1
H4148
Wie de tucht
H157 H8802
liefheeft
H157 H0
, die heeft
H1847
de wetenschap
H157 H8802
lief
H8433
; maar wie de bestraffing
H8130 H8802
haat
H1198
, is onvernuftig.
2
H2896
De goede
H7522
zal een welgevallen
H6329 H8686
trekken
H3068
van den HEERE
H376
; maar een man
H4209
van schandelijke verdichtselen
H7561 H8686
zal Hij verdoemen.
3
H120
De mens
H3559 H8735
zal niet bevestigd worden
H7562
door goddeloosheid
H8328
; maar de wortel
H6662
der rechtvaardigen
H4131 H8735
zal niet bewogen worden.
4
H2428
Een kloeke
H802
huisvrouw
H5850
is een kroon
H1167
haars heren
H954 H8688
; maar die beschaamt maakt
H7538
, is als verrotting
H6106
in zijn beenderen.
5
H6662
Der rechtvaardigen
H4284
gedachten
H4941
zijn recht
H7563
; der goddelozen
H8458
raadslagen
H4820
zijn bedrog.
6
H1697
De woorden
H7563
der goddelozen
H1818
zijn om op bloed
H693 H8800
te loeren
H6310
; maar de mond
H3477
der oprechten
H5337 H8686
zal ze redden.
7
H7563
De goddelozen
H2015 H8800
worden omgekeerd
H1004
, dat zij niet [meer] zijn; maar het huis
H6662
der rechtvaardigen
H5975 H8799
zal bestaan.
8
H376
Een ieder
H1984 H8792
zal geprezen worden
H6310
, naardat
H7922
zijn verstandigheid
H5753 H0
is; maar die verkeerd
H3820
van hart
H5753 H8737
is
H937
, zal tot verachting wezen.
9
H2896
Beter
H7034 H8737
is, die zich gering acht
H5650
, en een knecht
H3513 H8693
heeft, dan die zichzelven eert
H3899
, en des broods
H2638
gebrek heeft.
10
H6662
De rechtvaardige
H3045 H8802
kent
H5315
het leven
H929
van zijn beest
H7356
; maar de barmhartigheden
H7563
der goddelozen
H394
zijn wreed.
11
H127
Die zijn land
H5647 H8802
bouwt
H3899
, zal van brood
H7646 H8799
verzadigd worden
H7386
; maar die ijdele
H7291 H8764
[mensen] volgt
H2638 H3820
, is verstandeloos.
12
H7563
De goddeloze
H2530 H8804
begeert
H4685
het net
H7451
der bozen
H8328
; maar de wortel
H6662
der rechtvaardigen
H5414 H8799
zal uitgeven.
13
H6588
In de overtreding
H8193
der lippen
H4170
is de strik
H7451
des bozen
H6662
; maar de rechtvaardige
H6869
zal uit de benauwdheid
H3318 H8799
uitkomen.
14
H376
Een ieder
H6529
wordt van de vrucht
H6310
des monds
H2896
met goed
H7646 H8799
verzadigd
H1576
; en de vergelding
H120
van des mensen
H3027
handen
H7725 H8686 H8675 H7725 H8799
zal hij tot zich wederbrengen.
15
H1870
De weg
H191
des dwazen
H3477
is recht
H5869
in zijn ogen
H6098
; maar die naar raad
H8085 H8802
hoort
H2450
, is wijs.
16
H3708
De toorn
H191
des dwazen
H3117
wordt ten zelven dage
H3045 H8735
bekend
H6175
; maar die kloekzinnig
H3680 H8802
is, bedekt
H7036
de schande.
17
H530
Die waarheid
H6315 H8686
voortbrengt
H6664
, maakt gerechtigheid
H5046 H8686
bekend
H5707
; maar een getuige
H8267
der valsheden
H4820
, bedrog.
18
H3426
Daar is
H4094
een, die [woorden] als steken
H2719
van een zwaard
H981 H8802
onbedachtelijk uitspreekt
H3956
; maar de tong
H2450
der wijzen
H4832
is medicijn.
19
H571
Een waarachtige
H8193
lip
H3559 H8735
zal bevestigd worden
H5703
in eeuwigheid
H8267
; maar een valse
H3956
tong
H7280 H8686
is [maar] voor een ogenblik.
20
H4820
Bedrog
H3820
is in het hart
H7451
dergenen, die kwaad
H2790 H8802
smeden
H7965
; maar degenen die vrede
H3289 H8802
raden
H8057
, hebben blijdschap.
21
H6662
Den rechtvaardigen
H205
zal geen leed
H579 H8792
wedervaren
H7563
; maar de goddelozen
H7451
zullen met kwaad
H4390 H8804
vervuld worden.
22
H8267
Valse
H8193
lippen
H3068
zijn den HEERE
H8441
een gruwel
H530
; maar die trouwelijk
H6213 H8802
handelen
H7522
, zijn Zijn welgevallen.
23
H6175
Een kloekzinnig
H120
mens
H3680 H8802
bedekt
H1847
de wetenschap
H3820
; maar het hart
H3684
der zotten
H7121 H0
roept
H200
dwaasheid
H7121 H8799
uit.
24
H3027
De hand
H2742
der vlijtigen
H4910 H8799
zal heersen
H7423
; maar de bedriegers
H4522
zullen onder cijns wezen.
25
H1674
Bekommernis
H3820
in het hart
H376
des mensen
H7812 H8686
buigt het neder
H2896
; maar een goed
H1697
woord
H8055 H8762
verblijdt het.
26
H6662
De rechtvaardige
H8446 H8686
is voortreffelijker
H7453
dan zijn naaste
H1870
; maar de weg
H7563
der goddelozen
H8582 H8686
doet hen dwalen.