niet, de HEERE H776 heeft het land H5800 H8804 verlaten.
  13 H559 H8799 En Hij zeide H7725 H8799 tot mij: Gij zult nog wederom H1419 grote H8441 gruwelen H7200 H8799 zien H6213 H8802 , die zij doen.
  14 H935 H8686 En Hij bracht H6607 mij tot de deur H8179 der poort H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6828 , die naar het noorden H3427 H8802 is, en ziet, daar zaten H802 vrouwen H1058 H8764 , bewenende H8542 den Thammuz.
  15 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Hebt gij, mensenkind H7200 H8804 , [dat] gezien H7725 H8799 ? Gij zult nog wederom H1419 grotere H8441 gruwelen H7200 H8799 zien dan deze.
  16 H935 H8686 En Hij bracht H6442 mij tot het binnenste H2691 voorhof H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6607 ; en ziet, [aan] de deur H1964 van den tempel H3068 des HEEREN H197 , tussen het voorhuis H4196 en tussen het altaar H2568 , waren omtrent vijf H6242 en twintig H376 mannen H268 ; hun achterste H1964 [leden] waren naar den tempel H3068 des HEEREN H6440 , en hun aangezichten H6924 naar het oosten H7812 H8693 , en deze bogen zich neder H6924 naar het oosten H8121 voor de zon.
  17 H559 H8799 Toen zeide Hij H1121 H120 tot mij: Hebt gij, mensenkind H7200 H8804 , [dat] gezien H7043 H8738 ? Is er iets lichter geacht H1004 bij het huis H3063 van Juda H8441 , dan deze gruwelen H6213 H8800 te doen H6213 H8804 , die zij hier doen H776 ? Als zij het land H2555 met geweld H4390 H8804 vervuld hebben H7725 H8799 , zo keren zij zich H3707 H8687 , om Mij te vertoornen H7971 H8802 ; want zie, zij steken H2156 de wijnranken H639 aan hun neus.
  18 H6213 H8799 Daarom zal Ik ook handelen H2534 in grimmigheid H5869 , Mijn oog H2347 H8799 zal niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H241 ; hoewel zij voor Mijn oren H1419 met luider H6963 stem H7121 H8804 roepen H8085 H8799 , nochtans zal Ik hen niet horen.

Ezekiel 15:6-7

  6 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6086 : Gelijk als het hout H1612 des wijnstoks H6086 is onder het hout H3293 des wouds H784 , hetwelk Ik aan het vuur H5414 H8804 overgeef H402 , opdat het verteerd worde H3427 H8802 , alzo zal Ik de inwoners H3389 van Jeruzalem H5414 H8804 overgeven.
  7 H6440 Want Ik zal Mijn aangezicht H5414 H8804 tegen hen zetten H784 ; als zij van het [ene] vuur H3318 H8804 uitgaan H784 , zal het [andere] vuur H398 H8799 hen verteren H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H6440 ben, als Ik Mijn aangezicht H7760 H8800 tegen hen gesteld zal hebben.

Ezekiel 16:38-42

  38 H4941 Daartoe zal Ik u [naar] de rechten H5003 H8802 der overspeelsters H8210 H8802 H1818 en der bloedvergietsters H8199 H8804 richten H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H1818 aan het bloed H2534 der grimmigheid H7068 en des ijvers.
  39 H3027 En Ik zal u in hun hand H5414 H8804 overgeven H1354 , en zij zullen uw verwelfsel H2040 H8804 afbreken H7413 , en uw hoge plaatsen H5422 H8765 omwerpen H899 , en uw klederen H6584 H8689 u uittrekken H8597 , en uw sierlijke H3627 juwelen H3947 H8804 nemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H3240 H8689 laten.
  40 H6951 Daarna zullen zij tegen u een vergadering H5927 H8689 doen opkomen H68 , en zullen u met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en u met hun zwaarden H1333 H8765 doorsteken.
  41 H1004 Zij zullen ook uw huizen H784 met vuur H8313 H8804 verbranden H8201 , en oordelen H6213 H8804 tegen u uitvoeren H7227 voor veler H802 vrouwen H5869 ogen H7673 H8689 ; en Ik zal u doen ophouden H2181 H8802 van een hoer te zijn H868 , en gij zult ook niet meer hoerenloon H5414 H8799 geven.
  42 H2534 Zo zal Ik Mijn grimmigheid H5117 H8689 op u doen rusten H7068 , en Mijn ijver H5493 H8804 zal van u afwijken H8252 H8804 ; en Ik zal stil zijn H3707 H8799 , en niet meer toornig wezen.

Ezekiel 20:47-48

  47 H559 H8804 En zeg H3293 H5045 tot het zuiderwoud H8085 H8798 : Hoor H3068 des HEEREN H1697 woord H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H784 : Ziet, Ik zal een vuur H3341 H8688 in u aansteken H3892 , hetwelk in u allen groenen H6086 boom H3002 en allen dorren H6086 boom H398 H8804 verteren zal H3852 ; de vlammende H7957 vlam H3518 H8799 zal niet uitgeblust worden H6866 H8738 , maar daardoor zullen verbrand worden H6440 alle aangezichten H5045 van het zuiden H6828 tot het noorden toe.
  48 H1320 En alle vlees H7200 H8804 zal zien H3068 , dat Ik, de HEERE H1197 H8765 , dat aangestoken heb H3518 H8799 ; het zal niet uitgeblust worden.

Ezekiel 22:18-22

  18 H1121 H120 Mensenkind H1004 , die van het huis H3478 Israels H5509 zijn Mij tot schuim H5178 geworden; zij zijn allen koper H913 , of tin H1270 , of ijzer H5777 , of lood H8432 , in het midden H3564 des ovens H5509 H3701 ; zilverschuim zijn zij geworden.
  19 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5509 : Omdat gijlieden allen tot schuim H8432 geworden zijt, daarom ziet, Ik zal u in het midden H3389 van Jeruzalem H6908 H8802 vergaderen.
  20 H3701 [Gelijk] zilver H5178 , of koper H1270 , of ijzer H5777 , of lood H913 , of tin H8432 in het midden H3564 eens ovens H6910 vergaderd wordt H784 , om het vuur H5301 H8800 daarover op te blazen H5413 H8687 , opdat men het smelte H6908 H8799 ; alzo zal Ik ulieden vergaderen H639 in Mijn toorn H2534 , en in Mijn grimmigheid H3240 H8689 daar laten H5413 H8689 , en smelten.
  21 H3664 H8765 Ja, Ik zal u bijeenbrengen H5301 H8804 , en zal op u blazen H784 in het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H8432 , dat gij in het midden H5413 H8738 van haar zult gesmolten worden.
  22 H3701 Gelijk het zilver H8432 in het midden H3564 des ovens H2046 gesmolten wordt H8432 , alzo zult gijlieden in het midden H5413 H8714 van haar gesmolten worden H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik, de HEERE H2534 , Mijn grimmigheid H8210 H8804 over u uitgegoten heb.

Ezekiel 23:47

  47 H6951 En de vergadering H68 zal ze met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en dezelve met hun zwaarden H1254 H8763 nederhouwen H1121 ; haar zonen H1323 en haar dochteren H2026 H8799 zullen zij doden H1004 , en haar huizen H784 met vuur H8313 H8799 verbranden.

Hosea 2:4-5

  4 H1121 [02:3] En Mij harer kinderen H7355 niet ontferme H1121 , omdat zij kinderen H2183 der hoererijen zijn.
  5 H517 [02:4] Want hunlieder moeder H2181 hoereert H2029 , die henlieden ontvangen heeft H3001 , handelt schandelijk H559 ; want zij zegt H3212 : Ik zal H157 mijn boelen H310 nagaan H3899 , die [mij] mijn brood H4325 en mijn water H6785 , mijn wol H6593 en mijn vlas H8081 , mijn olie H8250 en mijn drank H5414 geven.

Zephaniah 1:18

  18 H1571 Noch H3701 hun zilver H1571 , noch H2091 hun goud H3808 H3201 H8799 zal hen kunnen H5337 H8687 redden H3117 ten dage H5678 der verbolgenheid H3068 des HEEREN H784 ; maar door het vuur H7068 Zijns ijvers H3605 zal dit ganse H776 land H398 H8735 verteerd worden H3588 ; want H3617 Hij zal een voleinding H6213 H8799 maken H389 , gewisselijk H926 H8737 , een haastige H3605 , met al H3427 H8802 de inwoners H776 dezes lands.

Revelation 18:8

  8 G5124 G1223 Daarom G846 zullen haar G4127 plagen G1722 op G3391 een G2250 dag G2240 G5692 komen G2288 , [namelijk] dood G2532 , en G3997 rouw G2532 , en G3042 honger G2532 , en G1722 zij zal met G4442 vuur G2618 G5701 verbrand worden G3754 ; want G2478 sterk G2962 is de Heere G2316 God G3588 , Die G846 haar G2919 G5723 oordeelt.

Isaiah 3:17-24

  17 H136 Zo zal de HEERE H6936 den schedel H1323 der dochteren H6726 van Sion H5596 H8765 schurftig maken H3068 , en de HEERE H6596 zal haar schaamte H6168 H8762 ontbloten.
  18 H3117 Ten zelfden dage H136 zal de HEERE H5493 H8686 wegnemen H8597 het sieraad H5914 der kousebanden H7636 , en de netjes H7720 , en de maantjes,
  19 H5188 De reukdoosjes H8285 , en de kleine ketentjes H7479 , en de glinsterende kledingen,
  20 H6287 De hoofdkroning H6807 , en de armversierselen H7196 , en de bindselen H5315 H1004 , en de reukballetjes H3908 , en de oorringen,
  21 H2885 De ringen H639 H5141 en de voorhoofdsierselen,
  22 H4254 De wisselklederen H4595 , en de manteltjes H4304 , en de hoedjes H2754 , en de buidels,
  23 H1549 De spiegels H5466 , en de fijn-linnen H6797 deksels, en de hulledoeken H7289 , en de sluiers.
  24 H1314 En het zal geschieden, dat er voor specerij H4716 stank H5364 zal zijn, en lossigheid H2290 voor een gordel H7144 , en kaalheid H4639 H4748 in plaats van haarvlechten H4228 , en omgording H8242 eens zaks H6614 in plaats van een wijden rok H3587 , en verbranding H3308 in plaats van schoonheid.

Jeremiah 13:22

  22 H3824 Wanneer gij dan in uw hart H559 H8799 zult zeggen H7122 H8804 : Waarom zijn mij deze dingen bejegend H7230 ? Om de veelheid H5771 uwer ongerechtigheid H7757 , zijn uw zomen H1540 H8738 ontdekt H6119 , [en] uw hielen H2554 H8738 hebben geweld geleden.

Ezekiel 16:16

  16 H899 En gij hebt van uw klederen H3947 H8799 genomen H6213 H8799 , en u gemaakt H2921 H8803 geplekte H1116 hoogten H2181 H8799 , en hebt daarop gehoereerd H935 H8802 ; [zulks] is niet gekomen, en zal niet geschieden.

Ezekiel 16:39

  39 H3027 En Ik zal u in hun hand H5414 H8804 overgeven H1354 , en zij zullen uw verwelfsel H2040 H8804 afbreken H7413 , en uw hoge plaatsen H5422 H8765 omwerpen H899 , en uw klederen H6584 H8689 u uittrekken H8597 , en uw sierlijke H3627 juwelen H3947 H8804 nemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H3240 H8689 laten.

Hosea 2:9-10

  9 H7725 [02:8] Daarom zal Ik wederkomen H1715 , en Mijn koren H3947 wegnemen H6256 op zijn tijd H8492 , en Mijn most H4150 op zijn gezetten tijd H5337 ; en Ik zal wegrukken H6785 Mijn wol H6593 en Mijn vlas H6172 , [dienende] om haar naaktheid te bedekken.
  10 H5040 [02:9] En nu zal Ik haar dwaasheid H1540 ontdekken H5869 voor de ogen H157 harer boelen H376 ; en niemand H3027 zal haar uit Mijn hand H5337 verlossen.

1 Peter 3:3-4

  3 G3739 Welker G2889 versiersel G2077 G5749 zij G3756 , niet G1855 hetgeen uiterlijk G1708 is, [bestaande] in het vlechten G2359 des haars G2532 , en G4025 omhangen G5553 van goud G2228 , of G2440 van klederen G1745 aan te trekken;
  4 G235 Maar G2927 de verborgen G444 mens G2588 des harten G1722 , in G862 het onverderfelijk G4239 [versiersel] van een zachtmoedigen G2532 en G2272 stillen G4151 geest G3739 , die G4185 kostelijk G2076 G5748 is G1799 voor G2316 God.

Revelation 18:14-17

  14 G2532 En G3703 de vrucht G1939 der begeerlijkheid G4675 uwer G5590 ziel G575 is van G4675 u G565 G5627 weggegaan G2532 ; en G3956 al G3588 wat G3045 lekker G2532 en G2986 wat heerlijk G575 was, is van G4675 u G565 G5627 weggegaan G2532 ; en G846 gij zult hetzelve G3765 niet G3364 meer G2147 G5661 vinden.
  15 G1713 De kooplieden G5130 dezer dingen G3588 , die G4147 G5660 rijk geworden waren G575 van G846 haar G575 , zullen van G3113 verre G2476 G5695 staan G1223 uit G5401 vreze G846 van haar G929 pijniging G2799 G5723 , wenende G2532 en G3996 G5723 rouw makende;
  16 G2532 En G3004 G5723 zeggende G3759 : Wee G3759 , wee G3173 , de grote G4172 stad G4016 G5772 , die bekleed was G1039 met fijn lijnwaad G2532 , en G4210 purper G2532 , en G2847 scharlaken G2532 , en G5558 G5772 versierd G1722 met G5557 goud G2532 , en G5093 [met] kostelijk G3037 gesteente G2532 , en G3135 [met] paarlen G3754 ; want G3391 in een G5610 ure G5118 is zo grote G4149 rijkdom G2049 G5681 verwoest.
  17 G2532 En G3956 alle G2942 stuurlieden G2532 , en G3956 al G3658 het volk G1909 op G4143 de schepen G2532 , en G3492 bootsgezellen G2532 , en G3745 allen, die G2281 ter zee G2038 G5740 handelen G2476 G5627 , stonden G575 van G3113 verre;

Isaiah 27:9

  9 H2063 Daarom H5771 zal daardoor de ongerechtigheid H3290 van Jakob H3722 H8792 verzoend worden H6529 , en dit is de ganse vrucht H2403 , dat Hij deszelfs zonde H5493 H8687 zal wegdoen H68 , wanneer Hij al de stenen H4196 des altaars H7760 H8800 maken zal H5310 H8794 als verstrooide H1615 kalkstenen H842 , de bossen H2553 en de zonnebeelden H6965 H8799 zullen niet bestaan.

Ezekiel 16:41

  41 H1004 Zij zullen ook uw huizen H784 met vuur H8313 H8804 verbranden H8201 , en oordelen H6213 H8804 tegen u uitvoeren H7227 voor veler H802 vrouwen H5869 ogen H7673 H8689 ; en Ik zal u doen ophouden H2181 H8802 van een hoer te zijn H868 , en gij zult ook niet meer hoerenloon H5414 H8799 geven.

Ezekiel 22:15

  15 H6327 H8689 En Ik zal u verstrooien H1471 onder de heidenen H2219 H8765 , en u verspreiden H776 in de landen H2932 , en uw ontreinigheid H8552 H8689 uit u verteren.

Micah 5:10-14

  10 H1931 [05:9] En het zal te dien H3117 dage H1961 H8804 geschieden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H5483 , dat Ik uw paarden H4480 uit H7130 het midden H3772 H8689 van u zal uitroeien H4818 , en Ik zal uw wagenen H6 H8689 verdoen.
  11 H6145 H8676 H5892 [05:10] En Ik zal de steden H776 uws lands H3772 H8689 uitroeien H3605 , en Ik zal al H4013 uw vestingen H2040 H8804 afbreken.
  12 H3785 [05:11] En Ik zal de toverijen H4480 uit H3027 uw hand H3772 H8689 uitroeien H3808 , en gij zult geen H6049 H8781 guichelaars H1961 H8799 hebben.
  13 H6456 [05:12] En Ik zal uw gesneden beelden H4676 en uw opgerichte beelden H5921 uit H7130 het midden H3772 H8689 van u uitroeien H3808 , dat gij u niet H5750 meer H7812 H8691 zult nederbuigen H4639 voor het werk H3027 uwer handen.
  14 H842 [05:13] Voorts zal Ik uw bossen H4480 uit H7130 het midden H5428 H8804 van u uitroeien H6145 H8676 H5892 , en Ik zal uw steden H8045 H8689 verdelgen.

Zechariah 13:2

  2 H1931 En het zal te dien H3117 dage H1961 H8804 geschieden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H3772 H8686 , dat Ik uitroeien zal H4480 uit H776 het land H8034 de namen H6091 der afgoden H3808 , dat zij niet H5750 meer H2142 H8735 gedacht zullen worden H1571 ; ja, ook H5030 de profeten H2932 , en den onreinen H7307 geest H4480 zal Ik uit H776 het land H5674 H8686 wegdoen.

Jeremiah 21:7-10

  7 H310 En daarna, H5002 H8803 spreekt H3068 de HEERE H6667 , zal Ik Zedekia H4428 , den koning H3063 van Juda H5650 , en zijn knechten H5971 , en het volk H5892 , en die in deze stad H7604 H8737 overgebleven zijn H1698 van de pestilentie H2719 , van het zwaard H7458 en van den honger H5414 H8799 , geven H3027 in de hand H5019 van Nebukadnezar H4428 , den koning H894 van Babel H3027 , en in de hand H341 H8802 hunner vijanden H3027 , en in de hand H5315 dergenen, die hun ziel H1245 H8764 zoeken H5221 H8689 ; en hij zal ze slaan H6310 met de scherpte H2719 des zwaards H2347 H8799 ; hij zal ze niet sparen H2550 H8799 , noch verschonen H7355 H8762 , noch zich ontfermen.
  8 H5971 En tot dit volk H559 H8799 zult gij zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H5414 H8802 : Ziet, Ik stel H6440 voor ulieder aangezicht H1870 den weg H2416 des levens H1870 en den weg H4194 des doods.
  9 H5892 Die in deze stad H3427 H8802 blijft H4191 H8799 , zal sterven H2719 door het zwaard H7458 , of door den honger H1698 , of door de pestilentie H3318 H8802 ; maar die er uitgaat H5307 H8804 en valt H3778 tot de Chaldeen H6696 H8802 , die ulieden belegeren H2421 H8804 H8675 H2421 H8799 , die zal leven H5315 , en zijn ziel H7998 zal hem tot een buit zijn.
  10 H6440 Want Ik heb Mijn aangezicht H5892 tegen deze stad H7760 H8804 gesteld H7451 ten kwade H2896 en niet ten goede H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H5414 H8735 ; zij zal gegeven worden H3027 in de hand H4428 des konings H894 van Babel H784 , en hij zal ze met vuur H8313 H8804 verbranden.

Jeremiah 24:8

  8 H7451 En gelijk de boze H8384 vijgen H7455 , die vanwege de boosheid H398 H8735 niet kunnen gegeten worden H559 H8804 (want aldus zegt H3068 de HEERE H5414 H8799 ), alzo zal Ik maken H6667 Zedekia H4428 , den koning H3063 van Juda H8269 , mitsgaders zijn vorsten H7611 , en het overblijfsel H3389 van Jeruzalem H776 , die in dit land H7604 H8737 zijn overgebleven H776 H4714 , en die in Egypteland H3427 H8802 wonen;

Jeremiah 34:20

  20 H5414 H8804 Ja, Ik zal hen overgeven H3027 in de hand H341 H8802 hunner vijanden H3027 , en in de hand H5315 dergenen, die hun ziel H1245 H8764 zoeken H5038 ; en hun dode lichamen H5775 zullen het gevogelte H8064 des hemels H929 en het gedierte H776 der aarde H3978 tot spijze zijn.

Ezekiel 23:17

  17 H1121 De kinderen H894 van Babel H935 H8799 nu kwamen H4904 tot haar in tot het leger H1730 der minne H2930 H8762 , en verontreinigden H8457 haar met hun hoererij H2930 H8799 ; ook verontreinigde zij zich H5315 met hen; daarna werd haar ziel H3363 H8799 van hen afgetrokken.

Deuteronomy 28:47-51

  47 H3068 Omdat gij den HEERE H430 , uw God H5647 H8804 , niet gediend zult hebben H8057 met vrolijkheid H2898 en goedheid H3824 des harten H7230 , vanwege de veelheid van alles;
  48 H341 H8802 Zo zult gij uw vijanden H3068 , die de HEERE H7971 H8762 onder u zenden zal H5647 H8804 , dienen H7458 , in honger H6772 en in dorst H5903 , en in naaktheid H2640 , en in gebrek H1270 van alles; en Hij zal een ijzeren H5923 juk H6677 op uw hals H5414 H8804 leggen H8045 H8687 , totdat Hij u verdelge.
  49 H3068 De HEERE H1471 zal tegen u een volk H5375 H8799 verheffen H7350 van verre H7097 , van het einde H776 der aarde H5404 , gelijk als een arend H1675 H8799 vliegt H1471 ; een volk H3956 , welks spraak H8085 H8799 gij niet zult verstaan;
  50 H1471 Een volk H5794 , stijf H6440 van aangezicht H6440 , dat het aangezicht H2205 des ouden H5375 H8799 niet zal aannemen H5288 , noch den jonge H2603 H8799 genadig zijn.
  51 H6529 En het zal de vrucht H929 uwer beesten H6529 , en de vrucht H127 uws lands H398 H8804 opeten H8045 H8736 , totdat gij verdelgd zult zijn H1715 ; hetwelk u geen koren H8492 , most H3323 noch olie H7698 , voortzetting H504 uwer koeien H6251 noch kudden H6629 van uw klein vee H7604 H8686 zal overig laten H6 H8687 , totdat Hij u verdoe.

Ezekiel 16:36-37

  36 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5178 : Omdat uw vergif H8210 H8736 uitgestort is H6172 , en uw schaamte H8457 door uw hoererijen H157 H8764 met uw boelen H1540 H8735 ontdekt is H1544 , en met al de drekgoden H8441 uwer gruwelen H1818 , en na het bloed H1121 uwer kinderen H5414 H8804 , dat gij hun gegeven hebt;
  37 H157 H8764 Daarom, zie, Ik zal al uw boelen H6908 H8764 vergaderen H6149 H8804 , met dewelke gij vermengd zijt geweest H157 H8804 , en allen, die gij liefgehad hebt H8130 H8804 , met allen, die gij gehaat hebt H5439 ; en Ik zal hen van rondom H6908 H8765 vergaderen H6172 tegen u, en Ik zal voor hen uw naaktheid H1540 H8765 ontdekken H6172 , dat zij uw ganse naaktheid H7200 H8804 zien zullen.

Ezekiel 23:18

  18 H1540 H8762 Alzo ontdekte zij H8457 haar hoererijen H1540 H8762 , en ontdekte H6172 haar schaamte H5315 ; toen werd Mijn ziel H3363 H8799 van haar afgetrokken H5315 , gelijk als Mijn ziel H5361 H8804 was afgetrokken H269 van haar zuster.

Ezekiel 23:25-26

  25 H7068 En Ik zal Mijn ijver H5414 H8804 tegen u zetten H2534 , dat zij in grimmigheid H6213 H8804 met u zullen handelen H639 ; zij zullen uw neus H241 en uw oren H5493 H8686 afnemen H319 , en het laatste H2719 van u zal door het zwaard H5307 H8799 vallen H1121 ; zij zullen uw zonen H1323 en uw dochteren H3947 H8799 wegnemen H319 , en het laatste H784 van u zal door het vuur H398 H8735 verteerd worden.
  26 H899 Zij zullen u ook uw klederen H6584 H8689 uittrekken H8597 H3627 , en uw sieraadtuig H3947 H8804 wegnemen.

Ezekiel 23:45-47

  45 H6662 Rechtvaardige H582 mannen H8199 H8799 dan, die zullen haar richten H4941 [naar] het recht H5003 H8802 der overspeelsters H4941 , en [naar] het recht H8210 H8802 H1818 der bloedvergietsters H5003 H8802 ; want zij zijn overspeelsters H1818 , en bloed H3027 is in haar handen.
  46 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6951 : Ik zal een vergadering H5927 H8687 tegen haar doen opkomen H2189 , en zal ze ter beroering H957 en ten roof H5414 H8800 overgeven.
  47 H6951 En de vergadering H68 zal ze met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en dezelve met hun zwaarden H1254 H8763 nederhouwen H1121 ; haar zonen H1323 en haar dochteren H2026 H8799 zullen zij doden H1004 , en haar huizen H784 met vuur H8313 H8799 verbranden.

Psalms 106:35-38

  35 H6148 H8691 Maar zij vermengden zich H1471 met de heidenen H3925 H8799 , en leerden H4639 derzelver werken.
  36 H5647 H8799 En zij dienden H6091 hun afgoden H4170 , en zij werden hun tot een strik.
  37 H1121 Daarenboven hebben zij hun zonen H1323 en hun dochteren H7700 den duivelen H2076 H8799 geofferd.
  38 H5355 En zij hebben onschuldig H1818 bloed H8210 H8799 vergoten H1818 , het bloed H1121 hunner zonen H1323 en hunner dochteren H6091 , die zij den afgoden H3667 van Kanaan H2076 H8765 hebben opgeofferd H776 ; zodat het land H1818 door deze bloedschulden H2610 H8799 is ontheiligd geworden.

Jeremiah 2:18-20

  18 H1870 En nu, wat hebt gij te doen met den weg H4714 van Egypte H4325 , om de wateren H7883 van Sihor H8354 H8800 te drinken H1870 ? En wat hebt gij te doen met den weg H804 van Assur H4325 , om de wateren H5104 der rivier H8354 H8800 te drinken?
  19 H7451 Uw boosheid H3256 H8762 zal u kastijden H4878 , en uw afkeringen H3198 H8686 zullen u straffen H3045 H8798 ; weet H7200 H8798 dan en ziet H7451 , dat het kwaad H4751 en bitter H3068 is, dat gij den HEERE H430 , uw God H5800 H8800 , verlaat H6345 , en Mijn vreze H5002 H8803 niet bij u is, spreekt H136 de Heere H3069 , de HEERE H6635 der heirscharen.
  20 H5769 Als Ik van ouds H5923 uw juk H7665 H8804 verbroken H4147 , [en] uw banden H5423 H8765 verscheurd had H559 H8799 , zo zeidet gij H5674 H8799 H8675 H5647 H8799 : Ik zal niet dienen H1364 ; maar op allen hogen H1389 heuvel H7488 en onder allen groenen H6086 boom H6808 H8802 loopt gij om H2181 H8802 , hoererende.

Jeremiah 16:11-12

  11 H559 H8804 Dat gij tot hen zult zeggen H1 : Omdat uw vaders H5800 H8804 Mij verlaten hebben H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H312 , en hebben andere H430 goden H3212 H8799 H310 nagewandeld H5647 H8799 , en die gediend H7812 H8691 , en zich voor die nedergebogen H5800 H8804 ; maar Mij verlaten H8451 , en Mijn wet H8104 H8804 niet gehouden hebben;
  12 H7489 H8689 En gijlieden erger H6213 H8800 gedaan hebt H1 dan uw vaderen H2009 ; want ziet H1980 H8802 , gijlieden wandelt H376 , een iegelijk H310 naar H8307 het goeddunken H7451 van zijn boos H3820 hart H8085 H8800 , om naar Mij niet te horen.

Ezekiel 6:9

  9 H6412 Dan zullen uw ontkomenen H2142 H8804 Mijner gedenken H1471 onder de heidenen H7617 H8738 , waar zij gevankelijk zullen geworden zijn H7665 H8738 , omdat Ik verbroken ben H2181 H8802 door hun hoerachtig H3820 hart H5493 H8804 , dat van Mij afgeweken is H5869 , en door hun ogen H1544 , die hun drekgoden H2181 H8802 H310 nahoereren H6962 H0 ; en zij zullen een walging H6440 aan zichzelven H6962 H8738 hebben H7451 over de boosheden H8441 , die zij in al hun gruwelen H6213 H8804 gedaan hebben.

Ezekiel 23:12-21

  12 H5689 H8804 Zij werd verliefd H1121 op de kinderen H804 van Assur H6346 , de vorsten H5461 en overheden H7138 , die nabij H3847 H8803 waren, bekleed H4358 met volkomen sieraad H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen.
  13 H7200 H8799 Toen zag Ik H2930 H8738 , dat zij verontreinigd was H8147 ; zij hadden beiden H259 enerlei H1870 weg.
  14 H3254 H0 Ja, zij deed H8457 tot haar hoererijen H3254 H8686 nog meer toe H2707 H8794 ; want toen zij geschilderde H582 mannen H7023 aan den wand H7200 H8799 zag H6754 , de beelden H3778 der Chaldeen H2710 H8803 , geschilderd H8350 met menie,
  15 H2289 Gegord H232 met een gordel H4975 aan hun lenden H5628 H8803 , hebbende overvloedig H2871 geverfde H7218 [hoeden] op hun hoofden H4758 , die allen in het aanzien H7991 hoofdmannen H1823 waren, [naar] de gelijkenis H1121 der kinderen H894 van Babel H3778 , van Chaldea H776 , het land H4138 hunner geboorte;
  16 H5689 H8799 Zo werd zij op dezelve verliefd H4758 met het opzien H5869 van haar ogen H7971 H8799 , en zij zond H4397 boden H3778 tot hen, naar Chaldea.
  17 H1121 De kinderen H894 van Babel H935 H8799 nu kwamen H4904 tot haar in tot het leger H1730 der minne H2930 H8762 , en verontreinigden H8457 haar met hun hoererij H2930 H8799 ; ook verontreinigde zij zich H5315 met hen; daarna werd haar ziel H3363 H8799 van hen afgetrokken.
  18 H1540 H8762 Alzo ontdekte zij H8457 haar hoererijen H1540 H8762 , en ontdekte H6172 haar schaamte H5315 ; toen werd Mijn ziel H3363 H8799 van haar afgetrokken H5315 , gelijk als Mijn ziel H5361 H8804 was afgetrokken H269 van haar zuster.
  19 H7235 H8686 Doch zij vermenigvuldigde H8457 haar hoererijen H2142 H8800 , gedenkende H3117 aan de dagen H5271 van haar jeugd H2181 H8804 , als zij gehoereerd had H776 in het land H4714 van Egypte.
  20 H5689 H8799 En zij werd verliefd H6370 meer dan derzelver bijwijven H1320 , welker vlees H1320 is [als] het vlees H2543 der ezelen H2231 , en welker vloed H2231 is [als] de vloed H5483 der paarden.
  21 H6485 H8799 Alzo hebt gij weder opgehaald H2154 de schandelijke daad H5271 uwer jeugd H4714 , als die van Egypte H1717 uw tepelen H6213 H8800 betastten H7699 , vanwege de borsten H5271 uwer jeugd.

2 Kings 21:13

  13 H5921 En Ik zal over H3389 Jeruzalem H6957 het meetsnoer H8111 van Samaria H5186 H8804 trekken H4949 , mitsgaders het paslood H1004 van het huis H256 van Achab H3389 ; en Ik zal Jeruzalem H4229 H8804 uitwissen H834 , gelijk als H6747 men een schotel H4229 H8799 uitwist H4229 H8804 ; men wist dien uit H2015 H8804 , en men keert hem om H5921 op H6440 zijn holligheid.

Jeremiah 7:14-15

  14 H1004 Zo zal Ik aan dit huis H8034 , dat naar Mijn Naam H7121 H8738 genoemd is H982 H8802 , waarop gij vertrouwt H4725 , en aan deze plaats H1 , die Ik u en uw vaderen H5414 H8804 gegeven heb H6213 H8804 , doen H7887 , gelijk als Ik aan Silo H6213 H8804 gedaan heb.
  15 H6440 En Ik zal ulieden van Mijn aangezicht H7993 H8689 wegwerpen H251 , gelijk als Ik al uw broederen H2233 , het ganse zaad H669 van Efraim H7993 H8689 , weggeworpen heb.

Jeremiah 25:15

  15 H3068 Want alzo heeft de HEERE H430 , de God H3478 Israels H559 H8804 , tot mij gezegd H3947 H8798 : Neem H3563 dezen beker H3196 des wijns H2534 der grimmigheid H3027 van Mijn hand H8248 H8689 , en geef dien te drinken H1471 al den volken H7971 H8802 , tot welke Ik u zende;

Ezekiel 23:13

  13 H7200 H8799 Toen zag Ik H2930 H8738 , dat zij verontreinigd was H8147 ; zij hadden beiden H259 enerlei H1870 weg.

Daniel 9:12

  12 H1697 En Hij heeft Zijn woorden H6965 H8686 bevestigd H1696 H8765 , die Hij gesproken heeft H8199 H8802 tegen ons, en tegen onze richters H8199 H8804 , die ons richtten H935 H8687 , brengende H1419 over ons een groot H7451 kwaad H6213 H8738 , hetwelk niet geschied is H8064 onder den gansen hemel H3389 , gelijk aan Jeruzalem H6213 H8738 geschied is.

Deuteronomy 28:37

  37 H8047 En gij zult zijn tot een schrik H4912 , tot een spreekwoord H8148 en tot een spotrede H5971 , onder al de volken H3068 , waarheen u de HEERE H5090 H8762 leiden zal.

1 Kings 9:7

  7 H3478 Zo zal Ik Israel H3772 H8689 uitroeien H4480 H5921 H6440 van H127 het land H834 , dat H5414 H8804 Ik hun gegeven heb H1004 , en dit huis H834 , hetwelk H8034 Ik Mijn Naam H6942 H8689 geheiligd heb H4480 H5921 , zal Ik van H6440 Mijn aangezicht H7971 H8762 wegwerpen H3478 ; en Israel H4912 zal tot een spreekwoord H8148 en spotrede H1961 H8804 zijn H3605 onder alle H5971 volken.

Psalms 60:3

  3 H5971 [060:5] Gij hebt Uw volk H7186 een harde zaak H7200 H8689 doen zien H8248 H8689 ; Gij hebt ons gedrenkt H3196 H8653 met zwijmelwijn.

Psalms 79:3

  3 H1818 Zij hebben hun bloed H5439 rondom H3389 Jeruzalem H4325 als water H8210 H8804 vergoten H6912 H8802 ; en er was niemand, die hen begroef.

Isaiah 51:17

  17 H5782 H8708 Waak op H5782 H8708 , waak op H6965 H8798 , sta op H3389 , Jeruzalem H8354 H8804 ! gij, die gedronken hebt H3027 van de hand H3068 des HEEREN H3563 den beker H2534 Zijner grimmigheid H6907 ; den droesem H3563 van den beker H8653 der zwijmeling H8354 H8804 hebt gij gedronken H4680 H8804 , [ja], uitgezogen.

Jeremiah 25:9

  9 H7971 H8802 Ziet, Ik zal zenden H3947 H8804 , en nemen H4940 alle geslachten H6828 van het noorden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H5019 ; en tot Nebukadnezar H4428 , den koning H894 van Babel H5650 , Mijn knecht H935 H8689 ; en zal ze brengen H776 over dit land H3427 H8802 , en over de inwoners H1471 van hetzelve, en over al deze volken H5439 rondom H2763 H8689 ; en Ik zal ze verbannen H7760 H8804 , en zal ze stellen H8047 tot een ontzetting H8322 , en tot een aanfluiting H5769 , en tot eeuwige H2723 woestheden.

Jeremiah 25:15-28

  15 H3068 Want alzo heeft de HEERE H430 , de God H3478 Israels H559 H8804 , tot mij gezegd H3947 H8798 : Neem H3563 dezen beker H3196 des wijns H2534 der grimmigheid H3027 van Mijn hand H8248 H8689 , en geef dien te drinken H1471 al den volken H7971 H8802 , tot welke Ik u zende;
  16 H8354 H8804 Dat zij drinken H1607 H8707 , en beven H1984 H8703 , en dol worden H6440 , vanwege H2719 het zwaard H7971 H8802 , dat Ik onder hen zal zenden.
  17 H3947 H8799 En ik nam H3563 den beker H3068 van des HEEREN H3027 hand H8248 H8686 , en ik gaf te drinken H1471 al den volken H3068 , tot welke de HEERE H7971 H8804 mij gezonden had;
  18 H3389 [Namelijk] Jeruzalem H5892 en de steden H3063 van Juda H4428 , en haar koningen H8269 , en haar vorsten H5414 H8800 ; om die te stellen H2723 tot een woestheid H8047 , tot een ontzetting H8322 , tot een aanfluiting H7045 en tot een vloek H3117 , gelijk het is te dezen dage;
  19 H6547 Farao H4428 , den koning H4714 van Egypte H5650 , en zijn knechten H8269 , en zijn vorsten H5971 , en al zijn volk;
  20 H6153 En den gansen gemengden H4428 hoop, en allen koningen H776 des lands H5780 van Uz H4428 ; en allen koningen H6430 van der Filistijnen H776 land H831 , en Askelon H5804 , en Gaza H6138 , en Ekron H7611 , en het overblijfsel H795 van Asdod;
  21 H123 Edom H4124 , en Moab H1121 , en den kinderen H5983 Ammons;
  22 H4428 En allen koningen H6865 van Tyrus H4428 , en allen koningen H6721 van Sidon H4428 ; en den koningen H339 der eilanden H5676 , die aan gene zijde H3220 der zee zijn.
  23 H1719 Dedan H8485 , en Thema H938 , en Buz H6285 , en allen, die aan de hoeken H7112 H8803 afgekort zijn;
  24 H4428 En allen koningen H6152 van Arabie H4428 ; en allen koningen H6153 des gemengden hoops H4057 , die in de woestijn H7931 H8802 wonen;
  25 H4428 En allen koningen H2174 van Zimri H4428 , en allen koningen H5867 van Elam H4428 , en allen koningen H4074 van Medie;
  26 H4428 En allen koningen H6828 van het noorden H7138 , die nabij H7350 en die verre H376 zijn, den een H251 met den anderen H4467 ; ja, allen koninkrijken H776 der aarde H6440 , die op H127 den aardbodem H4428 zijn. En de koning H8347 van Sesach H310 zal na H8354 H8799 hen drinken.
  27 H559 H8804 Gij zult dan tot hen zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H8354 H8798 : Drinkt H7937 H8798 , en wordt dronken H7006 H8798 , en spuwt H5307 H8798 , en valt neder H6965 H8799 , dat gij niet weder opstaat H6440 , vanwege H2719 het zwaard H7971 H8802 , dat Ik onder u zal zenden.
  28 H3985 H8762 En het zal geschieden, wanneer zij weigeren zullen H3563 den beker H3027 van uw hand H3947 H8800 te nemen H8354 H8800 om te drinken H559 H8804 , dat gij tot hen zeggen zult H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H8354 H8800 : Gij zult zekerlijk H8354 H8799 drinken!

Jeremiah 48:26

  26 H7937 H8685 Maak hem dronken H1431 H8689 , omdat hij zich groot gemaakt heeft H3068 tegen den HEERE H4124 ; zo zal Moab H5606 H8804 [met] [de] [handen] klappen H6892 in zijn uitspuwsel H7814 , en hij zelf zal ook ter belaching zijn.

Lamentations 2:15-16

  15 H5674 H8802 [Samech]. Allen, die over weg gaan H5606 H8804 , klappen H3709 met de handen H1870 over u H8319 H8804 , zij fluiten H5128 H8686 en schudden H7218 hun hoofd H1323 over de dochter H3389 Jeruzalems H5892 , [zeggende]: Is dit die stad H559 H8799 , waar men van zeide H3632 , dat zij volkomen H3308 van schoonheid H4885 was, een vreugde H776 der ganse aarde?
  16 H341 H8802 [Pe]. Al uw vijanden H6475 H8804 sperren H6310 hun mond H8319 H8804 op over u, zij fluiten H2786 H8799 en knersen H8127 met de tanden H559 H8804 , zij zeggen H1104 H8765 : Wij hebben haar verslonden H389 ; dit is immers H3117 de dag H6960 H8765 , dien wij verwacht hebben H4672 H8804 , wij hebben [hem] gevonden H7200 H8804 , wij hebben [hem] gezien.

Ezekiel 22:4-5

  4 H1818 Door uw bloed H8210 H8804 , dat gij vergoten hebt H816 H8804 , zijt gij schuldig geworden H1544 , en met uw drekgoden H6213 H8804 , die gij gemaakt hebt H2930 H8804 , hebt gij u verontreinigd H3117 , en hebt uw dagen H7126 H8686 doen naderen H8141 , en zijt tot uw jaren H935 H8799 gekomen H1471 ; daarom heb Ik u den heidenen H5414 H8804 overgegeven H2781 [tot] een smaad H776 , en allen landen H7048 [tot] een spot.
  5 H7138 Die nabij H7350 en verre H7046 H8691 van u zijn, zullen u bespotten H2931 , gij onreine H8034 van naam H7227 en vol H4103 van onrust!

Ezekiel 25:6

  6 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3027 : Omdat gij met de hand H4222 H8763 geklapt H7272 , en met den voet H7554 H8800 gestampt hebt H5315 , en van harte H8055 H8799 verblijd zijt geweest H7589 in al uw plundering H127 , over het land H3478 Israels;

Ezekiel 26:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H6865 ! daarom dat Tyrus H3389 van Jeruzalem H559 H8804 gezegd heeft H1889 : Heah H7665 H8738 ! zij is verbroken H1817 , de poort H5971 der volken H5437 H8738 ; zij is tot mij omgewend H4390 H8735 ; ik zal vervuld worden H2717 H8717 , zij is verwoest!

Ezekiel 35:15

  15 H8057 Gelijk gij u verblijd hebt H5159 over de erfenis H1004 van het huis H3478 Israels H8074 H8804 , omdat zij verwoest is H6213 H8799 , alzo zal Ik aan u doen H2022 ; het gebergte H8165 van Seir H123 , en gans Edom H8077 , zal geheel een verwoesting H3045 H8804 worden; en zij zullen weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 36:3

  3 H5012 H8734 Daarom profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5439 : Daarom, omdat men u van rondom H8074 H8800 verwoest H7602 H8800 en opgeslokt heeft H7611 , opdat gij voor het overblijfsel H1471 der heidenen H4181 ten erve H5927 H8735 zoudt zijn, en gij gebracht zijt H3956 op de klapachtige H8193 lip H1681 en [in] opspraak H5971 des volks;

Micah 7:8

  8 H8055 H8799 Verblijd u H408 niet H341 H8802 over mij, o mijn vijandin H3588 ! wanneer H5307 H8804 ik gevallen ben H6965 H8804 , zal ik weder opstaan H3588 ; wanneer H2822 ik in duisternis H3427 H8799 zal gezeten zijn H3068 , zal de HEERE H216 mij een licht zijn.

Matthew 20:22-23

  22 G1161 Maar G2424 Jezus G611 G5679 antwoordde G2036 G5627 en zeide G1492 G5758 : Gijlieden weet G3756 niet G5101 wat G154 G5731 gij begeert G1410 G5736 ; kunt gij G4221 den drinkbeker G4095 G5629 drinken G1473 , dien Ik G4095 G5721 drinken G3195 G5719 zal G2532 , en G908 met den doop G907 G5743 gedoopt worden G3739 , waarmede G1473 Ik G907 G5683 gedoopt worde G3004 G5719 ? Zij zeiden G846 tot Hem G1410 G5736 : Wij kunnen.
  23 G2532 En G3004 G5719 Hij zeide G846 tot hen G3450 : Mijn G4221 drinkbeker G3303 zult gij wel G4095 G5695 drinken G2532 , en G908 met den doop G3739 , waarmede G1473 Ik G907 G5701 gedoopt worde G907 G5743 , zult gij gedoopt worden G1161 ; maar G2523 G5658 het zitten G1537 tot G3450 Mijn G1188 rechter- G2532 , en G1537 tot G3450 Mijn G2176 linker G2076 G5748 [hand], staat G1699 bij Mij G3756 niet G1325 G5629 te geven G235 , maar G3739 [het] [zal] [gegeven] [worden] dien G2090 G5769 het bereid is G5259 van G3450 Mijn G3962 Vader.

Revelation 16:19

  19 G2532 En G3173 de grote G4172 stad G1519 is in G5140 drie G3313 delen G1096 G5633 gescheurd G2532 , en G4172 de steden G1484 der heidenen G4098 G5627 zijn gevallen G2532 ; en G3173 het grote G897 Babylon G3415 G5681 is gedacht geworden G1799 voor G2316 God G846 , om haar G1325 G5629 te geven G4221 den drinkbeker G3631 van den wijn G2372 des toorns G846 Zijner G3709 gramschap.

Revelation 18:6

  6 G591 G5628 Vergeldt G846 haar G2532 , gelijk G5613 als G5213 zij ulieden G591 G5656 vergolden heeft G2532 , en G1363 G5657 verdubbelt G846 haar G1362 dubbel G2596 , naar G846 haar G2041 werken G1722 ; in G4221 den drinkbeker G3739 , waarin G2767 G5656 zij geschonken heeft G2767 G5657 , schenkt G846 haar G1362 dubbel.

Isaiah 51:22

  22 H559 H8804 Alzo zegt H113 de Heere H3068 , de HEERE H430 en uw God H5971 , [Die] Zijns volks H7378 H8799 zaak twisten zal H3947 H8804 : Zie, Ik neem H3563 den beker H8653 der zwijmeling H3027 van uw hand H6907 , den droesem H3563 van den beker H2534 Mijner grimmigheid H3254 H8686 ; gij zult dien voortaan niet meer H8354 H8800 drinken.

Jeremiah 25:15-16

  15 H3068 Want alzo heeft de HEERE H430 , de God H3478 Israels H559 H8804 , tot mij gezegd H3947 H8798 : Neem H3563 dezen beker H3196 des wijns H2534 der grimmigheid H3027 van Mijn hand H8248 H8689 , en geef dien te drinken H1471 al den volken H7971 H8802 , tot welke Ik u zende;
  16 H8354 H8804 Dat zij drinken H1607 H8707 , en beven H1984 H8703 , en dol worden H6440 , vanwege H2719 het zwaard H7971 H8802 , dat Ik onder hen zal zenden.

Jeremiah 25:27

  27 H559 H8804 Gij zult dan tot hen zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H8354 H8798 : Drinkt H7937 H8798 , en wordt dronken H7006 H8798 , en spuwt H5307 H8798 , en valt neder H6965 H8799 , dat gij niet weder opstaat H6440 , vanwege H2719 het zwaard H7971 H8802 , dat Ik onder u zal zenden.

Habakkuk 2:16

  16 H7646 H8804 Gij zult [ook] verzadigd worden H7036 met schande H4480 , voor H3519 eer H8354 H8798 ; drinkt H859 gij H1571 ook H6188 H8734 , en ontbloot de voorhuid H3563 ; de beker H3225 der rechterhand H3068 des HEEREN H5921 zal zich tot H5437 H8735 u wenden H7022 , en er zal een schandelijk uitbraaksel H5921 over H3519 uw heerlijkheid zijn.

Psalms 75:8

  8 H3068 [075:9] Want in des HEEREN H3027 hand H3563 is een beker H3196 , en de wijn H2560 H8804 is beroerd H4392 , vol H4538 van mengeling H5064 H8686 , en Hij schenkt H2088 daaruit H7563 ; doch alle goddelozen H776 der aarde H8105 zullen zijn droesemen H4680 H8799 uitzuigende H8354 H8799 drinken.

Revelation 18:7

  7 G3745 Zoveel als G1438 zij zichzelve G1392 G5656 verheerlijkt heeft G2532 , en G4763 G5656 weelde gehad heeft G5118 , zo grote G929 pijniging G2532 en G3997 rouw G1325 G doet G846 haar G1325 G5628 aan G3754 ; want G3004 G5719 zij zegt G1722 in G846 haar G2588 hart G2521 G5736 : Ik zit G938 [als] een koningin G2532 , en G1510 G5748 ben G3756 geen G5503 weduwe G2532 , en G3364 zal geen G3997 rouw G1492 G5632 zien.

Leviticus 24:15

  15 H1121 En tot de kinderen H3478 Israels H1696 H8762 zult gij spreken H559 H8800 , zeggende H376 : Een ieder H3588 , als H430 hij zijn God H7043 H8762 gevloekt zal hebben H2399 , zo zal hij zijn zonde H5375 H8804 dragen.

Numbers 14:34

  34 H4557 Naar het getal H3117 der dagen H776 , in welke gij dat land H8446 H8804 verspied hebt H705 , veertig H3117 dagen H3117 , elken H3117 dag H8141 voor elk H8141 jaar H5771 , zult gij uw ongerechtigheden H5375 H8799 dragen H705 , veertig H8141 jaren H3045 H8804 , en gij zult gewaar worden H8569 Mijn afbreking.

Numbers 18:22

  22 H1121 En de kinderen H3478 Israels H5750 zullen niet meer H7126 H8799 naderen H168 tot de tent H4150 der samenkomst H2399 , om zonde H5375 H8800 te dragen H4191 H8800 [en] te sterven.

Nehemiah 9:26

  26 H4784 H8686 Maar zij zijn wederspannig geworden H4775 H8799 , en hebben tegen U gerebelleerd H8451 , en Uw wet H310 achter H1458 hun rug H7993 H8686 geworpen H5030 , en Uw profeten H2026 H8804 gedood H834 die H5749 H8689 tegen hen betuigden H7725 H8687 , om hen te doen wederkeren H413 tot H1419 U; alzo hebben zij grote H5007 lasteren H6213 H8799 gedaan.

Isaiah 17:10

  10 H430 Want gij hebt den God H3468 uws heils H7911 H8804 vergeten H2142 H8804 , en niet gedacht H6697 aan den Rotssteen H4581 uwer sterkte H5282 ; daarom zult gij wel liefelijke H5194 planten H5193 H8799 planten H2114 H8801 , en gij zult hem met uitlandse H2156 ranken H2232 H8799 bezetten;

Jeremiah 2:32

  32 H7911 H8799 Vergeet H1330 ook een jonkvrouw H5716 haar versiersel H3618 , [of] een bruid H7196 haar bindselen H5971 ? Nochtans heeft Mijn volk H7911 H8804 Mij vergeten H3117 , dagen H4557 zonder getal.

Jeremiah 3:21

  21 H6963 Er is een stem H8085 H8738 gehoord H8205 op de hoge plaatsen H1065 , een geween H8469 [en] smekingen H1121 der kinderen H3478 Israels H1870 , omdat zij hun weg H5753 H8689 verkeerd H3068 , [en] den HEERE H430 , hun God H7911 H8804 , vergeten hebben.

Jeremiah 13:25

  25 H1486 Dit zal uw lot H4490 , het deel H4055 uwer maten H5002 H8803 zijn van Mij, spreekt H3068 de HEERE H7911 H8804 ; gij, die Mij hebt vergeten H8267 , en op leugen H982 H8799 vertrouwt.

Jeremiah 23:27

  27 H2803 H8802 Die daar denken H5971 om Mijn volk H8034 Mijn Naam H7911 H8687 te doen vergeten H2472 , door hun dromen H376 , die zij, een ieder H7453 zijn naaste H5608 H8762 , vertellen H1 ; gelijk als hun vaders H8034 Mijn Naam H7911 H8804 vergeten hebben H1168 door Baal.

Jeremiah 32:33

  33 H6203 Die Mij den nek H6437 H8799 hebben toegekeerd H6440 en niet het aangezicht H3925 H8763 ; hoewel Ik hen leerde H7925 H8687 , vroeg op zijnde H3925 H8763 en lerende H8085 H8802 , evenwel hoorden zij H4148 niet, om tucht H3947 H8800 aan te nemen;

Ezekiel 7:4

  4 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal u niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H1870 ; maar Ik zal uw wegen H5414 H8799 op u brengen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn, en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 22:12

  12 H7810 Zij hebben geschenken H3947 H8804 in u genomen H1818 , om bloed H8210 H8800 te vergieten H5392 ; woeker H8636 en overwinst H3947 H8804 hebt gij genomen H1214 H8762 , en gij hebt gierigheid gepleegd H7453 aan uw naaste H6233 door verdrukking H7911 H8804 ; maar gij hebt Mijner vergeten H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 23:45-49

  45 H6662 Rechtvaardige H582 mannen H8199 H8799 dan, die zullen haar richten H4941 [naar] het recht H5003 H8802 der overspeelsters H4941 , en [naar] het recht H8210 H8802 H1818 der bloedvergietsters H5003 H8802 ; want zij zijn overspeelsters H1818 , en bloed H3027 is in haar handen.
  46 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6951 : Ik zal een vergadering H5927 H8687 tegen haar doen opkomen H2189 , en zal ze ter beroering H957 en ten roof H5414 H8800 overgeven.
  47 H6951 En de vergadering H68 zal ze met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en dezelve met hun zwaarden H1254 H8763 nederhouwen H1121 ; haar zonen H1323 en haar dochteren H2026 H8799 zullen zij doden H1004 , en haar huizen H784 met vuur H8313 H8799 verbranden.
  48 H2154 Alzo zal Ik de schandelijkheid H776 uit het land H7673 H8689 doen ophouden H802 ; opdat alle vrouwen H3256 H8739 onderwezen worden H2154 , dat zij naar uw schandelijkheid H6213 H8799 niet doen.
  49 H2154 Alzo zullen zij uw schandelijkheid H5414 H8804 op u leggen H2399 , en gij zult de zonden H1544 uwer drekgoden H5375 H8799 dragen H3045 H8804 ; en gijlieden zult weten H136 , dat Ik de Heere H3069 HEERE ben.

Ezekiel 44:10

  10 H3881 Maar de Levieten H7368 H8804 , die verre van Mij geweken zijn H3478 , als Israel H8582 H8800 ging dolen H8582 H8804 , die van Mij zijn afgedwaald H1544 , hun drekgoden H310 achterna H5771 , zullen wel hun ongerechtigheid H5375 H8804 dragen;

Hosea 8:14

  14 H3478 Want Israel H6213 heeft zijn Maker H7911 vergeten H1964 , en tempelen H1129 gebouwd H3063 , en Juda H1219 heeft vaste H5892 steden H7235 vermenigvuldigd H784 ; maar Ik zal een vuur H7971 zenden H5892 in zijn steden H759 , dat zal haar paleizen H398 verteren.

Hosea 13:6

  6 H4830 Daarna zijn zij, naardat hunlieder weide H7646 was, zat geworden H7646 ; als zij zat zijn geworden H3820 , heeft zich hun hart H7311 verheven H7911 ; daarom hebben zij Mij vergeten.

Romans 1:28

  28 G2532 En G2531 gelijk G3756 het hun niet G1381 G5656 goed gedacht heeft G2316 God G1722 in G1922 erkentenis G2192 G5721 te houden G2316 , zo heeft God G846 hen G3860 G5656 overgegeven G1519 in G96 een verkeerden G3563 zin G4160 G5721 , om te doen G3361 dingen, die niet G2520 G5723 betamen;

Isaiah 58:1

  1 H7121 H8798 Roep H1627 uit de keel H2820 H8799 , houd niet in H7311 H8685 , verhef H6963 uw stem H7782 als een bazuin H5046 H8685 , en verkondig H5971 Mijn volk H6588 hun overtreding H1004 , en het huis H3290 Jakobs H2403 hun zonden.

Jeremiah 1:10

  10 H7200 H8798 Zie H6485 H8689 , Ik stel H3117 u te dezen dage H1471 over de volken H4467 en over de koninkrijken H5428 H8800 , om uit te rukken H5422 H8800 , en af te breken H6 H8686 , en te verderven H2040 H8800 , en te verstoren H1129 H8800 ; [ook] om te bouwen H5193 H8800 en te planten.

Jeremiah 11:14

  14 H6419 H8691 Gij dan, bid H5971 niet voor dit volk H5375 H0 , en hef H7440 geen geschrei H8605 noch gebed H5375 H8799 voor hen op H8085 H8802 ; want Ik zal niet horen H6256 , ten tijde H7451 als zij over hun kwaad H7121 H8800 tot Mij zullen roepen.

Jeremiah 14:11

  11 H559 H8799 Wijders zeide H3068 de HEERE H6419 H8691 tot mij: Bid H5971 niet voor dit volk H2896 ten goede.

Ezekiel 16:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H3045 H0 , maak H3389 Jeruzalem H8441 haar gruwelen H3045 H8685 bekend,

Ezekiel 20:4

  4 H8199 H8799 Zoudt gij hun recht geven H8199 H8799 , zoudt gij hun recht geven H1121 H120 , o mensenkind H3045 H0 ? Maak H8441 hun de gruwelen H1 hunner vaderen H3045 H8685 bekend;

Ezekiel 22:2

  2 H1121 H120 Gij nu, mensenkind H1818 H5892 , zoudt gij der bloedstad H8199 H8799 recht geven H8199 H8799 ? Zoudt gij haar recht geven H3045 H8689 ? Ja, maak haar bekend H8441 al haar gruwelen.

Micah 3:8-11

  8 H199 Maar waarlijk H595 , ik H4390 H8804 ben vol H3581 krachts H7307 van den Geest H3068 des HEEREN H4941 ; en [vol] van gericht H1369 en dapperheid H3290 , om Jakob H5046 H8687 te verkondigen H6588 zijn overtreding H3478 , en Israel H2403 zijn zonde.
  9 H8085 H8798 Hoort H4994 nu H2063 dit H7218 , gij hoofden H1004 van het huis H3290 Jakobs H7101 , en gij oversten H1004 van het huis H3478 Israels H4941 ! die van het gericht H8581 H8764 een gruwel hebt H3605 , en al H3477 wat recht H6140 H8762 is verkeert;
  10 H1129 H8802 Bouwende H6726 Sion H1818 met bloed H3389 , en Jeruzalem H5766 met onrecht.
  11 H7218 Haar hoofden H8199 H8799 rechten H7810 om geschenken H3548 , en haar priesters H3384 H8686 leren H4242 om loon H5030 , en haar profeten H7080 H8799 waarzeggen H3701 om geld H8172 H8735 ; nog steunen zij H5921 op H3068 den HEERE H559 H8800 , zeggende H3068 : Is de HEERE H3808 niet H7130 in het midden H5921 van ons? H3808 Ons zal geen H7451 kwaad H935 H8799 overkomen.

Matthew 23:13-35

  13 G1161 Maar G3759 wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 ! want G2808 G5719 gij sluit G932 het Koninkrijk G3772 der hemelen G1715 voor G444 de mensen G1063 , overmits G5210 gij G3761 [daar] niet G1525 G5736 ingaat G3756 , noch G1525 G5740 degenen, die ingaan zouden G863 G5719 , laat G1525 G5629 ingaan.
  14 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G2719 G5719 gij eet G3614 de huizen G5503 der weduwen G2532 op, en G4392 [dat] onder den schijn G3117 van lang G4336 G5740 te bidden G1223 G5124 ; daarom G4055 zult gij te zwaarder G2917 oordeel G2983 G5695 ontvangen.
  15 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G4013 G5719 gij omreist G2281 zee G2532 en G3584 land G1520 , om een G4339 Jodengenoot G4160 G5658 te maken G2532 , en G3752 als G1096 G5638 hij het geworden is G4160 G5719 , zo maakt gij G846 hem G5207 een kind G1067 der helle G1362 , tweemaal meer G5216 dan gij [zijt].
  16 G3759 Wee G5213 u G5185 , gij blinde G3595 leidslieden G3588 , die G3004 G5723 zegt G3739 G302 : Zo wie G3660 G5661 gezworen zal hebben G1722 bij G3485 den tempel G2076 G5748 , dat is G3762 niets G1161 ; maar G3739 G302 zo wie G3660 G5661 gezworen zal hebben G1722 bij G5557 het goud G3485 des tempels G3784 G5719 , die is schuldig.
  17 G3474 Gij dwazen G2532 en G5185 blinden G1063 , want G5101 wat G2076 G5748 is G3187 meerder G5557 , het goud G2228 , of G3485 de tempel G5557 , die het goud G37 G5723 heiligt?
  18 G2532 En G3739 G1437 zo wie G3660 G5661 gezworen zal hebben G1722 bij G2379 het altaar G2076 G5748 , dat is G3762 niets G1161 ; maar G302 zo G3739 wie G3660 G5661 gezworen zal hebben G1722 bij G1435 de gave G1883 G846 , die daarop G3784 G5719 is, die is schuldig.
  19 G3474 Gij dwazen G2532 en G5185 blinden G1063 , want G5101 wat G3187 is meerder G1435 , de gave G2228 , of G2379 het altaar G1435 , dat de gave G37 G5723 heiligt?
  20 G3767 Daarom G3660 G5660 wie zweert G1722 bij G2379 het altaar G3660 G5719 , die zweert G1722 bij G846 hetzelve G2532 , en G1722 bij G3956 al G1883 G846 wat daarop is.
  21 G2532 En G3660 G5660 wie zweert G1722 bij G3485 den tempel G3660 G5719 , die zweert G1722 bij G846 denzelven G2532 , en G1722 bij G846 Dien G2730 G5723 , Die daarin woont.
  22 G2532 En G3660 G5660 wie zweert G1722 bij G3772 den hemel G3660 G5719 , die zweert G1722 bij G2362 den troon G2316 Gods G2532 , en G1722 bij G1883 G846 Dien, Die daarop G2521 G5740 zit.
  23 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G586 G5719 gij vertient G2238 de munte G2532 , en G432 de dille G2532 , en G2951 den komijn G2532 , en G863 G5656 gij laat na G926 het zwaarste G3551 der wet G2920 , [namelijk] het oordeel G2532 , en G1656 de barmhartigheid G2532 , en G4102 het geloof G5023 . Deze dingen G1163 G5713 moest men G4160 G5658 doen G2548 , en de andere G3361 niet G863 G5721 nalaten.
  24 G5185 Gij blinde G3595 leidslieden G2971 , die de mug G1368 G5723 uitzijgt G1161 , en G2574 den kemel G2666 G5723 doorzwelgt.
  25 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G2511 G5719 gij reinigt G1855 het buitenste G4221 des drinkbekers G2532 , en G3953 des schotels G1161 , maar G2081 van binnen G1073 G5719 zijn zij vol G1537 van G724 roof G2532 en G192 onmatigheid.
  26 G5185 Gij blinde G5330 Farizeer G2511 G5657 , reinig G4412 eerst G1787 wat binnen G4221 in den drinkbeker G2532 en G3953 den schotel G2443 is, opdat G2532 ook G1622 het buitenste G846 derzelve G2513 rein G1096 G5638 worde.
  27 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G2867 G5772 gij zijt den witgepleisterden G5028 graven G3945 G5719 gelijk G3748 , die G1855 van buiten G3303 wel G5611 schoon G5316 G5727 schijnen G1161 , maar G2081 van binnen G1073 G5719 zijn zij vol G3498 G3747 doodsbeenderen G2532 en G3956 alle G167 onreinigheid.
  28 G3779 Alzo G2532 ook G5316 G5743 schijnt G5210 gij G3303 wel G444 den mensen G1855 van buiten G1342 rechtvaardig G1161 , maar G2081 van binnen G2075 G5748 zijt gij G3324 vol G5272 geveinsdheid G2532 en G458 ongerechtigheid.
  29 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G3618 G5719 gij bouwt G5028 de graven G4396 der profeten G2532 op, en G2885 G5719 versiert G3419 de graftekenen G1342 der rechtvaardigen;
  30 G2532 En G3004 G5719 zegt G1487 : Indien G1722 wij in G2250 de tijden G2257 onzer G3962 vaderen G2258 G5713 waren geweest G846 , wij zouden met hen G3756 geen G2844 gemeenschap G2258 G5713 G302 gehad hebben G1722 aan G129 het bloed G4396 der profeten.
  31 G5620 Aldus G3140 G5719 getuigt gij G1438 [tegen] uzelven G3754 , dat G5207 gij kinderen G2075 G5748 zijt G4396 dergenen, die de profeten G5407 G5660 gedood hebben.
  32 G5210 Gij G2532 [dan] ook G4137 G5657 , vervult G3358 de mate G5216 uwer G3962 vaderen!
  33 G3789 Gij slangen G1081 G2191 , gij adderengebroedsels G4459 ! hoe G5343 G5632 zoudt gij G1067 de helse G2920 verdoemenis G575 ontvlieden?
  34 G1223 G5124 Daarom G2400 G5628 ziet G1473 , Ik G649 G5719 zende G4314 tot G5209 u G4396 profeten G2532 , en G4680 wijzen G2532 , en G1122 schriftgeleerden G2532 , en G1537 uit G846 dezelve G615 G5692 zult gij [sommigen] doden G2532 en G4717 G5692 kruisigen G2532 , en G1537 [sommigen] uit G846 dezelve G3146 G5692 zult gij geselen G1722 in G5216 uw G4864 synagogen G2532 , en G1377 G5692 zult hen vervolgen G575 van G4172 stad G1519 tot G4172 stad;
  35 G3704 Opdat G1909 op G5209 u G2064 G5632 kome G3956 al G1342 het rechtvaardige G129 bloed G1632 G5746 , dat vergoten is G1909 op G1093 de aarde G575 , van G129 het bloed G1342 des rechtvaardigen G6 Abels G2193 af, tot G129 op het bloed G2197 van Zacharia G5207 , den zoon G914 van Barachia G3739 , welken G5407 G5656 gij gedood hebt G3342 tussen G3485 den tempel G2532 en G2379 het altaar.

Luke 11:39-52

  39 G1161 En G2962 de Heere G2036 G5627 zeide G4314 tot G846 hem G3568 : Nu G5210 gij G5330 Farizeen G2511 G5719 , gij reinigt G1855 het buitenste G4221 des drinkbekers G2532 en G4094 des schotels G1161 ; maar G2081 het binnenste G5216 van u G1073 G5719 is vol G724 van roof G2532 en G4189 boosheid.
  40 G878 Gij onverstandigen G3588 ! Die het G1855 buitenste G4160 G5660 heeft gemaakt G2532 , heeft Hij ook G3756 niet G3588 het G2081 binnenste G4160 G5656 gemaakt?
  41 G4133 Doch G1325 G5628 geeft G1654 tot aalmoes G1751 G5752 , hetgeen daarin is G2532 ; en G2400 G5628 ziet G3956 , alles G2076 G5748 is G5213 u G2513 rein.
  42 G235 Maar G3759 wee G5213 u G5330 , Farizeen G3754 , want G586 G5719 gij vertient G2238 munte G2532 , en G4076 ruite G2532 , en G3956 alle G3001 moeskruid G2532 , en G3928 G5736 gij gaat voorbij G2920 het oordeel G2532 en G26 de liefde G2316 Gods G5023 . Dit G1163 G5713 moest men G4160 G5658 doen G2548 , en het andere G3361 niet G863 G5721 nalaten.
  43 G3759 Wee G5213 u G5330 , Farizeen G3754 , want G25 G5719 gij bemint G4410 het voorgestoelte G1722 in G4864 de synagogen G2532 , en G783 de begroetingen G1722 op G58 de markten.
  44 G3759 Wee G5213 u G1122 , gij Schriftgeleerden G2532 en G5330 Farizeen G5273 , gij geveinsden G3754 , want G2075 G5748 gij zijt G5613 gelijk G3419 de graven G3588 , die G82 niet openbaar G2532 zijn, en G444 de mensen G1883 , die daarover G4043 G5723 wandelen G1492 G5758 , weten G3756 het niet.
  45 G1161 En G5100 een G3544 van de wetgeleerden G611 G5679 , antwoordende G3004 G5719 , zeide G846 tot Hem G1320 : Meester G5023 ! als Gij deze dingen G3004 G5723 zegt G5195 G , zo doet Gij G2532 ook G2248 ons G5195 G5719 smaadheid aan.
  46 G1161 Doch G2036 G5627 Hij zeide G3759 : Wee G2532 ook G5213 u G3544 , wetgeleerden G3754 ! want G5412 G5719 gij belast G444 de mensen G5413 met lasten G1419 , zwaar om te dragen G2532 , en G846 zelven G4379 G5719 raakt gij G5413 die lasten G3756 niet G1520 aan met een G5216 van uw G1147 vingeren.
  47 G3759 Wee G5213 u G3754 , want G3618 G5719 gij bouwt G3419 de graven G4396 der profeten G1161 , en G5216 uw G3962 vaders G846 hebben dezelve G615 G5656 gedood.
  48 G3140 G5719 Zo getuigt gij G686 dan G2532 , dat G4909 G5719 gij mede behagen hebt G2041 aan de werken G5216 uwer G3962 vaderen G3754 ; want G846 G3303 zij G846 hebben ze G615 G5656 gedood G1161 , en G5210 gij G3618 G5719 bouwt G846 hun G3419 graven.
  49 G1223 G5124 Waarom G2532 ook G4678 de wijsheid G2316 Gods G2036 G5627 zegt G4396 : Ik zal profeten G2532 en G652 apostelen G1519 tot G846 hen G649 G5692 zenden G2532 , en G1537 van G846 die G615 G5692 zullen zij [sommigen] doden G2532 , en G1559 G5692 [sommigen] zullen zij uitjagen;
  50 G2443 Opdat G575 van G5026 dit G1074 geslacht G1567 G5686 afgeeist worde G129 het bloed G3956 van al G4396 de profeten G3588 , dat G1632 G5746 vergoten is G575 van G2602 de grondlegging G2889 der wereld af.
  51 G575 Van G129 het bloed G6 van Abel G2193 , tot G129 het bloed G2197 van Zacharia G3588 , die G622 G5642 gedood is G3342 tussen G2379 het altaar G2532 en G3624 het huis G3483 [Gods]; ja G3004 G5719 , zeg Ik G5213 u G1567 G5701 , het zal afgeeist worden G575 van G5026 dit G1074 geslacht!
  52 G3759 Wee G5213 u G3544 , gij wetgeleerden G3754 , want G2807 gij hebt den sleutel G1108 der kennis G142 G5656 weggenomen G846 ; gijzelven G3756 zijt niet G1525 G5627 ingegaan G2532 , en G1525 G5740 die ingingen G2967 G5656 , hebt gij verhinderd.

Acts 7:51-53

  51 G4644 Gij hardnekkigen G2532 en G564 onbesnedenen G2588 van hart G2532 en G3775 oren G5210 , gij G496 G5719 wederstaat G104 altijd G40 den Heiligen G4151 Geest G5613 ; gelijk G5216 uw G3962 vaders G2532 , [alzo] ook G5210 gij.
  52 G5101 Wien G4396 van de profeten G5216 hebben uw G3962 vaders G3756 niet G1377 G5656 vervolgd G2532 ? En G615 G5656 zij hebben gedood G3588 degenen, die G4293 G5660 te voren verkondigd hebben G4012 de G1660 komst G1342 des Rechtvaardigen G3739 , van Welken G5210 gijlieden G3568 nu G4273 verraders G2532 en G5406 moordenaars G1096 G5769 geworden zijt.
  53 G3748 Gij, die G3551 de wet G2983 G5627 ontvangen hebt G1519 door G1296 bestellingen G32 der engelen G2532 , en G3756 hebt [ze] niet G5442 G5656 gehouden!

1 Corinthians 6:2-3

  2 G1492 G5758 Weet gij G3756 niet G3754 , dat G40 de heiligen G2889 de wereld G2919 G5692 oordelen zullen G2532 ? En G1487 indien G1722 door G5213 u G2889 de wereld G2919 G5743 geoordeeld wordt G2075 G5748 , zijt gij G370 onwaardig G1646 de minste G2922 gerechtzaken?
  3 G1492 G5758 Weet gij G3756 niet G3754 , dat G32 wij de engelen G2919 G5692 oordelen zullen G3386 G1065 ? Hoeveel te meer G982 de zaken, die dit leven aangaan?

Leviticus 18:21

  21 H2233 En van uw zaad H5414 H8799 zult gij niet geven H4432 , niet geven om voor den Molech H5674 H8687 door het [vuur] te doen gaan H8034 ; en den Naam H430 uws Gods H2490 H8762 zult gij niet ontheiligen H3068 ; Ik ben de HEERE!

Leviticus 20:2-5

  2 H1121 Gij zult ook tot de kinderen H3478 Israels H559 H8799 zeggen H376 : Een ieder H1121 uit de kinderen H3478 Israels H1616 , of uit de vreemdelingen H3478 , die in Israel H1481 H8802 als vreemdelingen verkeren H2233 , die van zijn zaad H4432 den Molech H5414 H8799 gegeven zal hebben H4191 H8800 , zal zekerlijk H4191 H8714 gedood worden H5971 ; het volk H776 des lands H68 zal hem met stenen H7275 H8799 stenigen.
  3 H6440 En Ik zal Mijn aangezicht H376 tegen dien man H5414 H8799 zetten H7130 , en zal hem uit het midden H5971 zijns volks H3772 H8689 uitroeien H2233 ; want hij heeft van zijn zaad H4432 den Molech H5414 H8804 gegeven H4720 , opdat hij Mijn heiligdom H2930 H8763 ontreinigen H6944 , en Mijn heiligen H8034 Naam H2490 H8763 ontheiligen zou.
  4 H5971 En indien het volk H776 des lands H5869 hun ogen H5956 H8687 enigszins H5956 H8686 verbergen zal H376 van dien man H2233 , als hij van zijn zaad H4432 den Molech H5414 H8800 zal gegeven hebben H1115 , dat het hem niet H4191 H8687 dode;
  5 H6440 Zo zal Ik Mijn aangezicht H376 tegen dien man H4940 en tegen zijn huisgezin H7760 H8804 zetten H310 H2181 H8802 , en Ik zal hem, en al degenen, die hem nahoereren H4432 , om den Molech H2181 H8800 na te hoereren H7130 , uit het midden H5971 huns volks H3772 H8689 uitroeien.

Deuteronomy 12:31

  31 H6213 H8799 Gij zult alzo niet doen H3068 den HEERE H430 , uw God H3068 ; want al wat den HEERE H8441 een gruwel H8130 H8804 is, dat Hij haat H430 , hebben zij hun goden H6213 H8804 gedaan H1121 ; want zij hebben ook hun zonen H1323 en hun dochteren H784 met vuur H8313 H8799 verbrand H430 voor hun goden.

2 Kings 17:17

  17 H1121 Ook deden zij hun zonen H1323 en hun dochteren H784 door het vuur H5674 H8686 gaan H7080 H8799 , en gebruikten H7081 waarzeggerijen H5172 H8762 , en gaven op vogelgeschrei acht H4376 H8691 , en verkochten zich H6213 H8800 , om te doen H7451 dat kwaad H5869 was in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om Hem tot toorn te verwekken.

2 Kings 21:6

  6 H1121 Ja, hij deed zijn zoon H784 door het vuur H5674 H8689 gaan H6049 H8782 , en pleegde guichelarij H5172 H8765 en gaf op vogelgeschrei acht H6213 H8804 ; en hij stelde H178 waarzeggers H3049 en duivelskunstenaren H6213 H8800 ; hij deed H7235 H8689 zeer veel H7451 kwaads H5869 in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om [Hem] tot toorn te verwekken.

2 Kings 24:4

  4 H1571 Als ook H5355 [om] het onschuldig H1818 bloed H834 , dat H8210 H8804 hij vergoten had H3389 , zodat hij Jeruzalem H5355 met onschuldig H1818 bloed H4390 H8762 vervuld had H14 H8804 ; daarom wilde H3068 de HEERE H3808 niet H5545 H8800 vergeven.

Isaiah 1:15

  15 H3709 En als gijlieden uw handen H6566 H8763 uitbreidt H5956 H8686 , verberg Ik H5869 Mijn ogen H8605 voor u; ook wanneer gij het gebed H7235 H8686 vermenigvuldigt H8085 H8802 , hoor Ik H3027 niet; [want] uw handen H4390 H8804 zijn vol H1818 bloed.

Jeremiah 7:6

  6 H1616 De vreemdeling H3490 , wees H490 en weduwe H6231 H8799 niet zult verdrukken H5355 , en geen onschuldig H1818 bloed H4725 in deze plaats H8210 H8799 vergieten H312 ; en andere H430 goden H3212 H8799 H310 niet zult nawandelen H7451 , ulieden ten kwade;

Jeremiah 7:9

  9 H1589 H8800 Zult gij stelen H7523 H8800 , doodslaan H5003 H8800 en overspel bedrijven H8267 , en valselijk H7650 H8736 zweren H1168 , en Baal H6999 H8763 roken H312 , en andere H430 goden H1980 H8800 H310 nawandelen H3045 H8804 , die gij niet kent?

Jeremiah 7:31

  31 H1129 H8804 En zij hebben gebouwd H1116 de hoogten H8612 van Tofeth H1516 , dat in het dal H1121 des zoons H2011 van Hinnom H1121 is, om hun zonen H1323 en hun dochteren H784 met vuur H8313 H8800 te verbranden H6680 H8765 ; hetwelk Ik niet heb geboden H3820 , noch in Mijn hart H5927 H8804 is opgekomen.

Jeremiah 32:35

  35 H1116 En zij hebben de hoogten H1168 van Baal H1129 H8799 gebouwd H1516 , die in het dal H1121 des zoons H2011 van Hinnom H1121 zijn, om hun zonen H1323 en hun dochteren H4432 den Molech H5674 H8687 door [het] [vuur] te laten gaan H6680 H8765 ; hetwelk Ik hun niet heb geboden H3820 , noch in Mijn hart H5927 H8804 is opgekomen H8441 , dat zij dezen gruwel H6213 H8800 zouden doen H3063 ; opdat zij Juda H2398 H8687 mochten doen zondigen.

Ezekiel 16:20-21

  20 H1121 Verder hebt gij uw zonen H1323 en uw dochteren H3205 H8804 , die gij Mij gebaard hadt H3947 H8799 , genomen H2076 H8799 , en hebt ze denzelven geofferd H398 H8800 om te verteren H4592 ; is het wat kleins H8457 van uw hoererijen,
  21 H1121 Dat gij Mijn kinderen H7819 H8799 geslacht hebt H5414 H8799 , en hebt ze overgegeven H5674 H8687 , als gij dezelve voor hen door [het] [vuur] hebt doen gaan?

Ezekiel 16:32

  32 H5003 H8764 O, die overspelige H802 vrouw H3947 H8799 , zij neemt H376 in plaats van haar man H2114 H8801 de vreemden aan.

Ezekiel 16:45

  45 H1323 Gij zijt de dochter H517 uwer moeder H1602 H8802 , die de walg had H376 van haar man H1121 en van haar kinderen H269 ; en gij zijt de zuster H269 uwer zusteren H1602 H8804 , die de walg gehad hebben H582 van haar mannen H1121 en van haar kinderen H517 ; uw moeder H2850 was een Hethietische H1 , en uw vader H567 een Amoriet.

Ezekiel 20:26

  26 H2930 H8762 En Ik verontreinigde H4979 hen in hun giften H5674 H8687 , omdat zij [door] [het] [vuur] deden doorgaan H7356 al wat de baarmoeder H6363 opent H8074 H8686 ; opdat Ik ze verwoesten zou H3045 H8799 , ten einde dat zij zouden weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 20:31

  31 H5375 H8800 Ja, met het offeren H4979 uwer gaven H1121 , met uw kinderen H784 door het vuur H5674 H8687 te doen doorgaan H2930 H8737 , zijt gij verontreinigd H1544 aan al uw drekgoden H3117 tot op dezen dag H1875 H8735 toe; en zou Ik van u gevraagd worden H1004 , o huis H3478 Israels H2416 ? [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H1875 H8735 , zo Ik van u gevraagd worde!

Ezekiel 22:2-4

  2 H1121 H120 Gij nu, mensenkind H1818 H5892 , zoudt gij der bloedstad H8199 H8799 recht geven H8199 H8799 ? Zoudt gij haar recht geven H3045 H8689 ? Ja, maak haar bekend H8441 al haar gruwelen.

Ezekiel 23:4-5

  4 H8034 Haar namen H170 nu waren: Ohola H1419 , de grootste H172 , en Oholiba H269 , haar zuster H3205 H8799 ; en zij werden de Mijne, en baarden H1121 zonen H1323 en dochteren H8034 ; dit waren haar namen H8111 : Samaria H170 is Ohola H3389 , en Jeruzalem H172 Oholiba.
  5 H170 Ohola H2181 H8799 nu hoereerde H8478 , zijnde onder H5689 H8799 Mij; en zij werd verliefd H157 H8764 op haar boelen H804 , op de Assyriers H7138 , die nabij waren;

Ezekiel 23:39

  39 H1121 Want als zij hun kinderen H1544 hun drekgoden H7819 H8800 geslacht hadden H935 H8799 , zo kwamen zij H3117 op dienzelven dag H4720 in Mijn heiligdom H2490 H8763 , om dat te ontheiligen H6213 H8804 ; en ziet, alzo hebben zij gedaan H8432 in het midden H1004 van Mijn huis.

Ezekiel 24:6-9

  6 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H188 : Wee H1818 H5892 der bloedstad H5518 , den pot H2457 , welks schuim H2457 in hem is, en van welken zijn schuim H3318 H8804 niet is uitgegaan H3318 H8685 ! trek H5409 stuk H5409 bij stuk H1486 daaruit, en laat het lot H5307 H8804 over hem niet vallen.
  7 H1818 Want haar bloed H8432 is in het midden H6706 van haar; op een gladde H5553 steenrots H7760 H8804 heeft zij dat gelegd H776 ; zij heeft het op de aarde H8210 H8804 niet uitgestort H6083 , om hetzelve met stof H3680 H8763 te bedekken.
  8 H2534 Opdat Ik de grimmigheid H5927 H8687 doe opgaan H5359 om wraak H5358 H8800 te oefenen H1818 , heb Ik [ook] haar bloed H6706 op een gladde H5553 steenrots H5414 H8804 gelegd H3680 H8736 , opdat het niet bedekt worde.
  9 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H188 : Wee H1818 H5892 der bloedstad H4071 ! Ik zal ook den brandstapel H1431 H8686 groot maken!

Hosea 1:2

  2 H8462 Het begin H1696 van het woord H3068 des HEEREN H1954 door Hosea H3068 . De HEERE H559 dan zeide H1954 tot Hosea H3212 : Ga henen H3947 , neem H802 u een vrouw H2183 der hoererijen H3206 , en kinderen H2183 der hoererijen H776 ; want het land H2181 hoereert H2181 ganselijk H310 van achter H3068 den HEERE.

Hosea 3:1

  1 H3068 En de HEERE H559 zeide H3212 tot mij: Ga H157 wederom henen, bemin H802 een vrouw H157 , die, bemind H7453 zijnde van [haar] vriend H5003 , nochtans overspel doet H3068 ; gelijk de HEERE H1121 de kinderen H3478 Israels H160 bemint H6437 , maar zij zien om H312 naar andere H430 goden H157 , en beminnen H809 de flessen H6025 der druiven.

Hosea 4:2

  2 H422 [Maar] vloeken H3584 en liegen H7523 , en doodslaan H1589 , en stelen H5003 , en overspel doen H6555 ; zij breken door H1818 , en bloedschulden H5060 raken H1818 aan bloedschulden.

Micah 3:10

  10 H1129 H8802 Bouwende H6726 Sion H1818 met bloed H3389 , en Jeruzalem H5766 met onrecht.

Luke 13:34

  34 G2419 Jeruzalem G2419 , Jeruzalem G3588 ! gij, die G4396 de profeten G615 G5723 doodt G2532 , en G3036 G5723 stenigt G4314 , die tot G846 u G649 G5772 gezonden zijn G4212 , hoe menigmaal G4675 heb Ik uw G5043 kinderen G2309 G5656 willen G1996 G5658 bijeenvergaderen G5158 , gelijkerwijs G3733 een hen G1438 haar G3555 kiekens G5259 onder G4420 de vleugelen G2532 [vergadert]; en G3756 gijlieden hebt niet G2309 G5656 gewild?

2 Kings 21:4

  4 H1129 H8804 En hij bouwde H4196 altaren H1004 in het huis H3068 des HEEREN H834 , waarvan H3068 de HEERE H559 H8804 gezegd had H3389 : Te Jeruzalem H8034 zal Ik Mijn Naam H7760 H8799 zetten.

2 Kings 21:7

  7 H7760 H8799 Hij stelde H6459 ook een gesneden beeld H842 van het bos H834 , dat H6213 H8804 hij gemaakt had H1004 , in het huis H834 , waarvan H3068 de HEERE H559 H8804 gezegd had H413 tot H1732 David H413 , en tot H1121 zijn zoon H8010 Salomo H2088 : In dit H1004 huis H3389 , en in Jeruzalem H834 , die H4480 Ik uit H3605 alle H7626 stammen H3478 van Israel H977 H8804 verkoren heb H8034 , zal Ik Mijn Naam H7760 H8799 zetten H5769 in eeuwigheid.

2 Kings 23:11-12

  11 H7673 H0 En hij schafte H5483 de paarden H7673 H8686 af H834 , die H4428 de koningen H3063 van Juda H8121 voor de zon H5414 H8804 gesteld hadden H4480 , van H935 H8800 den ingang H1004 van het huis H3068 des HEEREN H413 , tot H3957 de kamer H5419 van Nathan-melech H5631 , den hoveling H834 , die H6503 in Parvarim H4818 was; en de wagenen H8121 der zon H8313 H8804 verbrandde hij H784 met vuur.
  12 H4196 Verder de altaren H834 die H5921 op H1406 het dak H5944 der opperzaal H271 van Achaz H834 waren, die H4428 de koningen H3063 van Juda H6213 H8804 gemaakt hadden H4196 , mitsgaders de altaren H834 , die H4519 Manasse H8147 in de twee H2691 voorhoven H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6213 H8804 gemaakt had H5422 H0 , brak H4428 de koning H5422 H8804 af H7323 H8799 ; en hij verbrijzelde H4480 ze van H8033 daar H7993 H8689 , en wierp H6083 het stof H413 daarvan in H5158 de beek H6939 Kidron.

Nehemiah 13:17-18

  17 H7378 H8799 Zo twistte ik H2715 met de edelen H3063 van Juda H559 H8799 , en zeide H4100 tot hen: Wat H7451 voor een boos H1697 ding H2088 is dit H834 , dat H859 gijlieden H6213 H8802 doet H2490 H8764 , en ontheiligt H7676 H3117 den sabbatdag?
  18 H6213 H8804 Deden H3808 niet H1 uw vaders H3541 alzo H430 , en onze God H935 H8686 bracht H3605 al H2063 dit H7451 kwaad H5921 over H5921 ons en over H2063 deze H5892 stad H859 ? En gijlieden H935 H8686 maakt H2740 de hittige gramschap H3254 H8688 nog meer H5921 over H3478 Israel H2490 H8763 , ontheiligende H7676 den sabbat.

Jeremiah 17:27

  27 H8085 H8799 Maar indien gij naar Mij niet zult horen H7676 H3117 , om den sabbatdag H6942 H8763 te heiligen H4853 , en om geen last H5375 H8800 te dragen H7676 H3117 als gij op den sabbatdag H8179 door de poorten H3389 van Jeruzalem H935 H8800 ingaat H784 ; zo zal Ik een vuur H8179 in haar poorten H3341 H8689 aansteken H759 , dat de paleizen H3389 van Jeruzalem H398 H8804 zal verteren H3518 H8799 , en niet worden uitgeblust.

Ezekiel 5:11

  11 H2416 Daarom [zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H4720 (omdat gij Mijn heiligdom H2930 H8765 verontreinigd hebt H8251 met al uw verfoeiselen H8441 , en met al uw gruwelen H1639 H8799 ), zo Ik ook niet daarom [u] verminderen H5869 , en Mijn oog H2347 H8799 [u] niet verschonen zal H2550 H8799 , en Ik ook niet zal sparen!

Ezekiel 7:20

  20 H6643 En Hij heeft de schoonheid H5716 Zijns sieraads H1347 ter overtreffelijkheid H7760 H8804 gezet H6754 ; maar zij hebben daarin beelden H8441 hunner gruwelen H8251 [en] hunner verfoeiselen H6213 H8804 gemaakt H5079 ; daarom heb Ik dat hun tot onreinigheid H5414 H8804 gesteld.

Ezekiel 8:5-16

  5 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H5375 H0 , hef H5869 nu uw ogen H5375 H8798 op H1870 naar den weg H6828 van het noorden H5375 H8799 ; en ik hief H5869 mijn ogen H1870 op naar den weg H6828 van het noorden H6828 , en ziet, tegen het noorden H8179 aan de poort H4196 van het altaar H5566 was dit beeld H7068 der ijvering H872 , in den ingang.
  6 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H7200 H8802 , ziet gij H6213 H8802 wel, wat zij doen H1419 , de grote H8441 gruwelen H1004 , die het huis H3478 Israels H6213 H8802 hier doet H4720 , opdat Ik van Mijn heiligdom H7368 H8800 verre wegga H7725 H8799 ? Doch gij zult nog wederom H1419 grote H8441 gruwelen H7200 H8799 zien.
  7 H935 H8686 Zo bracht Hij H6607 mij tot de deur H2691 van het voorhof H7200 H8799 . Toen zag ik H259 , en ziet, er was een H2356 hol H7023 in den wand.
  8 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H2864 H8798 , graaf H7023 nu in dien wand H2864 H8799 . En ik groef H7023 in dien wand H259 , en ziet, daar was een H6607 deur.
  9 H559 H8799 Toen zeide Hij H935 H8798 tot mij: Ga in H7200 H8798 , en zie H7451 de boze H8441 gruwelen H6213 H8802 , die zij hier doen.
  10 H935 H8799 Zo ging ik in H7200 H8799 , en ik zag H8403 , en ziet, er was alle beeltenis H7431 van kruipende dieren H8263 en verfoeilijke H929 beesten H1544 , en van alle drekgoden H1004 van het huis H3478 Israels H5439 , geheel rondom H7023 aan den wand H2707 H8794 gemaald.
  11 H7657 En zeventig H376 mannen H2205 uit de oudsten H1004 van het huis H3478 Israels H2970 , met Jaazanja H1121 , den zoon H8227 van Safan H5975 H8802 , staande H8432 in het midden H5975 H8802 van hen, stonden H6440 voor hun aangezichten H376 ; en een ieder H4730 [had] zijn rookvat H3027 in zijn hand H6282 , en een overvloedige H6051 wolk H7004 des reukwerks H5927 H8802 ging op.
  12 H559 H8799 Toen zeide Hij H7200 H8804 tot mij: Hebt gij gezien H1121 H120 , mensenkind H2205 , wat de oudsten H1004 van het huis H3478 Israels H6213 H8802 doen H2822 in de duisternis H376 , een ieder H4906 in zijn gebeelde H2315 binnenkameren H559 H8802 ? want zij zeggen H3068 : De HEERE H7200 H8802 ziet H3068 ons niet, de HEERE H776 heeft het land H5800 H8804 verlaten.
  13 H559 H8799 En Hij zeide H7725 H8799 tot mij: Gij zult nog wederom H1419 grote H8441 gruwelen H7200 H8799 zien H6213 H8802 , die zij doen.
  14 H935 H8686 En Hij bracht H6607 mij tot de deur H8179 der poort H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6828 , die naar het noorden H3427 H8802 is, en ziet, daar zaten H802 vrouwen H1058 H8764 , bewenende H8542 den Thammuz.
  15 H559 H8799 En Hij zeide H1121 H120 tot mij: Hebt gij, mensenkind H7200 H8804 , [dat] gezien H7725 H8799 ? Gij zult nog wederom H1419 grotere H8441 gruwelen H7200 H8799 zien dan deze.
  16 H935 H8686 En Hij bracht H6442 mij tot het binnenste H2691 voorhof H1004 van het huis H3068 des HEEREN H6607 ; en ziet, [aan] de deur H1964 van den tempel H3068 des HEEREN H197 , tussen het voorhuis H4196 en tussen het altaar H2568 , waren omtrent vijf H6242 en twintig H376 mannen H268 ; hun achterste H1964 [leden] waren naar den tempel H3068 des HEEREN H6440 , en hun aangezichten H6924 naar het oosten H7812 H8693 , en deze bogen zich neder H6924 naar het oosten H8121 voor de zon.

Ezekiel 20:13

  13 H1004 Maar het huis H3478 Israels H4784 H8686 werd wederspannig H4057 tegen Mij in de woestijn H1980 H8804 ; zij wandelden H2708 in Mijn inzettingen H3988 H8804 niet, en verwierpen H4941 Mijn rechten H120 ; dewelke, zo ze een mens H6213 H8799 doet H2425 H8804 , zal [hij] door dezelve leven H2490 H8765 ; en zij ontheiligden H7676 Mijn sabbatten H3966 zeer H559 H8799 , dat Ik zeide H2534 , Mijn grimmigheid H8210 H8800 te zullen uitgieten H4057 over hen in de woestijn H3615 H8763 , om hen te verdoen.

Ezekiel 20:24

  24 H4941 Omdat zij Mijn rechten H6213 H8804 niet gedaan hadden H2708 , maar Mijn inzettingen H3988 H8804 verworpen H7676 en Mijn sabbatten H2490 H8765 ontheiligd hadden H5869 , en hun ogen H310 achter H1544 de drekgoden H1 hunner vaderen waren.

Ezekiel 22:8

  8 H6944 Mijn heilige dingen H959 H8804 hebt gij veracht H7676 , en Mijn sabbatten H2490 H8765 hebt gij ontheiligd.

2 Chronicles 33:4-7

  4 H1129 H8804 En bouwde H4196 altaren H1004 in het huis H3068 des HEEREN H834 , van hetwelk H3068 de HEERE H559 H8804 gezegd had H3389 : Te Jeruzalem H8034 zal Mijn Naam H1961 H8799 zijn H5769 tot in eeuwigheid.
  5 H1129 H8799 Daartoe bouwde hij H4196 altaren H3605 voor al H6635 het heir H8064 des hemels H8147 , in beide H2691 de voorhoven H1004 van het huis H3068 des HEEREN.
  6 H1931 En hij H5674 H0 deed H1121 zijn zonen H784 door het vuur H5674 H8689 gaan H1516 , in het dal H1121 des zoons H2011 van Hinnom H6049 H8782 , en pleegde guichelarij H5172 H8765 , en gaf op vogelgeschrei acht H3784 H8765 , en toverde H6213 H8804 , en hij stelde H178 waarzeggers H3049 en duivelskunstenaren H6213 H8800 ; en hij deed H7235 H8689 [zeer] veel H7451 kwaads H5869 in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om Hem tot toorn te verwekken.
  7 H7760 H8799 Hij stelde H6459 ook de gelijkenis H5566 van een gesneden beeld H834 , die H6213 H8804 hij gemaakt had H1004 , in het huis H430 Gods H834 , van hetwelk H430 God H559 H8804 gezegd had H413 tot H1732 David H413 en tot H1121 zijn zoon H8010 Salomo H2088 : In dit H1004 huis H3389 , en te Jeruzalem H834 , dat H4480 Ik uit H3605 alle H7626 stammen H3478 van Israel H977 H8804 verkoren heb H8034 , zal Ik Mijn Naam H7760 H8799 zetten H5865 tot in eeuwigheid.

Jeremiah 7:8-11

  8 H982 H8802 Ziet, gij vertrouwt H8267 u op valse H1697 woorden H3276 H8687 , die geen nut doen.
  9 H1589 H8800 Zult gij stelen H7523 H8800 , doodslaan H5003 H8800 en overspel bedrijven H8267 , en valselijk H7650 H8736 zweren H1168 , en Baal H6999 H8763 roken H312 , en andere H430 goden H1980 H8800 H310 nawandelen H3045 H8804 , die gij niet kent?
  10 H935 H8804 En [dan] komen H5975 H8804 en staan H6440 voor Mijn aangezicht H1004 in dit huis H8034 , dat naar Mijn Naam H7121 H8738 genoemd is H559 H8804 , en zeggen H5337 H8738 : Wij zijn verlost H8441 , om al deze gruwelen H6213 H8800 te doen?
  11 H1004 Is dan dit huis H8034 , dat naar Mijn Naam H7121 H8738 genoemd is H5869 , in uw ogen H4631 een spelonk H6530 der moordenaren H7200 H8804 ? Ziet, Ik heb [het] ook gezien H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Jeremiah 11:15

  15 H3039 Wat heeft Mijn beminde H1004 in Mijn huis H4209 [te] [doen], dewijl zij die schandelijke daad H7227 [met] velen H6213 H8800 doet H6944 , en het heilige H1320 vlees H5674 H8799 van u geweken is H7451 ? Wanneer gij kwaad H5937 H8799 [doet], dan springt gij op van vreugde.

Jeremiah 23:11

  11 H5030 Want beiden profeten H3548 en priesters H2610 H8804 zijn huichelaars H1004 ; zelfs in Mijn huis H4672 H8804 vind Ik H7451 hun boosheid H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Ezekiel 23:38

  38 H6213 H8804 Nog hebben zij Mij dit gedaan H4720 ; zij hebben Mijn heiligdom H3117 ten zelven dage H2930 H8765 verontreinigd H7676 , en Mijn sabbatten H2490 H8765 ontheiligd.

Ezekiel 44:7

  7 H1121 H5236 Dewijl gijlieden vreemden H935 H8687 hebt ingebracht H6189 , onbesnedenen H3820 van hart H6189 en onbesnedenen H1320 van vlees H4720 , om in Mijn heiligdom H2490 H8763 te zijn, om dat te ontheiligen H1004 , [te] [weten] Mijn huis H3899 ; als gij Mijn brood H2459 , het vette H1818 en het bloed H7126 H8687 offerdet H1285 , en zij Mijn verbond H6565 H8686 verbraken H413 , nevens H8441 al uw gruwelen.

Micah 3:11

  11 H7218 Haar hoofden H8199 H8799 rechten H7810 om geschenken H3548 , en haar priesters H3384 H8686 leren H4242 om loon H5030 , en haar profeten H7080 H8799 waarzeggen H3701 om geld H8172 H8735 ; nog steunen zij H5921 op H3068 den HEERE H559 H8800 , zeggende H3068 : Is de HEERE H3808 niet H7130 in het midden H5921 van ons? H3808 Ons zal geen H7451 kwaad H935 H8799 overkomen.

John 18:28

  28 G3767 Zij dan G71 G5719 leidden G2424 Jezus G575 van G2533 Kajafas G1519 in G4232 het rechthuis G1161 . En G2258 G5713 het was G4405 's morgens vroeg G2532 ; en G846 zij G1525 G5627 gingen G3756 niet G1519 in G4232 het rechthuis G2443 , opdat G3361 zij niet G3392 G5686 verontreinigd zouden worden G235 , maar G2443 opdat G3957 zij het pascha G5315 G5632 eten mochten.

Ruth 3:3

  3 H7364 H8804 Zo baad u H5480 H8804 , en zalf u H7760 H8804 , en doe H8071 uw klederen H5921 aan H3381 H8804 , en ga af H1637 naar den dorsvloer H3045 H0 ; [maar] maak H376 u den man H408 niet H3045 H8735 bekend H5704 , totdat H3615 H8763 hij geeindigd zal hebben H398 H8800 te eten H8354 H8800 en te drinken.

2 Kings 9:30

  30 H3058 En Jehu H935 H8799 kwam H3157 te Jizreel H348 . Als Izebel H8085 H8804 [dat] hoorde H7760 H8799 H6320 , zo blankette zij H5869 haar aangezicht H3190 H8686 , en versierde H7218 haar hoofd H8259 H8686 , en keek H1157 ten H2474 venster uit.

2 Kings 20:13-15

  13 H2396 En Hizkia H8085 H8799 hoorde H413 naar H7200 H8686 hen, en hij toonde H3605 hun zijn ganse H1004 H5238 schathuis H3701 , het zilver H2091 , en het goud H1314 , en de specerijen H2896 , en de beste H8081 olie H1004 H3627 , en zijn wapenhuis H3605 , en al H834 wat H4672 H8738 gevonden werd H214 in zijn schatten H1961 H8804 ; er was H3808 geen H1697 ding H1004 in zijn huis H3605 , noch in zijn ganse H4475 heerschappij H834 , dat H2396 hij H3808 hun niet H7200 H8689 toonde.
  14 H935 H8799 Toen kwam H5030 de profeet H3470 Jesaja H413 tot H4428 den koning H2396 Hizkia H559 H8799 , en zeide H413 tot H4100 hem: Wat H428 hebben die H582 mannen H559 H8804 gezegd H4480 , en van H370 waar H413 zijn zij tot H935 H8799 u gekomen H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H4480 : Zij zijn uit H7350 verren H776 lande H935 H8804 gekomen H4480 , uit H894 Babel.
  15 H559 H8799 En hij zeide H4100 : Wat H7200 H8804 hebben zij gezien H1004 in uw huis H2396 ? En Hizkia H559 H8799 zeide H3605 : Zij hebben alles H7200 H8804 gezien H834 , wat H1004 in mijn huis H3808 is; geen H1697 ding H1961 H8804 is H214 er in mijn schatten H834 , dat H3808 ik hun niet H7200 H8689 getoond heb.

Esther 2:12

  12 H8447 Als nu de beurt H5291 van elke jonge dochter H5060 H8687 naakte H413 , om tot H4428 den koning H325 Ahasveros H935 H8800 te komen H4480 H7093 , nadat H8147 H6240 haar twaalf H2320 maanden H1881 lang naar de wet H802 der vrouwen H1961 H8800 geschied was H3588 ; want H3651 alzo H4390 H8799 werden vervuld H3117 de dagen H4795 harer versieringen H8337 , zes H2320 maanden H8081 H4753 met mirreolie H8337 , en zes H2320 maanden H1314 met specerijen H8562 , en met [andere] versierselen H802 der vrouwen;

Proverbs 7:10

  10 H802 En ziet, een vrouw H7125 H8800 ontmoette H7897 H2181 H8802 hem in hoerenversiersel H3820 , en met het hart H5341 H8803 op haar hoede;

Isaiah 3:18-23

  18 H3117 Ten zelfden dage H136 zal de HEERE H5493 H8686 wegnemen H8597 het sieraad H5914 der kousebanden H7636 , en de netjes H7720 , en de maantjes,
  19 H5188 De reukdoosjes H8285 , en de kleine ketentjes H7479 , en de glinsterende kledingen,
  20 H6287 De hoofdkroning H6807 , en de armversierselen H7196 , en de bindselen H5315 H1004 , en de reukballetjes H3908 , en de oorringen,
  21 H2885 De ringen H639 H5141 en de voorhoofdsierselen,
  22 H4254 De wisselklederen H4595 , en de manteltjes H4304 , en de hoedjes H2754 , en de buidels,
  23 H1549 De spiegels H5466 , en de fijn-linnen H6797 deksels, en de hulledoeken H7289 , en de sluiers.

Isaiah 57:9

  9 H7788 H8799 En gij trekt H8081 met olie H4428 tot den koning H7235 H8686 , en gij vermenigvuldigt H7547 uw welriekende zalven H7971 H8762 ; en gij zendt H6735 uw gezanten H7350 verre weg H8213 H8686 , en vernedert u H7585 tot de hel toe.

Jeremiah 4:30

  30 H6213 H8799 Wat zult gij dan doen H7703 H8803 , gij verwoeste H3847 H8799 ? Al kleeddet gij u H8144 met scharlaken H5710 H8799 , al versierdet gij u H2091 met gouden H5716 sieraad H7167 H8799 , al schuurdet gij H5869 uw ogen H6320 met blanketsel H7723 , zo zoudt gij u [toch] tevergeefs H3302 H8691 oppronken H5689 H8802 ; de boelen H3988 H8804 versmaden H5315 u, zij zullen uw ziel H1245 H8762 zoeken.

Ezekiel 16:13-16

  13 H5710 H8799 Zo waart gij versierd H2091 met goud H3701 en zilver H4403 , en uw kleding H8336 H8675 H8336 was fijn linnen H4897 , en zijde H7553 , en gestikt werk H398 H8804 ; gij at H5560 meelbloem H1706 , en honig H8081 , en olie H3302 H0 , en gij waart H3966 gans zeer H3302 H8799 schoon H6743 H8799 , en waart voorspoedig H4410 , dat gij een koninkrijk werdt.
  14 H3318 H0 Daartoe ging H8034 van u een naam H3318 H8799 uit H1471 onder de heidenen H3308 om uw schoonheid H3632 ; want die was volmaakt H1926 door Mijn heerlijkheid H7760 H8804 , die Ik op u gelegd had H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  15 H982 H8799 Maar gij hebt vertrouwd H3308 op uw schoonheid H2181 H8799 , en hebt gehoereerd H8034 vanwege uw naam H8457 ; ja, hebt uw hoererijen H8210 H8799 uitgestort H5674 H8802 aan een ieder, die voorbijging; voor hem was zij.
  16 H899 En gij hebt van uw klederen H3947 H8799 genomen H6213 H8799 , en u gemaakt H2921 H8803 geplekte H1116 hoogten H2181 H8799 , en hebt daarop gehoereerd H935 H8802 ; [zulks] is niet gekomen, en zal niet geschieden.

Esther 1:6

  6 H2353 Er waren witte H3768 , groene H8504 en hemelsblauwe H270 H8803 [behangselen], gevat H948 aan fijn linnen H713 en purperen H2256 banden H5921 , in H3701 zilveren H1550 ringen H8336 , en [aan] marmeren H5982 pilaren H4296 ; de bedsteden H2091 waren van goud H3701 en zilver H5921 , op H7531 een vloer H923 van porfier H8336 [steen], en van marmer H1858 , en albast H5508 , en kostelijke stenen.

Proverbs 7:16-17

  16 H6210 Ik heb mijn bedstede H4765 met tapijtsieraad H7234 H8804 toegemaakt H2405 , met uitgehouwen H330 werken, met fijn linnen H4714 van Egypte;
  17 H4904 Ik heb mijn leger H4753 met mirre H174 , aloe H7076 en kaneel H5130 H8804 welriekende gemaakt;

Isaiah 57:7

  7 H7760 H8804 Gij stelt H4904 uw leger H1364 op een hogen H5375 H8737 en verhevenen H2022 berg H5927 H8804 ; ook klimt gij H2077 derwaarts op, om slachtoffer H2076 H8800 te offeren.

Isaiah 65:11

  11 H5800 H8802 Maar gij verlaters H3068 des HEEREN H7913 , gij vergeters H2022 van den berg H6944 Mijner heiligheid H6186 H8802 , gij aanrichters H7979 ener tafel H1409 H8677 H1408 voor die bende H4390 H8764 , en gij opvullers H4469 des dranks H4507 voor dat getal!

Jeremiah 44:17

  17 H6213 H8800 Maar wij zullen ganselijk H6213 H8799 doen H1697 al hetgeen H6310 uit onzen mond H3318 H8804 is uitgegaan H6999 H8763 , rokende H4446 aan Melecheth H8064 des hemels H5262 , en haar drankofferen H5258 H8687 offerende H6213 H8804 , gelijk als wij gedaan hebben H1 , wij en onze vaders H4428 , onze koningen H8269 en onze vorsten H5892 , in de steden H3063 van Juda H2351 en in de straten H3389 van Jeruzalem H3899 ; toen werden wij met brood H7646 H8799 verzadigd H2896 , en waren vrolijk H7200 H8804 , en zagen H7451 geen kwaad.

Ezekiel 16:18-19

  18 H7553 En gij hebt uw gestikte H899 klederen H3947 H8799 genomen H3680 H8762 , en hebt ze bedekt H8081 ; en gij hebt Mijn olie H7004 en Mijn reukwerk H6440 voor hun aangezichten H5414 H8804 gesteld.
  19 H3899 En Mijn brood H5414 H8804 , hetwelk Ik u gaf H5560 , meelbloem H8081 en olie H1706 , en honig H398 H8689 , [waarmede] Ik u spijsde H6440 , dat hebt gij ook voor hun aangezichten H5414 H8804 gesteld H5207 tot een liefelijken H7381 reuk H5002 H8803 ; zo is het geschied, spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 44:16

  16 H4720 Die zullen in Mijn heiligdom H935 H8799 ingaan H7979 , en die zullen tot Mijn tafel H7126 H8799 naderen H8334 H8763 om Mij te dienen H4931 , en zij zullen Mijn wacht H8104 H8804 waarnemen.

Hosea 2:8-9

  8 H3045 [02:7] Zij bekent toch niet H1715 , dat Ik haar het koren H8492 , en den most H3323 , en de olie H5414 gegeven heb H3701 , en haar het zilver H2091 en goud H7235 vermenigvuldigd heb H1168 , [dat] zij tot den Baal H6213 gebruikt hebben.
  9 H7725 [02:8] Daarom zal Ik wederkomen H1715 , en Mijn koren H3947 wegnemen H6256 op zijn tijd H8492 , en Mijn most H4150 op zijn gezetten tijd H5337 ; en Ik zal wegrukken H6785 Mijn wol H6593 en Mijn vlas H6172 , [dienende] om haar naaktheid te bedekken.

Amos 2:8

  8 H5186 H8686 En zij leggen zich neder H681 bij H3605 elk H4196 altaar H5921 op H2254 H8803 de verpande H899 klederen H8354 H8799 , en drinken H3196 den wijn H6064 H8803 der geboeten H1004 [in] het huis H430 van hun goden.

Amos 6:4

  4 H7901 H8802 Die daar liggen H5921 op H8127 elpenbenen H4296 bedsteden H5628 H8803 , en weelderig zijn H5921 op H6210 hun koetsen H398 H8802 , en eten H3733 de lammeren H4480 van H6629 de kudde H5695 , en de kalveren H4480 uit H8432 het midden H4770 van den meststal.

Malachi 1:7

  7 H5066 H8688 Gij brengt H5921 op H4196 Mijn altaar H1351 H8794 verontreinigd H3899 brood H559 H8804 , en zegt H4100 : Waarmede H1351 H8765 verontreinigen wij H559 H8800 U? Daarmede, dat gij zegt H3068 : Des HEEREN H7979 tafel H1931 is H959 H8737 verachtelijk.

Genesis 24:30

  30 H1961 H8799 En het geschiedde H853 , als hij dat H5141 voorhoofdsiersel H7200 H8800 gezien had H6781 , en de armringen H5921 aan H3027 de handen H269 zijner zuster H8085 H8800 ; en als hij gehoord had H1697 de woorden H269 zijner zuster H7259 Rebekka H559 H8800 , zeggende H3541 : Alzo H376 heeft die man H413 tot H1696 H8765 mij gesproken H935 H8799 , zo kwam hij H413 tot H376 dien man H2009 , en ziet H5975 H8802 , hij stond H5921 bij H1581 de kemelen H5921 , bij H5869 de fontein.

Exodus 32:6

  6 H7925 H0 En zij stonden H4283 des anderen daags H7925 H8686 vroeg op H5927 H8686 , en offerden H5930 brandoffer H5066 H8686 , en brachten H8002 dankoffer H5971 daartoe; en het volk H3427 H8799 zat neder H398 H8800 om te eten H8354 H8800 en te drinken H6965 H8799 ; daarna stonden zij op H6711 H8763 , om te spelen.

Exodus 32:18-19

  18 H559 H8799 Maar hij zeide H6963 : Het is geen stem H6030 H8800 des geroeps H1369 van overwinning H6963 , het is ook geen stem H6030 H8800 des geroeps H2476 van nederlaag H8085 H8802 ; ik hoor H6963 een stem H6031 H8763 van zingen bij beurte.
  19 H4264 En het geschiedde, als hij aan het leger H7126 H8804 naderde H5695 , en het kalf H4246 , en de reien H7200 H8799 zag H639 , dat de toorn H4872 van Mozes H2734 H8799 ontstak H3871 , en dat hij de tafelen H3027 uit zijn handen H7993 H8686 wierp H8478 , en dezelve beneden H2022 aan den berg H7665 H8762 verbrak.

Job 1:15

  15 H7614 Doch de Sabeers H5307 H8799 deden een inval H3947 H8799 , en namen H5221 H8689 ze, en sloegen H5288 de jongeren H6310 met de scherpte H2719 des zwaards H589 ; en ik H7535 ben maar H909 alleen H4422 H8735 ontkomen H5046 H8687 , om het u aan te zeggen.

Ezekiel 16:11-12

  11 H5710 H8799 Ook versierde Ik H5716 u met sieraad H5414 H8799 , en deed H6781 armringen H3027 aan uw handen H7242 , en een keten H1627 aan uw hals.
  12 H5414 H8799 Desgelijks deed Ik H5141 een voorhoofdsiersel H639 aan uw aangezicht H5694 , en oorringen H241 aan uw oren H5850 , en een kroon H8597 der heerlijkheid H7218 op uw hoofd.

Joel 3:8

  8 H1121 En Ik zal uw zonen H1323 en uw dochteren H4376 H8804 verkopen H3027 in de hand H1121 der kinderen H3063 van Juda H4376 H8804 , die ze verkopen zullen H7615 aan die van Scheba H413 , aan H7350 een vergelegen H1471 volk H3588 ; want H3068 de HEERE H1696 H8765 heeft het gesproken.

Amos 6:1-6

  1 H1945 Wee H7600 den gerusten H6726 te Sion H982 H8802 , en den zekeren H2022 op den berg H8111 van Samaria H5344 H8803 ! die de voornaamste H7225 zijn van de eerstelingen H1471 der volken H1004 , en tot dewelke die van het huis H3478 Israels H935 H8804 komen.
  2 H5674 H8798 Gaat over H3641 naar Kalne H7200 H8798 , en ziet toe H3212 H8798 ; en gaat H4480 van H8033 daar H2574 naar Hamath H7227 H8677 H2579 , de grote H3381 H8798 [stad], en trekt af H1661 naar Gath H6430 der Filistijnen H2896 ; of zij beter H4480 zijn dan H428 deze H4467 koninkrijken H518 , of H1366 hun landpale H7227 groter H1366 dan uw landpale?
  3 H7451 Gij, die den bozen H3117 dag H5077 H8764 verre stelt H7675 H8800 , en den stoel H2555 des gewelds H5066 H8686 nabij brengt.
  4 H7901 H8802 Die daar liggen H5921 op H8127 elpenbenen H4296 bedsteden H5628 H8803 , en weelderig zijn H5921 op H6210 hun koetsen H398 H8802 , en eten H3733 de lammeren H4480 van H6629 de kudde H5695 , en de kalveren H4480 uit H8432 het midden H4770 van den meststal.
  5 H5921 Die op H6310 het geklank H5035 der luit H6527 H8802 kwinkeleren H2803 H8804 , [en] bedenken H3627 zichzelven instrumenten H7892 der muziek H1732 , gelijk David;
  6 H3196 Die wijn H4219 uit schalen H8354 H8802 drinken H4886 H8799 , en zich zalven H7225 met de voortreffelijkste H8081 olie H2470 H8738 , maar bekommeren zich H3808 niet H5921 over H7667 de verbreking H3130 van Jozef.

Revelation 12:3

  3 G2532 En G243 er werd een ander G4592 teken G3700 G5681 gezien G1722 in G3772 den hemel G2532 ; en G2400 G5628 ziet G3173 , er was een grote G4450 rode G1404 draak G2192 G5723 , hebbende G2033 zeven G2776 hoofden G2532 , en G1176 tien G2768 hoornen G2532 , en G1909 op G846 zijn G2776 hoofden G2033 zeven G1238 koninklijke hoeden.

Ezra 9:7

  7 H4480 Van H3117 de dagen H1 onzer vaderen H587 af zijn wij H1419 in grote H819 schuld H5704 tot op H2088 dezen H3117 dag H5771 ; en wij zijn om onze ongerechtigheden H5414 H8738 overgegeven H587 , wij H4428 , onze koningen H3548 [en] onze priesters H3027 , in de hand H4428 van de koningen H776 der landen H2719 , in zwaard H7628 , in gevangenis H961 , en in roof H1322 , en in schaamte H6440 des aangezichts H2088 , gelijk het is te dezen H3117 dage.

Psalms 106:6

  6 H2398 H8804 Wij hebben gezondigd H1 , mitsgaders onze vaderen H5753 H8689 , wij hebben verkeerdelijk gedaan H7561 H8689 ; wij hebben goddelooslijk gehandeld.

Jeremiah 13:23

  23 H3569 Zal ook een Moorman H5785 zijn huid H2015 H8799 veranderen H5246 ? of een luipaard H2272 zijn vlekken H3201 H8799 ? [Zo] zult gijlieden ook kunnen H3190 H8687 goed doen H3928 , die geleerd zijt H7489 H8687 kwaad te doen.

Daniel 9:16

  16 H136 O Heere H6666 ! naar al Uw gerechtigheden H639 , laat toch Uw toorn H2534 en Uw grimmigheid H7725 H8799 afgekeerd worden H5892 van Uw stad H3389 Jeruzalem H6944 , Uw heiligen H2022 berg H2399 ; want om onzer zonden H1 wil en om onzer vaderen H5771 ongerechtigheden H3389 , zijn Jeruzalem H5971 en Uw volk H2781 tot versmaadheid H5439 bij allen, die rondom ons zijn.

Ezekiel 23:9-13

  9 H5414 H8804 Daarom gaf Ik H3027 haar in de hand H157 H8764 van haar boelen H3027 over, in de hand H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 , op dewelke zij verliefd was.
  10 H1540 H8765 Dezen ontdekten H6172 haar schaamte H1121 , haar zonen H1323 en haar dochteren H3947 H8804 namen zij weg H2026 H8804 , maar haar doodden zij H2719 met het zwaard H8034 ; en zij kreeg een naam H802 onder de vrouwen H8196 , nadat men gerichten H6213 H8804 over haar geoefend had.
  11 H269 Als haar zuster H172 , Oholiba H7200 H8799 , [dit] zag H7843 H8686 , zo verdierf zij H5691 haar minne H8457 nog meer dan zij, en haar hoererijen H2183 meer dan de hoererijen H269 van haar zuster.
  12 H5689 H8804 Zij werd verliefd H1121 op de kinderen H804 van Assur H6346 , de vorsten H5461 en overheden H7138 , die nabij H3847 H8803 waren, bekleed H4358 met volkomen sieraad H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen.
  13 H7200 H8799 Toen zag Ik H2930 H8738 , dat zij verontreinigd was H8147 ; zij hadden beiden H259 enerlei H1870 weg.

Leviticus 20:10

  10 H376 Een man H376 ook, die met iemands H802 huisvrouw H5003 H8799 overspel zal gedaan hebben H7453 , dewijl hij met zijns naasten H802 vrouw H5003 H8799 overspel gedaan heeft H4191 H8800 , zal zekerlijk H4191 H8714 gedood worden H5003 H8802 , de overspeler H5003 H8802 en de overspeelster.

Leviticus 21:9

  9 H1323 Als nu de dochter H376 van enigen H3548 priester H2490 H8735 zal beginnen H2181 H8800 te hoereren H2490 H8764 , zij ontheiligt H1 haar vader H784 ; met vuur H8313 H8735 zal zij verbrand worden.

Deuteronomy 22:21-24

  21 H5291 Zo zullen zij deze jonge dochter H3318 H8689 uitbrengen H6607 tot de deur H1 van haars vaders H1004 huis H582 , en de lieden H5892 harer stad H68 zullen haar met stenen H5619 H8804 stenigen H4191 H8804 , dat zij sterve H5039 , omdat zij een dwaasheid H3478 in Israel H6213 H8804 gedaan heeft H2181 H8800 , hoererende H1 in haars vaders H1004 huis H7451 ; zo zult gij het boze H7130 uit het midden H1197 H8765 van u wegdoen.
  22 H376 Wanneer een man H4672 H8735 gevonden zal worden H7901 H8802 , liggende H1167 bij eens mans H1166 H8803 getrouwde H802 vrouw H8147 , zo zullen zij ook beiden H4191 H8804 sterven H376 , de man H802 , die bij de vrouw H7901 H8802 gelegen heeft H802 , en de vrouw H7451 ; zo zult gij het boze H3478 uit Israel H1197 H8765 wegdoen.
  23 H5291 Wanneer er een jonge dochter H1330 zal zijn, die een maagd H781 H8794 is, ondertrouwd H376 aan een man H376 , en een man H5892 haar in de stad H4672 H8804 zal gevonden H7901 H8804 , en bij haar gelegen hebben;
  24 H8147 Zo zult gij ze beiden H3318 H8689 uitbrengen H8179 tot de poort H5892 derzelver stad H68 , en gij zult hen met stenen H5619 H8804 stenigen H4191 H8804 , dat zij sterven H5291 ; de jonge dochter H834 , ter H1697 oorzake H6817 H8804 , dat zij niet geroepen heeft H5892 in de stad H376 , en den man H834 , ter H1697 oorzake H7453 dat hij zijns naasten H802 vrouw H6031 H8765 vernederd heeft H7451 ; zo zult gij het boze H7130 uit het midden H1197 H8765 van u wegdoen.

Jeremiah 5:14

  14 H559 H8804 Daarom zegt H3068 de HEERE H430 , de God H6635 der heirscharen H1697 , alzo, omdat gijlieden dit woord H1696 H8763 spreekt H1697 : Ziet, Ik zal Mijn woorden H6310 in uw mond H784 tot vuur H5414 H8802 maken H5971 , en dit volk H6086 [tot] hout H398 H8804 , en het zal hen verteren.

Ezekiel 16:38-43

  38 H4941 Daartoe zal Ik u [naar] de rechten H5003 H8802 der overspeelsters H8210 H8802 H1818 en der bloedvergietsters H8199 H8804 richten H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H1818 aan het bloed H2534 der grimmigheid H7068 en des ijvers.
  39 H3027 En Ik zal u in hun hand H5414 H8804 overgeven H1354 , en zij zullen uw verwelfsel H2040 H8804 afbreken H7413 , en uw hoge plaatsen H5422 H8765 omwerpen H899 , en uw klederen H6584 H8689 u uittrekken H8597 , en uw sierlijke H3627 juwelen H3947 H8804 nemen H5903 , en u naakt H6181 en bloot H3240 H8689 laten.
  40 H6951 Daarna zullen zij tegen u een vergadering H5927 H8689 doen opkomen H68 , en zullen u met stenen H7275 H8804 stenigen H2719 , en u met hun zwaarden H1333 H8765 doorsteken.
  41 H1004 Zij zullen ook uw huizen H784 met vuur H8313 H8804 verbranden H8201 , en oordelen H6213 H8804 tegen u uitvoeren H7227 voor veler H802 vrouwen H5869 ogen H7673 H8689 ; en Ik zal u doen ophouden H2181 H8802 van een hoer te zijn H868 , en gij zult ook niet meer hoerenloon H5414 H8799 geven.
  42 H2534 Zo zal Ik Mijn grimmigheid H5117 H8689 op u doen rusten H7068 , en Mijn ijver H5493 H8804 zal van u afwijken H8252 H8804 ; en Ik zal stil zijn H3707 H8799 , en niet meer toornig wezen.
  43 H2142 H8804 Daarom dat gij niet gedacht hebt H3117 aan de dagen H5271 uwer jonkheid H7264 H8799 , en Mij tot beroering geweest zijt H1887 met dit alles, zie H1870 , zo zal Ik ook uw weg H7218 op [uw] hoofd H5414 H8804 geven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H2154 ; en gij zult die schandelijke daad H6213 H8804 niet doen H8441 boven al uw gruwelen.

Ezekiel 23:36-39

  36 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H1121 H120 tot mij: Mensenkind H170 ! zoudt gij Ohola H172 en Oholiba H8199 H8799 recht geven H5046 H8685 ? Ja, vertoon H8441 haar haar gruwelen.
  37 H5003 H8765 Want zij hebben overspel gedaan H1818 , en er is bloed H3027 in haar handen H1544 ; en zij hebben met haar drekgoden H5003 H8765 overspel gedaan H1121 ; daartoe hebben zij ook haar kinderen H3205 H8804 , die zij Mij gebaard hadden H5674 H8689 , voor hen [door] [het] [vuur] laten doorgaan H402 , tot spijze.
  38 H6213 H8804 Nog hebben zij Mij dit gedaan H4720 ; zij hebben Mijn heiligdom H3117 ten zelven dage H2930 H8765 verontreinigd H7676 , en Mijn sabbatten H2490 H8765 ontheiligd.
  39 H1121 Want als zij hun kinderen H1544 hun drekgoden H7819 H8800 geslacht hadden H935 H8799 , zo kwamen zij H3117 op dienzelven dag H4720 in Mijn heiligdom H2490 H8763 , om dat te ontheiligen H6213 H8804 ; en ziet, alzo hebben zij gedaan H8432 in het midden H1004 van Mijn huis.

Hosea 6:5

  5 H2672 Daarom heb Ik hen behouwen H5030 door de profeten H2026 ; Ik heb ze gedood H561 door de redenen H6310 Mijns monds H4941 ; en uw oordelen H3318 zullen voortkomen H216 [aan] het licht.

Zechariah 1:6

  6 H389 Nochtans H1697 Mijn woorden H2706 en Mijn inzettingen H834 , die H5650 Ik Mijn knechten H5030 , den profeten H6680 H8765 , geboden had H1 , hebben zij uw vaders H3808 niet H5381 H8689 getroffen H7725 H8799 ? zodat zij wederkerende H559 H8799 zeiden H834 : Gelijk als H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H2161 H8804 gedacht heeft H6213 H8800 ons te doen H1870 , naar onze wegen H4611 en naar onze handelingen H3651 , alzo H853 heeft Hij met H6213 H8804 ons gedaan.

John 8:3-7

  3 G1161 En G1122 de Schriftgeleerden G2532 en G5330 de Farizeen G71 G5719 brachten G4314 tot G846 Hem G1135 een vrouw G1722 , in G3430 overspel G2638 G5772 gegrepen.
  4 G2532 En G846 haar G2476 G5660 gesteld hebbende G1722 in G3319 het midden G3004 G5719 , zeiden zij G846 tot Hem G1320 : Meester G3778 , deze G1135 vrouw G1888 is op de daad zelve G2638 G5681 gegrepen G3431 G5746 , overspel begaande.
  5 G1161 En G3475 Mozes G2254 heeft ons G1722 in G3551 de wet G1781 G5662 geboden G5108 , dat dezulken G3036 G5745 gestenigd zullen worden G3767 ; Gij dan G5101 , wat G3004 G5719 zegt G4771 Gij?
  6 G1161 En G5124 dit G3004 G5707 zeiden zij G846 , Hem G3985 G5723 verzoekende G2443 , opdat G2192 G5725 zij [iets] hadden G846 , om Hem G2723 G5721 te beschuldigen G1161 . Maar G2424 Jezus G2955 G5660 G2736 , nederbukkende G1125 G5707 , schreef G1147 met den vinger G1519 in G1093 de aarde.
  7 G1161 En G5613 als G846 zij Hem G1961 G5707 bleven G2065 G5723 vragen G352 G5660 , richtte Hij Zich op G2036 G5627 , en zeide G4314 tot G846 hen G5216 : Die van ulieden G361 zonder zonde G906 G5628 [is], werpe G4413 eerst G3037 den steen G1909 op G846 haar.

Jeremiah 15:4

  4 H5414 H8804 En Ik zal hen overgeven H2189 H8675 H2113 tot een beroering H4467 aan alle koninkrijken H776 der aarde H1558 , vanwege H4519 Manasse H1121 , zoon H3169 van Jehizkia H4428 , koning H3063 van Juda H3389 , om hetgeen hij te Jeruzalem H6213 H8804 gedaan heeft.

Jeremiah 24:9

  9 H5414 H8804 En Ik zal hen overgeven H2189 H8675 H2113 tot een beroering H7451 ten kwade H4467 , allen koninkrijken H776 der aarde H2781 ; tot smaadheid H4912 , en tot een spreekwoord H8148 , tot een spotrede H7045 , en tot een vloek H4725 , in al de plaatsen H5080 H8686 , waarhenen Ik hen gedreven zal hebben;

Jeremiah 34:17

  17 H559 H8804 Daarom zegt H3068 de HEERE H8085 H8804 alzo: Gijlieden hebt naar Mij niet gehoord H1865 , om vrijheid H7121 H8800 uit te roepen H376 , een iegelijk H251 voor zijn broeder H376 , en een iegelijk H7453 voor zijn naaste H7121 H8802 ; ziet, zo roep Ik uit H5002 H8803 tegen ulieden, spreekt H3068 de HEERE H1865 , een vrijheid H2719 ten zwaarde H1698 , ter pestilentie H7458 , en ten honger H5414 H8804 , en zal u overgeven H2189 H8675 H2113 ter beroering H4467 allen koninkrijken H776 der aarde.

Ezekiel 23:22-26

  22 H172 Daarom, o Oholiba H559 H8804 ! alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H157 H8764 : Zie, Ik zal uw boelen H5315 , van welke uw ziel H5361 H8804 is afgetrokken H5782 H8688 , tegen u verwekken H5439 , en Ik zal hen van rondom H935 H8689 tegen u aanbrengen.
  23 H1121 De kinderen H894 van Babel H3778 en alle Chaldeen H6489 , Pekod H7772 , en Soa H6970 , en Koa H1121 , [en] alle kinderen H804 van Assur H2531 met hen; gewenste H970 jongelingen H6346 , die allen vorsten H5461 en overheden H7991 zijn, hoofdmannen H7121 H8803 en vermaarde H5483 [lieden], die allen te paard H7392 H8802 rijden.
  24 H935 H8804 Die zullen tegen u komen H2021 [met] karren H7393 , wagenen H1534 en wielen H6951 , en met een vergadering H5971 van volken H6793 , rondassen H4043 , en schilden H6959 , en helmen H5439 ; zij zullen zich rondom H7760 H8799 tegen u zetten H6440 ; en Ik zal voor hun aangezicht H4941 het gericht H5414 H8804 stellen H8199 H8804 , en zij zullen u richten H4941 naar hun rechten.

Deuteronomy 13:16

  16 H7998 En al haar roof H6908 H8799 zult gij verzamelen H8432 in het midden H7339 van haar straat H3068 , en den HEERE H430 , uw God H5892 , die stad H7998 en al haar roof H3632 ganselijk H784 met vuur H8313 H8804 verbranden H8510 ; en zij zal een hoop H5769 zijn eeuwiglijk H1129 H8735 , zij zal niet weder gebouwd worden.

2 Chronicles 36:17-19

  17 H5921 Want Hij deed tegen H5927 H8686 hen opkomen H4428 den koning H3778 der Chaldeen H970 , die hun jongelingen H2719 met het zwaard H1004 in het huis H4720 huns heiligdoms H2026 H8799 doodde H2550 H8804 H5921 , en hij verschoonde H970 de jongelingen H3808 niet H1330 , noch de maagden H2205 , de ouden H3486 noch de stokouden H5414 H8804 ; Hij gaf H3605 hen allen H3027 in zijn hand.
  18 H3605 En alle H3627 vaten H1004 van het huis H430 Gods H1419 , de grote H6996 en de kleine H214 , en de schatten H1004 van het huis H3068 des HEEREN H214 , en de schatten H4428 des konings H8269 en zijner vorsten H3605 , dit alles H935 H8689 voerde hij H894 naar Babel.
  19 H8313 H8799 En zij verbrandden H1004 het huis H430 Gods H5422 H0 , en zij braken H2346 den muur H3389 van Jeruzalem H5422 H8762 af H3605 , en al H759 de paleizen H8313 H8804 daarvan verbrandden zij H784 met vuur H7843 H8687 , verdervende H3605 ook alle H4261 kostelijke H3627 vaten derzelve.

Jeremiah 33:4-5

  4 H559 H8804 Want zo zegt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H1004 , van de huizen H5892 dezer stad H1004 , en van de huizen H4428 der koningen H3063 van Juda H5550 , die door de wallen H2719 en door het zwaard H5422 H8803 zijn afgebroken:
  5 H935 H8802 Er zijn er [wel] ingekomen H3898 H8736 , om te strijden H3778 tegen de Chaldeen H4390 H8763 , maar het is om die te vullen H6297 met dode lichamen H120 van mensen H5221 H8689 , die Ik verslagen heb H639 in Mijn toorn H2534 en in Mijn grimmigheid H6440 ; en omdat Ik Mijn aangezicht H5892 van deze stad H5641 H8689 verborgen heb H7451 , om al hunlieder boosheid.

Jeremiah 39:8

  8 H3778 En de Chaldeen H8313 H8804 verbrandden H1004 het huis H4428 des konings H1004 en de huizen H5971 des volks H784 met vuur H5422 H0 ; en zij braken H2346 de muren H3389 van Jeruzalem H5422 H8804 af.

Jeremiah 52:13

  13 H8313 H8799 Zo verbrandde hij H1004 het huis H3068 des HEEREN H1004 en het huis H4428 des konings H1004 ; mitsgaders alle huizen H3389 van Jeruzalem H1004 en alle huizen H1419 der groten H8313 H8804 verbrandde hij H784 met vuur.

Ezekiel 9:6

  6 H2026 H8799 Doodt H2205 ouden H970 , jongelingen H1330 en maagden H2945 , en kinderkens H802 en vrouwen H4889 , tot verdervens H5066 H8799 toe; maar genaakt H376 aan niemand H8420 , op denwelken het teken H2490 H8686 is, en begint H4720 van Mijn heiligdom H2490 H8686 . En zij begonnen H2205 van de oude H582 mannen H6440 , die voor H1004 het huis waren.

Ezekiel 23:25

  25 H7068 En Ik zal Mijn ijver H5414 H8804 tegen u zetten H2534 , dat zij in grimmigheid H6213 H8804 met u zullen handelen H639 ; zij zullen uw neus H241 en uw oren H5493 H8686 afnemen H319 , en het laatste H2719 van u zal door het zwaard H5307 H8799 vallen H1121 ; zij zullen uw zonen H1323 en uw dochteren H3947 H8799 wegnemen H319 , en het laatste H784 van u zal door het vuur H398 H8735 verteerd worden.

Ezekiel 24:6

  6 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H188 : Wee H1818 H5892 der bloedstad H5518 , den pot H2457 , welks schuim H2457 in hem is, en van welken zijn schuim H3318 H8804 niet is uitgegaan H3318 H8685 ! trek H5409 stuk H5409 bij stuk H1486 daaruit, en laat het lot H5307 H8804 over hem niet vallen.

Ezekiel 24:21

  21 H559 H8798 Zeg H1004 tot het huis H3478 Israels H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H4720 : Ziet, Ik zal Mijn heiligdom H2490 H8764 ontheiligen H1347 , de heerlijkheid H5797 uwer sterkte H4261 , de begeerte H5869 uwer ogen H4263 , en de verschoning H5315 uwer ziel H1121 ; en uw zonen H1323 en uw dochteren H5800 H8804 , die gij verlaten hebt H2719 , zullen door het zwaard H5307 H8799 vallen.

Deuteronomy 13:11

  11 H3478 Opdat gans Israel H8085 H8799 het hore H3372 H8799 en vreze H3254 H8686 , en niet voortvare H6213 H8800 te doen H7451 naar dit boze H1697 stuk H7130 in het midden van u.

Isaiah 26:9

  9 H5315 [Met] mijn ziel H183 H8765 heb ik U begeerd H3915 in den nacht H7307 , ook zal ik [met] mijn geest H7130 , [die] in het binnenste H7836 H8762 van mij is, U vroeg zoeken H4941 ; want wanneer Uw gerichten H776 op de aarde H3925 H8804 zijn, zo leren H3427 H8802 de inwoners H8398 der wereld H6664 gerechtigheid.

Ezekiel 5:15

  15 H2781 Zo zal de smaadheid H1422 en hoon H4148 een onderwijs H4923 en ontzetting H1471 den heidenen H5439 zijn, die rondom H8201 u zijn, wanneer Ik over u gerichten H639 in toorn H2534 , en in grimmigheid H2534 , en in grimmige H8433 straffen H6213 H8800 oefenen zal H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb [het] gesproken!

Ezekiel 6:6

  6 H4186 In al uw woningen H5892 zullen de steden H2717 H8799 verwoest H1116 en de hoogten H3456 H8799 tot wildernis worden H4196 , opdat uw altaren H2717 H8799 woest H816 H8799 en eenzaam zijn H1544 , en uw drekgoden H7665 H8738 verbroken worden H7673 H8738 en ophouden H2553 , en uw zonnebeelden H1438 H8738 afgehouwen H4639 , en uw werken H4229 H8738 uitgedelgd worden.

Ezekiel 23:27

  27 H2154 Zo zal Ik uw schandelijkheid H7673 H8689 van u doen ophouden H2184 , mitsgaders uw hoererij H776 H4714 , [gebracht] uit Egypteland H5869 ; en gij zult uw ogen H5375 H8799 naar hen niet opheffen H4714 , en aan Egypte H2142 H8799 niet meer gedenken.

Ezekiel 36:25

  25 H2889 Dan zal Ik rein H4325 water H2236 H8804 op u sprengen H2891 H8804 , en gij zult rein worden H2932 ; van al uw onreinigheden H1544 en van al uw drekgoden H2891 H8762 zal Ik u reinigen.

Zephaniah 1:3

  3 H5486 H8686 Ik zal wegrapen H120 mensen H929 en beesten H5486 H8686 ; Ik zal wegrapen H5775 de vogelen H8064 des hemels H1709 , en de vissen H3220 der zee H4384 , en de ergernissen H7563 met de goddelozen H120 ; ja, Ik zal de mensen H4480 H5921 H6440 uit H127 dit land H3772 H8689 uitroeien H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

1 Corinthians 10:6-11

  6 G1161 En G5023 deze dingen G1096 G5675 zijn geschied G2257 ons G5179 tot voorbeelden G1519 , opdat G2248 wij G3361 geen G1938 lust G2556 tot het kwaad G1511 G5750 zouden hebben G2531 , gelijkerwijs G2548 als zij G1937 G5656 lust gehad hebben.
  7 G3366 G En G1096 G5737 wordt G3366 geen G1496 afgodendienaars G2531 , gelijkerwijs als G5100 sommigen G846 van hen G5613 , gelijk G1125 G5769 geschreven staat G2992 : Het volk G2523 G5656 zat neder G5315 G5629 om te eten G2532 , en G4095 G5629 om te drinken G2532 , en G450 G5656 zij stonden op G3815 G5721 om te spelen.
  8 G3366 G En G3366 laat ons niet G4203 G5725 hoereren G2531 , gelijk G5100 sommigen G846 van hen G4203 G5656 gehoereerd hebben G2532 , en G4098 G5627 er vielen G1722 op G3391 een G2250 dag G5140 drie G1501 en twintig G5505 duizend.
  9 G3366 G En G5547 laat ons Christus G3366 niet G1598 G5725 verzoeken G2531 , gelijk G2532 ook G5100 sommigen G846 van hen G3985 G5656 verzocht hebben G2532 , en G5259 werden van G3789 de slangen G622 G5639 vernield.
  10 G3366 G En G1111 G5720 murmureert G3366 niet G2531 , gelijk G2532 ook G5100 sommigen G846 van hen G1111 G5656 gemurmureerd hebben G2532 , en G622 G5639 werden vernield G5259 van G3644 den verderver.
  11 G1161 En G5023 deze dingen G3956 alle G1565 zijn hunlieden G4819 G5707 overkomen G5179 tot voorbeelden G1161 ; en G1125 G5648 zijn beschreven G4314 tot G3559 waarschuwing G2257 van ons G1519 , op G3739 dewelke G5056 de einden G165 der eeuwen G2658 G5656 gekomen zijn.

2 Peter 2:6

  6 G2532 En G4172 de steden G4670 van Sodoma G2532 en G1116 Gomorra G5077 G5660 tot as verbrandende G2692 met omkering G2632 G5656 veroordeeld heeft G5262 , en tot een voorbeeld G5087 G5761 gezet G764 G dengenen, die goddelooslijk G3195 G5723 zouden G764 leven;

Psalms 9:16

  16 H3068 [09:17] De HEERE H3045 H8738 is bekend geworden H4941 ; Hij heeft recht H6213 H8804 gedaan H7563 ; de goddeloze H5367 H8804 is verstrikt H6467 in het werk H3709 zijner handen H1902 ! Higgajon H5542 , Sela.

Isaiah 59:18

  18 H5921 Even naar H1578 de werken H7999 H8762 , even daarnaar zal Hij vergelden H2534 , grimmigheid H6862 aan Zijn wederpartijders H1576 , vergelding H341 H8802 aan Zijn vijanden H339 ; den eilanden H1576 zal Hij [het] loon H7999 H8762 vergelden.

Ezekiel 6:7

  7 H2491 En de verslagenen H8432 zullen in het midden H5307 H8804 van u liggen H3045 H8804 , opdat gij weet H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 7:9

  9 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H5414 H8799 ; Ik zal u geven H1870 naar uw wegen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn; en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H5221 H8688 ben, Die slaat.

Ezekiel 9:10

  10 H5869 Daarom ook, wat Mij aangaat, Mijn oog H2347 H8799 zal niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H1870 ; Ik zal hun weg H7218 op hun hoofd H5414 H8804 geven.

Ezekiel 11:21

  21 H3820 Maar welker hart H3820 het hart H8251 hunner verfoeiselen H8441 en hunner gruwelen H1980 H8802 nawandelt H1870 , derzelver weg H7218 zal Ik op hun hoofd H5414 H8804 geven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 16:43

  43 H2142 H8804 Daarom dat gij niet gedacht hebt H3117 aan de dagen H5271 uwer jonkheid H7264 H8799 , en Mij tot beroering geweest zijt H1887 met dit alles, zie H1870 , zo zal Ik ook uw weg H7218 op [uw] hoofd H5414 H8804 geven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H2154 ; en gij zult die schandelijke daad H6213 H8804 niet doen H8441 boven al uw gruwelen.

Ezekiel 20:38

  38 H4775 H8802 Daartoe zal Ik, die rebel zijn H6586 H8802 , en die tegen Mij overtreden H1305 H8804 , uit ulieden uitzuiveren H776 ; Ik zal hen uit het land H4033 hunner vreemdelingschappen H3318 H8686 uitvoeren H127 , en zij zullen in het landschap H3478 Israels H935 H8799 niet [weder] komen H3045 H8804 , en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 20:42

  42 H3045 H8804 En gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H127 ben, als Ik u in het landschap H3478 Israels H935 H8687 gebracht zal hebben H776 , in het land H3027 , waarover Ik Mijn hand H5375 H8804 opgeheven heb H1 , om hetzelve uw vaderen H5414 H8800 te geven.

Ezekiel 20:44

  44 H3045 H8804 Zo zult gij weten H3068 , dat Ik de HEERE H6213 H8800 ben, als Ik met u gedaan zal hebben H8034 , om Mijns Naams H7451 wil, niet naar uw boze H1870 wegen H7843 H8737 , noch naar uw verdorven H5949 handelingen H1004 , o huis H3478 Israels H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 22:31

  31 H2195 Daarom heb Ik Mijn gramschap H8210 H8799 over hen uitgegoten H784 ; door het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H3615 H8765 heb Ik hen verteerd H1870 ; hun weg H7218 heb Ik op hun hoofd H5414 H8804 gegeven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 23:35

  35 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7911 H8804 : Omdat gij Mijner vergeten H310 , en Mij achter H1458 uw rug H7993 H8686 geworpen hebt H5375 H8798 , zo draagt gij H2154 ook uw schandelijkheid H8457 en uw hoererijen.

Ezekiel 25:5

  5 H7237 En Ik zal Rabba H5116 H1581 tot een kemelstal H5414 H8804 maken H1121 , en de kinderen H5983 Ammons H4769 H6629 tot een schaapskooi H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.